Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 19 juli 2001
gepubliceerd op 08 september 2001

Besluit van de Waalse Regering met betrekking tot het gemeentelijk actieprogramme inzake de huisvesting

bron
ministerie van het waalse gewest
numac
2001027490
pub.
08/09/2001
prom.
19/07/2001
ELI
eli/besluit/2001/07/19/2001027490/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

19 JULI 2001. - Besluit van de Waalse Regering met betrekking tot het gemeentelijk actieprogramme inzake de huisvesting


De Waalse Regering, Gelet op de Waalse Huisvestingscode, inzonderheid op artikel 188;

Gelet op het advies van de"Conseil supérieur des Villes, Communes et Provinces de la Région wallonne" (Hoge Raad van Steden, Gemeenten en Provincies van het Waalse Gewest), gegeven op 15 mei 2001;

Gelet op de beraadslaging van de Regering over de vraag om advies door de Raad van State binnen een termijn van minder dan één maand;

Gelet op advies 31.850/4 van de Raad van State, gegeven op 10 juli 2001, in uitvoering van artikel 84, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van de Minister van Huisvesting;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Het actieprogramma inzake de huisvesting zoals bedoeld in artikel 188 van de Waalse Huisvestingscode omschrijft het gemeentelijk huisvestingsbeleid en wordt uitgewerkt overeenkomstig artikel 188, § 1, van de Waalse Huisvestingscode, met het oog op het doorvoeren van acties die in overeenstemming zijn met het gewestelijk huisvestingsbeleid.

Doel van het programma is om in overleg met alle actoren : 1° de noden inzake de huisvesting te lenigen, waarbij de aandacht vooral uitgaat naar de wijken die de zwaarste tekenen van verval vertonen en waarbij bijgedragen wordt tot de regulering van de woonmarkt in gebieden met een hoge vastgoeddruk;2° de sociale cohesie te bevorderen;3° het bestaan van lege en ongezonde woningen tegen te gaan;4° de soorten woningen die op het grondgebied van de gemeenten beschikbaar zijn, te diversifiëren;5° de verwezenlijking van transit-, integratie-, sociale, met sociale woningen gelijkgestelde en middelgrote woningen mogelijk te maken.

Art. 2.Het actieprogramma inzake de huisvesting zoals bedoeld in artikel 188 van de Waalse Huisvestingscode is ingebed in het gewestelijk beleid dat ontwikkeld wordt in het gewestelijk ruimtelijk ontwikkelingsplan, namelijk : 1° structurering der steden en dorpen door versterking van hun centrale functie, door verdichting van de bebouwing, door bevordering van de functionele en sociale vermenging, door uitbouw van centrum en wijken die volgens dezelfde principes georganiseerd worden;2° basering van de steden op de huisvesting en grotere bewoonbaarheid, waarbij leefklimaat en uitrusting verbeterd worden. Het programma baseert zich op de opties die de gemeenten in voorkomend geval gekozen hebben naar aanleiding van de globale bezinning die ze over de huisvestingsproblematiek gehouden hebben in het kader van het gemeentelijk programma voor plattelandsontwikkeling In het programma wordt rekening gehouden met de doelstellingen en de beginselen van de acties die gevoerd dienen te worden om het recht op menswaardig wonen te verwezenlijken en die de gemeenten, de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en de provincies in overleg met de andere actoren inzake de huisvesting hebben vastgelegd.

In het programma wordt de nadruk gelegd op de samenwerkingsverbanden en, in elke actie, op de diversificatie van de woningen.

In de uitvoering van het programma nemen de gemeenten de coördinatie van de acties van de operatoren op zich waarbij zij steunen op de plaatselijke actoren die actief zijn inzake de huisvesting.

Art. 3.Het actieprogramma inzake de huisvesting zoals bedoeld in artikel 188 van de Waalse Huisvestingscode onderstreept de aandachtspunten van de gemeenten.

Het programma wordt opgesteld voor een periode van drie jaar en houdt het volgende in : 1° de acties waarvan sprake in artikel 188, § 1, van de Waalse Huisvestingscode;2° de acties inzake de huisvesting waarvoor bij het opstellen van het programma de ruimtelijke toewijzing nog ontbrak;3° de niet-materiële acties inzake de huisvesting, daarbij inbegrepen de acties die gestalte geven aan de sociale dimensie van het huisvestingsbeleid;4° voor elke operator, de financiële en menselijke middelen die beschikbaar zijn om de acties te verwezenlijken. Daarbij wordt een globale analyse van de bestaande toestand gevoegd, waaruit opgemaakt kan worden welke de voornaamste belastende factoren, de gebreken, de mogelijkheden, de tendenzen en de noden inzake de huisvesting op het gemeentelijk grondgebied zijn.

Bedoelde analyse wordt onder meer opgemaakt op grond van de beschikbare gegevens die verstrekt worden door het Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Patrimonium, en kan in kaartvorm worden uitgebracht.

Art. 4.De Minister van Huisvesting bepaalt het model voor de opstelling van het actieprogramma inzake de huisvesting zoals bedoeld in artikel 188 van de Waalse Huisvestingscode, evenals de bij te voegen documenten en de inhoud van de analyse bedoeld in artikel 3.

Art. 5.Meerdere gemeenten kunnen een programma voorstellen waarvan sommige acties via een samenwerkingsverband tot stand komen. De gemeenschappelijke delen van dat programma worden goedgekeurd door de respectievelijke gemeenteraden.

Art. 6.Een afschrift van het door de gemeenteraad goedgekeurde programma wordt overwijld overgemaakt aan het Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Patrimonium. Ingeval er een financiële tussenkomst van het Gewest wordt aangevraagd, wordt ook een afschrift bijgevoegd van de overmaking van het programma aan de « Société wallonne du Logement » (Waalse Huisvestingsmaatschappij) en aan de provinciegouverneur.

Art. 7.Het eerste programma loopt over de periode 2001-2003. Voor het jaar 2001 worden daarin alle projecten begrepen waarmee reeds principieel werd ingestemd of die door de Minister werden goedgekeurd.

De beslissing om bedoelde projecten buiten het programma te houden, moet door de gemeenten met redenen worden omkleed.

Art. 8.Dit besluit treedt in werking de dag van diens bekendmaking in het Belgisch Staatsblad.

Art. 9.De Minister van Huisvesting is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 19 juli 2001.

De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Begroting, Huisvesting, Uitrusting en Openbare Werken, M. DAERDEN

^