gepubliceerd op 20 juli 2017
Besluit van de Waalse Regering tot vaststelling van het statuut van de wetenschappelijke personeelsleden
15 JUNI 2017. - Besluit van de Waalse Regering tot vaststelling van het statuut van de wetenschappelijke personeelsleden
De Waalse Regering, Gelet op de bijzondere
wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
08/08/1980
pub.
11/12/2007
numac
2007000980
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits
sluiten tot hervorming der instellingen, artikel 87, § 3, vervangen bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988 en laatst gewijzigd bij de wet van 6 januari 2014;
Gelet op artikel 2 van het decreet van 22 januari 1998Relevante gevonden documenten type decreet prom. 22/01/1998 pub. 04/02/1998 numac 1998027050 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende het statuut van het personeel van sommige instellingen van openbaar nut die onder het Waalse Gewest ressorteren sluiten houdende het statuut van het personeel van sommige instellingen van openbaar nut die onder het Waalse Gewest ressorteren;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 18/12/2003 pub. 31/12/2003 numac 2003027783 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering houdende de Waalse Ambtenarencode type besluit van de waalse regering prom. 18/12/2003 pub. 31/12/2003 numac 2003027782 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de voorwaarden voor de indienstneming en de administratieve en geldelijke toestand van de contractuele personeelsleden type besluit van de waalse regering prom. 18/12/2003 pub. 02/02/2004 numac 2004200195 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de voorwaarden van indienstneming van de contractuele personeelsleden van de « Office wallon de la Formation professionnelle et de l'Emploi » en hun administratieve en geldelijke toestand sluiten houdende de Waalse Ambtenarencode, Titel XVII, laatst gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 21 april 2016;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 11 juli 2016;
Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 14 juli 2016;
Gelet op de instemming van de Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 14 juli 2016;
Gelet op het rapport van 6 december 2016 opgesteld overeenkomstig artikel 3, 2°, van het decreet van 11 april 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 11/04/2014 pub. 06/06/2014 numac 2014203532 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen sluiten houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen;
Gelet op het onderhandelingsprotocol nr. 707 van het Sectorcomité nr.
XVI, gesloten op 14 oktober 2016;
Gelet op het advies van de Raad van State nr. 60.366/4, gegeven op 28 november 2016, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister van Ambtenarenzaken;
Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Wijzigingen in het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 18/12/2003 pub. 31/12/2003 numac 2003027783 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering houdende de Waalse Ambtenarencode type besluit van de waalse regering prom. 18/12/2003 pub. 31/12/2003 numac 2003027782 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de voorwaarden voor de indienstneming en de administratieve en geldelijke toestand van de contractuele personeelsleden type besluit van de waalse regering prom. 18/12/2003 pub. 02/02/2004 numac 2004200195 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de voorwaarden van indienstneming van de contractuele personeelsleden van de « Office wallon de la Formation professionnelle et de l'Emploi » en hun administratieve en geldelijke toestand sluiten houdende de Waalse Ambtenarencode
Artikel 1.Titel XVII van Boek I van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 18/12/2003 pub. 31/12/2003 numac 2003027783 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering houdende de Waalse Ambtenarencode type besluit van de waalse regering prom. 18/12/2003 pub. 31/12/2003 numac 2003027782 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de voorwaarden voor de indienstneming en de administratieve en geldelijke toestand van de contractuele personeelsleden type besluit van de waalse regering prom. 18/12/2003 pub. 02/02/2004 numac 2004200195 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de voorwaarden van indienstneming van de contractuele personeelsleden van de « Office wallon de la Formation professionnelle et de l'Emploi » en hun administratieve en geldelijke toestand sluiten houdende de Waalse Ambtenarencode, laatst gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 21 april 2016, wordt vervangen als volgt: Titel XVII. - Wetenschappelijk personeel HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen
Art. 289.§ 1. Onder wetenschappelijk personeelslid wordt verstaan het personeelslid dat houder is van een graad bedoeld in artikel 290, § 1.
De diensten van de Waalse Overheidsdienst en de in bijlage XIV opgesomde instellingen van openbaar nut, hierna diensten en instellingen genoemd, nemen wetenschappelijke personeelsleden in dienst.
Het organogram van de diensten of instellingen bepaalt de aan de wetenschappelijke personeelsleden voorbehouden betrekkingen.
