gepubliceerd op 16 januari 2009
Aanhangsel bij het protocol gesloten tussen de Federale Regering en de overheden bedoeld in de artikelen 128, 130, 135 en 138 van de Grondwet, over de organisatie van een zorgtraject voor jongeren met een psychiatrische problematiek die vallen onder de toepassing van artikel 36, 4° en artikel 52 van de wet van 8 april 1965 betreffende de jeugdbescherming, het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd en het herstel van de door dit feit veroorzaakte schade, als onderdeel van een globaal zorgprogramma voor kinderen en jongeren
FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU
8 DECEMBER 2008. - Aanhangsel bij het protocol gesloten tussen de Federale Regering en de overheden bedoeld in de artikelen 128, 130, 135 en 138 van de Grondwet, over de organisatie van een zorgtraject voor jongeren met een psychiatrische problematiek die vallen onder de toepassing van artikel 36, 4° en artikel 52 van de wet van 8 april 1965 betreffende de jeugdbescherming, het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd en het herstel van de door dit feit veroorzaakte schade, als onderdeel van een globaal zorgprogramma voor kinderen en jongeren
Gelet op de respectievelijke bevoegdheden van de Federale Staat en van de overheden bedoeld in de artikelen 128, 130, 135 en 138 van de Grondwet, hierna de Gemeenschappen/Gewesten genoemd, inzake de geestelijke gezondheidszorg.
Gelet op de toekomstige inwerkingtreding en de nog eventuele aanpassingen aan artikel 7, 2°, 11° van de wet van 13 juni 2006 tot wijziging van artikel 37, § 2, van de wet van 08 april 1965 betreffende de jeugdbescherming en het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd, met name : overgaan tot residentiële plaatsing van de betrokkene in hetzij een open afdeling, hetzij een gesloten afdeling (conform aan de omzendbrief dd 28 september 2006) van een jeugdpsychiatrische dienst, ingeval uit een door een jeugdpsychiater volgens de door de Koning bepaalde minimumnormen opgesteld, onafhankelijk verslag dat minder dan een maand oud is, blijkt dat hij lijdt aan een geestesstoornis waardoor zijn oordeelsvermogen of zijn vermogen tot het beheersen van zijn handelingen ernstig is aangetast. Plaatsing in een gesloten afdeling van een jeugdpsychiatrische dienst is enkel mogelijk met toepassing van de wet van 26 juni 1990 betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke, overeenkomstig artikel 43.
Jeugdpsychiatrische dienst dient hier te worden verstaan als de pilootprojecten FOR K. Gelet op het belang om de maatregel zoals beschreven in artikel 7, 2°, 11° van de wet van 13 juni 2006 te plaatsen in het geheel van de maatregelen die opgenomen zijn in artikel 37, § 2 van de wet van 8 april 1965 en in het bijzonder in het artikel 7, 2°, 5° van de wet van 13 juni 2006. Gelet op het feit dat binnen de gemeenschapsinstellingen jongeren met ernstige, psychische of psychiatrische problemen opgevangen worden, waarvoor er op vandaag onvoldoende residentiële intensieve behandelaanbod voorhanden is.
Gelet op het feit dat er voor jongeren met ernstige, psychische of psychiatrische problemen zowel het ambulante, outreach als een residentieel aanbod voldoende voorhanden moet zijn.
Gelet op het feit dat voor de realisatie van een integraal beleid inzake geestelijke gezondheidszorg de bestaande en de nieuwe initiatieven, beschreven in dit protocol van meet af aan dienen opgestart te worden als onderdelen van de uit te bouwen forensische zorgtrajecten bestemd voor de deelpopulatie van kinderen en jongeren met een gerechtelijk statuut. (onderworpen aan een gerechtelijke maatregel).
Gelet op het feit dat deze forensische zorgtrajecten op hun beurt een onderscheiden (maar niet afgescheiden) samenhangend specifiek zorgaanbod dienen te vormen als een onderdeel van het globaal zorgprogramma voor de doelgroep kinderen en jongeren binnen een vooraf omschreven werkingsgebied, biedt de realisatie van forensische zorgtrajecten binnen een globaal zorgcircuit voor kinderen en jongeren door een netwerk van GGZ-voorzieningen meer garanties voor een geestelijke gezondheidszorg op maat en een continuïteit in de zorg voor deze doelgroep.
