26 OKTOBER 2000. - Besluit van de Waalse Regering waarbij een subsidie wordt toegekend aan bedrijven die investeren in een gemakkelijker ontwikkeling van het vervoer over de bevaarbare waterwegen

De Waalse Regering, Gelet op het decreet van 16 december 1999 houdende de algemene uitgavenbegroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2000;

Gelet op de wetten op de rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991, inzonderheid op artikel 12, derde lid;

Gelet op de goedkeuring door de Europese Commissie;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, uitgebracht op 24 oktober 2000;

Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting;

Gelet op de gecoördineerde wetten op de Raad van State van 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat het voorgaande Waalse plan voor tegemoetkomingen inzake vervoer over de bevaarbare waterwegen dat vanaf 1 januari 1996 uitwerking had, gewijzigd werd met het oog op een nieuw plan dat de jaren 2000 tot en met 2003 bestrijkt;

Overwegende dat deze maatregel goedgekeurd werd door de Europese Commissie de dato 6 september 2000 en dat bedoelde maatregel uitwerking heeft vanaf 1 januari 2000, dat daarom onverwijld maatregelen dienen te worden getroffen zodat de Waalse schipperij zich verder doeltreffend kan aanpassen aan de context van concurrentie die het noodzakelijk gevolg is van de liberalisering van de markt in de Europese Unie;

Op de voordracht van de Minister van Economie, K.M.O.'s, Onderzoek en Nieuwe Technologieën, Besluit :

Artikel 1.Elke natuurlijke persoon, evenals elke rechtspersoon onder de vorm van een handelsvennootschap, hierna « bedrijf » genoemd, kunnen jaarlijks aanspraak maken op een subsidie ter hoogte van 30 pct. van het geïnvesteerde bedrag, zonder dat die jaarlijkse subsidie het bedrag van 5 000 000 frank per bedrijf mag overschrijden.

Art. 2.Recht op een subsidie hebben bedrijven die investeren in nieuwe vaste of mobiele niet-infrastructurele uitrustingen voor het verladen van vrachten, vrachtwagens uitgesloten.

Bedoelde investeringen moeten een geheel aan verrichtingen en uitgaven vormen die opgenomen dienen te worden in de activa van de balans onder de rubriek « vaste activa ».

De investeringen die daar in aanmerking voor kunnen komen, moeten minstens 1 000 000 frank bedragen.

Art. 3.Bedrijven die een subsidie aanvragen, moeten de wetsbepalingen die hun bedrijfsactiviteit regelen, naleven, alsook alle wetsbepalingen en regelgevingen inzake belastingen, sociale en milieuzaken.

Bovendien dienen alle bepalingen inzake boekhouding en jaarrekeningen zoals vervat in de wet van 17 juli 1975 met betrekking tot de boekhouding en de jaarrekeningen van de ondernemingen worden nageleefd.

Elk bedrijf verbindt zich wat de over de bevaarbare waterwegen vervoerde vracht betreft ertoe zijn tonnenmaat te verhogen en die verhoogde tonnenmaat te behouden over de periode van vier jaar na het jaar waarop geïnvesteerd werd.

Art. 4.§ 1. Elk dossier moet worden ingediend bij het Directoraat-generaal Economie en Tewerkstelling van het Ministerie van het Waalse Gewest, hierna « bestuur » genoemd, in een termijn van drie maanden vanaf het tijdstip waarop met de investeringen aangevangen werd.

Onder het tijdstip waarop met de investeringen aangevangen werd, dient de datum te worden verstaan waarop de eerste factuur werd opgesteld.

Bij wijze van uitzondering en indien behoorlijk gestaafd kunnen ook facturen die vóór de termijn van drie maanden bedoeld in het eerste lid geregistreerd werden, door de Minister van Economie en K.M.O.'s of de directeur-generaal van het bestuur worden aanvaard. § 2. Het dossier wordt door het bestuur overgemaakt aan het « Office de Promotion des Voies navigables » (Dienst voor de bevordering van de bevaarbare waterwegen), dat zodoende de verhoogde tonnenmaat vast kan stellen van de over de bevaarbare waterwegen vervoerde vracht waartoe het bedrijf zich moet verbinden. § 3. De investeringen moeten afgesloten zijn ten laatste vierentwintig maanden na de datum waarop het dossier werd ingediend.

Art. 5.De Minister van Economie en K.M.O.'s of de afgevaardigd ambtenaar stellen het bedrijf in kennis van de getroffen beslissing, waarin onder andere de verhoogde tonnenmaat meegedeeld wordt van de over de bevaarbare waterwegen vervoerde vracht waartoe het bedrijf zich moet verbinden.

Art. 6.Gestort wordt de subsidie pas na aanvraag door het bedrijf, dat de subsidie pas krijgt na verwezenlijking en betaling van elke investering en voor zover de voorwaarden bedoeld in artikel 3, eerste en tweede lid worden nageleefd.

Art. 7.Gestort wordt de subsidie pas nadat het bestuur nagekeken heeft of de investeringen werden verwezenlijkt. Geverifieerd wordt in samenwerking met het « Office de Promotion des Voies navigables », wat ofwel ter plaatse ofwel met behulp van alle door het bedrijf overgemaakte stukken gebeurt.

Het bestuur kijkt ook na of de voorwaarde bedoeld in artikel 3, derde lid werd nageleefd. Indien niet aan de eis inzake de tonnenmaat werd voldaan over de periode bedoeld in artikel 3, derde lid, moet de subsidie worden teruggestort.

Art. 8.Bedrijven die een subsidie kregen zonder dat ze er in een termijn van vijf jaar vanaf de datum waarop de investeringen werden afgesloten, gebruik van hebben gemaakt, of indien ze de investeringen afstoten dan wel ophouden er met de doeleinden en tegen de voorwaarden zoals bedoeld van gebruik te maken, moeten de subsidie terugstorten.

Art. 9.Bij wijze van overgangsmaatregel mogen bedrijven voor het jaar 2000 hun dossier indienen zonder dat rekening wordt gehouden met de termijn van drie maanden zoals vastgesteld in artikel 4, § 1.

Art. 10.Dit besluit heeft uitwerking vanaf 1 januari 2000 en zal niet meer van toepassing zijn op 31 december 2003.

Art. 11.De minister van Economie en K.M.O.'s is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 26 oktober 2000.

De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Economie, K.M.O.'s, Onderzoek en Nieuwe Technologieën, S. KUBLA