26 OKTOBER 2000. - Besluit van de Waalse Regering tot vastlegging van het investeringsprogramma 2000-2004 voor de sanering en de bescherming van waterwinningen

De Waalse Regering, Gelet op richtlijn 91/271/EEG van de Raad van 21 mei 1991 inzake de behandeling van stedelijk afvalwater, gewijzigd bij richtlijn 98/15/EG van 27 februari 1998;

Gelet op het decreet van 7 oktober 1985 betreffende de bescherming van het oppervlaktewater tegen verontreiniging, voor het laatst gewijzigd bij het decreet van 15 april 1999;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 19 oktober 2000;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 26 oktober 2000;

Gelet op het advies van de « Conseil supérieur des Villes, Communes et Provinces de la Région wallonne » (Hoge Raad van Steden, Gemeenten en Provincies van het Waalse Gewest), gegeven op 22 september 2000;

Gelet op het advies van de adviescommissie voor de bescherming van het water tegen verontreiniging, gegeven op 14 september 2000;

Gelet op het advies van de raad van bestuur van de « Société publique de Gestion de l'Eau » (Openbare Maatschappij voor Waterbeheer), gegeven op 6 oktober 2000;

Gelet op het beheerscontract gesloten op 29 februari 2000 tussen de Waalse Regering en de « Société publique de Gestion de l'Eau »;

Op de voordracht van de Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Leefmilieu, Besluit :

Artikel 1.Bijgaand investeringsprogramma 2000-2004 voor de sanering en de bescherming van de waterwinningen wordt goedgekeurd.

Art. 2.Het besluit van de Waalse Regering van 18 mei 1995 betreffende het meerjarige programma voor minder oppervlaktewatervervuiling en de uitvoering ervan wordt opgeheven.

Art. 3.De Minister tot wiens bevoegdheden het Waterbeleid behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Art. 4.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Namen, 26 oktober 2000.

De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Leefmilieu, M. FORET

Bijlage Investeringsprogramma 2000-2004 voor de sanering en de bescherming van waterwinningen Dit investeringsprogramma beoogt de sanering van agglomeraties met meer dan 2000 i.e. (inwoner-equivalenten) d.m.v. openbare saneringsvoorzieningen (zuiveringsstations en/of collectoren) en prioritaire afwatering, met inachtneming van de algemene gemeentelijke afwateringsplannen goedgekeurd door de voor het waterbeleid bevoegde Minister krachtens artikel 33 van het decreet van 7 oktober 1985 betreffende de bescherming van het oppervlaktewater tegen verontreiniging, gewijzigd bij de decreten van 23 juni 1994 en 15 april 1999.

Met dit programma moet het Waalse Gewest zich kunnen schikken naar artikel 4 van richtlijn 91/271/EEG van de Raad van 21 mei 1991 inzake de behandeling van stedelijk afvalwater.

De agglomeraties met meer dan 10 000 i.e. zijn prioritair, maar het is de bedoeling het gezamenlijke Waalse Gewest als kwetsbaar gebied in te delen. Op de allereerste plaats komen de infrastructuur van de hoofdstad van Wallonië en van de andere agglomeraties in aanmerking.

Dan volgen de agglomeraties met 2 000 à 10 000 i.e., waar de sanering uiterlijk 31 december 2005 voltooid moet zijn. Ten slotte kunnen bij wijze van uitzondering bepaalde saneringswerken in agglomeraties met minder dan 2 000 i.e. worden ondernomen, hoofdzakelijk om het leefmilieu te beschermen.

Daarnaast bestemt het programma een deel van de investeringen voor de vereiste bescherming van de winningen, de kleine onderhoudswerken en voor aanpassingswerken, via een bijkomende tertiaire behandeling, waardoor bestaande zuiveringsstations g 10 000 i.e. aan de normen kunnen voldoen.

Globaal programma voor de periode 2000-2004 (alle bedragen worden uitgedrukt in duizenden euro's, exclusief BTW) Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld UITVOERIG INVESTERINGSPROGRAMMA Inleiding Bovenvermelde bedragen worden jaarlijks uitgetrokken voor de werken waarvan een uitvoerige beschrijving in de onderstaande tabellen te vinden is. De bedragen worden vrijgemaakt na aanbesteding en aanvatting van de werken in de loop van het jaar na dat waarin ze hun bestemming hebben gekregen. De « Société publique de Gestion de l'Eau » moet zich nauwgezet houden aan de investeringen waarin dit programma voorziet.

