« Wallonie Bruxelles Enseignement » Organiek reglement WBE Gelet op het bijzonder decreet van 7 februari 2019Relevante gevonden documenten type bijzonder decreet prom. 07/02/2019 pub. 07/03/2019 numac 2019040588 bron ministerie van de franse gemeenschap 7 FEBRUARI 2019. - Bijzonder decreet tot oprichting van de overheidsinstelling belast met het ambt van inrichtende macht voor het onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschap Het Parlement van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, TITEL I. - ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1. Voor de toepassing van dit bijzonder decreet wordt ver(...) sluiten tot oprichting van de overheidsinstelling belast met het ambt van inrichtende macht voor het onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschap;

Gelet op de wet van 16 maart 1954 de controle op sommige instellingen van openbaar nut;

Gelet op het decreet van 9 januari 2003Relevante gevonden documenten type decreet prom. 09/01/2003 pub. 21/02/2003 numac 2003029071 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de doorzichtigheid, de autonomie en de controle in verband met de overheidsinstellingen, de maatschappijen voor schoolgebouwen en de maatschappijen voor vermogensbeheer die onder de Franse Gemeenschap ressorteren sluiten betreffende de doorzichtigheid, de autonomie en de controle in verband met de overheidsinstellingen, de maatschappijen voor schoolgebouwen en de maatschappijen voor vermogensbeheer die onder de Franse Gemeenschap ressorteren;

Gelet op het besluit van de Regering van 22 mei 2019 tot vaststelling van het administratieve en geldelijke statuut van het WBE-personeel;

Gelet op de zitting van 22 augustus 2019 van de WBE-Raad, Besluit de WBE-Raad de volgende bepalingen: HOOFDSTUK I. - Definities

Artikel 1.Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder: 1° Bijzonder decreet : het bijzonder decreet van 7 februari 2019Relevante gevonden documenten type bijzonder decreet prom. 07/02/2019 pub. 07/03/2019 numac 2019040588 bron ministerie van de franse gemeenschap 7 FEBRUARI 2019. - Bijzonder decreet tot oprichting van de overheidsinstelling belast met het ambt van inrichtende macht voor het onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschap Het Parlement van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, TITEL I. - ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1. Voor de toepassing van dit bijzonder decreet wordt ver(...) sluiten tot oprichting van de overheidsinstelling belast met het ambt van inrichtende macht voor het onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschap;2° Wet van 16 maart 1954 : de wet van 16 maart 1954 de controle op sommige instellingen van openbaar nut;3° Decreet van 9 januari 2003Relevante gevonden documenten type decreet prom. 09/01/2003 pub. 21/02/2003 numac 2003029071 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de doorzichtigheid, de autonomie en de controle in verband met de overheidsinstellingen, de maatschappijen voor schoolgebouwen en de maatschappijen voor vermogensbeheer die onder de Franse Gemeenschap ressorteren sluiten: het decreet van 9 januari 2003Relevante gevonden documenten type decreet prom. 09/01/2003 pub. 21/02/2003 numac 2003029071 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de doorzichtigheid, de autonomie en de controle in verband met de overheidsinstellingen, de maatschappijen voor schoolgebouwen en de maatschappijen voor vermogensbeheer die onder de Franse Gemeenschap ressorteren sluiten betreffende de doorzichtigheid, de autonomie en de controle in verband met de overheidsinstellingen, de maatschappijen voor schoolgebouwen en de maatschappijen voor vermogensbeheer die onder de Franse Gemeenschap ressorteren;4° Onderwijs georganiseerd door de Gemeenschap : het geheel van het onderwijs dat door de Franse Gemeenschap wordt georganiseerd, met uitzondering van het universitair onderwijs, het afstandsonderwijs en de recreatie- en openluchtcentra;5° Onderwijsinstellingen : door de Gemeenschap georganiseerde onderwijsinstellingen, met inbegrip van psycho-medisch-sociale centra, internaatscholen, opvangtehuizen en opleidingscentra;6° Handvest van de overheidsbestuurder : het Handvest bedoeld bij artikel 9 van het bijzonder decreet ;7° Statuut van WBE-personeelsleden : besluit van de Regering van 22 mei 2019 tot vaststelling van het administratieve en geldelijke statuut van het WBE-personeel;8° Uitgebrachte stemmen : stemmen voor of tegen met uitsluiting van onthoudingen;9° Ontwikkelingsplan : plan dat jaarlijks wordt opgesteld en waarin de doelstellingen en de strategie op middellange termijn van WBE en de impact ervan op de begroting van WBE worden vastgelegd; Het gebruik van mannelijke namen voor de verschillende titels en ambten in dit reglement is gemeenslachtig om de leesbaarheid van de tekst te verzekeren, niettegenstaande de bepalingen van het decreet van 21 juni 1993 betreffende de vervrouwelijking van beroepsnamen. HOOFDSTUK II. - Algemene bepaling

Art. 2.De overheidsinstelling WBE handelt via haar bestuursorganen.