Deze worden toegewezen, op voordracht van de in artikel 294 bedoelde wetenschappelijke jury, door de Regering of, in de betrokken instelling, door het beheersorgaan van laatstgenoemde. § 2. De bepalingen van de andere titels van dit Boek alsook van de Boeken II, III en IV zijn van toepassing op de wetenschappelijke personeelsleden voor zover deze Titel daarvan niet afwijkt.
Voor de toepassing van deze bepalingen worden de wetenschappelijke personeelsleden die houder zijn van de graad vermeld in de linkerkolom geacht personeelsleden te zijn die houder zijn van de overeenstemmende graad vermeld in de rechterkolom van onderstaande tabel:
Wetenschappelijk Directeur
Directeur
Wetenschappelijk adviseur
Adviseur
Onderzoeksleider
Eerste attaché
Lasthebber voor onderzoek
Eerste attaché
Eerstaanwezend wetenschappelijk attaché
Attaché
Wetenschappelijk attaché
Attaché
Art. 290.§ 1. De wetenschappelijke loopbaan omvat drie rangen in niveau A: 1° rang A4;2° rang A5;3° rang A6. De rang bepaalt het belang betreffende een graad in het niveau.
De graden worden tussen de rangen ingedeeld als volgt: 1° in de rang A4, de graden van wetenschappelijk directeur en wetenschappelijk adviseur;2° in de rang A5, de graden van onderzoeksleider en lasthebber voor onderzoek;3° in de rang A6, de graden van eerstaanwezend wetenschappelijk attaché en wetenschappelijk attaché. Met uitzondering van de verhoging in graad tot de graad van wetenschappelijk directeur, hangt de overgang van een personeelslid in opeenvolgende orde naar die verschillende graden en rangen niet van een vacante betrekking af.
Hij wordt geregeld door de bepalingen van de afdelingen I tot IV van hoofdstuk III. § 2. De graden van wetenschappelijk attaché en eerstaanwezend wetenschappelijk attaché worden toegekend aan de personeelsleden die in rang A worden aangeworven onder de volgende voorwaarden: 1° wetenschappelijk attaché: houder zijn van een diploma of een studietitel die toegang geeft tot het niveau A en vermeld in bijlage III;2° eerstaanwezend wetenschappelijk attaché: a) houder zijn van de academische graad van doctor van de derde cyclus verworven na de verdediging van een proefschrift;b) ofwel houder zijn van een diploma of studietitel die toegang geeft tot het niveau A en vermeld in bijlage III en het bewijs leveren van wetenschappelijke activiteiten die door de wetenschappelijke jury erkend worden als gelijkwaardig met het niveau van de academische graad van doctor van de derde cyclus verworven na de verdediging van een proefschrift.
Art. 291.Een weddeschaal wordt toegekend aan de houder van een graad overeenkomstig volgende lijst: 1° weddeschaal A4Sc voor de graad van wetenschappelijk directeur;2° weddeschaal A4/2 voor de graad van wetenschappelijk adviseur;3° weddeschaal A5Sc/bis voor de graad van onderzoeksleider;4° weddeschaal A5Sc voor de graad van lasthebber voor onderzoek;5° weddeschaal A6Sc voor de graad van eerstaanwezend wetenschappelijk attaché;6° weddeschaal A6/1 voor de graad van wetenschappelijk attaché.
