Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 02 oktober 2014
gepubliceerd op 14 oktober 2014

Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 30 november 2006 tot bevordering van de groene elektriciteit uit hernieuwbare energiebronnen of uit warmtekrachtkoppeling

bron
waalse overheidsdienst
numac
2014206162
pub.
14/10/2014
prom.
02/10/2014
ELI
eli/besluit/2014/10/02/2014206162/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

2 OKTOBER 2014. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 30 november 2006Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 30/11/2006 pub. 29/12/2006 numac 2006204237 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering tot bevordering van de groene elektriciteit sluiten tot bevordering van de groene elektriciteit uit hernieuwbare energiebronnen of uit warmtekrachtkoppeling


De Waalse Regering, Gelet op het decreet van 12 april 2001Relevante gevonden documenten type decreet prom. 12/04/2001 pub. 01/05/2001 numac 2001027238 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende de organisatie van de gewestelijke elektriciteitsmarkt sluiten betreffende de organisatie van de gewestelijke elektriciteitsmarkt;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 30 november 2006Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 30/11/2006 pub. 29/12/2006 numac 2006204237 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering tot bevordering van de groene elektriciteit sluiten tot bevordering van de groene elektriciteit uit hernieuwbare energiebronnen of uit warmtekrachtkoppeling, laatst gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 3 april 2014;

Gelet op het voorstel CD-12j29-CWaPE-456 van de "CWaPE" van 9 november 2012 over de herziening van het ondersteuningsmechanisme voor producenten van elektriciteit vanaf fotovoltaïsche installaties met een vermogen lager dan of gelijk aan 10kW;

Gelet op advies CD-13g02-CWaPE-537 van de "CWaPE", uitgebracht op 2 juli 2013;

Gelet op het advies 54.571/4 van de Raad van State, gegeven op 23 december 2013, overeenkomstig artikel 84, § 1, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gelet op de toestand van de markt van de groene certificaten gekenmerkt door een overtollig volume van groene certificaten met als gevolg een aanzienlijk beroep op de aankoopgarantie door Elia georganiseerd bij artikel 40, eerste lid, van het decreet van 12 april 2001Relevante gevonden documenten type decreet prom. 12/04/2001 pub. 01/05/2001 numac 2001027238 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende de organisatie van de gewestelijke elektriciteitsmarkt sluiten; dat overtollig volume vloeit in het bijzonder voort uit de producenten van elektriciteit vanaf fotovoltaïsche installaties met een vermogen lager dan of gelijk aan 10kW en, zoals de "CWaPE" het in haar bijzonder jaarlijks verslag "L'évolution du marché des certificats verts" heeft onderstreept, uit een explosie van het aantal installaties op die markt;

Dat het gevolg van dit grootschalig beroep op de aankoopgarantie werkelijk is op de toeslag op het tarief voor de consumenten, voor zover bedoelde toeslag steeds verhoogd wordt;

Gelet op de beslissing (B)130516-CDC-658E/26 van 16 mei 2013 betreffende "het aangepaste tariefvoorstel van ELIA SYSTEM OPERATOR SA van 2 april 2013 voor de gereguleerde periode 2012-2015" aangenomen overeenkomstig artikel 12quater, § 2, van de wet van 29 april 1999Relevante gevonden documenten type wet prom. 29/04/1999 pub. 11/05/1999 numac 1999011160 bron ministerie van economische zaken Wet betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt sluiten betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt, waarin het volgende wordt bepaald : "198. In haar schrijven van 14 maart 2013 heeft Elia de "CREG" in kennis gesteld van de huidige toestand van de markt van de groene certificaten in het Waalse Gewest. Elia heeft ook aan de "CREG" gevraagd welke gevolgen, met name inzake tarieven, ze aan de door Elia gedane vaststelling wil geven. 199. Er bestaat heden geen concreet element waarmee de "CREG" op het verzoek van Elia kan antwoorden.Talrijke inlichtingen zijn onlangs in de pers of tijdens uitwisselingen tussen de "CREG" en de betrokken actoren verspreid, maar er is tot nu toe geen enkele officiële beslissing die deze inlichtingen heeft bekrachtigd. Aangezien concrete ontwikkelingen binnenkort worden verwacht, vindt de "CREG" het evenwel niet opportuun om het tarief voor de openbare dienstverplichting te wijzigen voor de financiering van de steunmaatregelen aan de hernieuwbare energie in Wallonië in het kader van het Aangepaste Tariefvoorstel. 200. De "CREG" beslist bijgevolg de door Elia voorgestelde waarden voor het jaar 2012 en 2013 goed te keuren.201. De "CREG" verzoekt er nochtans Elia om haar een nieuw voorstel tot aanpassing van dit tarief te doen zodra voldoende concrete elementen in aanmerking zullen kunnen worden genomen.In zijn brief van 26 april 2013 heeft Elia haar voornemen bevestigd om zich wat betreft dit tarief opnieuw tot de "CREG" te richten,.";

