Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 14 maart 2008
gepubliceerd op 23 april 2008

Besluit van de Waalse Regering betreffende de herin te richten locaties, ter vervanging van de artikelen 453 tot 470 van het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium

bron
ministerie van het waalse gewest
numac
2008201326
pub.
23/04/2008
prom.
14/03/2008
ELI
eli/besluit/2008/03/14/2008201326/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

14 MAART 2008. - Besluit van de Waalse Regering betreffende de herin te richten locaties, ter vervanging van de artikelen 453 tot 470 van het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium


De Waalse Regering, Gelet op het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium, inzonderheid op de artikelen 167 tot 171 en 181 tot 184;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 5 september 2007;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 13 september 2007;

Gelet op het advies van de "Commission régionale de l'aménagement du territoire" (Gewestelijke commissie voor ruimtelijke ordening), gegeven op 5 oktober 2007;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 17 december 2007;

Gelet op het advies van de "Conseil supérieur des villes, communes et provinces de la Région wallonne" (Hoge Raad van Steden, Gemeenten en Provincies van het Waalse Gewest), gegeven op 19 februari 2008;

Op de voordracht van de Minister van Huisvesting, Vervoer en Ruimtelijke Ontwikkeling, Besluit :

Artikel 1.Het opschrift van hoofdstuk 1 van titel II van boek IV van het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium wordt hoofdstuk I wordt vervangen als volgt : "Toekenning van subsidies voor de handelingen en werken op herin te richten locaties".

Art. 2.De artikelen 453 tot 470 van hetzelfde Wetboek worden vervangen door volgende bepalingen : "Afdeling 1. - Begripsomschrijvingen en algemene regels

Art. 453.De saneringshandelingen en -werken bedoeld in artikel 167, 2°, omvatten : 1° de dringende maatregelen die verband houden met : a.de afbraakwerken bevolen bij een besluit van de burgemeesters om redenen van openbare veiligheid, voor zover de aanvraag ingediend wordt binnen de twee maanden na kennisgeving van dat besluit en voor zover er een omstandig technisch verslag, toegelaten door het bestuur, bij is gevoegd; b. de opheffing van het gevaar voor de buurt in verband met het instabiliteitsrisico van bouwwerken, van bouwelementen of uitrustingen;c. de beperking van gevaren voor ongevallen voor de personen die het goed betreden, in verband met gevaarlijke gronden, bouwwerken, bouwelementen of uitrustingen;d. de beperking van ongeoorloofde betredingen, voor voertuigen of personen, van gronden of bouwwerken die een makkelijke prooi zijn voor krakers, kleine delinquenten, daders van ongeoorloofde activiteiten, sluik- of afvalstorters, al naargelang de aard van de locatie;e. bewarende maatregelen voor in stand te houden bouwwerken, bouwelementen of uitrustingen die aangetast dreigen te worden door 's mensen toedoen (vandalisme, moedwillige afbraak, diefstallen) of door de weersomstandigheden : de instandhoudingswerken, het afdekken van daken met zeilen, het dichtmetselen van openingen, het herstellen van regenpijpen of het weghalen van wildgroeiende planten;2° de inzameling, de verwijdering en de verwerking, van producten, stoffen, materialen, puin en afval die achtergelaten werden of afkomstig zijn van de verrichtingen bedoeld in deze paragraaf;het leegpompen van kelders, tanks, leidingen, het reinigen van putten, plassen en vijvers; de verwerking van dierlijke meststoffen; de verwijdering en de verwerking van afvalstoffen overeenkomstig het decreet van 27 juni 1996 betreffende de afvalstoffen; 3° de afbraak van bouwwerken en uitrustingen, met inbegrip van ingegraven structuren en volgens hiernavolgende bepalingen : het laten instorten van ingegraven holle structuren, kelders, leidingen, onderaardse gangen en tanks, ongeacht hoe diep hun ligging is, de afbraak van ingegraven dichte structuren, funderingen, onderbouwen en vloerplaten tot op een diepte van één meter onder het afgewerkte niveau of dieper indien ze hinderend zijn voor heropbouw en het in kaart brengen van de ingegraven structuren die behouden werden, uitgezonderd de herbruikbare funderingen, mits het voorleggen van een technisch plan ter staving;4° het verwijderen van het struikgewas en het opruimen van de gronden;5° de grondwerken en het effenen van de grond, met inbegrip van de afvoer-, de toevoerleidingen en de stabilisering van de gronden;6° het inzaaien van grasperken, het aanleggen van planten en bossen;7° het herstellen of het aanleggen van draineringswerken, vergaar- en opvangbekkens, eveneens aan de rand van het onroerend goed, bestemd voor exclusief gebruik ervan, en de specifieke werken zoals dammen of vergaarkommen, het verplaatsen, het kalibreren en het overwelven van waterlopen;8° de herstellingen, de beschermingen en de stabiliseringen van gronden, bouwwerken en uitrustingen die vrijgekomen zijn bij afbraakwerken of voortvloeiend uit erfdienstbaarheden die op het onroerend goed wegen, ongeacht of ze in het goed gelegen of eraan aanpalend zijn;9° de herstelling, de vervanging of de plaatsing van afsluitingen, omringende muren, poorten en hoofdingangen;10° de bodemsanering wanneer de kostprijs ervan niet hoger is dan 25 % van het bedrag van de herinrichtingswerkzaamheden, berekend in het voorontwerpstadium;11° de gedeeltelijke ontmantelingen en het schoonmaken in de bouwwerken die in stand te houden zijn;12° de stedelijke basisvoorzieningen;13° de onderzoeken naar de handelingen en -werken bedoeld in de punten 1° tot 12°.