Gelet op het onderscheid dat in artikel 7, 2°, 11° van de wet van 13 juni 2006 tot wijziging van artikel 37, § 2, 11° van de wet van 08 april 1965 wordt gemaakt tussen een open en gesloten afdeling.
Gelet op het feit dat in de wet op de ziekenhuizen gecoördineerd op 07 augustus 1987 open en gesloten afdelingen niet bestaan.
Gelet op het feit dat overeenkomstig artikel 7, 2°, 11° van de wet van 13 juni 2006 tot wijziging van artikel 37, § 2 van de wet van 08 april 1965 de plaatsing in een gesloten afdeling enkel kan met toepassing van de wet van 26 juni 1990 betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke.
Gelet op de afwezigheid van normen inzake veiligheid voor de intensieve behandelunits.
Gelet op het feit dat sinds 2002 en in het kader van het protocol tussen de federale overheid en de gemeenschappen en gewesten, gepubliceerd op 26 juni 2007, voor de realisatie van een forensisch jeugdpsychiatrisch zorgnetwerk diverse projecten werden gestart en dat de situatie op datum van 01/09/2008 is : Vlaamse Gemeenschap : Intensieve behandelunits : 32 Crisis bedden : 16 Outreachteams : 5 Zorgtrajectcoördinatoren : 2 Therapeutische projecten : 2 Tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad Intensieve behandelunits : 20 (+8 Waalse Gewest) Crisis bedden : (4) * Outreachteams : 1 +(1) * Zorgtrajectcoördinator : 1 Therapeutisch project : 1 Waals Gewest : Intensieve behandelunits : 8 + 8 (+8) * Crisis bedden : 9 Outreachteams : 4 Zorgtrajectcoördinatoren : 2 Therapeutisch project : 0 (* deze plaatsen en het outreachteam moeten nog gerealiseerd worden).
Wordt overeengekomen wat volgt : De verdere uitbouw van dit gespecialiseerd aanbod voor kinderen en jongeren wordt gerealiseerd door 6 nieuwe eenheden van telkens 8 bedden op te starten : 3 in Vlaanderen, 1 in Brussel en 2 in Wallonië.
Deze bedden zijn niet beperkt tot de opvang van jongeren met een psychiatrische problematiek die vallen onder de toepassing van artikel 36, 4° en artikel 52 van de wet van 8 april 1965 betreffende de jeugdbescherming, het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd en het herstel van de door dit feit veroorzaakte schade, maar ze dienen wel bij voorkeur toegewezen te worden aan deze doelgroep. Deze bedden staan ook open voor de jongeren met psychiatrische problemen die onderworpen zijn aan andere gerechtelijke maatregelen of worden geplaatst via de toepassing van de wet van 26 juni 1990 betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke.
Per werkingsgebied (hof van beroep) dient in het kader van het samenwerkingsakkoord tussen de verschillende actoren onderling de opdrachten, de coördinatie en de doelgroep nader gespecificeerd te worden.
Deze eenheden worden omwille van de complementariteit aan het protocol als volgt toegewezen : voor de Vlaamse Gemeenschap : PC Sleidinge, UC Sint-Jozef te Kortenberg en PZ Sancta Maria te Sint-Truiden; voor het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad : kliniek Fond'Roy, zullen de 8 bedden, aangevuld met de 4 crisisbedden en de outreachequipe van het protocol FOR K, worden geïntegreerd in de toekomstige psychiatrische kliniek voor adolescenten die in totaal zal bestaan uit 52 plaatsen, zijnde de hoger genoemde bedden plus transfert vanuit Fond'Roy van 12 K en 8 K1 (welke voor Fond'Roy moeten vervangen worden door 12 A en 8 A1) en een bijkomende vraag voor 12 K1 en 8 K2. Dit project zal ten vroegste vanaf 1/1/2012 operationeel zijn; voor het Waals Gewest : 2 eenheden van 8 bedden. Voor eind februari 2009 zullen de betrokken ziekenhuizen worden bekend gemaakt.
De Vlaamse Gemeenschap verwacht, conform de afspraken opgenomen in het protocol, dat alle betrokken actoren dewelke vermeld zijn in het ontwerp van samenwerkingsovereenkomst, een evaluatie maken van het ontwerp van samenwerkingsovereenkomst om vervolgens om te zetten in een definitieve samenwerkingsovereenkomst tegen ten laatste : Eind 2009 voor de projecten die gestart zijn in 2008 of vroeger.