Dat de duidelijke wil van Elia is een nieuw tariefvoorstel op zeer korte termijn in te dienen om de toeslag op het tarief "groene certificaten" te verhogen, zoals onderstreept in de bovenvermelde tariefbeslissing van de "CREG";

Dat een dergelijke wil in de feiten werkelijk is geworden wanneer Elia via haar tariefvoorstel van 13 november 2013 een verhoging van de toeslag op het tarief "groene certificaten" opnieuw aan de "CREG" heeft aangevraagd;

Dat die aanvraag tijdelijk door Elia is opgeschort met het oog op de globale herziening van de groene certificaten;

Dat de "CREG" de volgende elementen heeft vermeld in haar tariefbeslissing van 19 december 2013, nr. (B)121219-CDC-658E/28 betreffende "het voorstel van 13 november 2013 van SA ELIA SYSTEM OPERATOR over de aanpassing vanaf 1 januari 2014 van de tarieven voor de openbare diensverplichtingen en van de belastingen en toeslagen en betreffende het verzoek van Elia van 17 december 2013" genomen overeenkomstig artikel 12quater, § 2, van de wet van 29 april 1999Relevante gevonden documenten type wet prom. 29/04/1999 pub. 11/05/1999 numac 1999011160 bron ministerie van economische zaken Wet betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt sluiten betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt en van de artikelen 9, 10 en 33 van het besluit (Z) 130328-CDC-1109/3 van 28 maart 2013 tot wijziging van het besluit van 24 november 2011 tot bepaling van de voorlopige berekeningsmethodes en tot vaststelling van de tariefvoorwaarden voor de aansluiting op en de toegang tot de elektriciteitsnetwerken met een vervoerfunctie: "23. Het dossier van Elia van 13 november 2013 omvat dan ook duidelijke cijfers over de verplichte toepassing van de openbare dienstverplichting die het Waalse Gewest aan Elia heeft opgelegd als beheerder van het plaatselijke transmissienet: (i) een tegen einde 2013 verwacht totaal tekort van 65.300.000,00 EUR voor de correcte raming, waarvan het seizoeneffect van 25.000.000,00 EUR afgetrokken moet worden, ofwel een structureel tekort van 40.300.000,00 EUR; (ii) de kosten van de aankoop van 4.320.000 groene certificaten in 2014 tegen de minimumprijs van 65,00 EUR/certificaat leiden tot een uitgave van 280.600.000,00 EUR in 2014; (iii) de kosten van de aankoop van 4.271.000 groene certificaten in 2015 tegen de minimumprijs van 65,00 EUR/certificaat leiden tot een uitgave van 277.600.000,00 EUR in 2015;

