23 MAART 2006. - Besluit van de Waalse Regering tot goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Adviescommissie inzake verslavingen

De Waalse Regering, Gelet op het decreet van 27 november 2003 betreffende de erkenning en de subsidiëring van de hulp- en zorgverleningsnetwerken en diensten gespecialiseerd in verslavingen, inzonderheid op artikel 21;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 3 juni 2004 tot uitvoering van het decreet van 27 november 2003 betreffende de erkenning en de subsidiëring van de hulp- en zorgverleningsnetwerken en diensten gespecialiseerd in verslavingen, inzonderheid op artikel 36;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 17 februari 2005 tot benoeming van de voorzitter, de ondervoorzitters en de leden van de Adviescommissie inzake verslavingen;

Gelet op het huishoudelijk reglement opgemaakt door de Adviescommissie inzake verslavingen tijdens haar zitting van 30 juni 2005;

Overwegende dat het huishoudelijk reglement van de Adviescommissie inzake verslavingen goedgekeurd moet worden door de Waalse Regering;

Op de voordracht van de Minister van Gezondheid, Sociale Actie en Gelijke Kansen, Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Dit besluit regelt, overeenkomstig artikel 138 van de Grondwet, een materie bedoeld in artikel 128, § 1, van de Grondwet.

Art. 2.Het huishoudelijk reglement van de Adviescommissie inzake verslavingen, dat als bijlage bij dit besluit gaat, is goedgekeurd door de Waalse Regering.

Art. 3.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het ondertekend wordt.

Art. 4.De Minister van Gezondheid, Sociale Actie en Gelijke Kansen is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 23 maart 2006.

De Minister-President, E. DI RUPO De Minister van Gezondheid, Sociale Actie en Gelijke Kansen, Mevr. Ch. VIENNE

Bijlage Adviescommissie inzake verslavingen Huishoudelijk reglement TITEL I. - De Commissie

Art. 2.De Commissie vergadert op verzoek van haar voorzitter : 1. telkens als het nodig is voor het onderzoek van de dossiers die haar overgelegd worden overeenkomstig de artikelen 7, 10, 14, 16 en 17 van het besluit;2. op verzoek van minstens 9 leden die minstens drie van de groepen bedoeld in artikel 20, § 1, 1° tot 11° van het decreet vertegenwoordigen;3. op verzoek van het bureau;4. als de Minister die voor het gezondheidsbeleid bevoegd is haar om advies verzoekt. In alle gevallen vindt de vergadering plaats uiterlijk binnen twee maanden na ontvangst van het verzoek. In geval van hoogdringende noodzakelijkheid wordt die termijn tot vijftien dagen ingekort.

De Commissie vergadert minstens drie keer per jaar.

Art. 3.De vergaderingen van de Commissie worden bijgewoond door de gewone leden of, in geval van verhindering, door hun plaatsvervangers.

Als een gewoon lid een vergadering niet kan bijwonen, verwittigt het onmiddellijk en persoonlijk zijn plaatsvervanger, alsook het secretariaat van de Commissie.

De niet gemotiveerde afwezigheid van een gewoon lid en van diens plaatvervanger op drie opeenvolgende vergaderingen wordt door de voorzitter aan de Minister meegedeeld.

Art. 4.De datum, het uur en de agenda van de zittingen worden door het bureau vastgelegd.

De oproepingen, waarin de agenda, de datum, het uur en de plaats van de zitting vermeld worden samen met de algemene documenten minstens tien dagen vóór de datum van de vergadering door het secretariaat naar de gewone leden gestuurd.

In geval van hoogdringende noodzakelijkheid wordt de oproepingstermijn tot drie dagen ingekort.

De oproeping gaat vergezeld van de notulen van de vorige vergadering en van de algemene adviezen die er bij gevoegd worden. Ze worden ook aan de plaatsvervangende leden meegedeeld.

Art. 5.De zetel van de Commissie is gevestigd in de kantoren van het Directoraat-generaal Sociale Actie en Gezondheid.

De vergaderingen van de Commissie worden met gesloten deuren gehouden.

De Commissie kan pas geldig advies uitbrengen als minstens de helft van de leden aanwezig zijn.

Als het quorum niet bereikt wordt, wordt uiterlijk binnen vijftien dagen een andere vergadering met dezelfde agenda belegd. De Commissie heeft dan op geldige wijze zitting, ongeacht het aantal aanwezige leden.

Art. 6.Alleen de agendapunten kunnen het voorwerp zijn van een debat en een beraadslaging.

De Commissie kan evenwel bij gewone meerderheid van de aanwezige leden beslissen elk dringend punt op de agenda te plaatsen.

Art. 7.De voorzitter opent en sluit de debatten.

De voorzitter geeft kennis van de agendapunten.

Bij afwezigheid van de voorzitter wordt de Commissie om de beurt door de ondervoorzitters voorgezeten.

Bij hun afwezigheid wordt het voorzitterschap door het oudste gewoon lid waargenomen.