Art. 292.§ 1. Onder wetenschappelijke anciënniteit wordt de duur verstaan: 1° van de diensten gepresteerd in de stand dienstactiviteit door het personeelslid sedert zijn indiensttreding als wetenschappelijk personeelslid van één van de diensten of instellingen;2° van de opdrachten uitgeoefend door het personeelslid in het belang van het hoger onderwijs of van de wetenschap, ook al werd het personeelslid, om die te verrichten, in de stand non-activiteit geplaatst. Als wetenschappelijke anciënniteit wordt eveneens in aanmerking genomen: 1° de duur van de diensten die door het personeelslid werden gepresteerd vóór zijn indiensttreding in de diensten of instellingen, als lid van het onderwijzend of wetenschappelijk personeel, met inbegrip van de vrijwillige assistenten, van een Belgische universiteit of ermee gelijkgestelde instelling krachtens de gecoördineerde wetten op het toekennen van de academische graden en het programma van de universitaire examens;2° de duur van de wetenschappelijke activiteit van het personeelslid, vóór zijn indiensttreding in die instellingen, als begunstigde van een bezoldiging of een subsidie toegekend door : a) de Staat, een Gemeenschap, een Gewest, een Gemeenschapscommissie of een internationale instelling die door één van voormelde overheden wordt erkend, of een buitenlandse staat die met België door een cultureel akkoord wordt gebonden;b) de provincies, de gemeenten, het Nationaal Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek, alsook alle andere openbare of private diensten of instellingen voor wetenschappelijk onderzoek of voor financiering van het wetenschappelijk onderzoek, op voorwaarde dat die instellingen of diensten waarbij de wetenschappelijke activiteit werd uitgeoefend, vermeld staan op de lijst die door de Regering wordt bepaald. De duur van de diensten gepresteerd als titularis van een ambt houdende onvolledige prestaties wordt tot het passende beloop geraamd. § 2. Naast de in artikel 238 van de Code bedoelde in aanmerking komende diensten, komen in aanmerking voor het berekenen van de geldelijke anciënniteit, de diensten die in aanmerking komen voor de berekening van de wetenschappelijke anciënniteit zoals bepaald in § 1.
Art. 293.§ 1 Onder voorbehoud van het recht van de overheid om de betrekking in te vullen door reaffectatie van ambtswege, door mutatie van ambtswege of door interne of externe mobiliteit van ambtswege wordt de vacante betrekking van wetenschappelijk directeur achtereenvolgens ingevuld bij : 1° mutatie, reaffectatie, of bevordering door verhoging in graad van een wetenschappelijk personeelslid uit dezelfde personeelsformatie of de organogrammen ervan;2° bevordering door verhoging in graad van een wetenschappelijk personeelslid uit een andere personeelsformatie of de organogrammen ervan, interne of externe mobiliteit. § 2. Onder voorbehoud van het recht van de overheid om de betrekking in te vullen door reaffectatie van ambtswege, door mutatie van ambtswege of door interne of externe mobiliteit van ambtswege wordt de vacante betrekking van wetenschappelijk attaché of van eerstaanwezend wetenschappelijk attaché achtereenvolgens ingevuld bij: 1° mutatie of interne mobiliteit;2° werving. Het directiecomité waaronder de betrekking ressorteert, kan evenwel afwijken van het eerste lid. In dit geval brengt het comité de secretaris-generaal hiervan op de hoogte die de betrekking achtereenvolgens invult bij: 1° mutatie of interne mobiliteit;2° externe mobiliteit;3° werving.
Art. 294.§ 1. Voor ieder van de diensten en instellingen wordt een wetenschappelijke jury ingesteld die, voor de werving van wetenschappelijke personeelsleden, samengesteld wordt als volgt: 1° als voorzitter: de afgevaardigd bestuurder van SELOR of diens afgevaardigde;2° als lid: a) de inspecteur-generaal onder wiens gezag de dienst staat of, voor de instelling, de leidend ambtenaar staat, of hun afgevaardigde van minstens rang A4;b) een vertegenwoordiger van minstens rang A4 van de dienst of de instelling;c) drie leerkrachten als gewoon lid en drie leerkrachten als plaatsvervangend lid, bevoegd in de wetenschappelijke vakken behandeld door de dienst of de instelling en afkomstig van Franstalige instellingen van het universitair onderwijs die over derde cycli in de betrokken vakken beschikken om het geheel van de universitaire gemeenschap te vertegenwoordigen;d) een vertegenwoordiger van de Functionele en steundirectie van het Secretariaat-generaal of van het betrokken Directoraat-generaal van de Waalse Overheidsdienst of, voor de instelling, een vertegenwoordiger van de dienst belast met human resources van deze instelling;deze vertegenwoordiger wordt als verslaggever aangewezen en is niet stemgerechtigd.
De in het eerste lid, 2°, bedoelde leerkrachten worden voor een periode van drie jaar, die één keer verlengbaar is, door de Regering aangewezen.
Ze genieten de vergoedingen voor reis- en verblijfkosten toegekend aan de personeelsleden van het Gewest. Ze ontvangen 75 EUR presentiegeld per halve dag zitting. Dit bedrag wordt gekoppeld aan spilindex 138,01 van 1 januari 1990 en wordt geïndexeerd overeenkomstig artikel 247.