Dat betekent dat om haar kosten tijdens de regelingsperiode 2012-2015 te dekken, Elia tijdens de twee volgende jaar een totaalbedrag van 599.500.000,00 EUR zal moeten vorderen, waarbij dit bedrag verhoogd moet worden met 2.700.000,00 EUR in administratieve en financiële kosten ten laste van de toeslag om de kruissubsidies met de andere activiteiten te voorkomen. Zonder structurele aanpassingen en zonder toepassing van een degressie zou een toeslag over 2 jaar bijgevolg het bedrag van 602.200.000,00 EUR moeten dekken. 24. Dat bedrag moet afgewenteld worden naar verhouding van de verwachte volumes elektriciteit afgenomen op de netten van de beheerder van het plaatselijke transmissienet van het Waalse Gewest, namelijk 16,9 TWh in 2014 en 16,8TWh in 2015.25. Het is dus duidelijk dat het zonder bijkomende maatregelen met een toeslag van 13,82 EUR/MWh niet mogelijk is.Die waarde zou immers slechts 465.734.000,00 EUR tariefinkomsten tijdens het jaar 2014 en het jaar 2015 als gevolg hebben terwijl het voor dezelfde periode te dekken bedrag 602.200.000,00 EUR (cf. nummer 23 hierboven) bedraagt. 26. Uit alle documenten waarover de "CREG" beschikt, blijkt evenwel duidelijk dat het Waalse Gewest wel een reeks van structurele maatregelen beoogt : [...] 29. Door vast te stellen dat de nieuwe feitelijke elementen ertoe strekken aan te tonen dat bepaalde maatregelen, aangekondigd door de Waalse Regering concreet werden gemaakt en dat de partijen het welslagen van de intenties van de Waalse Regering voor ogen hebben, vermeldt Elia dat het haar bedoeling is tijdens de vergadering van haar raad van bestuur voorzien einde maart 2014 op die verschillende elementen te wijzen.Tijdens die vergadering gaat Elia na of het voortdurende decreet wel degelijk in werking is getreden en of de invoering van een draagverrichting realistisch is; 30. Daarom heeft Elia in de tussentijd de CREG gevraagd om ervan uit te willen gaan dat de verhogingsaanvraag in haar dossier van 13 november 2013 tijdelijk opgeheven wordt. Elia vraagt dus dat het tarief van openbare dienstverplichting op diens huidige niveau van 1 januari 2014 bevestigd wordt; 31. De CREG volgt die complexe problematiek reeds lange tijd op.Zij stelt het volgende vast : (i) de hypotheses en berekeningen voorgesteld door Elia betreffende het aantal certificaten stemmen volledig overeen met de evoluties en aantallen bekendgemaakt door de CWAPE; (ii) het verwachte tekort van Elia eind 2013 stemt overeen met wat reeds te lezen staat in de boekhouding van Elia in het halfjaarlijks verslag van 2012 en de latere ontwikkeling ervan in de loop van 2013, zoals bevestigd door de revisoren van Elia; (iii) de bevestiging van de maatregelen van de Waalse Regering is zeer recent en duidelijk steeds onvolledig; (iv) het betreft aanzienlijke bedragen en, zoals vermeld in nummer 15 hierboven, wenst de CREG te voorkomen dat er een vals signaal wordt uitgestuurd wat betreft het beleid gevoerd door het Waalse Gewest door binnen een te kort tijdsbestek een beslissing te treffen; (v) er bestaat slechts een klein risico op gekruiste subsidies daar Elia sinds aanvang 2013 de administratieve en financiële kosten in verband met de openbare dienstverplichting toerekent op het tarief waarvan sprake (dit vormt een aangestipt controlepunt voor de CREG); (vi) de CREG gaat van het principe uit dat de Waalse openbare dienstverplichting onder de beheerder van het plaatselijk net blijft vallen en dat het eventuele gebruik van een draagverrichting geen nadeel uitmaakt, zodat de verrichting neutraal zal zijn voor de netgebruiker; (vii) Elia vraagt zelf (maar ook in extremis) dat haar verzoek van 13 november 2013 tot tariefverhoging tijdelijk opgeschort wordt; (viii) in deze samenloop van omstandigheden noopt het voorzorgsbeginsel de CREG als administratieve overheid tot een voozichtige aanpak. De CREG zal zich evenwel opnieuw in de loop van het eerste semester 2014 uitspreken over een eventuele aanpassing van dat tarief dat door Elia aangevraagd zou worden; 32. In die omstandigheden en de bovenvermelde voorwaarden heeft de CREG geen bezwaar tegen de opschorting van de aanvraag van Elia en tegen de instandhouding van de huidige waarde van 13,8159 EUR/MWh te rekenen van 1 januari 2014. [...] DE CREG BESLIST haar beslissing in verband met de tarieven voor de openbare dienstverplichting voor de financiering van de steunmaatregelen voor hernieuwbare energie in Wallonië op te schorten.

