gepubliceerd op 29 maart 2021
Decreet tot invoering van een gemeenschappelijk thesauriebeheer voor de instellingen van de Duitstalige Gemeenschap
1 MAART 2021. - Decreet tot invoering van een gemeenschappelijk thesauriebeheer voor de instellingen van de Duitstalige Gemeenschap
Het Parlement van de Duitstalige Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt:
Artikel 1.Voor de toepassing van dit decreet wordt verstaan onder: 1° instelling: de instellingen vermeld in artikel 2, 2°, van het decreet van 25 mei 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2009 pub. 14/07/2009 numac 2009203077 bron ministerie van de duitstalige gemeenschap Decreet houdende het financieel reglement van de Duitstalige Gemeenschap sluiten houdende het financieel reglement van de Duitstalige Gemeenschap;2° centrale kasbeheerder: een kredietinstelling zoals gedefinieerd in artikel 1, § 3, eerste lid, van de wet van 25 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/04/2014 pub. 07/05/2014 numac 2014003194 bron federale overheidsdienst financien en federale overheidsdienst justitie Wet op het statuut van en het toezicht op kredietinstellingen type wet prom. 25/04/2014 pub. 27/05/2014 numac 2014003225 bron federale overheidsdienst financien Wet inzake het statuut van en het toezicht op de onafhankelijk financieel planners en inzake het verstrekken van raad over financiële planning door gereglementeerde ondernemingen en tot wijziging van het Wetboek van vennootschappen en van de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten type wet prom. 25/04/2014 pub. 28/05/2014 numac 2014003234 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand enenergie, federale overheidsdienst justitie en federale overheidsdienst financien Wet tot wijziging van de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België, de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten, de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen, de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen, de wet van 16 februari 2009 op het herverzekeringsbedrijf, de wet van 6 april 1995 inzake het statuut van en het toezicht op de beleggingsondernemingen, de wet van 21 december 2009 op het statuut van de betalingsinstellingen en van de instellingen voor elektronisch geld, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en tot de activiteit van uitgifte van elektronisch geld en de toegang tot betalingssystemen, de wet van 28 april 1999 houdende omzetting van Richtlijn 98/26/EG van 19 mei 1998 betreffende het definitieve karakter van de afwikkeling van betalingen en effectentransacties in betalings- en afwikkelingssystemen en de wet van 15 december 2004 betreffende financiële zekerheden en houdende diverse fiscale bepalingen inzake zakelijkezekerheidsovereenkomsten en leningen met betrekking tot financiële instrumenten sluiten op het statuut van en het toezicht op kredietinstellingen en beursvennootschappen die door de Regering is aangewezen in het kader van een overheidsopdracht voor aanneming van diensten.
Art. 2.§ 1 - Elke instelling opent al haar Belgische financiële rekeningen bij de centrale kasbeheerder en stort al haar activa en beleggingen op die rekeningen. § 2 - Elke instelling beschikt over haar financiële rekeningen, waarbij haar autonomie geëerbiedigd wordt.
Art. 3.Elke instelling belast de centrale kasbeheerder met de materiële uitvoering van haar ontvangstverrichtingen en uitgavenverrichtingen, evenals met het houden van al haar financiële rekeningen volgens de algemene voorwaarden die de Regering samen met de centrale kasbeheerder in een overeenkomst heeft vastgelegd.
De Regering mag altijd kennis nemen van de rekeningstand van de instellingen.
Art. 4.De centrale kasbeheerder bepaalt de dagelijkse stand van de thesaurie op basis van de saldo's van alle rekeningen van de Duitstalige Gemeenschap en van de instellingen vermeld in artikel 1, hierna "de globale stand" genoemd, op de valutadag. Die globale stand wordt beheerd door de Regering.
De financiële rekeningen van de instellingen die in die globale stand opgenomen zijn, werpen geen creditrente of debetrente af voor de houder van de rekeningen.
Art. 5.De Regering kan nog andere nadere regels voor het beheer van de financiële rekeningen en beleggingen van de instellingen vastleggen, in het bijzonder in verband met de ambtenaren die belast zijn het beheer van de bankrekeningen, alsook ter uitvoering van de bepalingen van artikel 92, § 3, van het decreet van 25 mei 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2009 pub. 14/07/2009 numac 2009203077 bron ministerie van de duitstalige gemeenschap Decreet houdende het financieel reglement van de Duitstalige Gemeenschap sluiten houdende het financieel reglement van de Duitstalige Gemeenschap.
Art. 6.De instellingen die op het tijdstip van de inwerkingtreding van dit decreet houder zijn van één of meer financiële rekeningen bij een andere Belgische kredietinstelling dan de centrale kasbeheerder of beleggingen hebben bij een andere kredietinstelling dan de centrale kasbeheerder, sluiten die en dragen ze over aan de centrale kasbeheerder.
De nomenclatuur van de financiële rekeningen die de instellingen eventueel al bij de centrale kasbeheerder geopend hebben, wordt gewijzigd, voor zover de bankcode van de geopende rekeningen niet 091 luidt.
Art. 7.Het decreet van 16 december 1991 betreffende de thesaurie van de Duitstalige Gemeenschap wordt opgeheven.
Art. 8.Dit decreet treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Eupen, 1 maart 2021.
O. PAASCH, De Minister-President, Minister van Lokale Besturen en Financiën A. ANTONIADIS, De Viceminister-President, Minister van Gezondheid en Sociale Aangelegenheden, Ruimtelijke Ordening en Huisvesting I. WEYKMANS, De Minister van Cultuur en Sport, Werkgelegenheid en Media L. KLINKENBERG, De Minister van Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek _______ Nota Zitting 2020-2021 Parlementaire stukken: 121 (2020-2021) Nr. 1 Ontwerp van decreet 121 (2020-2021) Nr. 2 Voorstellen tot wijziging 121 (2020-2021) Nr. 3 Verslag 121 (2020-2021) Nr. 4 Tekst aangenomen door de plenaire vergadering Integraal verslag: 1 maart 2021 - Nr. 22 Bespreking en aanneming