Art. 8.Er wordt bij handopsteken gestemd en de beslissingen worden bij gewone meerderheid van de aanwezige leden genomen, waarbij geen rekening met onthoudingen wordt gehouden.

Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter van de zitting doorslaggevend.

Het advies dat aan de Minister gegeven wordt, vermeldt de uitslag van de stemming.

Art. 9.Elk lid dat persoonlijk betrokken is bij een door de Commissie behandeld dossier mag niet deelnemen aan het debat en aan de stemming i.v.m. het advies betreffende dat verzoek en verlaat de zitting uit eigen beweging.

Dat verbod wordt namelijk toegepast als een lid van de Commissie bestuurder of personeelslid is van een inrichting die belang heeft bij een agendapunt.

Als de realiteit van een rechtstreeks belang van één of meer leden betwist wordt, beraadslaagt de Commissie in aanwezigheid van dat lid (die leden).

Art. 10.De adviezen bedoeld in artikel 19, § 2, van het decreet worden uiterlijk binnen tien dagen na hun aanneming aan de administratie en aan de Minister van Gezondheid overgemaakt.

De adviezen worden ondertekend door de voorzitter of één van de ondervoorzitters en door de secretaris.

De adviezen zijn omstandig en vermelden desgevallend minderheidsnota's op verzoek van minstens 3 leden die minstens twee van de groepen bedoeld in artikel 20, § 1, l° tot 11°, van het decreet vertegenwoordigen.

Art. 11.De notulen van de zitting worden op de volgende vergadering ter goedkeuring aan de Commissie voorgelegd.

Opmerkingen die geuit en aangenomen worden, worden opgenomen in de notulen van de zitting in de loop waarvan ze geformuleerd werden.

De debatten, stemmingen en adviezen worden vermeld in de notulen. Ze worden ondertekend door de voorzitter of één van de ondervoorzitters en door de secretaris.

TITEL II. - Thematische werkgroepen

Art. 12.De Commissie kan binnen haar midden één of meer thematische werkgroepen oprichten en een specifiek vraagstuk laten onderzoeken.

De plaatsvervangende leden mogen deel uitmaken van een thematische werkgroep.

De thematische werkgroepen worden voorgezeten door een lid dat door de Commissie aangewezen wordt.

De voorzitter en de ondervoorzitters van de Commissie wonen de vergaderingen van de thematische werkgroepen bij als ze het nuttig achten.

De voorzitters van de thematische werkgroepen brengen periodiek en minstens één keer per jaar verslag uit aan de Commissie over de stand van vordering van de werken.

Art. 13.Een lid van de administratie woont alle vergaderingen van de thematische werkgroepen bij. Het wordt speciaal belast met het opstellen van de notulen. Het is verantwoordelijk voor de bewaring van de stukken van de thematische werkgroep.

TITEL III. - Het bureau

Art. 14.Onverminderd de bepalingen van artikel 32, derde lid, van het besluit worden de vertegenwoordigers van de Regering en de secretaris van de Commissie voortdurend uitgenodigd op de vergaderingen van het bureau.

Het bureau vergadert na oproeping door de voorzitter telkens als het nodig is voor de goede afloop van de werken van de Commissie.

Het bureau vergadert ook op verzoek van minstens drie van zijn leden.

Art. 15.De secretaris van de Commissie neemt het secretariaat van de werken van het bureau waar. Hij wordt speciaal belast met de verzending van de oproepingen en met het opstellen van de notulen. Hij is verantwoordelijk voor de bewaring van de stukken van het bureau.

TITEL IV. - De deskundigen

Art. 16.Al naargelang van de noden kan een beroep worden gedaan op deskundigen die bijzonder bevoegd zijn om de Commissie of de thematische werkgroepen in te lichten. Hun aanwijzing behoeft de instemming van de Commissie. Ze mogen niet deelnemen aan de beraadslagingen van de Commissie of van de thematische werkgroepen.

TITEL V. - Gedragscode

Art. 17.De leden van de Commissie en de deskundigen zijn gehouden tot een algemene terughoudendheidsplicht in de uitoefening van hun opdrachten.

De grootste vertrouwelijkheid wordt in acht genomen voor de dossiers betreffende natuurlijke personen en/of instellingen.

De Regering kan een einde maken aan het mandaat van elk lid dat niet voldoet aan de verplichtingen bedoeld in het eerste en het tweede lid.

TITEL VI. - Gemeenschappelijke regels

Art. 18.Er wordt een presentielijst opgesteld voor alle vergaderingen van de Commissie, het Bureau en de thematische werkgroepen.

Ze wordt getekend door de aanwezige leden en eventueel door de deskundigen.

Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 23 maart 2006 tot goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Adviescommissie inzake verslavingen.

Namen, 23 maart 2006.

De Minister-President, E. DI RUPO De Minister van Gezondheid, Sociale Actie en Gelijke Kansen, Mevr. Ch. VIENNE