Het huidig tarief van 13,8159 EUR/MWh wordt dus voorlopig behouden; »;

Dat Elia bij schrijven van 15 januari 2014 gericht aan de heer Minister van Energie haar vrees nogmaals herhaald heeft mocht de toestand op de markt voor groene certificaten ongewijzigd blijven en heeft als volgt het tijdelijk karakter van de opschorting van de verhoging van de overbelasting "groene certificaten" opnieuw bevestigd : « (...) het is u niet onbekend dat Elia met een significant tekort blijft kampen tussen de uitgaven die zij draagt in het kader van de openbare dienstverplichting in de aankoop van Waalse groene certificaten tegen een gewaarborgde minimumprijs en de ontvangsten die ze int via de toepassing van een overbelasting voor deze openbare dienstverplichting. De raad van bestuur van Elia blijft bekommerd omtrent deze toestand die uit de jaarrekeningen eind 2013 blijkt. Te meer omdat de CREG recent, zoals wij dit op haar aandringen aan de commissie voorgesteld hebben, aanvaard heeft om de opwaartse herziening van de toeslag waarvan sprake tijdelijk op te schorten in afwachting van een spoedige aanneming van reglementaire teksten ter afronding van het wettelijk kader voor de invoering van de vrijstellingen en de vorming van een reserve van groene certificaten.";

Dat de impact van voorgaande gegevens en de risico's op een verhoging van de overbelasting aan tarieven van groene certificaten voor elektriciteitsafnemers en met name voor de ondernemingen in een situatie van Europese en internationale concurrentie aanzienlijk zijn;

Overwegende dat huidige maatregel in het globale kader van de hervorming van de groene certificaten met het oog op het opnieuw bereiken van een marktevenwicht voor groene certificaten past;

Dat er in dat verband met name een mechanisme van voorraadvorming is ingevoerd, evenals een stelsel van gedeeltelijke vrijstellingen van de toeslag "groene certificaten" voor sommige eindafnemers;

Dat de maatregel, overwogen in ontwerp-besluit, volgens advies CD-13k07-CWaPE-816 van de CWaPE van 20 november 2013, het mogelijk zou moeten maken om het aantal groene certificaten, toegekend voor die installaties, met 12 tot 13 miljoen groene certificaten over de periode 2018-2027 terug te dringen; dat het volume betrokken groene certificaten geacht kan worden een significante invloed te hebben op de markt voor groene certificaten daar de totale groen-certificatenmarkt via de teruggegeven quota's 6,5 miljoen groene certificaten in 2020 bedraagt;

Overwegende dat het verband tussen de beperking van het volume van groene certificaten uit het ontwerp-besluit en de tarieftoeslag eveneens door de CWaPE werd benadrukt in haar specifiek jaarverslag van 2012 over de evolutie van de markt voor groene certificaten. In hoofdstuk 4 van dat verslag, gewijd aan de evolutie van de markt van groene certificaten over de periode 2013-2020, houdt de CWaPE in haar hypotheses rekening met de beslissing van de Waalse Regering, op 30 mei 2013 in eerste lezing aangenomen, om de toekenningsduur van de groene certificaten voor de Solwatte-installaties van 15 tot tien jaar terug te brengen. Op grond van de verschillende hypotheses, w.o. voorgaande, bemerkt de CWaPE: "een terugkeer naar een marktevenwicht voor groene certificaten is in 2020 mogelijk voor zover het gehele volume aan groene certificaten, in de Solwatt-branche geproduceerd vanaf 2013, door Elia overgekocht wordt";

Overwegende dat het verband tussen de beperking van het volume van groene certificaten uit het ontwerp-besluit en de tarieftoeslag op korte termijn daadwerkelijk is via het draagmechanisme van voorraadaanleg van groene certificaten, ingevoegd in het decreet van 12 april 2001Relevante gevonden documenten type decreet prom. 12/04/2001 pub. 01/05/2001 numac 2001027238 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende de organisatie van de gewestelijke elektriciteitsmarkt sluiten betreffende de organisatie van de gewestelijke elektriciteitsmarkt ("elektriciteitsdecreet" hierna) via het decreet van 11 december 2013 houdende de tweede aanpassing van de algemene begroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2013 (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad op 17 januari 2014/erratum op 5 februari 2014);

Dat genoemd mechanisme tot aanleg van een voorraad van overtollige groene certificaten door een financiële bemiddelaar met name berust op een vooruitzicht op een terugkeer naar de markt voor de afloop van de maximale draagduur van de in voorraad gebrachte groene certificaten.