De beslissingen worden bij meerderheid van de stemmen genomen. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend De wetenschappelijke jury die overeenkomstig deze paragraaf wordt samengesteld, brengt de adviezen uit en doet de voorstellen die vereist zijn voor de toegang tot de betrekking en de rangschikking van de kandidaten. § 2. Onverminderd § 1, leden 2 tot 4, wordt de wetenschappelijke jury, indien hij uitspraak moet doen over de stage of de bevordering van een wetenschappelijk personeelslid, samengesteld als volgt: 1° als voorzitter: de inspecteur-generaal onder wiens gezag de dienst staat of de leidend ambtenaar van de instelling, of hun afgevaardigde van minstens rang A4;2° als lid: de leden bedoeld in § 1, eerste lid, 2°, b), c) en d). HOOFDSTUK II. - Selectie, werving en loopbaan Afdeling 1. - Selectie
Art. 295.§ 1. Als betrekkingen vacant worden verklaard, wordt een oproep gedaan tot de kandidaten met een in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt bericht.
Dat bericht vermeldt per dienst of instelling: 1° de vacant verklaarde betrekking(en);2° de toelaatbaarheidsvoorwaarden; 3° het functieprofiel zoals vastgesteld door de wetenschappelijke jury; 4°de termijn waarbinnen en de wijze waarop de kandidaturen worden ingediend, en de over te leggen stukken. § 2. Na de ingediende kandidaturen te hebben onderzocht en de ontvankelijke kandidaten te hebben gehoord, rangschikt de wetenschappelijke jury de kandidaten die geacht worden bekwaam te zijn om te functie uit te oefenen. De rangschikking wordt op grond van hun wetenschappelijke bekwaamheidsbewijzen en verdiensten vastgesteld. Ze wordt met redenen omkleed en door de voorzitter van de wetenschappelijke jury overgezonden aan de secretaris-generaal of, voor de instelling, aan de leidend ambtenaar.
Elke kandidaat wordt, elk voor wat hem betreft, op de hoogte gebracht van de rangschikking bepaald door de wetenschappelijke jury en van zijn motivering.
De door de wetenschappelijke jury bepaalde rangschikking is voor de betrokken betrekking geldig tijdens twee jaar na de toelating tot de stage van de eerste kandidaat aangeworven door de Secretaris-generaal of, voor de instelling, door de leidend ambtenaar. Afdeling 2. - Werving
Art. 296.De wetenschappelijk personeelsleden worden in rang A6 geworven.
Niemand kan in een betrekking van wetenschappelijk personeelslid worden geworven als hij niet voldoet aan de volgende voorwaarden: 1° een gedrag hebben dat overeenstemt met de vereisten van de functie;2° de burgerlijke en politieke rechten genieten;3° aan de dienstplichtwetten voldaan hebben;4° het bewijs leveren van het medisch attest vereist om de functie uit te oefenen;5° houder zijn van een diploma of studietitel die toegang geeft tot het niveau A en vermeld in bijlage III; 6° voldoen aan de voorwaarden m.b.t. de toegang tot de betrekkingen bepaald bij de vacantverklaring, met inbegrip van de bijzondere wetenschappelijke bekwaamheden bepaald, indien nodig, door de wetenschappelijke jury. Afdeling 3. - Stage en benoeming in vast verband
Art. 297.§ 1. De kandidaten geworven in de graad van wetenschappelijk attaché of eerstaanwezend wetenschappelijk attaché worden respectievelijk voor een stage van vier jaar of één jaar toegelaten, in de volgorde van de rangschikking bedoeld in artikel 295.
De stage wordt volbracht onder het toezicht van de wetenschappelijke jury en onder het meesterschap van een wetenschappelijk directeur, die het programma van de stage bekrachtigd door de wetenschappelijke jury superviseert en de stageverslagen vaststelt.
Het programma omvat wetenschappelijke werken in verband met de specificiteiten van de dienst of de instelling.
Behalve voor de werving in de graad van eerstaanwezend wetenschappelijk attaché omvat het stageprogramma een doctoraal onderzoeksproject of wetenschappelijke werken die als gelijkwaardig worden beschouwd door de wetenschappelijke jury. § 2 Er wordt respectievelijk elk jaar, voor de stage met een duur van vier jaar, en om de drie maanden, voor de stage met een duur van één jaar, een tussentijds verslag opgesteld.
