gepubliceerd op 25 mei 2004
Besluit van de Waalse Regering betreffende de « Conseil supérieur du Logement »
1 APRIL 2004. - Besluit van de Waalse Regering betreffende de « Conseil supérieur du Logement » (Hoge Huisvestingsraad)
De Waalse Regering, Gelet op de Waalse Huisvestingscode ingesteld bij het decreet van 29 oktober 1998 zoals gewijzigd bij de decreten van 18 mei 2000, 14 december 2000, 31 mei 2001 en 15 mei 2003, inzonderheid op artikel 200;
Gelet op het Besluit van de Waalse Regering van 15 april 1999 tot oprichting van een « Conseil supérieur du Logement »;
Gelet op het advies van Financiën, gegeven op 15 januari 2004;
Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 22 januari 2004;
Gelet op advies nr. 36.488/4 van de Raad van State, gegeven op 16 februari 2004;
Op de voordracht van de Minister Huisvesting;
Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Begripsomschrijvingen
Artikel 1.In de zin van dit besluit wordt verstaan onder : 1° Minister : de Minister bevoegd voor Huisvesting;2° Raad : de « Conseil supérieur du Logement » bedoeld in artikel 200 van de Waalse Huisvestingscode;3° bestuur : het Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Patrimonium van het Ministerie van het Waalse Gewest;4° code : de « Waalse Huisvestingscode ». HOOFDSTUK II. - Samenstelling
Art. 2.§ 1. Op grond van een dubbellijst wijst de Regering de 27 gewone en plaatsvervangende leden van de Raad aan, onder wie : 1° twee gewone vertegenwoordigers en twee plaatsvervangers van de « Société wallonne du Logement » (Waalse Huisvestingsmaatschappij) die door haar worden voorgedragen;2° twee gewone vertegenwoordigers en twee plaatsvervangers van de « Société wallonne de Crédit social » (Waalse Maatschappij voor Sociaal Krediet) die door haar worden voorgedragen;3° twee gewone vertegenwoordigers en twee plaatsvervangers van het « Fonds du Logement des Familles nombreuses de Wallonie » (Waals Woningfonds van de grote gezinnen) die door hem worden voorgedragen;4° twee gewone vertegenwoordigers en twee plaatsvervangers van de openbare huisvestingsmaatschappijen die door openbare huisvestingsmaatschappijen of hun federatieve eenheden worden voorgedragen;5° twee gewone vertegenwoordigers en twee plaatsvervangers van de sociale kredietloketten die door sociale kredietloketten of door hun federatieve eenheden worden voorgedragen;6° twee gewone vertegenwoordigers en twee plaatsvervangers van de gemeenten die door de « Union des Villes et Communes de Wallonie » (Unie van de Waalse Steden en Gemeenten) worden voorgedragen;7° twee gewone vertegenwoordigers en twee plaatsvervangers van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, die door de « Union des Villes et Communes de Wallonie » worden voorgedragen;8° een gewone vertegenwoordiger en een plaatsvervanger die door de « Association des Provinces wallonnes » (Vereniging van de Waalse Provincies) worden voorgedragen;9° een gewone vertegenwoordiger en een plaatsvervanger van de buurtregieën die door erkende buurtregieën of hun federatieve eenheden worden voorgedragen;10° een gewone vertegenwoordiger en een plaatsvervanger van de agentschappen voor sociale huisvesting die door erkende agentschappen voor sociale huisvesting of hun federatieve eenheden worden voorgedragen;11° een gewone vertegenwoordiger en een plaatsvervanger van de verenigingen ter bevordering van de huisvesting die door verenigingen ter bevordering van de huisvesting of hun federatieve eenheden worden voorgedragen;12° drie gewone vertegenwoordigers en drie plaatsvervangers van de universiteiten die door de « Conseil interuniversitaire de la Communauté française » (Interuniversitaire Raad van de Franse Gemeenschap) worden voorgedragen;13° een gewone vertegenwoordiger en een plaatsvervanger van de eigenaars, die door de door de Regering aangewezen representatieve organisaties worden voorgedragen;14° een gewone vertegenwoordiger en een plaatsvervanger van de huurders, die door de door de Regering aangewezen representatieve organisaties worden voorgedragen;15° twee gewone vertegenwoordigers en twee plaatsvervangers van verenigingen, die worden voorgedragen door verenigingen zonder winstoogmerk, die haar activiteiten op het gebied van huisvesting uitoefenen;16° twee gewone vertegenwoordigers en twee plaatsvervangers van de sociale partners, die door de Sociaal-economische Raad van het Waalse Gewest worden voorgedragen. § 2. De voorstellen worden aan de Minister gezonden. § 3. De plaatsvervangende leden hebben slechts zitting bij verhindering van het gewone lid tot wiens plaatsvervanger ze zijn benoemd.
Art. 3.De Regering wijst een voorzitter en een ondervoorzitter onder de raadsleden aan.
Indien hij afwezig is, wordt de voorzitter vervangen door de ondervoorzitter of, bij diens ontstentenis, door het oudste van de aanwezige leden.
Art. 4.De duur van het mandaat van de raadsleden is vijf jaar. Het mandaat is verlengbaar.
Bij overlijden, ontslag van een gewoon lid of verlies door dit laatste van het mandaat toegekend door het orgaan dat hem heeft voorgedragen, wordt het mandaat door zijn plaatsvervanger voleindigd.