In haar advies nr. CD-13l19-CWaPE-840 van 20 december van 2013 « m.b.t. het ontwerp van decreet tot wijziging van het decreet van 12 april 2001Relevante gevonden documenten type decreet prom. 12/04/2001 pub. 01/05/2001 numac 2001027238 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende de organisatie van de gewestelijke elektriciteitsmarkt sluiten betreffende de organisatie van de gewestelijke elektriciteitsmarkt tot invoering van een rechtsgrond voor het mechanisme inzake externe financiering van de groene certificaten via een financiële bemiddelaar alsook voor de vrijstellingen van de Elia-toeslag », gaat de CWaPE opnieuw uit van de veronderstelling dat de duur van toekenning van de groene certificaten van 15 tot 10 jaar verminderd wordt voor de Solwatt-installaties en schat ze de hoeveelheid groene certificaten waarvoor de financiële bemiddelaar een voorraad moet aanleggen op die basis. In haar analyse toont de CWaPE, in die veronderstelling en rekening houdend met de evolutie van de quota's groene certificaten, dat de groene certificaten die het voorwerp van het draagmechanisme hebben uitgemaakt uit de voorraad mogen treden, vanaf 2017 in het scenario S1 en vanaf 2019 in het scenario S2. Dat vooruitzicht op een terugkeer op de markt, essentieel voor een succesvolle draaghandeling - en bijgevolg, voor de stabilisatie van het niveau van de Elia-toeslag op 13,82 €/MWu (het huidige niveau) - is dus nauw verbonden met de maatregel van dit ontwerp van besluit : Dat, bij gebrek aan uitvoering van het ontwerp van besluit, een hoeveelheid van 12 à 13 miljoen bijkomende groene certificaten de markt zal overspoelen tussen 2018 en 2027, waarbij elk vooruitzicht van overname door de markt van de in voorraad opgenomen groene certificaten denkbeeldig wordt;

Gelet op de noodzaak van het behoud van een garantie van rendabiliteit van de productie-installaties d.m.v. fotovoltaïsche panelen met minder dan 10kW nettovermogen, waarbij de duur van toekenning van groene certificaten voor dezelfde installaties snel gewijzigd kan worden om te voldoen aan de doelstelling inzake algemeen belang van het geheel van de verbruikers om voordeel te halen van een redelijke tarifaire toeslag;

Overwegende dat de CWaPE in haar advies CD-13g02-CWaPE-537 bevestigt dat de wijziging van de factor 'k' waarin voorzien wordt in de nieuwe paragraaf 1bis van dit besluit « zou bijdragen tot de vermindering van de zeer gunstige rendabiliteit van die installaties en, bijgevolg, tot de beperking van de aanzienlijke weerslag van de Elia-toeslag op de verbruikers »;

Overwegende dat een regering op grond van een jurisprudentie een systeem via rechtzettende maatregelen kan bijsturen met het oog op de herziening van de investeringen die een normale winst overstijgen, als de herziening berust op sociale overwegingen - met name de bescherming van de minst bedeelde verbruikers - en op economische overwegingen - terugkeer naar een marktevenwicht - (zie nota aan de Regering, jurisprudentie CIRDI van 23 september 2010 en Grondwettelijk Hof van het Koninkrijk België van 30 maart 2010 en 17 juli 2014). De prijs van het groene certificaat bedraagt tegenwoordig 65 € maar het is niet uitgesloten dat die prijs verhoogd wordt als gevolg van de aanneming van dit besluit en dat de tijdelijke storende effecten of het gebrek aan rendabiliteit van de fotovoltaïsche panelen dankzij de wederopleving van de markt verholpen moeten worden. Het is trouwens om die reden dat onderzoek gevoerd wordt naar de voorwaarden waaronder een afwijking van de toepassing van het stelsel achteraf genoten kan worden;

Dat artikel 38, § 5, van het decreet van 12 april 2001Relevante gevonden documenten type decreet prom. 12/04/2001 pub. 01/05/2001 numac 2001027238 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende de organisatie van de gewestelijke elektriciteitsmarkt sluiten betreffende de organisatie van de gewestelijke elektriciteitsmarkt, gelezen in combinatie met artikel 40 van hetzelfde besluit de Regering toelaat om « het aantal groene certificaten te verminderen dat toegekend wordt naar gelang van de leeftijd van de installatie voor de productie van groene elektriciteit, van haar rendabiliteit en productiekanaal » met inachtneming van de verplichting tot aankoop van groene certificaten ten laste van de beheerder van het plaatselijke vervoersnet, die bestaat gedurende « maximum 180 maanden [...] ten aanzien van de rendabiliteit van het project. »;