Art. 454.De renovatiehandelingen en -werken bedoeld in artikel 167, 2°, doelen op de handelingen en werken die verband houden met de bodemsanering, de schimmeldodende behandelingen, de ontmanteling, het schoonmaken, het herstel in oorspronkelijke staat of de vervanging van de structuurelementen en de buitenmuren, met inbegrip van de bescherming via gevelbekleding of vochtwerende middelen, evenals het buitenschrijnwerk, het dakgebinte, de bedekking en de isolatie van daken, de schoorstenen, de kroonlijsten, de dakgoten, de regenpijpen en de onderzoeken ernaar.

Art. 455.De bouw- of heropbouwhandelingen en -werken ter plaatse, bedoeld in artikel 167, 2°, doelen op de handelingen en werken in verband met de winddichte ruwbouw en de onderzoeken ernaar.

Art. 456.De personeelsleden bevoed voor de opsporingen en de controles bedoeld in artikel 170 zijn de personeelsleden van rang 1 of 2 van de Directie Operationele Inrichtingen van de Afdeling Ruimtelijke Ordening en Stedenbouw van het Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Patrimonium van het Ministerie van het Waalse Gewest, hierna "het bestuur" genoemd.

Zij kunnen zich voor de behoorlijke uitoefening van hun taak laten bijstaan door alle personen die zij noodzakelijk achten. Afdeling 2. - Subsidies bedoeld in artikel 184, 1° en 2°, aan de

publiekrechtelijke personen

Art. 457.Binnen de perken van de beschikbare begrotingskredieten kan elke publiekrechtelijke rechtspersoon ander dan het Waalse Gewest een subsidie krijgen voor de sanering of de renovatie van een locatie vallend onder een besluit van de Waalse Regering bedoeld in artikel 169, § 4.

Art. 458.De subsidie bedoeld in artikel 457 betreft de aankoop van de locatie en de sanering- en renovatiehandelingen en -werken bedoeld in de artikelen 453 en 454.

Wat betreft de aankoop, dekt de subsidie 60 % van de waarde van de locatie, beperkt, behoudens gerechtelijke onteigening, tot zijn koopwaarde, berekend door het comité voor de aankoop van ontroerende goederen of door de ontvanger van de registratie.

