9 DECEMBER 2021. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van bijlage LVII bij het regelgevende deel van Boek II van het Milieuwetboek, dat het Waterwetboek inhoud, met betrekking tot het model van dienstverleningscontract voor industriële sanering

De Waalse Regering, Gelet op boek II van het Milieuwetboek, dat het Waterwetboek inhoud, de artikelen D.260, § 3, ingevoegd bij het programmadecreet van 12 december 2014Relevante gevonden documenten type programmadecreet prom. 12/12/2014 pub. 29/12/2014 numac 2014027265 bron waalse overheidsdienst Programmadecreet houdende verschillende maatregelen betreffende de begroting inzake gezondheidsbeleid type programmadecreet prom. 12/12/2014 pub. 29/12/2014 numac 2014027266 bron waalse overheidsdienst Programmadecreet houdende verschillende maatregelen betreffende de begroting inzake natuurrampen, verkeersveiligheid, openbare werken, energie, huisvesting, leefmilieu, ruimtelijke ordening, dierenwelzijn, landbouw en fiscaliteit sluiten en gewijzigd bij het programmadecreet van 17 juli 2018, D. 263, § 1, ingevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 12 december 2014 en gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 23 juni 2013;

Gelet op het reglementair gedeelte van Boek II van het Milieuwetboek, dat het Waterwetboek inhoudt;

Gelet op het rapport opgesteld overeenkomstig artikel 3, 2°, van het decreet van 11 april 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 11/04/2014 pub. 06/06/2014 numac 2014203532 bron waalse overheidsdienst Decreet houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen sluiten houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen op 25 mei 2021;

Gelet op de adviesaanvraag binnen een termijn van 30 dagen, gericht aan de Raad van State op 29 oktober 2021, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gelet op het gebrek aan adviesverlening binnen die termijn;

Gelet op artikel 84, § 4, tweede lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gelet op het decreet van 6 mei 1999Relevante gevonden documenten type decreet prom. 06/05/1999 pub. 01/07/1999 numac 1999027513 bron ministerie van het waalse gewest 6 MEI 1999 - Decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de directe gewestelijke belastingen sluiten betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de Waalse gewestelijke belastingen".

Gelet op artikel R.336/6, § 2, van Boek II van het Milieuwetboek, dat het Waterwetboek inhoudt;

Op de voordracht van de Minister van Leefmilieu;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In artikel R.165, § 22, worden de woorden "in bijlage LVII" vervangen door de woorden "in bij- lage LVIbis".

Art. 2.De bijlage "Bijlage LVII : Aanwijzingsborden van het voorkomingsgebied van oppervlaktewaterwinning" van het regelgevend deel van het Waterwetboek wordt als volgt hernummerd "Bijlage LVIbis: Aanwijzingsborden van het voorkomingsgebied van oppervlaktewaterwinning"

Art. 3.In artikel R.336/3, paragraaf 1, worden na de woorden "de herziening van de eenheidstarieven" de woorden "en van de coëfficiënten voor de berekening van de reële kostprijs van de industriële sanering" ingevoegd.

Art. 4.In bijlage LVII met als opschrift "Model van dienstverleningscontract voor industriële sanering" van Boek II van het Milieuwetboek, dat het Waterwetboek inhoud, ingevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 30 november 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 30/11/2018 pub. 29/01/2019 numac 2019030089 bron waalse overheidsdienst Besluit van de Waalse Regering tot aanneming van het model van dienstverleningscontract voor industriële sanering en tot wijziging van diverse bepaling van het Waterwetboek en van het besluit van de Waalse Regering van 4 juli 2002 betreffende de procedure en diverse maatregelen voor de uitvoering van het decreet van 11 maart 1999 betreffende de milieuvergunning sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° artikel 7.1 wordt vervangen als volgt: "7.1 - Berekening van de CAI De onderneming betaalt de kosten van de sanering van het industrieel afvalwater ("CAI") die naar gelang van de geloosde hoeveelheden worden berekend, als volgt Berekeningsformule van de "C.V.A.I." De reële kostprijs van de industriële sanering ("C.V.A.I.") wordt jaarlijks berekend als volgt: C.V.A.I. = (CE + CI) * 1,05 met: 1° CE : exploitatiekosten;2° CI : investeringskosten; Ter herinnering : onverminderd artikel 7.3 van het contract worden de kosten van andere microverontreinigende stoffen dan zware metalen in dit stadium niet in aanmerking genomen.