Dat het voorgedragen mechanisme tot gevolg heeft dat het in de toekomst het voordeel van de matigende coëfficiënt « k » zal beperken wat betreft de installaties waarvoor de modaliteiten tot toekenning van groene certificaten degene zijn die toepasselijk zijn tot 30 november 2011;

Dat het voorgedragen mechanisme, waarbij de doelstelling gehaald wordt die erin bestaat de luchtbel van de groene certificaten te beperken, dient om ook de rendabiliteit van bedoelde installaties te garanderen door aan de producenten groene certificaten voor een periode van 10 jaar toe te kennen vanaf fotovoltaïsche installaties met minder dan 10 kW netto-vermogen, waarvan de toekenningsmodaliteiten degene zijn die toepasselijk zijn tot 30 november 2011;

Dat de CWaPE in haar advies nr. CD-13k07-CWaPE-816 van 20 november 2013 betreffende « de toepassing van een factor k = 0 voor de fotovoltaïsche installaties met een vermogen ...; 10 kW die in aanmerking komen voor de toekenningsmodaliteiten die toepasselijk zijn tot 30 november 2011 », uitgebracht overeenkomstig artikel 43bis, § 1, van het decreet van 12 april 2001Relevante gevonden documenten type decreet prom. 12/04/2001 pub. 01/05/2001 numac 2001027238 bron ministerie van het waalse gewest Decreet betreffende de organisatie van de gewestelijke elektriciteitsmarkt sluiten betreffende de organisatie van de gewestelijke elektriciteitsmarkt, besloten heeft tot een significante weerslag van de voorgestelde maatregel, luidend als volgt : « 3. Advies Wat betreft de weerslag van de maatregel die door de Waalse Regering voorgedragen wordt i.v.m. de rendabiliteit van bedoelde installaties (+ 79 000), acht de CWaPE, op basis van de veronderstellingen die in haar analyse opgenomen zijn, dat de SOLWATT-installaties waarvoor de toekenningsduur van 15 tot 10 jaar (factor 'k' = 0) verlaagd zou worden, een rendabiliteitsvoet zouden behouden die gelijk aan of hoger zou zijn dan de referentie-rendabiliteitsvoet voor de fotovoltaïsche zonne-energiesector (7 %), met uitzondering van een beperkt aantal installaties geplaatst in 2008 (vanaf 8 kWc wanneer een btw-tarief van 6 % van toepassing was en vanaf 5 kWc wanneer een btw-tarief van 21 % van toepassing was). Voor dergelijke gevallen dient te worden opgemerkt dat het wijzigend ontwerp van besluit bepaalt dat de betrokken producenten een dossier zullen kunnen indienen waarmee het gebrek aan rendabiliteit ten aanzien van de verleende steun aangetoond kan worden om de aanvankelijk vastgelegde factor « k » te genieten. »;

Dat die rendabiliteitsgarantie ook gegeven wordt door de mogelijkheid die dezelfde producenten, in de veronderstelling dat ze rendabiliteitsproblemen zouden ondervinden, hebben na toepassing van de nieuwe factor k op hun installatie in de toekomst, en de aanvankelijke referentie-rendabiliteit niet zouden halen; of, in de veronderstelling dat de vermindering van de toekenningsduur collaterale gevolgen, namelijk « storende externe effecten », zou hebben voor lopende overeenkomsten of contracten en bijgevolg, voor de rechten van derden, om op overlegging van een gemotiveerd individueel dossier, in aanmerking te komen voor de factor « k » waarop ze aanspraak konden maken voor de wijziging die bij dit besluit wordt aangebracht; het « storend extern effect » dat voortvloeit uit de wijziging van de vastgelegde aanvankelijke toekenningsduur is « storend » wanneer het bestaat in een negatieve financiële weerslag voor de producent en is « extern » wanneer het gevolgen heeft voor de rechten van derden, zoals wanneer de toekenning van groene certificaten gepaard gaat met het nakomen van conventionele of contractuele verplichtingen;