De subsidie dekt de aankoopkosten in verband met het verlijden van de authentieke akte.

Bij gerechtelijke onteigening dekt de subsidie de onroerende vergoedingen.

De aankoop van goederen die eigendom zijn van een publiekrechtelijke persoon komt niet voor subsidie in aanmerking.

Wat de handelingen en werken betreft, dekt de subsidie de kostprijs van de handelingen en werken voor de sanering of de renovatie, inclusief de belasting over de toegevoegde waarde, de herzieningen en de contractuele verrekeningen alsmede de studiekosten en de kosten voor de leiding van en het toezicht op de handelingen en werken. Afdeling 3. - Subsidies bedoeld in artikel 184, 2°, aan de

publiekrechtelijke personen

Art. 459.Binnen de perken van de beschikbare kredieten kan elk natuurlijk persoon of elke privaatrechtelijke rechtspersoon die eigenaar is van een onroerend goed of die houder is van een zakelijk recht op een onroerend goed dat valt onder een regeringsbesluit bedoeld in artikel 169, § 4, een subsidie krijgen voor sanerings-, renovatie-, bouw- of heropbouwhandelingen en -werken.

Art. 460.De toelage heeft tot doel de uitvoering van sanerings-, renovatie-, bouw, of heropbouwwerken of handelingen zoals bedoeld in de artikelen 453 tot 455. De subsidie wordt slechts toegekend indien de handelingen en werken voltooid zijn binnen de vijf jaar te rekenen van de kennisgeving van de toekenning van de subsidie. De Minister bevoegd voor de herin te richten locaties kan die termijn verlengen.

De toelage bestaat in de overname, ten belope van 5 % per jaar, gedurende vijf jaren, van de interesten van een lening van maximum vijfhonderdduizend euro aangegaan voor de uitvoering van de handelingen en werken.

Indien de lening hoger is dan vijfhonderdduizend euro, wordt er geen toelage toegekend voor het gedeelte boven dit bedrag.

Indien de lening lager is dan vijfhonderdduizend euro, wordt de toelage verminderd in verhouding tot het geleende bedrag.

Art. 461.Een overeenkomst gesloten tussen het Gewest vertegenwoordigd door de Minister bevoegd voor de herin te richten locaties en de in artikel 459 bedoelde natuurlijke persoon of privaatrechtelijke rechtspersoon bepaalt de wederzijdse verplichtingen der partijen.

In die overeenkomst worden de nadere regels bepaald voor de uitvoering van de sanerings-, renovatie-, bouw- en heropbouwhandelingen en werken die opgelegd worden op straffe van intrekking van de subsidie, meer bepaald de voorwaarden en de termijnen. Afdeling 4. - Publieke - private samenwerking zoals bedoeld in artikel

184, 3°

Art. 462.Binnen de perken van de beschikbare begrotingskredieten mag elke natuurlijke of privaatrechtelijke rechtspersoon, hierna "de aanvrager" genoemd : 1. die ofwel eigenaar is van een onroerend goed of houder van een zakelijk recht op een onroerend goed dat staat op een herin te richten locatie of dat een herin te richten locatie vormt en dat valt onder een regeringsbesluit zoals bedoeld in artikel 169, § 4, ofwel met die eigenaar of houder een overeenkomst gesloten heeft voor de herinrichting van de locatie;2. die beoogt : a) handelingen en werken uit te voeren zoals bedoeld in de artikelen 453 tot 455 die bijdragen tot de verwezenlijking van woningen door de bouw van één of meerdere nieuwe gebouwen of de heropbouw, de sanering, de herstructurering, de renovatie of de aanpassing van bestaande gebouwen of delen ervan om er woningen van te maken;b) in voorkomend geval, andere handelingen en werken uit te voeren zoals bedoeld in de artikelen 453 tot 455 die bestaan uit de bouw van één of meerdere nieuwe gebouwen of de heropbouw, de sanering, de herstructurering, de renovatie of de aanpassing van bestaande gebouwen of delen ervan die bestemd zijn om economische, dienstverlenende en dergelijke activiteiten op te vangen;c) in voorkomend geval, handelingen en werken uit te voeren voor de inrichting van de naaste omgeving of voor de aanleg van parkeerplaatsen in verband met het projet, 3.een subsidie krijgen om die handelingen en werken uit te voeren.