Bij overlijden, ontslag van een plaatsvervangend lid of verlies door dit laatste van het mandaat toegekend door het orgaan dat hem heeft voorgedragen of bij toepassing van het vorige lid, wijst de Regering een nieuwe plaatsvervanger aan. HOOFDSTUK III. - Werking
Art. 5.Het bureau bestaat uit de voorzitter, de ondervoorzitter en twee leden die door de Raad worden aangewezen.
Het bureau bereidt de vergaderingen van de Raad voor.
Art. 6.§ 1. De agenda van de Raad wordt door het bureau vastgesteld.
Een aanvraag van minstens 6 raadsleden wordt op de agenda geplaatst volgens de in het huishoudelijk reglement bepaalde modaliteiten. § 2. Behoudens met redenen omklede dringende noodzakelijkheid die door de meerderheid van stemmen wordt goedgekeurd, mogen alleen de agendapunten besproken worden.
Art. 7.§ 1. De Raad beslist en beraadslaagt op geldige wijze als de helft van de leden aanwezig zijn. Als deze voorwaarde niet wordt vervuld, wordt de Raad opnieuw opgeroepen volgens de in het huishoudelijk reglement bepaalde modaliteiten. De Raad stemt dan op geldige wijze ongeacht het aantal aanwezige leden. § 2. De adviezen en verslagen worden aangenomen bij meerderheid van stemmen. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter beslissend.
Art. 8.In elke aanvraag bedoeld in artikel 200, 7°, van de Code bepaalt de Regering de termijn waarover de Raad beschikt om advies uit te brengen. Die termijn begint te lopen de dag waarop het secretariaat van de Raad de aanvraag ontvangt. Deze termijn mag niet korter zijn dan dertig kalenderdagen of, in geval van met redenen omklede dringende noodzakelijkheid, tien kalenderdagen.
Art. 9.De Raad komt ten minste vier keer per jaar bijeen.
Werkgroepen worden op initiatief van de Raad georganiseerd. De Raad nodigt de deskundigen die hij gedurende zijn vergaderingen of de vergaderingen van een werkgroep wenst te horen, uit.
Art. 10.De Raad bepaalt zijn huishoudelijk reglement. Het wordt aan het Bestuur voor advies voorgelegd en aan de goedkeuring van de Regering onderworpen.
Art. 11.Het bestuur kan personeelsleden aanwijzen om elke vergadering van de Raad, het bureau en de werkgroepen bij te wonen. Ze heeft raadgevende stem.
Art. 12.De Raad bepaalt voor 15 juli van elk jaar een uitgavenbegroting en een programma van potentiële activiteiten voor het volgende kalenderjaar. De Minister keurt het programma van potentiële activiteiten binnen vijftig dagen na ontvangst ervan goed.
Bij ontstentenis wordt het programma geacht goedgekeurd te zijn. De goedkeuring wordt genomen onder voorbehoud van de in de begroting van het betrokken jaar voorziene kredieten.
Art. 13.Het secretariaat van de Raad, geleid door een secretaris van universitair niveau, zorgt voor de materiële coördinatie en de logistieke aspecten van de werken van de Raad, van het bureau en van de werkgroepen alsmede de algemene controle op de uitvoering van de opdrachten van de Raad en op het programma van potentiële activiteiten en dit met inachtneming van de uitgavenbegroting.
Het oefent bovendien alle voorbereidende werken uit, die nodig zijn voor de opdrachten van de Raad. HOOFDSTUK IV. - Presentiegelden en vergoedingen
Art. 14.De raadsleden ontvangen een presentiegeld voor elke vergadering van de Raad, van het bureau of van een werkgroep waarop ze zitting hebben en waaraan ze deelnemen.
Het bedrag van een presentiegeld is 65 euro voor de voorzitter en 45 euro voor de andere leden.
Deze bedragen zijn gekoppeld aan het indexcijfer der consumptieprijzen van september 2003 en worden op 1 januari van elk jaar geïndexeerd op grond van het indexcijfer der consumptieprijzen van september van het vorige jaar.
Art. 15.Wanneer ze één of meer vergaderingen van de Raad, van het bureau of van een werkgroep bijwonen, genieten de raadsleden, ongeacht het gebruikte vervoermiddel, de terugbetaling van de reiskosten onder de voorwaarden bepaald in artikel LIV.TII.CI.12 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode en van de parkeerkosten.
Voor de berekening van het terug te betalen bedrag is de in aanmerking te nemen vertrekplaats de gewoonlijke werkplaats van het lid of, bij ontstentenis, zijn woonplaats.
Elke persoon mag slechts een terugbetaling van de reiskosten per dag genieten.
Art. 16.De aanwezigheid op de vergaderingen die recht geven op het presentiegeld, wordt vastgesteld in het daartoe door de secretaris van de Raad gehouden register. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen
Art. 17.De eerste vergadering van de Raad vindt plaats binnen zes maanden na de inwerkingtreding van dit besluit.
Art. 18.Het besluit van de Waalse Regering van 15 april 1999 tot oprichting van een « Conseil supérieur du Logement » wordt opgeheven.
Art. 19.De Minister van Huisvesting is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 1 april 2004.
De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Begroting, Huisvesting, Uitrusting en Openbare Werken, M. DAERDEN