De leden van deze organen gaan geen persoonlijke verplichtingen aan met betrekking tot de aansprakelijkheid van deze organen. HOOFDSTUK III. - WBE-Raad Afdeling 1. - Bevoegdheden van de WBE-Raad

Art. 3.§ 1. Onverminderd de bevoegdheden die door het bijzonder decreet aan andere instanties zijn toevertrouwd, oefent de WBE-Raad alle bevoegdheden uit die voortvloeien uit het bijzonder decreet en uit alle wetgeving die van toepassing is op WBE. Hij neemt alle maatregelen die nodig kunnen zijn: a) om bij te dragen tot de goede werking en ontwikkeling van WBE;b) om de door WBE nagestreefde doelstellingen te verwezenlijken. In dat opzicht, kan de WBE-Raad, inzonderheid: 1° het algemene beleid van WBE bepalen;2° de bevoegdheden van Inrichtende macht van het onderwijs georganiseerd door de Gemeenschap uitoefenen, inzonderheid die welke in de aangenomen wetten, decreten en besluiten aan de Regering, aan de bevoegde Minister of aan de ambtenaren van de diensten van de Regering die onder de bevoegdheden van de Inrichtende macht vallen, zijn toegewezen;3° het beheerscontract goedkeuren met twee derde van de uitgebrachte stemmen vóór de definitieve goedkeuring door de Regering;4° het scorebord voor de evaluatie van het beheerscontract aannemen;5° jaarlijks het ontwikkelingsplan van WBE goedkeuren;6° het vermogen beheren, met inachtneming van met name de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut;7° de ontwerpbegroting goedkeuren die ter goedkeuring moet worden voorgelegd aan de toezichthoudende minister en de minister van Begroting;8° uiterlijk op 30 april de resultatenrekening en de balans van WBE opstellen en deze ter goedkeuring voorleggen aan de toezichthoudende minister;9° het jaarlijks activiteitenverslag goedkeuren.Dat jaarlijkse activiteitenverslag wordt uiterlijk op 30 september aan het parlement en de regering meegedeeld; 10° de verschillende verslagen ontvangen, acteren of goedkeuren die moeten worden ingediend in het kader van de wetgeving die van toepassing is op WBE;11° het organiek reglement goedkeuren;12° het huishoudelijk reglement van de adviesraden en interne instanties van WBE, evenals de eventuele wijzigingen daarvan goedkeuren;13° de regels betreffende de organisatie van het onderwijs georganiseerd door de Gemeenschap goedkeuren en wijzigen, met inbegrip van de regels die bij besluiten van de Regering worden vastgesteld;14° het organigram van WBE vastleggen;15° de personeelsformatie van WBE en alle wijzigingen die daarop betrekking hebben vastleggen;16° het voorstel van personeelsstatuut van WBE en de wijzigingen ervan formuleren;17° de colleges van vier deskundigen aanstellen, voorzien in de procedures voor de benoeming en de evaluatie van de algemeen bestuurder en de directeuren-generaal;18° het voorstel voor de benoeming en het ontslag van de algemeen bestuurder formuleren;19° de ambtenaren-generaal aanstellen, evalueren en ontslaan;20° op voorstel van de algemeen bestuurder, de procedures voor de oproepen tot kandidaatstelling en de selectie van het personeel organiseren;21° de leden van de cel voor interne audit benoemen en ontslaan;22° de opleidingscyclus voor de leden van de WBE-raad goedkeuren;23° de leden van de WBE-Raad gedurende hun mandaat de nodige instrumenten voor de uitvoering van hun opdracht ter beschikking stellen;24° het Bureau elke dossiervoorbereiding voorleggen die hij nuttig acht;25° het Bureau, de Voorzitter of de algemeen bestuurder elke opdracht toevertrouwen die hij nuttig acht;26° elke bevoegdheid die hij nuttig acht aan het Bureau, de Voorzitter of de Algemeen bestuurder of aan de personeelsleden van WBE delegeren;27° op de goede uitvoering van zijn beslissingen toezien en de nodige maatregelen nemen om ervoor te zorgen dat deze worden uitgevoerd door het Bureau, de voorzitter of de algemeen bestuurder;28° elke beslissing van het Bureau, de Voorzitter of de algemeen Bestuurder vernietigen die buiten hun bevoegdheid wordt genomen of die de belangen van WBE kan schaden. Afdeling 2. - Oproeping van de WBE-Raad

Art. 4.§ 1. De WBE-Raad komt bijeen op oproeping van de voorzitter; 1° ofwel op eigen initiatief;2° op schriftelijk verzoek van een kwart van de leden van de WBE-Raad;3° bij bijzondere oproeping op verzoek van een bestuurder op grond van artikel 8. Indien de voorzitter weigert de WBE-raad op te roepen op basis van een verzoek als bedoeld in 3°, zal hij dit motiveren in de notulen van de volgende WBE-raad; § 2 Behalve in dringende gevallen wordt de oproeping door het WBE-secretariaat ten minste vijf volle dagen voor de vergadering verzonden. De oproeping kan per post, fax of elektronisch worden verzonden. § 3 De oproeping vermeldt de plaats, het tijdstip en het doel van de vergadering. Ze gaat, behalve in het geval van dringende oproepingen, vergezeld van een gedetailleerde agenda en de voorbereidende documenten. § 4 De oproepingen worden gericht aan: 1° de leden van de WBE-Raad;2° de algemeen bestuurder;3° de regeringscommissarissen;4° voor de WBE-Raad, verkozen tijdens de legislatuur 2019-2024, de voorzitters van het Verenigd College van het Hoger Onderwijs. § 5 In geval van een dringende oproeping bekrachtigt de WBE-Raad op het begin van de vergadering de door de voorzitter gemotiveerde hoogdringendheid. Afdeling 3. - Agenda van de WBE-Raad

Art. 5.§ 1. De agenda wordt door de voorzitter opgesteld.

De agenda omvat elk punt dat door een regeringscommissaris wordt gevraagd. Afdeling 4. - Aanwezigheidsquorum

Art. 6.De WBE-Raad kan alleen geldig beraadslagen als ten minste de helft van zijn leden aanwezig is. Afdeling 5. - Beslissingen van de WBE-Raad

Art. 7.§ 1. De beslissingen van de WBE-Raad worden bij consensus aangenomen.

Indien geen consensus wordt bereikt, worden de beslissingen van de WBE-Raad, onverminderd de afwijkende meerderheidsregels bepaald in het bijzonder decreet, genomen met een absolute meerderheid van de uitgebrachte stemmen. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend.