Het tussentijds stageverslag houdt rekening met de wetenschappelijke activiteit die de stagiair heeft geleverd, de manier waarop hij de aan hem toevertrouwde taken vervuld heeft en met zijn integratie in de dienst of de instelling.
Er wordt respectievelijk vóór het einde van vierenveertigste stagemaand, voor de stage met een duur van vier jaar, en vóór het einde van de 11de maand, voor de stage met een duur van één jaar, een eindverslag opgesteld.
Elk verslag wordt aan de stagiair meegedeeld die er eventueel zijn opmerkingen aan toevoegt.
De betrokken inspecteur-generaal of, voor de instelling, de leidend ambtenaar bepaalt in samenspraak met de stageleider de opleidingsactiviteiten waaraan de stagiair moet deelnemen.
De stagiair stelt een activiteitenverslag op en maakt het over aan de betrokken inspecteur-generaal of, voor de instelling, aan de leidend ambtenaar respectievelijk voor het einde van de vierenveertigste stagemaand, voor de stage met een duur van vier jaar, en vóór het einde van de elfde maand, voor de stage met een duur van één jaar. § 3. Indien een tussentijds verslag erop wijst dat de stagiair zich niet aanpast of onvoldoende evolueert, moet de wetenschappelijke jury op verzoek van de betrokken inspecteur-generaal of, voor de instelling, de leidend ambtenaar samenkomen.
Na de stagiair en de stageleider gehoord te hebben, kan de wetenschappelijke jury: 1° de voortzetting van de stage toestaan.Hij formuleert aanbevelingen die nuttig zijn om de stage te voltooien; 2° het ontslag van de stagiair voorstellen. Wat punt 2°betreft deelt de voorzitter van de wetenschappelijke jury in dit laatste geval het voorstel tot ontslag van de stagiair onverwijld mee.
Indien ontslag wordt voorgesteld, beschikt de stagiair over een beroep voor de Kamer van beroep bedoeld in artikel 186. § 4. Vóór het einde van de stageperiode wordt de stagiair door de wetenschappelijke jury gehoord in aanwezigheid van de stageleider. De wetenschappelijke jury brengt een gunstig of ongunstig advies uit rekening houdend met de kwaliteit van de productie, de wetenschappelijke activiteit die de stagiair heeft geleverd, de eindverhandeling en de manier waarop hij de aan hem toevertrouwde taken vervuld heeft.
Het gemotiveerde advies wordt overgemaakt aan de Regering, met een voorstel tot benoeming, tot verlenging van de stage met één jaar, die eventueel één kaar kan worden hernieuwd, of tot ontslag van de stagiair.
Art. 298.§ 1. In afwijking van de artikelen 13, tweede lid, 293, § 2 en 297, § 1, wordt het voor onbepaalde duur in dienst genomen contractuele lid van het wetenschappelijk personeel geworven in de betrekking die hij in zijn dienst of in zijn instelling bekleedt, als het de volgende voorwaarden vervult: 1° voldoen aan de algemene toelaatbaarheidsvoorwaarden bedoeld in artikel 296;2° in nuttige volgorde zijn in de rangschikking vastgesteld door de wetenschappelijke jury overeenkomstig artikel 295, § 2. § 2. In afwijking van de artikelen 13, tweede lid, 293, § 2, en 297, § 1, wordt het contractuele personeelslid dat in één van de diensten of instellingen opgesomd in bijlage XIV, voor onbepaalde duur in dienst genomen wordt, geworven in de betrekking die hij in zijn dienst of in zijn instelling bekleedt, als het de volgende voorwaarden vervult: 1° voldoen aan de algemene toelaatbaarheidsvoorwaarden bedoeld in artikel 296;2° in nuttige volgorde zijn in de rangschikking vastgesteld door de wetenschappelijke jury overeenkomstig artikel 295, § 2.3° wetenschappelijke activiteiten uitoefenen in één van de diensten bedoeld in bijlage XIV, die door de directeur-generaal onder wiens gezag de dienst staat of, voor de instelling, door de leidend ambtenaarerkend worden. § 3. In afwijking van artikel 297, § 1, wordt de duur van de stage verminderd met de duur van de diensten verricht zonder onderbreking tot de dag vóór zijn aanwerving binnen de dienst of de instelling voor zover het personeelslid de in artikel 290, § 2, 2°, bedoelde voorwaarden vervult. § 4. Het overeenkomstig dit artikel aangeworven personeelslid krijgt op elk ogenblik een wedde die minstens gelijk is aan de wedde die hij de dag vóór zijn bevordering genot.
