4 MAART 2004. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 4 juli 2002 tot bevordering van de milieuvriendelijke elektriciteit

De Waalse regering, Gelet op Richtlijn 96/92/EG van het Europees Parlement en van de Raad van 19 december 1996 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit;

Gelet op het decreet van 12 april 2001 betreffende de organisatie van de gewestelijke elektriciteitsmarkt, inzonderheid op hoofdstuk X, zoals gewijzigd bij het programmadecreet van 18 december 2003 houdende verschillende maatregelen inzake gewestelijke fiscaliteit, thesaurie en schuld, organisatie van de energiemarkten, leefmilieu, landbouw, plaatselijke en ondergeschikte besturen, erfgoed, huisvesting en ambtenarenzaken;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 20 januari 2004;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting;

Gelet op het advies van de « C.W.A.P.E. », gegeven op 6 februari 2004;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door het feit dat dit besluit vóór het einde van het eerste kwartaal bekendgemaakt moet worden daar de wijziging van de quota's vanaf 1 januari geldt en daar de quota's elk kwartaal opgeëist worden;

Gelet op het advies van 36.566/4 van de Raad van State, gegeven op 17 februari 2004, overeenkomstig artikel 84, eerste lid, 2o, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van de Minister van Vervoer, Mobiliteit en Energie;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Artikel 2 van het besluit van de Waalse Regering van 4 juli 2002 tot bevordering van de milieuvriendelijke elektriciteit wordt in fine aangevuld met het volgende lid : « In afwijking van het eerste lid worden de periodieke controles van de productiesites waarvan het ontwikkelbare nettovermogen gelijk is aan 20 kW of minder, minstens één keer om de vijf jaar uitgevoerd. »

Art. 2.In artikel 21 van hetzelfde besluit wordt paragraaf 4 vervangen als volgt : « § 4. Een vermindering van het aantal groene certificaten die aan de « C.W.A.P.E. » overgemaakt moeten worden overeenkomstig de bepalingen van de paragrafen 1 tot 3 kan vanaf 1 januari 2004 toegestaan worden aan één of meer leveranciers van een eindafnemer die voldoet aan de volgende voorwaarden : 1. de eindafnemer heeft rechtstreeks of via een federatie met het Waalse Gewest een overeenkomst gesloten om zijn energetische doelmatigheid te verbeteren op korte en middellange termijn;2. het verbruik van de eindafnemer is in de loop van bedoeld kwartaal hoger dan 5 GWh per exploitatiezetel overeenstemmend met een technische of industriële eenheid die geografisch binnen de grenzen van een provincie gevestigd blijft. De vermindering geldt voor de duur van de overeenkomst, met inbegrip van het kwartaal in de loop waarvan bovengenoemde afnemer de in punt 1 bedoelde overeenkomst gesloten heeft en van het kwartaal in de loop waarvan de overeenkomst eindigt.

Voor elke eindafnemer stemt de vermindering van het aantal groene certificaten overeen met een quotavermindering van : 1o 1/4 van de quota, voor het gedeelte van het trimestrieel elektriciteitsverbruik tussen 5 tot en met 25 GWh; 2o Z, voor het gedeelte van het trimestrieel elektriciteitsverbruik boven 25 GWh, waarbij Z = quota - 2.

Als de eindafnemer bevoorraad wordt door verschillende leveranciers voor dezelfde exploitatiezetel, zoals bedoeld in het eerste lid, 2, wordt de vermindering van het aantal groene certificaten verdeeld naar rato van de volumes geleverd door elke leverancier.

Om de vermindering te genieten bezorgt de leverancier de « C.W.A.P.E. » vóór het einde van de tweede maand na bedoeld kwartaal een door hem en door bedoelde eindafnemer getekend attest. Dat attest wordt overgemaakt aan de « C.W.A.P.E. », die de juistheid ervan onderzoekt.

Het attest vermeldt de referentie, de datum van de ondertekening en de duur van de overeenkomst bedoeld in het eerste lid, punt 1, de personalia van de leverancier en van de eindafnemer, de plaats van de exploitatiezetel, het volume van de leveringen, alsmede bedoeld kwartaal.

Een bedrijf voor het vervoer van goederen en/of personen dat een netwerk van fysisch gekoppelde communicatiewegen exploiteert wordt beschouwd als één enkele exploitatiezetel overeenstemmend met een technische of industriële eenheid, wat betreft de drijfkracht voor verplaatsingsdoeleinden. De geografische grens bedoeld in het eerste lid is niet van toepassing op dat type verbruik.

De kostenverminderingen die resulteren uit de bepalingen van deze paragraaf worden rechtstreeks afgewenteld op elke eindafnemer die ze veroorzaakt heeft.

In afwijking van het eerste en het tweede lid worden de overeenkomsten die nog niet getekend zijn maar die vóór 31 maart 2004 in eerste lezing door de Regering worden aangenomen, bij wijze van overgangsmaatregel in aanmerking genomen voor de quotavermindering in de loop van het eerste kwartaal 2004. Als dergelijke overeenkomst niet vóór 30 juni 2004 getekend wordt, gaat de « C.W.A.P.E. » bij de berekening van de quota betreffende het tweede kwartaal over tot de regularisatie van de ten onrechte vrijgestelde quota. »

Art. 3.In artikel 22 van hetzelfde besluit wordt de datum « 15 februari » vervangen door de datum « 31 maart ».

Art. 4.In artikel 24, tweede lid, van hetzelfde besluit wordt de nummering « § 3 » geschrapt.

Art. 5.Hetzelfde besluit wordt aangevuld met een artikel 28, luidend als volgt : «

Art. 28.De Minister van Energie is belast met de uitvoering van dit besluit. »

Art. 6.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2004.

Art. 7.De Minister van Energie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 4 maart 2004.

De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Vervoer, Mobiliteit en Energie, J. DARAS