Stemmen per post wordt niet toegestaan. § 2 In geval van een stemming gebeurt dit bij handopsteking.

Er vindt echter een geheime stemming plaats: 1° op verzoek van de voorzitter of van een vijfde van de leden van de WBE-Raad;2° voor elke kwestie van personen. § 3 In afwijking van de voorgaande paragrafen kunnen de beslissingen van de WBE-raad, in gevallen die gerechtvaardigd zijn door de hoogdringendheid en het maatschappelijk belang, genomen worden bij eenparige schriftelijke toestemming van de bestuurders. De voorzitter beslist deze elektronische procedure te gebruiken.

Deze procedure mag echter niet worden gebruikt voor de goedkeuring of wijziging van dit reglement, voor de aanstelling van de voorzitter en de ondervoorzitters, voor de afsluiting van de jaarrekening, voor het gebruik van het kapitaal. Afdeling 6. - Naleving van de publieke doelstellingen van WBE door

bestuurders

Art. 8.Indien een bestuurder van mening is dat een voorstel van beslissing van de WBE-raad WBE kan schaden, moet hij achtereenvolgens: 1° de aandacht van de WBE-raad op dit punt vestigen en de redenen voor zijn standpunt en de schadelijke gevolgen van het voorstel die hij voor de WBE waarneemt, toelichten;2° indien de aard van de beslissing dit toelaat, verzoeken de beslissing uit te stellen tot een volgende vergadering van de WBE-raad om een studie van zijn standpunt mogelijk te maken;3° om een bijzondere vergadering van de WBE-Raad verzoeken om de zaak te bespreken. Afdeling 7. - Persoonlijk belangenconflict voor een bestuurder

Art. 9.§ 1 Elk lid van de WBE-Raad dat het bestaan van een direct of indirect belangenconflict met een van de agendapunten vermoedt, informeert de voorzitter onverwijld, die de zaak doorverwijst naar de WBE-Raad en de regeringscommissarissen en de Algemeen Bestuurder op de hoogte brengt.

Mits de documenten van het betrokken punt nog niet zijn verzonden, ontvangt het lid die documenten niet.

Indien het bestaan van een direct of indirect persoonlijk belangenconflict als zodanig door de WBE-raad wordt erkend, mag het lid in dit geval niet deelnemen aan de besprekingen en de beslissing met betrekking tot dit punt.

De verklaring wordt samen met de redenen die het tegenstrijdige belang van het lid van de WBE-Raad rechtvaardigen, in de notulen opgenomen.

Indien de WBE-raad een beslissing neemt over één van de punten die onder dit artikel vallen, zal in de notulen ook de aard van de betreffende beslissing of verrichting worden beschreven en een verantwoording van de genomen beslissing en de vermogensgevolgen voor WBE. De in dit artikel bedoelde bestuurder wordt in aanmerking genomen bij de berekening van het in artikel 6 bedoelde aanwezigheidsquorum voor het punt ten aanzien waarvan een tegenstrijdig belang bestaat. § 2 De leden van de WBE-raad zijn persoonlijk en hoofdelijk aansprakelijk indien een met volledige kennis van zaken genomen beslissing een onrechtmatig financieel voordeel ten nadele van WBE aan hen of een van hen heeft verschaft.

De WBE-raad kan met alle rechtsmiddelen de vernietiging van de genoemde beslissingen vorderen, op voorwaarde dat het erkend wordt dat de partij of partijen die van deze beslissingen profiteren, op de hoogte van dit belangenconflict waren of hadden moeten zijn. Afdeling 8. - Tenuitvoerlegging van de beslissingen van de WBE-Raad

Art. 10.Tenzij de WBE-Raad uitdrukkelijk beslist, zijn zijn beslissingen uitvoerbaar na het verstrijken van de termijn voor het indienen van een beroep door de regeringscommissarissen. Afdeling 9. - Notulen van de WBE-raad

Art. 11.Van elke vergadering van de WBE-Raad worden door het secretariaat van de WBE-Raad notulen opgesteld.

Elke bestuurder die zich tegen een beslissing verzet of zich ervan onthoudt, kan een minderheidsnota indienen bij het secretariaat van de WBE-raad, samen met de eventuele motivering van zijn of haar onthouding.

Elke notulen worden gedateerd en genummerd in volgorde. De bijlagen bij de notulen dragen het nummer van de notulen waarop zij betrekking hebben.

De notulen worden door de voorzitter en de secretaris van de WBE-raad ondertekend.

Art. 12.De notulen worden goedgekeurd ofwel: 1° op de volgende vergadering van de WBE-Raad na eventuele wijziging van de tekst, rekening houdend met de opmerkingen van de leden die door de WBE-Raad worden toegelaten.2° geheel of gedeeltelijk volgens de procedure bedoeld in artikel 7, § 4;3° geheel of gedeeltelijk tijdens de vergadering zelf. Afdeling 10. - Secretariaat van de WBE-Raad

Art. 13.De algemeen bestuurder stelt de secretaris van de WBE-raad aan.

De secretaris van de WBE-raad is verantwoordelijk voor: 1° het bijhouden van de notulen van de vergaderingen van de Raad van Bestuur en het Bureau;2° de authenticatie en mededeling van alle stukken, overeenkomstig de beslissingen van de Raad van Bestuur en het Bureau. De Secretaris stuurt een kopie van elk document dat aan de WBE-Raad wordt voorgelegd aan elke bestuurder of regeringscommissaris op eenvoudig schriftelijk of elektronisch verzoek. Afdeling 11. - Diverse bepalingen

Art. 14.De WBE-Raad kan bij zijn leden werkgroepen oprichten om specifieke onderwerpen te bestuderen.

De Raad bepaalt hun samenstelling en opdracht(en).