Art. 299.Ongeacht of hij in de graad van wetenschappelijk attaché of eerstaanwezend wetenschappelijk attaché wordt geworven, wordt de stagiair in vast verband benoemd tot de graad van eerstaanwezend wetenschappelijk attaché. HOOFDSTUK III. - Loopbaan Afdeling 1. - Bevordering tot de graad van lasthebber voor onderzoek
Art. 300.§ 1. Tot de graad van lasthebber voor onderzoek bevorderd wordt, de eerstaanwezend wetenschappelijk attaché die de volgende voorwaarden vervult: 1° sinds minstens elf jaar in vast verband benoemd worden tot de graad van eerstaanwezend wetenschappelijk attaché;2° aantonen dat de evaluatie positief is;3° niet getroffen zijn door een definitieve en niet-geschrapte tuchtsanctie; § 2. De eerstaanwezend wetenschappelijk attaché die de volgende voorwaarden vervult, kan op eigen verzoek tot de graad van lasthebber voor onderzoek bevorderd wordt : 1° sinds minstens zes jaar in vast verband benoemd worden tot de graad van eerstaanwezend wetenschappelijk attaché;2° het bewijs leveren van wetenschappelijke activiteiten in verband met de specificiteiten van de dienst of van de instelling en waarvan de waarde door de wetenschappelijke jury erkend is;3° aantonen dat de evaluatie positief is;4° niet getroffen zijn door een definitieve en niet-geschrapte tuchtsanctie; De bevordering wordt één keer per jaar toegekend met inachtneming van het aantal bevorderingen in de graad voorzien voor het lopende jaar in het personeelsplan.
Indien het aantal bevorderingsaanvragen hoger is dan het aantal bevorderingen bedoeld in het personeelsplan, worden de bevorderingen toegekend aan de eerstaanwezend wetenschappelijke attachés met de grootste wetenschappelijke anciënniteit. Afdeling 2. - Bevordering tot de graad van onderzoeksleider
Art. 301.§ 1. Tot de graad van onderzoeksleider bevorderd wordt, de lasthebber voor onderzoek die de volgende voorwaarden vervult: 1° sinds minstens tien jaar in vast verband benoemd worden tot de graad van lasthebber voor onderzoek;2° aantonen dat de evaluatie positief is;3° niet getroffen zijn door een definitieve en niet-geschrapte tuchtsanctie; § 2. De lasthebber voor onderzoek die de volgende voorwaarden vervult, kan op eigen verzoek tot de graad van onderzoeksleider bevorderd wordt: 1° sinds minstens vijf jaar in vast verband benoemd worden tot de graad van lasthebber voor onderzoek;2° het bewijs leveren van wetenschappelijke activiteiten in verband met de specificiteiten van de dienst of van de instelling en waarvan de waarde door de wetenschappelijke jury erkend is;3° aantonen dat de evaluatie positief is;4° niet getroffen zijn door een definitieve en niet-geschrapte tuchtsanctie; De bevordering wordt één keer per jaar toegekend met inachtneming van het aantal bevorderingen in de graad voorzien voor het lopende jaar in het personeelsplan.
Indien het aantal bevorderingsaanvragen hoger is dan het aantal bevorderingen bedoeld in het personeelsplan, worden de bevorderingen toegekend aan de lasthebbers voor onderzoek met de grootste wetenschappelijke anciënniteit. Afdeling 3. - Bevordering tot de graad van wetenschappelijk directeur
of wetenschappelijk adviseur
Art. 302.§ 1. Het wetenschappelijk personeelslid dat aan de volgende voorwaarden voldoet, kan bevorderd worden tot de graad van wetenschappelijk directeur: 1° zes jaar niveauanciënniteit hebben;2° tien jaar wetenschappelijke anciënniteit hebben;3° aantonen dat de evaluatie positief is;4° niet getroffen zijn door een definitieve en niet-geschrapte tuchtsanctie; De in artikel 50, § § 2 en 3, bedoelde procedure is van toepassing; het directiecomité stelt evenwel zijn voorstel na advies van de wetenschappelijke jury op. § 2. De wetenschappelijk directeur kan op eigen verzoek tot de graad van wetenschappelijk adviseur benoemd worden voor zover hij een ranganciënniteit van vijftien jaar telt en aan de voorwaarden die vastliggen in artikel 50, § 1, 2° en 3°, voldoet.