De voor het waterbeleid bevoegde Minister kan, op voorstel van de « SPGE » en met inachtneming van het financieel plan dat zij in onderlinge overeenstemming met de Regering in het kader van het beheerscontract heeft opgemaakt, beslissen dat binnen dat programma bepaalde werken worden verwisseld om de Europese verplichtingen tijdig te kunnen nakomen. Als een werk om behoorlijk gewettigde redenen en buiten de wil van de « SPGE » onmogelijk uit te voeren is, kan laatstgenoemde de Minister voorstellen om dat werk te vervangen door een in reserve gehouden werk waarvan sprake is aan het einde van dit investeringsprogramma.

De door de « SPGE » gehaalde resultaten na uitvoering van dit saneringsprogramma worden geraamd op grond van een geconsolideerde tweejarige basis.

Bovendien kan de Minister om buitengewone milieuredenen projecten voor agglomeraties met minder dan 2 000 i.e. aan de goedkeuring van de Regering onderwerpen, steeds met inachtneming van het financiële plan van de « SPGE ».

De prioritaire afwateringswerken en de kleine onderhoudswerken worden door de « SPGE » bepaald en met inachtneming van de beschikbare bedragen uitgevoerd. De investeringen voor de prioritaire afwatering worden door de « SPGE » verricht overeenkomstig de door de Regering goedgekeurde wettelijke maatregelen. De « SPGE » neemt de nodige maatregelen om de desbetreffende dossiers aan te leggen.

Onderstaande tabellen bevatten de investeringsbedragen voor saneringswerken en voor de werken die nodig zijn om de stations g 10 000 i.e. aan de normen aan te passen.

De « SPGE » moet het programma voor de bescherming van de winningen uitvoeren en meer bepaald de handelingen bedoeld in artikel 5, § 2, 1°, 2°, 9°, 11° en 12°, van het decreet van 30 april 1990 op de bescherming en de exploitatie van grondwater en tot drinkwater verwerkbaar water.

De investeringsbedragen die in de bij dit besluit gevoegde tabellen opgenomen zijn, worden in miljoen BEF uitgedrukt.

OVERZICHT VAN DE INVESTERINGEN PER HYDROGRAFISCH ONDERBEKKEN Overeenkomstig artikel 2 van het decreet van 15 april 1999 slaat dit investeringsprogramma op het begrip 'hydrografische onderbekkens' met het oog op het toekomstig geïntegreerd beheer van de hydrografische bekkens. Het actieprogramma voor de waterkwaliteit bestaat uit o.a. het investeringsprogramma, dat geëvalueerd en aangepast wordt wanneer het goedgekeurd wordt.

Met het investeringsprogramma zal het aantal i.e. dat onder de openbare sanering in het Waalse Gewest valt, verhogen van 1 588 325 op 1 januari 2000 tot 3 815 205 eenheden op 31 december 2004. Daar ook agglomeraties met minder dan 2 000 i.e. in aanmerking zullen komen voor individuele zuivering, kan gesteld worden dat de openbare sanering in het Waalse Gewest voor 90 % uitgevoerd zal worden.

Die toestand wordt uitvoerig beschreven in de volgende tabel. De bijgevoegde kaarten visualiseren het resultaat per hydrografisch onderbekken na uitvoering van het programma.

DETAIL VAN DE INVESTERINGEN PER HYDROGRAFISCH ONDERBEKKEN Bestaande voorzieningen In dit programma opgenomen voorzieningen Later en apart uit te voeren DE INVIDIVIDUELE FICHES VAN DE INVESTERINGEN BIJVOEGEN Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 26 oktober 2000 tot vastlegging van het investeringsprogramma 2000-2004 voor de sanering en de bescherming van waterwinningen.

Namen, 26 oktober 2000.

De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Leefmilieu, M. FORET Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 26 oktober 2000 tot vastlegging van het investeringsprogramma 2000-2004 voor de sanering en de bescherming van waterwinningen.

Namen, 26 oktober 2000.

De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Leefmilieu, M. FORET