Art. 15.§ 1. De WBE-Raad, de voorzitter of het bureau kan voor elk agendapunt elke persoon uitnodigen om advies te verstrekken zonder stemrecht. § 2 De algemeen bestuurder kan zich laten vergezellen door elke door hem aangestelde persoon. Indien hij afwezig of verhinderd is, kan hij worden vervangen door een personeelslid.

Art. 16.Elk lid van de WBE-raad kan zich op de vergaderingen van de WBE-raad laten vertegenwoordigen door een andere bestuurder.

Elk aanwezig lid mag slechts één volmacht hebben.

De aldus vertegenwoordigde leden tellen mee voor de berekening van het in artikel 7 bedoelde beslissingsquorum.

Art. 17.Bij de hernieuwing van de WBE-raad wordt de WBE-raad bijeengeroepen ofwel: 1° door de aftredende voorzitter indien deze is herkozen, bij gebreke daarvan, 2° door de aftredende ondervoorzitter bedoeld in artikel 5, § 1, 1° van het bijzonder decreet, indien hij is herkozen, 3° door de bestuurder die door het Parlement wordt verkozen en die de langste diensttijd in de WBE-Raad telt en, bij gelijke anciënniteit, de oudste bestuurder; Tenzij anders beslist door de WBE-raad, zit degene die de raad oproept die voor tot het moment van de verkiezing van de voorzitter. Afdeling 12. - Het Auditcomité

Art. 18.§ 1. Het Auditcomité is samengesteld uit 3 leden van de WBE-raad die door deze laatste worden aangesteld en waarvan maximaal één lid in het Bureau zetelt.

De voorzitter van het Auditcomité wordt door de leden van het comité aangesteld; hij mag geen lid zijn van het Bureau.

Ten minste één lid van het Auditcomité heeft praktische ervaring of technische kennis op het gebied van boekhouding of audit.

De algemeen bestuurder kan met raadgevende stem op de vergaderingen worden uitgenodigd. § 2 De WBE-raad definieert de opdrachten van het Auditcomité, die ten minste de volgende opdrachten omvatten: 1°. de opvolging van de opdrachten van de cel voor interne audit bedoeld in artikel 24 van het decreet van 9 januari 2003Relevante gevonden documenten type decreet prom. 09/01/2003 pub. 21/02/2003 numac 2003029071 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de doorzichtigheid, de autonomie en de controle in verband met de overheidsinstellingen, de maatschappijen voor schoolgebouwen en de maatschappijen voor vermogensbeheer die onder de Franse Gemeenschap ressorteren sluiten; 2°. het verstrekken aan de Raad van Bestuur van informatie over de resultaten van de wettelijke controle van de jaarrekening en uitleg over de wijze waarop de wettelijke controle van de jaarrekening en, in voorkomend geval, van de geconsolideerde jaarrekening heeft bijgedragen tot de integriteit van de financiële informatie en over de rol die het auditcomité in dit proces heeft gespeeld; 3°. de opvolging van het proces van voorbereiding van de financiële informatie en de presentatie van aanbevelingen of voorstellen om de integriteit ervan te waarborgen; 4°. de opvolging van de doeltreffendheid van de systemen voor interne controle en risicobeheer van de organisatie, alsook het toezicht op de interne audit en de doeltreffendheid ervan, met name op basis van het verslag bedoeld in artikel 2ç van het decreet van 9 januari 2003Relevante gevonden documenten type decreet prom. 09/01/2003 pub. 21/02/2003 numac 2003029071 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende de doorzichtigheid, de autonomie en de controle in verband met de overheidsinstellingen, de maatschappijen voor schoolgebouwen en de maatschappijen voor vermogensbeheer die onder de Franse Gemeenschap ressorteren sluiten; 5°. de opvolging van de wettelijke controle van de jaarrekening, met inbegrip van de opvolging van de vragen en aanbevelingen van de regeringscommissarissen.

Het Auditcomité brengt regelmatig verslag uit aan de WBE-raad over de uitvoering van zijn opdrachten, ten minste wanneer de Raad de jaarrekening opstelt. Afdeling 13. - Het benoemings- en bezoldigingscomité

Art. 19.§ 1. Het Benoemings- en Bezoldigingscomité bestaat uit 3 leden van de WBE-raad die door deze laatste worden benoemd, inclusief de Voorzitter. De andere twee leden mogen niet in het Bureau zetelen.

Het Comité wordt voorgezeten door de voorzitter.

De algemeen bestuurder wordt uitgenodigd voor de vergaderingen, met raadgevende stem, behalve voor de punten of dossiers waar zijn persoonlijke situatie wordt onderzocht. § 2 De WBE-Raad bepaalt de opdrachten van het comité.

Het comité brengt regelmatig verslag uit aan de WBE-raad over de uitoefening van zijn opdrachten, ten minste wanneer deze laatste zijn jaarlijkse activiteitenverslag opstelt. HOOFDSTUK IV. - Het Bureau Afdeling 1. - Bevoegdheden van het Bureau

Art. 20.§ 1. In het algemeen is het Bureau verantwoordelijk voor: 1° het onderzoek van de aan de WBE-Raad voor te leggen dossiers;2° de door de WBE-Raad gedelegeerde opdrachten;3° het voorleggen aan de WBE-Raad van de voorselectie van maximaal drie kandidaten voor elk ambt van Directeur-generaal;4° de uitoefening van alle andere bevoegdheden die hem bij of krachtens de wettelijke en regelgevende bepalingen of dit reglement zijn toegekend of gedelegeerd; § 2 Het Bureau stelt de WBE-Raad op de hoogte van de handelingen die worden verricht in het kader van de aan het Bureau gedelegeerde bevoegdheden en geeft hem alle uitleg over deze akten. Afdeling 2. - Oproeping van het Bureau