Coëfficiënt 1,05 vertegenwoordigt de beheerskosten die eigen zijn aan de uitvoering van het dienstverleningscontract.

Exploitatiekosten (CE) De exploitatiekosten worden berekend op basis van de drie volgende elementen: 1° de totale jaarlijkse exploitatiekosten van alle saneringsinstallaties alsook de kosten gebonden aan de lozingen van de industriële lozingen;2° de totale lasten en volume bij de ingang van de zuiveringsstations;3° de door de inrichting daadwerkelijk geloosde lasten en volume. Hetgeen uitgedrukt wordt in de volgende formule:

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Waar : 1° E de jaarlijkse totale exploitatiekosten van de saneringsinstallaties zijn, namelijk de exploitatie-uitgaven van de boekhoudkundige balans van de S.P.G.E. van het voorgaande jaar, inclusief DIHEC (Aanzienlijke Uitgaven Exclusief Lopende Exploitatie), na aftrekking van de exploitatie opbrengsten exclusief industrieën, de energiekosten van afscheider/olieafscheider en de kosten betreffende de ETM (Elementen Metalen Sporen); 2° Kosten ETM de opbrengst is van de jaarlijkse hoeveelheid slib, als onbenutbaar geclassificeerd wegens de overschrijding van de normen in "ETM" door de meerkosten gebonden aan de thermische valorisatie, op basis van de gegevens van het voorgaande jaar;3° Volind, DCO2hind, MESind, Ntotind, Ptotind en NO3ind het volume en de jaarlijkse lasten zijn in chemisch zuurstofverbruik na bezinking (DCO2h), in stoffen in suspensie (MES), in totale stikstof (Ntot), in totaal fosfoor (Ptot) en in nitraten (NO3) gemeten in de lozing van industrieel afvalwater van de inrichting (waarden berekend op basis van de toezichtgegevens en van metingen overeenkomstig de voorschriften van het reglementair deel van het Waterwetboek).De waarde van NO3ind is facultatief; 4° ETMind de jaarlijkse last is in ETM (Cd, Cu, Cr, Ni, Pb, Zn, Hg) gemeten in de lozing van industrieel afvalwater van de inrichting (waarden berekend op basis van de toezichtgegevens en van metingen overeenkomstig de voorschriften van het reglementair deel van het Waterwetboek).De bijdrage van elk ETM tot de totale last wordt gewogen door de norm (in mg/kg MS) van toepassing voor de landbouwkundige valorisatie voor bedoeld ETM; 5° Volstep-tot, DCOstep-tot, MESstep-tot, Ntotstep-tot, Ptotstep-tot et ETMtot het volume en de lasten zijn die jaarlijks behandeld worden door alle zuiveringsstations in Wallonië, op basis van de gegevens van het voorgaande jaar;6° ETMtot de jaarlijkse gemiddelde last in ETM (Cd, Cu, Cr, Ni, Pb, Zn, Hg) is in het slib van alle zuiveringsstations in Wallonië, op basis van de gegevens N-2, waar elke gemiddelde concentratie gewogen wordt door de norm (in mg/kg MS) van toepassing voor de landbouwkundige valorisatie voor bedoeld ETM;7° a, b, c, d, e en f de wegingcoëfficiënten zijn die vastgesteld zijn naar gelang van de impact van de verschillende parameters op de exploitatiekosten van de zuiveringsstations.Vanaf 1 januari 2020 worden ze om de vijf jaar door de "S.P.G.E." aangepast, op basis van de gegevens van het voorgaande jaar.