De kostprijs van de handelingen en werken vdie in aanmerking komen voor de berekening van de subsidie houdt de de belasting over de toegevoegde waarde in, de herzieningen en de contractuele verrekeningen alsmede de studiekosten en de kosten voor de leiding, het toezicht en de coördinatie.

Het maximumbedrag van de subsidie en de fasering van de toekenning ervan kunnen worden bepaald door de Minister bevoegd voor de herin te richten locaties.

De subsidie wordt toegekend als de voorgestelde handelingen en werken leiden tot de volledige herinrichting van het goed en als ze voltooid zijn binnen de vijf jaar te rekenen van de kennisgeving van de toekenning van de subsidie. De Minister bevoegd voor de herin te richten locaties kan die termijn verlengen. De volledige herinrichting kan toegelaten worden per fase, waarbij de Minister dan het tijdstip bepaalt waarop de vijfjarige vervaltermijn ingaat voor elke fase buiten de eerste.

Om voor de subsidie in aanmerking te komen, behoudt de aanvrager de bestemming als woning tijdens vijftien jaar te rekenen van de voorlopige oplevering van de werken. Die verplichting wordt opgelegd als conventionele erfdienstbaarheid die het goed belast en moet opgenomen worden in elke latere akte van afstand of vorming van een zakelijk recht op een deel of het geheel van het onroerend goed, tot en met de vervaldatum van de verplichting.

Art. 463.De aanvrager richt de subsidie-aanvraag aan het bestuur.

Om als volledig te worden beschouwd, wordt de aanvraag gedagtekend en ondertekend en bevat hij minstens : 1. het voorontwerp van de handelingen en werken;2. de omstandige raming van de kostprijs van de handelingen en werken, met inbegrip van, in voorkomend geval, de ontsmettingswerken;3. de verdeling van de handelingen en werken bedoeld in de artikelen 453 tot 455; een verslag waarin aangetoond wordt dat de regel van de verdeling van de uitgaven bedoeld in artikel 184, 3°, nageleefd wordt; 4. de programmatie en het tijdsschema van de handelingen en werken;5. het getuigschrift van de ontvanger van de registratie dat het zakelijk recht op het onroerend goed vaststelt waarvan de privaatrechtelijke persoon houder is, indien een wijziging is opgetreden sinds de kennisgeving van het besluit bedoeld in artikel 196, § 1. Voor de toekenning van de subsidie onderwerpt het bestuur het aanvraagdossier overeenkomstig artikel 4 aan de afdeling actieve inrichting van de commissie bedoeld in artikel 5.

Art. 464.Een overeenkomst gesloten tussen het waalse Gewest vertegenwoordigd door de Minister bevoegd voor de herin te richten locaties en de aanvrager bepaalt de wederzijdse verplichtingen der partijen.

De overeenkomst bepaalt minstens de omschrijving, de nadere regels en de termijnen voor de uitvoering van de handelingen en werken, de voorwaarden voor de toekenning van, de controle over en de terugbetaling van de subsidie.

Art. 465.Onverminderd artikel 127, § 1, lid 1, 5°, mag de aanvrager de handelingen en werken niet ondernemen voor de kennisgeving van de subsidie. Zoniet kan de kostprijs van de handelingen en werken die uitgevoerd worden voor de kennisgeving niet in rekening worden gebracht om aan te tonen dat de regel voor de verdeling van de uitgaven bedoeld in artikel 184, 3°, nageleefd wordt. Afdeling 5. - Nadere regels voor de uitbetaling van de subsidies

