Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 23 september 2004
gepubliceerd op 04 november 2004

Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van bijlage I bij het besluit van de Waalse Regering van 10 oktober 2002 betreffende het duurzame beheer van stikstof in de landbouw

bron
ministerie van het waalse gewest
numac
2004203294
pub.
04/11/2004
prom.
23/09/2004
ELI
eli/besluit/2004/09/23/2004203294/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

23 SEPTEMBER 2004. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van bijlage I bij het besluit van de Waalse Regering van 10 oktober 2002 betreffende het duurzame beheer van stikstof in de landbouw


De Waalse Regering, Gelet op het decreet van 7 oktober 1985 inzake de bescherming van het oppervlaktewater tegen vervuiling, inzonderheid op de artikelen 40, 41, 42 en 46;

Gelet op het decreet van 30 april 1990 op de bescherming en de exploitatie van het grondwater en het tot drinkwater verwerkbaar water, inzonderheid op de artikelen 8 en 9, gewijzigd bij de decreten van 23 december 1993, 7 maart 1996, 11 maart 1999 en 15 april 1999;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 10 oktober 2002 betreffende het duurzame beheer van stikstof in de landbouw;

Overwegende de Richtlijn 91/676/EEG van de Raad van 12 december 1991 inzake de bescherming van water tegen verontreiniging door nitraten uit agrarische bronnen;

Overwegende dat het besluit van de Waalse Regering van 10 oktober 2002 betreffende het duurzame beheer van stikstof in de landbouw (het « nitratenbesluit ») bepaalt in zijn artikelen 12, § 4, 13, § 5 en 14, § 2 dat de dimensionering van de opslaginfrastructuren voor dierlijke mest vastgesteld is op grond van de gegevens opgenomen in de tabel van bijlage I bij het besluit;

Overwegende dat de ervaring in het veld van de V.Z.W. Nitrawal bij de analyse van concrete gevallen van aanpassing aan de normen van de opslaginfrastructuren aantoont dat de fokomstandigheden (verblijfplaats, ras, rantsoen, grondbedekking, onderhoud van gebouwen,...) het type en het volume van de uitwerpselen sterk beïnvloeden; overwegende dat om in te spelen op die heterogeniteit, het « nitratenbesluit » voorziet in de mogelijkheid om af te wijken van de gemiddelde waarden van bijlage I met verantwoording van de volumen die effectief voortgebracht worden in het bedrijf (artikelen 12, § 7, 13, § 8 en 14, § 2 van het "nitratenbesluit");

Overwegende dat het beroep op de afwijkende regeling de bijzondere gevallen moet betreffen maar niet de gangbaarste gevallen die blijven ressorteren onder bijlage I;

Overwegende dat het steeds duidelijker is dat de in bijlage I vermelde productievolumen van dierlijke mest niet altijd overeenstemmen met de gangbaarste gevallen en soms leiden tot een belangrijke overdimensionering van de te bouwen kuipen en kuilen, in het bijzonder voor in stallen gehouden vastgebonden runderen (zeer gangbaar in het Waalse Gewest) en vetgemeste varkens op roostervloer of op stalstro;

Overwegende dat dit overdimensioneringsprobleem kan leiden tot bijkomende en nutteloze uitgaven voor landbouwers alsook voor de collectiviteit; overwegende bovendien dat een risico bestaat dat landbouwers de afwijkende dimensionering systematisch zullen kiezen met als gevolg een mogelijke verzadiging van de Administratie;

Overwegende dat de kennis over dat onderwerp in het Waalse Gewest onlangs geüpdatet zijn door een geheel van door de Waalse Regering gemachtigde partners (V.Z.W. Nitrawal, FWA, Aquawal, UCL, FSAGx); overwegende dat die werken de technische en wetenschappelijke basis vormen van deze wijziging;

Overwegende dat deze wijziging de herziening van bijlage I bij het « nitratenbesluit » beoogt om zich aan te passen aan de werkelijkheid van de veehouderijen in het Waalse Gewest;

Op de voordracht van de Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme, Besluit :

Artikel 1.Bijlage I bij het besluit van de Waalse Regering van 10 oktober 2002 betreffende het duurzame beheer van stikstof in de landbouw wordt gewijzigd als volgt : Overeenstemmingstabel met betrekking tot de productie van dierlijke mest (Gemiddeld productievolume van dierlijke mest per periode van 6 maanden) Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag van de ondertekening ervan.

Art. 3.De Minister van Leefmilieu is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 23 september 2004.

De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme B. LUTGEN

^