Investeringskosten (CI) De investeringskosten worden berekend op basis van de drie volgende elementen : 1° de afschrijvingslast en de schuld van de pompstations, van de zuiveringsstations en van de leidingen (buiten het rioleringsnet);2° de lasten en de totale nominale volumes van de opvangriolen en de zuiveringsstations (berekend op basis van de nominale lasten van de zuiveringsstations);3° de lasten vermeld in de milieuvergunning; hetgeen uitgedrukt wordt in de volgende formule:

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Waar : 1° Icol de jaarlijkse investerings- en financieringskosten zijn van het voorgaande jaar van de "C.V.A.I." toegekend aan de opvangriolen rekening houdende met een afschrijving over 40 jaar. Deze waarden worden elk jaar bijgewerkt op basis van de meting van de door de "S.P.G.E." uitgevoerde investeringen. Voor de ondernemingen die bewijzen dat ze het regenwater scheiden van het openbare afvalwaternetwerk, wordt de Icol met 13 % verminderd; 2° Volcapacitécoll de nominale capaciteit is die verbonden is aan Icoll in m3/dag op basis van 0,18 m3/EH.dag, op basis van de gegevens van het jaar N-2; 3° Istep de jaarlijkse investerings- en financieringskosten zijn van het voorgaande jaar van de openbare zuiveringsstations in leasing, na aftrek van de specifieke stedelijke kosten (zandvang/afscheiding van olie, stoffen van ruiming van sceptische putten, producten van- reiniging van de saneringsnetten) en die vanaf 1 januari 2020 om de vijf jaar wordt herzien, op basis van de gegevens van het voorgaande jaar;4° Volautorisé, DCOautorisé, MESautorisé, Ntotautorisé et Ptotautorisé de hoeveelheden in m3/dag en kg/dag zijn, die berekend worden op basis van de dagelijkse gemiddelde waarden van de lozingsvergunning van de onderneming die van kracht is op 1 januari van het jaar van de berekening van de "CAI", na eventuele conversie overeenkomstig bijlage 2 bij het ministerieel besluit van 17 september 2020Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 17/09/2020 pub. 27/11/2020 numac 2020031680 bron waalse overheidsdienst Ministerieel besluit betreffende de aangiftemodellen en technische modaliteiten voor de toepassing van de retributie op industrieel afvalwater en het dienstverleningscontract voor industriële saneringen sluiten betreffende de aangiftemodellen en technische modaliteiten voor de toepassing van de belasting op industrieel afvalwater en het contract voor industriële saneringsdiensten;5° Volcapacitéstep, DCOcapacitéstep, MEScapacitéstep, Ntotcapacitéstep, Ptotcapacitéstep de nominale hoeveelheden in m3/dag en kg/dag van de openbare zuiveringsstations in leasing voor het vorige jaar;6° a, b, c, d, e en f de wegingcoëfficiënten zijn die vastgesteld zijn naar gelang van de impact van de verschillende parameters op de investeringskosten.Vanaf 1 januari 2020 worden ze om de vijf jaar door de "S.P.G.E." aangepast, op basis van de gegevens van het voorgaande jaar."; 2° in artikel 7.6, worden de woorden "Vanaf 1 januari 2020, worden de eenheidstarieven (bijlage 4) om de vijf jaar op voorstel van de "S.P.G.E." bij ministerieel besluit aangepast op basis van de gegevens van het jaar N-2." vervangen door de woorden door de woorden "De eenheidstarieven worden meegedeeld door de S.P.G.E. Vanaf 1 januari 2020 worden ze om de vijf jaar aangepast, overeenkomstig artikel R.336/3, § 1, op basis van de gegevens van het jaar N-2. De methode voor de berekening van de eenheidstarieven is uiteengezet in bijlage 4 van dit contract."; 3° artikel 9.1 wordt vervangen als volgt: " 9.1- Modaliteiten Elk jaar stuurt de S.P.G.E. vóór 15 juli een voorschotfactuur van de "C.A.I." en de "C.V.A." voor het lopende jaar.

In afwijking hiervan wordt de voorschotfactuur voor de "C.A.I." en de "C.V.A." in het eerste jaar na de ondertekening van het contract niet aan de inrichting toegezonden. In het tweede en derde jaar na de ondertekening van het contract bedraagt het voorschot 25% van het "C.A.I." en het "C.V.A." van het voorgaande jaar. Vanaf het vierde jaar na de ondertekening van het contract bedraagt het voorschot 50 % van het "C.A.I." en het "C.V.A." van het voorgaande jaar.