Art. 21.§ 1. Het bureau komt bijeen op oproeping van de Voorzitter; 1° bij beslissing van de WBE-Raad, het Bureau of de Voorzitter;2° op verzoek van een van de ondervoorzitters of de algemeen bestuurder;3° bij bijzondere oproeping op verzoek van een ondervoorzitter op grond van artikel 8. Indien de Voorzitter weigert een Bureau op te roepen op grond van een verzoek als bedoeld in het eerste, tweede en derde lid, motiveert hij dit in de notulen van de eerstvolgende vergadering van het Bureau. § 2 Behalve in dringende gevallen wordt de oproeping ten minste vier volle dagen voor de vergadering door het secretariaat van het Bureau verzonden. De oproeping kan per post of langs elektronische weg worden verstuurd. § 3 De oproeping vermeldt de plaats, het tijdstip en het doel van de vergadering. Ze gaat, behalve in het geval van dringende oproepingen, vergezeld van een gedetailleerde agenda en de voorbereidende documenten. § 4 De oproeping wordt gericht aan : 1° de leden van het Bureau;2° de regeringscommissarissen; § 5. Bij dringende gevallen bekrachtigt het Bureau de door de Voorzitter gemotiveerde hoogdringendheid. Afdeling 3. - Agenda van het Bureau

Art. 22.§ 1. De agenda wordt door de voorzitter opgesteld. § 2 De volgende punten staan ambtshalve op de agenda: 1° goedkeuring van de notulen van de vorige vergadering;2° elk punt dat het Bureau heeft beslist te behandelen of dat de WBE-Raad hem heeft gevraagd te behandelen;3° elk dossier dat door de algemeen bestuurder wordt onderzocht of doorgestuurd;4° elk punt dat op verzoek van een ondervoorzitter, de algemeen bestuurder of een regeringscommissaris wordt opgenomen. Afdeling 4. - Aanwezigheidsquorum

Art. 23.Het Bureau beraadslaagt slechts geldig indien ten minste de helft van zijn leden aanwezig is.

Bij afwezigheid van de voorzitter of een van de ondervoorzitters wordt hij vervangen door zijn plaatsvervanger.

Indien het quorum niet is bereikt, worden de niet behandelde agendapunten uitgesteld tot een nieuwe vergadering waarin het Bureau geldig over deze punten beraadslaagt, ongeacht het aantal aanwezige leden. Afdeling 5. - Beslissingen van het Bureau

Art. 24.§ 1. De beslissingen van het Bureau worden bij consensus genomen.

Indien geen consensus wordt bereikt, worden de beslissingen van het Bureau genomen met een gewone meerderheid van de door de aanwezige leden uitgebrachte stemmen. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend.

Stemmen per brief, volmacht of delegatie is niet toegestaan. § 3 In geval van een stemming vindt de stemming plaats door middel van handopsteking.

Er vindt echter een geheime stemming plaats: 1° op verzoek van de voorzitter of van twee ondervoorzitters;2° voor elke kwestie van personen. § 4. In afwijking van de voorgaande leden kunnen beslissingen van het Bureau in gevallen die door de hoogdringendheid of het maatschappelijk belang worden gerechtvaardigd, worden genomen met schriftelijke of elektronische toestemming van de leden van het Bureau. De voorzitter beslist of hij deze procedure al dan niet toepast. § 5. Indien er meerdere amendementen op een voorstel zijn ingediend, stemt het Bureau eerst over het amendement dat volgens de Voorzitter inhoudelijk het verst van het oorspronkelijke voorstel verwijderd is.

Het Bureau stemt dan zo nodig over het amendement dat het verst van het oorspronkelijke voorstel verwijderd is, enzovoort. Indien een of meer amendementen worden aangenomen, wordt over het gewijzigde voorstel gestemd. Afdeling 6. - Naleving van de publieke doelstellingen van WBE en

persoonlijk belangenconflict van een lid van het Bureau

Art. 25.De bepalingen van de artikelen 9 en 10 zijn mutatis mutandis van toepassing op de leden van het Bureau. Afdeling 7. - Uitvoering van de beslissingen van het Bureau

Art. 26.Tenzij het Bureau het uitdrukkelijk beslist, zijn zijn beslissingen uitvoerbaar na het verstrijken van de termijn voor het indienen van een beroep door de regeringscommissarissen. Afdeling 8. - Notulen van het Bureau

Art. 27.Van elke vergadering van het Bureau worden door het secretariaat van het Bureau notulen opgesteld.

In de notulen worden de beraadslagingen samengevat en worden de beslissingen van het Bureau vermeld.

Elk lid van het Bureau dat zich tegen een beslissing verzet of zich ervan onthoudt, kan een minderheidsnota indienen bij het secretariaat van het Bureau, samen met de eventuele motivering van zijn of haar onthouding.

Elke notulen worden gedateerd en genummerd in volgorde. De bijlagen bij de notulen dragen het nummer van de notulen waarop zij betrekking hebben.

De notulen worden door de voorzitter en de secretaris van het bureau ondertekend.