Dat het criterium inzake differentiatie tussen de producenten die kunnen verzoeken om de toepassing van de factor 'k' die voorafgaat aan dit besluit en de andere producenten objectief en gegrond is ten opzichte van het criterium van de rendabiliteit van de installatie en van het feit dat de rechten van derden niet geschonden worden door de uitwerking van deze maatregel tot beperking van de aanvankelijke duur van toekenning van de groene certificaten en, bijgevolg, ten opzichte van het evenredigheidsbeginsel;

Dat dit besluit de bescherming van verschillende doelstellingen beoogt : a) het gaat eerst en vooral om een sociale maatregel tot bescherming van de minst bedeelde verbruikers : in casu, een maatregel die een losbarsting van de Elia-toeslag tracht te voorkomen ten einde de eindprijs van de elektriciteit niet te verhogen die, overeenkomstig de derde richtlijn, een betaalbare prijs moet blijven voor alle verbruikers en meer bepaald voor de minst bevoordeelde, die het meest getroffen worden door een significante verhoging van de Elia-toeslag; en b) het gaat om een economische maatregel die een explosie van het aantal groene certificaten in de tijd tracht te voorkomen opdat de prijs van een groen certificaat opnieuw meer dan 65 € zou kunnen bedragen, zoals de CWaPE het voorspelt op middellange termijn en, eventueel, de voordelen van een minder gestoorde markt zou kunnen terugvinden.Zodra de markt de groene certificaten aan een prijs boven 65 € zal aanbieden, zal zich een vermenigvuldigingseffect voordoen vermits de groene certificaten niet meer door Elia afgekocht zullen worden, met als rechtstreeks gevolg dat de toeslag zal verminderen;

Dat de maatregel een tijdelijke correctiemaatregel is daar de duur van de ondersteuning van de waarde niet van de gewaarborgde prijs onderscheiden mag worden. Daar de Regering in dit stadium immers besloten heeft om niet aan de gewaarborgde minimumprijs te raken, belets niets, wat juist het doel van die maatregel is, dat de prijs van het groene certificaat op middellange termijn opnieuw stijgt en de eventuele storende buiteneffecten en/of een eventueel uitblijven van rendabiliteit tenietdoet. Daarom wordt de behandeling per dossier uitgesteld naar het einde van de periode, wanneer de actoren een duidelijker inzicht zullen hebben in de eventuele storende buiteneffecten en/of een eventueel uitblijven van rendabiliteit van de installatie;

Dat dit ontwerp parallel met de onderzoeksprocedure voor ieder individueel dossier op grond van een deskundigenverslag waarin de privé- en publieke belangen waarvan sprake in het ontwerp-besluit vertegenwoordigd worden in de mogelijkheid voor de Regering voorziet om vrijstellingen per categorieën producenten te bepalen, indien dergelijke categorieën ontstaan. De private belangen waarvan sprake in het ontwerp-besluit vertegenwoordigen personen, verenigingen of belangengroepen die het bestaan van een objectief belang voor de steun voor de productie van hernieuwbare elektriciteit d.m.v. fotovoltaïsche panelen met een laag nettovermogen kunnen bewijzen. Het kan ook personen uit het maatschappelijk middenveld betreffen (eigenaars, vzw's, consumentenverenigingen enz), installateurs van fotovoltaïsche panelen, bonden (verbruikersbonden, bouwsectorbonden, bonden van installateurs) of privé-personen die zich met de financiering van dergelijke projecten bezighouden (banken, verzekeraars, enz);

Dat de andere denksporen, onderzocht door de Regering zoals een verlaging van de gewaarborgde minimumprijs naar de toekomst voor de bestaande installaties naar een niveau dat verenigbaar is met een referentierendabiliteit van 7 percent, of nog de invoering van een vorm van belastingheffing op de Solwatt-installaties, de betrokken producenten zouden kunnen benadelen, meer dan de voorgestelde maatregel;

Dat voorzover huidig ontwerp enerzijds in een vermindering van de factor "k" voorziet, en dus in de toekenningsduur van groene certificaten voor de installaties waarvan de toekenningsmodaliteiten van groene certificaten de modaliteiten zijn die van toepassing zijn tot 30 november 2011, om in te gaan op een algemeen doel van prijsverlaging voor de tarieftoeslag en anderzijds een onderzoeksprocedure invoert per dossier inzake de bijzondere voorwaarden van de producenten, evenals een mogelijkheid tot vrijstellingen per categorie door de Regering, de voorgestelde maatregel van dit ontwerp-besluit in verhouding staat tot de nagestreefde doelen;