Elk jaar stuurt de S.P.G.E. vóór 15 oktober een regularisatiefactuur (of, in voorkomend geval, een creditnota) voor het voorgaande jaar, waarin rekening is gehouden met het gestorte voorschot. Deze factuur of creditnota wordt door de globale berekeningsnota gerechtvaardigd.

De betalingen worden gestort op rekening nr. BE28 091-0122502-20 geopend op naam van de "S.P.G.E." De facturen worden gericht aan de maatschappij ..............................., adres, BTW-nummer, rekeningnummer (in geval van eventuele terugbetaling).

In geval van wijziging van het factureringsadres moet de inrichting de S.P.G.E. daarvan in kennis stellen.

De inrichting, haar vertegenwoordigers, haar mandataris, haar vereffenaar en haar curator stellen de S.P.G.E. in kennis van elke liquidatieprocedure, gerechtelijke reorganisatie of faillissement.

De door de "S.P.G.E." uitgebrachte facturen zijn betaalbaar op de vervaldag.

De S.P.G.E. zal geen enkele betwisting meer aanvaarden na het verstrijken van een termijn van 6 maanden na de regularisatiefactuur, die dan geacht wordt door de bestemmeling te zijn aanvaard."; 4° artikel 14 wordt vervangen als volgt: "Artikel 14 - AANSPRAKELIJKHEDEN In geval van schade aan personen, goederen en het milieu die direct of indirect voortvloeit uit de activiteiten van de inrichting, staat deze laatste borg voor de S.P.G.E. en de OAA in het kader van elke vordering tot schadevergoeding die tegen hen kan worden ingesteld door een of meer derden.

De inrichting stelt de S.P.G.E. en de OAA in kennis van elke gebeurtenis die nadelig kan zijn voor de uitvoering van dit contract, en wel uiterlijk binnen 30 minuten na de ontdekking van deze gebeurtenis, waarbij de inrichting onmiddellijk alle informatie verstrekt die nuttig kan zijn voor de uitvoering van de saneringsdienst. Deze informatie moet per e-mail worden gezonden naar cai@spge.be, en per telefoon naar het nummer dat is vermeld op de pagina www.spge.be. Om volledig te zijn moet de informatie een beschrijving van de gebeurtenis bevatten, alsmede de maatregelen die zijn genomen of op het ogenblik van de mededeling zijn gepland, en de contactgegevens van de verantwoordelijke personen. De inrichting informeert haar personeel over deze verplichting en ziet erop toe dat zij wordt nageleefd. De "S.P.G.E." kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor een niet-perfecte uitvoering van dit contract indien zij te laat of op een ontoereikende of onvolledig geachte wijze op de hoogte wordt gebracht De inrichting verstrekt de S.P.G.E. het bewijs (attest en contract, in bijlage 6) dat zij bij een door de S.P.G.E. erkende verzekeraar een verzekeringspolis "burgerlijke aansprakelijkheid-exploitatie" heeft afgesloten die het risico dekt van schade aan de "S.P.G.E.", de "OAA" en derden ten gevolge van haar activiteit. De limieten zijn aangepast aan de activiteit van de onderneming.