Art. 28.§ 1. De notulen worden goedgekeurd: 1° op de eerstvolgende vergadering van het Bureau na eventuele wijzigingen van de tekst, rekening houdend met de opmerkingen van de leden die door het Bureau worden toegelaten.Verbeteringen in de tekst mogen niet tot gevolg hebben dat het standpunt dat een lid van het Bureau bij het nemen van een beslissing heeft ingenomen, wordt gewijzigd; 2° geheel of gedeeltelijk volgens de in artikel 21, § 4 bedoelde procedure;3° geheel of gedeeltelijk tijdens de vergadering zelf. § 2. De door het Bureau goedgekeurde notulen worden door het secretariaat van het Bureau ter informatie toegezonden aan de leden van de WBE-Raad, samen met de aan het Bureau voorgelegde documenten, met uitzondering van de documenten waarvan het Bureau of de voorzitter oordeelde dat deze niet onder de leden van de WBE-Raad konden worden verspreid. Afdeling 9. - Secretariaat van het Bureau

Art. 29.Het secretariaat van het Bureau wordt waargenomen door het secretariaat van de WBE-Raad. Afdeling 10. - Diverse bepalingen

Art. 30.Het bureau of de voorzitter kan voor elk agendapunt elke persoon uitnodigen om advies te verstrekken zonder stemrecht.

Art. 31.De algemeen bestuurder kan zich laten bijstaan door elke persoon die door hem is aangesteld voor de punten die hij aan het Bureau moet voorleggen. HOOFDSTUK V. - De voorzitter Afdeling 1. - Bevoegdheden van de voorzitter

Art. 32.§ 1. De Voorzitter: 1° zit de WBE-Raad en het Bureau voor;2° ondertekent de te verzenden brieven ter uitvoering van een algemene beslissing van de beheersorganen;3° ondertekent de gepersonaliseerde kennisgevingen gericht aan een persoon of een structuur waarvan het dossier is voorgelegd aan de beslissing van de WBE-Raad of het Bureau, met uitzondering van de kennisgevingen gericht aan de personeelsleden van de WBE van rang 15 tot 30;4° vertegenwoordigt WBE, samen met de algemeen bestuurder, tijdens de onderhandelingen over het beheerscontract;5° in dringende gevallen waarin een beslissing van de WBE-Raad of het Bureau noodzakelijk is, maar deze organen niet kunnen worden bijeengeroepen, neemt de noodzakelijke beslissing indien mogelijk na raadpleging van de leden van het Bureau.Tenzij dit onmogelijk is, wordt deze beslissing schriftelijk en zo snel mogelijk aan de algemeen bestuurder meegedeeld. Deze beslissing wordt onderzocht en eventueel bekrachtigd op de volgende vergadering van de WBE-Raad of het Bureau, al naar gelang het geval; 6° oefent alle andere bevoegdheden uit die hem bij of krachtens de wettelijke of regelgevende bepalingen of dit reglement zijn toegekend of gedelegeerd. Afdeling 2. - Afwezigheid van de voorzitter

Art. 33.Bij afwezigheid van de voorzitter wordt zijn ambt in de volgende volgorde uitgeoefend: 1° door de oudste aanwezige of beschikbare ondervoorzitter;2° door zijn plaatsvervanger;3° door de plaatsvervanger van de oudste aanwezige of beschikbare ondervoorzitter;4° door de bestuurder in de WBE-raad met de hoogste anciënniteit en, bij gelijke anciënniteit, door de oudste bestuurder; HOOFDSTUK VI. - De algemeen bestuurder

Art. 34.§ 1. Zonder afbreuk te doen aan de bevoegdheden die aan de WBE-raad en het Bureau worden toegekend, geeft de algemeen bestuurder leiding aan WBE. § 2. In deze hoedanigheid kan algemeen bestuurder: 1° de WBE-raad bijstaan;2° de beslissingen van de WBE-Raad uitvoeren;3° het personeel van WBE leiden;4° voor het dagelijks bestuur van WBE zorgen;5° de werkzaamheden coördineren en de eenheid van beheer van WBE verzekeren, in het bijzonder met betrekking tot elke aangelegenheid waarbij meerdere algemene diensten betrokken zijn;6° aan de WBE-Raad of het Bureau de aangelegenheden voorleggen die door de diensten van WBE worden behandeld en waarvoor een beslissing van deze organen vereist is;7° aan de diensten van WBE, de dossiers en de instructies van de WBE-Raad, het Bureau of de voorzitter toezenden, samen met de nodige informatie;8° zijn instructies en richtlijnen aan de diensten van WBE meedelen;9° voor de boekhouding zorgen in overeenstemming met de wetgeving die op WBE van toepassing is;10° aan de personeelsleden algemene informatie en richtlijnen meedelen die op hen betrekking hebben;11° aan de WBE-Raad en het Bureau informatie geven over de handelingen die in het kader van het bestuur van WBE worden verricht;12° WBE in gerechtelijke en buitengerechtelijke handelingen vertegenwoordigen;13° advies aan de WBE-Raad uitbrengen over de benoeming of het ontslag van de leden van de cel voor interne audit;14° elk advies op initiatief of elk nuttig voorstel aan de WBE-Raad, het Bureau of de Voorzitter formuleren;15° andere bevoegdheden uitoefenen die hem zijn toegekend of gedelegeerd bij of krachtens de wettelijke of regelgevende bepalingen, of dit reglement;

Art. 35.De administrateur-generaal kan zijn delegatie schriftelijk en vooraf geheel of gedeeltelijk subdelegeren. HOOFDSTUK VII. - Het Directiecomité

Art. 36.Op voorstel van de Algemeen bestuurder keurt de WBE-raad het huishoudelijk reglement van het Directiecomité goed.

Dit reglement voorziet met name in de procedure voor het voorzitterschap van het Directiecomité bij afwezigheid van de Algemeen bestuurder.

Art. 37.De beraadslagingen van het Comité worden vastgelegd in notulen, die ter kennis worden gebracht van de leden van de WBE-raad. HOOFDSTUK VIII. - Ambtenaren-generaal en hun afwezigheid

Art. 38.Onder het gezag van de Algemeen bestuurder en zonder afbreuk te doen aan zijn bevoegdheden, zorgen de directeuren-generaal voor de leiding van een afdeling en de coördinatie ervan.

De adjunct-directeuren-generaal zorgen voor de leiding van een dienst onder leiding van een lid van de raad van bestuur.