De voorwaarde inzake ranganciënniteit wordt evenwel niet vereist in hoofde van de wetenschappelijk directeur die minstens vijfenvijftig jaar oud is. § 3. Door verhoging tot de graad van wetenschappelijk adviseur bevorderd wordt, het wetenschappelijk personeelslid van rang A5 of A6 dat een gunstige evaluatie aantoont aan het einde van een volledig mandaat toegekend overeenkomstig Boek II voor zover het niet getroffen is door een definitieve en niet-geschrapte tuchtsanctie. Afdeling 4. - Mutatie, tijdelijke mutatie, reaffectatie, interne of
externe mobiliteit
Art. 303.Elke mutatie, tijdelijke mutatie, reaffectatie of mobiliteitsmaatregel van een wetenschappelijk personeelslid moet aan volgende gezamenlijke voorwaarden voldoen: 1° de vacature van een betrekking;2° aan het profiel van de in te vullen functie voldoen;3° een gunstig advies van de wetenschappelijke jury van de dienst of de instelling waarin de betrekking vacant is. Wat punt 3° betreft, wordt de inspecteur-generaal of, voor de instelling, de leidend ambtenaar waaronder het wetenschappelijk personeelslid ressorteert, gehoord. HOOFDSTUK IV. - Verlof voor een opdracht inzake wetenschappelijk onderzoek
Art. 304.§ 1. Het wetenschappelijk personeelslid dat in vast verband benoemd is, kan met de instemming van de Regering, de uitoefening van een opdracht inzake wetenschappelijk onderzoek aanvaarden in een organisme, instelling of een dienst bedoeld in artikel 292, hierna opvangdienst genoemd, met uitzondering van hun oorspronkelijke instelling alsook van de private diensten en instellingen bedoeld in lid 2, 2°, b, van hetzelfde artikel. § 2.Indien de opdracht waarmee het in vast verband benoemd wetenschappelijk personeelslid belast wordt, hem in feite of in rechte belet de opdrachten die hem worden toevertrouwd, uit te oefenen, dan wordt het in paragraaf 1 bedoelde verlof door de Regering op advies van de wetenschappelijke jury van de dienst of de instelling waartoe dit personeelslid behoort, aan het wetenschappelijk personeelslid toegekend.
Het verlof wordt toegekend voor zover de opvangdienst de terugbetaling van de bezoldiging van het personeelslid voor de periode van het verlof heeft aanvaard. Onder bezoldiging worden de werkgeversbijdragen, de wedde, het vakantiegeld, de eindejaarspremie en de gezinsbijslagen verstaan. Elke andere toelage of vergoeding wordt overgenomen door de opvangdienst.
Die verloven worden toegestaan voor maximum twee jaar. Ze kunnen worden vernieuwd voor perioden die, elk afzonderlijk, niet langer dan twee jaar kunnen zijn. Het totaal van de verlofperioden voor een opdracht inzake wetenschappelijk onderzoek die aan een personeelslid worden toegekend, kan niet hoger zijn dan zes jaar. § 3. Gedurende de duur van het verlof blijft het wetenschappelijk personeelslid in dienstactiviteit. Hij behoudt zijn aanspraken op wedde, weddeverhogingen, alsook op bevorderingen in zijn oorspronkelijke dienst of instelling. § 4. De terugbetaling bedoeld in paragraaf 2, tweede lid, is gelijk aan het totaal bedrag van de bezoldigingen, vergoedingen en toelagen die aan het personeelslid werden uitbetaald of die voor hem gedurende zijn verlof tijdens het voorafgaande trimester werden gestort. § 5. Er wordt een einde gemaakt aan het verlof, wanneer de opvangdienst overeenkomstig § 4 het vastgestelde bedrag niet heeft terugbetaald binnen een termijn van drie maanden volgend op de maand waarin de schuldvordering betreffende de terugbetaling werd ingediend."