Op de voordracht van de Minister van de Plaatselijke Besturen, Stedenbeleid, Huisvesting en Energie;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In artikel 15 van het besluit van de Waalse Regering van 30 november 2006Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 30/11/2006 pub. 29/12/2006 numac 2006204237 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering tot bevordering van de groene elektriciteit sluiten tot bevordering van de groene elektriciteit uit hernieuwbare energiebronnen en uit warmtekrachtkoppeling, voor het laatst gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 3 april 2014, worden twee paragrafen ingevoegd, luidend als volgt : " § 1ter. In afwijking van paragraaf 1, zesde lid, voor de installaties voor de productie van elektriciteit d.m.v. fotovoltaïsche panelen met een nettovermogen lager dan of gelijk aan 10 kW, waarvan de toepasbare factor "k", overeenkomstig paragraaf 1, zesde lid, de factor "k" is die van kracht was vóór 1 december 2012, bepaalt de Minister, op voordracht van de CWaPE, de toepasbare factor "k" ten opzichte van de ouderdom en de rendabiliteit van de installatie.

Elke producent bedoeld in het eerste lid kan, tussen 18 maanden en, uiterlijk 6 maanden vóór het einde van de periode van toekenning van groene certificaten vastgesteld overeenkomstig het eerste lid, een dossier indienen bij de CWaPE om te genieten van de aanvankelijk bepaalde factor "k" overeenkomstig paragraaf 1, zesde lid. Het dossier bevat, op zijn minst, het bewijs van een van de volgende elementen: 1° het niet-bereiken door de fotovoltaïsche installatie, na toepassing van de nieuwe factor "k" vastgesteld door de Minister bedoeld in het eerste lid, van de referentie-rendabiliteit die op het ogenblik van de installatie gelden;2° een storend buiteneffect op de lopende overeenkomsten of contracten dat voortvloeit uit de wijziging van de oorspronkelijke periode van toekenning vastgesteld overeenkomstig paragraaf 1, zesde lid, met als gevolg een financiële, ongunstige en onherroepelijke impact voor de producent. De CWaPE bepaalt en deelt de modaliteiten en de termijnen in verband met de behandeling van de dossiers bedoeld in het vorige lid mee op haar website.

Op basis van het dossier, brengt de CWaPE advies uit over de rendabiliteit van het project rekening houdend in het bijzonder met de bespaarde energie gevaloriseerd aan de reële prijs van de energie en de groene certificaten. Als een gebrek aan rendabiliteit of als een storend buiteneffect overeenkomstig het tweede lid wordt bewezen, dan verleent de Minister de factor "k" vastgesteld overeenkomstig paragraaf 1, zesde lid, aan de betrokken producent. § 1quater. Een groep van deskundigen bepaalt de typologie van de bijzondere gevallen die zouden kunnen in aanmerking komen voor de afwijking georganiseerd bij paragraaf 1 ter. Deze groep van deskundigen is samengesteld uit 10 leden aangewezen door de Regering na oproep tot belangverklaring, namelijk: a) 5 leden die de openbare overheden vertegenwoordigen; b) 5 leden die de private belangen vertegenwoordigen die het bestaan van een objectief belang voor de steun voor de productie van hernieuwbare elektriciteit d.m.v. fotovoltaïsche panelen met een lage nettovermogen kunnen bewijzen en de verenigingen ter bescherming van de consumenten.

De groep van deskundigen maakt een verslag over aan de Waalse Regering betreffende de typologie van de tegengekomen gevallen binnen 18 maanden na de inwerkingtreding van deze paragraaf.

Op basis van het verslag bedoeld in het tweede lid en na advies van de CWaPE, kan de Regering categorieën van producenten vaststellen die, op grond van hun kenmerken, bewijzen dat ze de overeenkomstig paragraaf 1, zesde lid, vastgestelde factor "k" kunnen genieten. ».

Art. 2.De Minister van Energie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 2 oktober 2014.

De Minister-President, P. MAGNETTE De Minister van Plaatselijke Besturen, Stedenbeleid, Huisvesting en Energie, P. FURLAN

^