Eind 2010 voor de projecten die zullen starten in 2009.
De Minister van Volksgezondheid en Sociale Zaken verbindt er zich toe vanaf 1/1/2009 het budget beschikbaar te stellen voor de financiering van de hierboven vermelde intensieve behandelunits via het financieringsbesluit van de ziekenhuizen.
De Vlaamse Gemeenschap en de Gewesten verbinden zich er toe om de verdere uitbouw van het ambulante zorgaanbod in de centra geestelijke gezondheid voor deze doelgroep uit te werken.
De Vlaamse Gemeenschap zal op de toepassing van het decreet van 18 mei 1999 betreffende de geestelijke gezondheidszorg, toezien via een omzendbrief met het oog op het bevorderen van de samenwerking tussen bijzondere jeugdzorg en de Centra voor Geestelijke Gezondheidszorg en dit in het kader van een functionele samenwerking met de overige (federale) GGZ-actoren die een bijdrage leveren aan de GGZ-hulpverlening aan kinderen en jongeren.
Het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad : de bouwkosten voor een psychiatrische kliniek voor adolescenten ten laste te nemen in de bouwkalender voor een totale kost van euro 9 miljoen; in de ambulante sector (5 DGG) bestaat 41 % van het cliënteel uit kinderen. De middelen van deze sector werden in 2008 verhoogd (verschil barema en forfait sociale maribel/gesco wordt bijgepast); pilootproject met DGG Exil « geweld op school » werd opgestart : een vormings- en begeleidingsprogramma voor leerkrachten geconfronteerd met gewelddadig/problematisch gedrag van jongeren voorkomend uit de migratie en met ervaringen van structureel geweld in het land van herkomst.
Het Waals Gewest : 48 % van de gerealiseerde consultaties binnen de 61 diensten geestelijke gezondheid van het Waals Gewest bestaan uit het ten laste nemen van jongeren minder dan 18 jaar; een nieuw decreet betreffende de centra geestelijke gezondheid zal in werking treden in 2009 en een bijzondere aandacht werd gevestigd op kinderen en adolescenten in het kader van een actie-onderzoek omtrent het opstarten van een mobiele equipe; een herfinanciering van de sector is voorzien ten bedrage van euro 750.000 met een fasering van euro 450.000 in 2009; 3 nieuwe centra geestelijke gezondheid zijn voorzien voor 2009 waarvan één georiënteerd naar kinderen en adolescenten.
De Minister van Justitie verbindt er zich toe om : in overleg met de sector van de geestelijke gezondheidszorg te onderzoeken welke extra veiligheidsnormen nodig zijn voor de ten laste neming van kinderen en jongeren met een gerechtelijk statuut binnen deze intensieve behandelunits en de daarop aansluitende crisiscapaciteit; het Openbaar Ministerie en de jeugdrechters te informeren omtrent de inhoud en de implicaties van het protocol en van het aanhangsel teneinde een betere samenwerking te bekomen tussen de verschillende actoren; een koninklijk besluit op te stellen betreffende de bepaling van de minimumnormen inzake het verslag bedoeld in artikel 37, § 2, van de wet van 8 april 1965.
Dit aanhangsel treedt in werking op 1ste januari 2009.
Aldus overeengekomen te Brussel op 28 december 2008.
Voor de Federale Regering : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Justitie, J. VANDEURZEN Voor de Vlaamse Regering : De Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, S. VANACKERE Pour le Gouvernement wallon : La Ministre de la Santé, de l'Action sociale et de l'Egalité des Chances, D. DONFUT Für die Regierung der Deutschsprachigen Gemeinschaft: Der Minister für Ausbildung und Beschäftigung, Soziales und Tourismus, B. GENTGES Pour le Gouvernement de la Communauté française : La Ministre de l'Enfance, de l'Aide à la Jeunesse et de la Santé, Mme C. FONCK Voor het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brussel Hoofdstedelijk Gewest : Het Lid van het Verenigd College, bevoegd voor het Gezondheidsbeleid, G. VANHENGEL Voor het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest : Het Lid van het Verenigd College, bevoegd voor het Beleid inzake Bijstand aan Personen, Mevr. P. SMET