Art. 2.Bijlage XIV bij hetzelfde besluit wordt aangevuld met een punt 6°, luidend als volgt: "6° Departement Onderzoek naar het Natuurlijk en Landbouwmilieu van het Operationeel Directoraat-generaal Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu.". HOOFDSTUK II. - Toepassing van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 18/12/2003 pub. 31/12/2003 numac 2003027783 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering houdende de Waalse Ambtenarencode type besluit van de waalse regering prom. 18/12/2003 pub. 31/12/2003 numac 2003027782 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de voorwaarden voor de indienstneming en de administratieve en geldelijke toestand van de contractuele personeelsleden type besluit van de waalse regering prom. 18/12/2003 pub. 02/02/2004 numac 2004200195 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de voorwaarden van indienstneming van de contractuele personeelsleden van de « Office wallon de la Formation professionnelle et de l'Emploi » en hun administratieve en geldelijke toestand sluiten betreffende de voorwaarden voor de indienstneming en de administratieve en geldelijke toestand van de leden van het contractueel personeel op de leden van het contractueel wetenschappelijk personeel
Art. 3.§ 1er. In afwijking van de artikelen 5 en 5bis van het besluit van de Waalse Regering van18 december 2003 betreffende de voorwaarden voor de indienstneming en de administratieve en geldelijke toestand van de leden van het contractueel personeel is de selectieprocedure bedoeld in artikel 295, § 2, van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 18/12/2003 pub. 31/12/2003 numac 2003027783 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering houdende de Waalse Ambtenarencode type besluit van de waalse regering prom. 18/12/2003 pub. 31/12/2003 numac 2003027782 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de voorwaarden voor de indienstneming en de administratieve en geldelijke toestand van de contractuele personeelsleden type besluit van de waalse regering prom. 18/12/2003 pub. 02/02/2004 numac 2004200195 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de voorwaarden van indienstneming van de contractuele personeelsleden van de « Office wallon de la Formation professionnelle et de l'Emploi » en hun administratieve en geldelijke toestand sluiten houdende de Waalse Ambtenarencode van toepassing voor de aanwerving van leden van het contractueel wetenschappelijk personeel. § 2. In afwijking van artikel 8, tweede lid, van hetzelfde besluit genieten de leden van het contractueel wetenschappelijk personeel van wie de wedde uit de toepassing van de weddeschaal A6Sc voortvloeit, onder dezelfde voorwaarden als de wetenschappelijke personeelsleden, de bevordering bedoeld in artikel 300, § 1, van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 18/12/2003 pub. 31/12/2003 numac 2003027783 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering houdende de Waalse Ambtenarencode type besluit van de waalse regering prom. 18/12/2003 pub. 31/12/2003 numac 2003027782 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de voorwaarden voor de indienstneming en de administratieve en geldelijke toestand van de contractuele personeelsleden type besluit van de waalse regering prom. 18/12/2003 pub. 02/02/2004 numac 2004200195 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering betreffende de voorwaarden van indienstneming van de contractuele personeelsleden van de « Office wallon de la Formation professionnelle et de l'Emploi » en hun administratieve en geldelijke toestand sluiten houdende de Waalse Ambtenarencode. § 3. In afwijking van artikel 8, tweede lid, van hetzelfde besluit genieten de leden van het contractueel wetenschappelijk personeel van wie de wedde uit de toepassing van de weddeschaal A6/1 voortvloeit, onder dezelfde voorwaarden als de wetenschappelijke personeelsleden, de wedde die uit de toepassing van de schaal A6Sc voortvloeit, na de verdediging van een doctoraatproefschrift of van wetenschappelijke werken die door de wetenschappelijke jury als gelijkwaardig erkend worden. HOOFDSTUK III. - Overgangsbepalingen
Art. 4.§ 1er. De wetenschappelijke personeelsleden die op de dag van inwerkingtreding van dit besluit in functie zijn, worden door graadomzetting benoemd tot de graad, waaraan de voor hen geldende weddeschaal is gekoppeld. De personeelsleden die houder zijn van de graad van wetenschappelijk inspecteur-generaal worden door graadomzetting benoemd tot de graad van inspecteur-generaal expert. § 2. De graadanciënniteit van de wetenschappelijke personeelsleden die overeenkomstig § 1 door graadomzetting worden benoemd, is gelijk aan hun weddeschaalanciënniteit.
Art. 5.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand na die waarin het in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt wordt.
Art. 6.De Minister van Ambtenarenzaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 15 juni 2017.
De Minister-President, P MAGNETTE De Minister van Begroting, Ambtenarenzaken, Administratieve Vereenvoudiging en Energie, C. LACROIX