Art. 466.De uitbetaling van de subsidies voor de sanerings-, renovatie-, bouw- of heropbouwhandelingen en werken bedoeld in de afdelingen 2 en 4 van dit hoofdstuk wordt verricht volgens deze bepalingen : 1. als de subsidie lager is dan of gelijk is aan één miljoen euro : a) een eerste schijf van veertig percent wordt uitbetaald op grond van het bevel om de werkzaamheden aan te vatten;b) een tweede schijf van dertig percent wordt uitbetaald op grond van goedgekeurde staten van vordering die aantonen dat de eerste schijf wetmatig is gebruikt, in het kader van de goedgekeurde openbare opdracht, en van een dienovereenkosmtige schuldvorderingsaangifte;c) het aangepaste saldo wordt uitbetaald na instemming van het bestuur op de eindafrekening, op het proces-verbaal van voorlopige oplevering van de werken en na controle ter plaatse;die stukken worden binnen de twee maanden volgend op de voorlopige oplevering ingediend; wordt die termijn niet nageleefd, dan kan de Minister bevoegd voor de herin te richten locaties de subsidiegerechtigde vervallen verklaren van het voordeel van het nog niet uitbetaalde saldo van de subsidie; 2. als het saldo één miljoen euro overschrijdt : a) een eerste schijf van veertig percent wordt uitbetaald op grond van het bevel om de werkzaamheden aan te vatten;b) kunnen drie schijven van twintig percent uitbetaald worden op grond van goedgekeurde staten van vordering die het gebruik van de vorige schijven aantonen;c) het saldo volgens de procedure bedoeld in punt 1, c. In het geval van de subsidie bedoeld in afdeling 4 van dit hoofdstuk wordt bij de aanvraag tot uitbetaling van het saldo een verslag gevoegd uitgaande van de aanvrager en waarbij wordt aangetoond dat de regel voor de verdeling van de uitgaven bedoeld in artikel 184, 3°, nageleefd wordt.

Art. 467.Wat betreft de samenvoeging met andere tegemoetkomingen, moeten de subsidies die worden toegekend op grond van dit hoofdstuk, aan volgende nadere regels voldoen : 1. de subsidies mogen betrekking hebben op posten die in aanmerking kunnen komen voor tegemoetkomingen die verleend worden op grond van andere wets- of regelgevende bepalingen, op voorwaarde dat het programma voor de bewoning van het onroerend goed, het globale financieringsplan van de verrichting, de aanvraag tot toekenning van die tegemoetkomingen en, in voorkomend geval, de gemotiveerde beslissing tot weigering worden ingediend;2. elk deel van de investeringen dat in rekening is gebracht overeenkomstig artikel 172, § 4, betreffende de stadsheropleving, mag niet gesubsidieerd worden overeenkomstig artikel 184, 3°;3. voor éénzelfde onroerend goed, eenzelfde project en éénzelfde aanvrager sluiten de subsidies bedoeld in de artikelen 184, 2°, en 184, 3°, elkaar uit;4. de handelingen en werken die gesubsidieerd worden op grond van het besluit van de Waalse Regering van 11 februari 1999 waarbij door het Gewest een tegemoetkoming wordt verleend aan rechtspersonen voor de sloping van een onverbeterbaar gebouw, mogen niet gesubsidieerd worden op grond van artikel 184, 3°;5. behoudens overmacht worden de handelingen en werken op onroerende goederen die voorheen van het Waalse Gewest een subsidie voor onroerende goederen kregen, van subsidies uitgesloten.

Art. 3.De bepalingen van dit besluit worden toegepast op de herinrichtingshandelingen en -werken waarvoor geen vastlegging in de begroting is verricht. Voor de verrichtingen waarvoor kennis is gegeven van de toekenning van een subsidie of een financiële tegemoetkoming op grond van bepalingen die gelden voor de inwerkingtreding van dit besluit, blijven die bepalingen van toepassing.

Art. 4.De Minister bevoegd voor de herin te richten locaties is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 14 maart 2008.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Huisvesting, Vervoer en Ruimtelijke Ontwikkeling, A. ANTOINE

^