Art. 39.Indien de Algemeen bestuurder afwezig of verhinderd is, wordt hij vervangen: 1° hetzij door een personeelslid van rang 16, hetzij, in geval van afwezigheid of verhindering, van rang 16, 15 of 12 die hij aanwijst, door een voorafgaande schriftelijke akte die aan de leden van het Bureau wordt meegedeeld;2° of door de ambtenaar-generaal met de hoogste graadanciënniteit, met dien verstande dat bij gelijke graadanciënniteit eerst de dienstanciënniteit en vervolgens de leeftijd in aanmerking worden genomen.

Art. 40.Indien een ambtenaar-generaal als bedoeld in artikel 38 afwezig of verhinderd is, wordt hij vervangen: 1° hetzij door het personeelslid van rang 17, 16, 15 of 12 dat hij aanwijst, bij een voorafgaande schriftelijke akte die aan de leden van het Directiecomité wordt meegedeeld;(2) of, tenzij de algemeen bestuurder anders beslist, door het personeelslid met de hoogste graadanciënniteit van zijn dienst of afdeling, met dien verstande dat bij gelijke graadanciënniteit eerst de dienstanciënniteit en vervolgens de leeftijd in aanmerking worden genomen.

Art. 41.1. Het personeelslid dat ad interim wordt aangesteld om voorlopig te voorzien in de vervanging van een ambtenaar-generaal van rang 15, 16 of 17, voert alle prerogatieven uit die door dit reglement worden toegekend aan de ambtenaar-generaal die het vervangt.

Art. 42.§ 1. De schriftelijke en voorafgaande akten die ter uitvoering van deze afdeling worden opgesteld, worden volgens dein artikel 52 beschreven nadere regels gepubliceerd. § 2. In afwijking van het eerste lid worden de akten met betrekking tot afwezigheidsperioden korter dan één maand niet gepubliceerd.

In voorkomend geval kunnen de akten tot subdelegatie aan derden worden tegengeworpen door een afschrift van de betrokken akte aan elke op grond daarvan verleende beslissing bij te voegen. HOOFDSTUK IX. - Regels inzake delegaties en subdelegaties Afdeling 1. - Definities

Art. 43.Voor de toepassing van dit hoofdstuk en de op grond daarvan genomen beslissingen, wordt verstaan onder: 1° "Opdrachthouders": leden van het onderwijzend personeel belast met een opdracht in de zin van het decreet van 24 juni 1996 houdende regeling van de opdrachten, verloven wegens opdracht en terbeschikkingstelling wegens opdracht in het door de Franse Gemeenschap georganiseerd of gesubsidieerd onderwijs;2° "Personeelslid" : iedere persoon die in welke hoedanigheid dan ook een betrekking bekleedt binnen de diensten van WBE of personeelsleden van het Ministerie als bedoeld in artikel 73 van het bijzonder decreet.3° "Personeelslid van niveau 1" : elke persoon bedoeld in 2° en die een ambt van rang 17, 16+, 16, 15, 12, 11 en 10 bekleedt, in welke hoedanigheid dan ook.4° "Delegerende overheid": overheid, orgaan of personeelslid die/dat een bevoegdheidsdelegatie verleent;5° "Delegatiehoudende overheid": overheid, orgaan of personeelslid aan wie een bevoegdheidsdelegatie wordt verleend;6° "Subdelegatie": de akte waarbij een delegatiehoudende overheid of een subgedelegeerde aan een personeelslid alle of een deel van de hem/haar verleende bevoegdheden delegeert;7° "Subgedelegeerde": de begunstigde van een subdelegatie, zelfs op grond van een voorafgaande subdelegatie; Afdeling 2. - Algemene voorwaarden waaraan de personeelsleden moeten

voldoen om een delegatie te kunnen uitoefenen

Art. 44.Tenzij de WBE-Raad anders beslist, zijn de regels van dit hoofdstuk van toepassing op de delegaties en de subdelegaties.

Art. 45.Delegaties van bevoegdheid en ondertekening binnen WBE kunnen alleen worden uitgeoefend door: 1° personeelsleden;2° opdrachthouders die hun opdracht uitvoeren binnen de diensten van WBE of de diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap bedoeld in artikel 73 van het bijzonder decreet;3° de ambtenaren-generaal van WBE;4° de ambtenaren-generaal van de diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap bedoeld in artikel 73, tweede lid, van het bijzonder decreet;5° hoofden van inrichtingen.

Art. 46.§ 1. Delegaties van bevoegdheden die bij of krachtens dit reglement worden verleend, worden uitgeoefend zonder afbreuk te doen aan: 1° de controle en de uitoefening door de delegerende overheden of door de delegatiehoudende overheden van de bevoegdheden die zij hebben gedelegeerd;2° de uitoefening door een hiërarchisch meerdere van de bevoegdheden van de delegatiehoudende overheden die onder zijn gezag staan.3° de controle die door de regeringscommissaris wordt uitgeoefend § 2 De delegatiehoudende overheden kunnen bij de uitoefening van de in artikel 47 bedoelde subdelegatiebevoegdheid eisen dat hun subgedelegeerden aan hen verslag uitbrengen, in de vorm van een periodiek verslag, over de uitoefening van de gedelegeerde bevoegdheden overeenkomstig de door het Directiecomité vastgestelde bepalingen. In dat geval stellen zij de nadere regels vast in de voorafgaande schriftelijke akte als bedoeld in artikel 48. Afdeling 3. - Subdelegaties

Onderafdeling 1. - Voorwerp en vorm van de subdelegatie

Art. 47.§ 1. Behalve in gevallen waarin de beslissing deze mogelijkheid uitdrukkelijk verbiedt of beperkt, kunnen de delegatiehoudende overheden, door middel van een schriftelijke en voorafgaande subdelegatie, opgesteld overeenkomstig de nadere regels bedoeld in artikel 48, de aan hen binnen WBE toegewezen bevoegdheden of een deel daarvan delegeren aan de personeelsleden die zij aanwijzen. § 2 Behalve uitzondering voorzien in dit reglement of in de beslissing tot delegatie, kan de delegatiehoudende overheid te allen tijde en om welke reden dan ook een bevoegdheid uitoefenen die zij heeft gedelegeerd.