Voor elke wijziging van de door de inrichting afgesloten verzekering "burgerlijke aansprakelijkheid-exploitatie" dient zij het nieuwe certificaat onverwijld aan de S.P.G.E. over te leggen. Het bedrijf stelt de "S.P.G.E." onverwijld schriftelijk in kennis van elke beëindiging, opschorting of annulering van het verzekeringscontract "burgerlijke aansprakelijkheid-exploitatie". Het niet verstrekken aan de "S.P.G.E." van de vereiste informatie over het bestaan of de wijziging van dit verzekeringscontract "burgerlijke aansprakelijkheid-exploitatie" of het niet van kracht zijn van een verzekeringspolis "burgerlijke aansprakelijkheid-exploitatie" vormt een contractuele fout van de inrichting die kan leiden tot opschorting of beëindiging van dit contract, na ingebrekestelling door de "S.P.G.E.""; 5° in titel C - BIJLAGEN BIJ HET CONTRACT, worden de woorden "Bijlage 4 - Eenheidstarieven" vervangen door de woorden "Bijlage 4 - Methode voor de berekening van de eenheidstarieven";6° in bijlage 3, getiteld "TECHNISCHE VOORWAARDEN TOT VASTSTELLING VAN DE LOZINGEN", wordt een nieuw lid ingevoegd onder het opschrift van die bijlage 3, dat luidt als volgt: "Voor bijlage 3 kan het onderstaande formaat worden gebruikt.Als alternatief kan een ander formaat worden gebruikt dat duidelijk dezelfde informatie bevat als bijlage 3."; 7° artikel 4 wordt vervangen als volgt: "BIJLAGE 4 - Methode voor de berekening van eenheidstarieven 1.Beginselen Wanneer de belastingplichtige daartoe door de "S.P.G.E." is gemachtigd, kan de "C.V.A.I." worden berekend op basis van eenheidstarieven. 2. Berekening van de "C.V.A.I." De eenheidstarieven worden voor elke sector vastgesteld in euro/m3 lozing of, bij ontstentenis daarvan, m3 verbruik.

De "C.V.A.I." wordt dan berekend volgens de formule : C.V.A.I. (euro) = eenheidsprijs (euro/m3) * jaarlijks volume geloosd (of verbruikt) industrieel afvalwater (m3) 3. Berekening van de eenheidstarieven Om het eenheidstarief voor elke sector te berekenen, wordt de C.V.A.I. als berekeningsgrondslag gebruikt volgens : eenheidsprijs (in euro/m3) = "C.V.A.I." berekeningsgrondslag (euro/m3)*(1+i)*m De "C.V.A.I." die voor de berekening van elke sector wordt gebruikt, is de som van de exploitatie-"C.V.A.I." van alle ondernemingen in de sector, uitgedrukt per m3. i = ratio (C.V.A.I.investstep+coll)/C.V.A.I.expl waarbij C.V.A.I.investstep+coll et C.V.A.I.expl sommen zijn van de tarieven over alle sectoren Voor het jaar 2015, wordt er vastgesteld: - i = 1,86 - m = 1,65 (vermenigvuldigingsfactor in verband met de toepassing van het eenheidstarief van de "C.V.A.I.").

Daarna wordt i om de 5 jaar geactualiseerd op basis van de C.V.A.I.investstep+coll et C.V.A.I.expl bepaald op basis van de resultaten van toezicht/metingen. m wordt om de 5 jaar geactualiseerd op basis van de ontwikkeling van de gemiddelde "C.V.A.I." De berekeningsgrondslag van de "C.V.A.I." voor elke sector wordt om de vijf jaar door de S.P.G.E. herzien, tegelijk met de herziening van de berekeningsformule van de "C.A.I.".

Dat bedrag van de "C.V.A.I.", berekeningsgrondslag wordt jaarlijks op 1 januari automatisch en van rechtswege geïndexeerd op basis van het indexcijfer van de consumptieprijzen dat zes weken vóór de datum van de indexering van kracht is.

In het bijzondere geval van ziekenhuizen, zwembaden en viskwekerijen worden de eenheidstarieven om de 5 jaar berekend op basis van de exploitatie- en investeringstarieven en de definitie van het inwonerequivalent. Het eenheidstarief van de C.V.A.I. wordt uitgedrukt in euro/bed voor ziekenhuizen, en in euro/m3 voor zwembaden en viskwekerijen.

Art. 5.De bepalingen van dit besluit zijn met ingang van 1 januari 2022 van toepassing op industriële saneringscontracten die zich op die datum voordoen of van kracht zijn.

Art. 6.De Minister bevoegd voor Leefmilieu is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 9 december 2021.

Voor de Regering: De Minister-President, E. DI RUPO De Minister van Leefmilieu, Natuur, Bossen, Landelijke Aangelegenheden en Dierenwelzijn, C. TELLIER