In geval van gezamenlijke afwezigheid of verhindering van de subgedelegeerde, de persoon of personen die in zijn plaats optreden en van de delegatiehoudende overheid, wordt de vervanging uitgevoerd overeenkomstig afdeling 3 van dit hoofdstuk. § 3 De bevoegdheid tot subdelegatie als bedoeld in het eerste lid kan zelf worden gesubdelegeerd, tenzij de beslissing tot delegatie of subdelegatie dit uitdrukkelijk verbiedt.

Art. 48.§ 1. Elke subdelegatie is gebaseerd op een schriftelijke en voorafgaande akte.

Om geldig te worden opgesteld, vermeldt de akte tot subdelegatie: 1° de bevoegdheid die het voorwerp uitmaakt van de subdelegatie en haar wettelijke of regelgevende basis;2° de regelgevende basis die subdelegatie verleent;3° de identiteit, het ambt en de rang van de delegatiehoudende overheid en de subgedelegeerde;4° desgevallend, indien de delegatiehoudende instantie dit gepast acht of indien dit reglement erin voorziet, de identiteit, het ambt en de rang van de plaatsvervanger (s) die is/zijn aangewezen om de delegatiehoudende bevoegdheid uit te oefenen in geval van afwezigheid of verhindering van de subgedelegeerde. In de mate van het mogelijke wordt het model in bijlage 1 bij dit reglement gebruikt. § 2. Hij bevat ook de handtekening van de delegatiehoudende overheid. § 3. De akte vermeldt ook de datum van inwerkingtreding, maar deze mag niet vroeger zijn dan de datum van de vaststelling ervan en, in voorkomend geval, de datum waarop deze eindigt. 2. Bij gebrek aan vermelding van de datum van inwerkingtreding van de in het eerste lid bedoelde akte, wordt deze geacht in werking te treden op de datum waarop hij wordt ondertekend.In dat geval kan de akte tot subdelegatie aan derden worden tegengeworpen door een afschrift van de betrokken akte aan elke op grond daarvan verleende beslissing bij te voegen.

Onderafdeling 2. - Herroepen en wijziging van subgedelegeerde

Art. 49.§ 1. De delegatiehoudende overheid kan te allen tijde besluiten de verleende subdelegatie geheel of gedeeltelijk te herroepen door middel van een schriftelijke en voorafgaande herroepingsakte waarin de identiteit, ambt en rang worden vermeld van het personeelslid met betrekking tot wie een dergelijk ontslag is verleend, alsook de datum waarop deze van kracht wordt. § 2. In geval van definitieve herroeping eindigt de overeenkomstig artikel 48 vastgestelde subdelegatie-akte van rechtswege met ingang van de datum van inwerkingtreding van de akte van herroeping. § 3 In geval van vervanging van de subgedelegeerde of van een van zijn plaatsvervangers, vermeldt de herroepingsakte de identiteit van het personeelslid dat hem vervangt. Deze vervanging gaat in op de dag van de inwerkingtreding van de akte van herroeping.

In dit geval wordt een speciale melding van de identiteit van de opvolger en van de datum waarop de vervanging van kracht wordt, op de subdelegatie aangebracht, die vervolgens opnieuw wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 52.

Art. 50.Onverminderd artikel 48, § 3, wordt de subdelegatie van rechtswege beëindigd op de datum waarop de gesubdelegeerde het ambt van subdelegatie definitief ophoudt te bekleden. Afdeling 3. - Wijziging van delegatiehoudende overheid

Art. 51.Indien de delegatiehoudende overheid gewijzigd wordt, blijven de akten van subdelegatie die door de eerdere delegatiehoudende overheid werden genomen, geldig totdat deze wordt herroepen of vervangen door de nieuwe delegatiehoudende overheid. Afdeling 4. - Bekendmaking van de gesubdelegeerde akten

Art. 52.§ 1. WBE zal voldoende bekendheid geven aan de subdelegaties die binnen WBE zijn verleend.

De subdelegaties verleend in de bevoegdheden die vallen onder de rol van inrichtende macht worden met name gepubliceerd op de website www.gallilex.cfwb.be.

Onverminderd de andere publicatiewijzen die het mogelijk maken de bekendheid ervan te waarborgen, kunnenn subdelegaties met betrekking tot akten die personeelsleden van WBE en het onderwijzend personeel treffen, vanaf de datum van hun publicatie op de in het vorige lid bedoelde website aan hen worden tegengeworpen. § 2 De akten tot subdelegatie die in werking treden voordat zij worden gepubliceerd, kunnen aan derden worden tegengeworpen door een afschrift van de betrokken akte aan elke op grond daarvan verleende beslissing bij te voegen. HOOFDSTUK IX. - Slotbepalingen

Art. 53.Worden met name op initiatief van de algemeen bestuurder op de website van de WBE gepubliceerd: 1° het beheerscontract van WBE;2° dit reglement;3° de samenstelling van de WBE-raad, het Bureau, het Auditcomité, het Evaluatie- en bezoldigingscomité en het Directiecomité;4° het organigram van WBE.

Art. 54.Dit reglement treedt in werking op 22 augustus 2019 [en houdt op te bestaan op een door de Administrateur-generaal te bepalen datum].