1 APRIL 1999. - Besluit van de Waalse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen aangebracht in het typebestek voor het vervoer van leerlingen die de door de Franse Gemeenschap op het grondgebied van het Franse taalgebied georganiseerde of gesubsidieerde onderwijsinstellingen bezoeken, goedgekeurd bij het besluit van 27 april 1995

De Waalse Regering, Gelet op de wet van 29 mei 1959 tot wijziging van sommige bepalingen van de onderwijswetgeving, zoals gewijzigd;

Gelet op de wet van 6 juli 1970 op het buitengewoon onderwijs;

Gelet op het decreet II van de Franse Gemeenschap van 19 juli 1993 tot toekenning van de uitoefening van sommige bevoegdheden van de Franse Gemeenschap aan het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie, inzonderheid op artikel 3, 5°;

Gelet op het decreet II van het Waalse Gewest van 22 juli 1993 tot toekenning van de uitoefening van sommige bevoegdheden van de Franse Gemeenschap aan het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie, inzonderheid op artikel 3, 5°;

Gelet op het decreet van het Waalse Gewest van 16 juli 1998 houdende reglementering van het vervoer van leerlingen die de door de Franse Gemeenschap op het grondgebied van het Franse taalgebied georganiseerde of gesubsidieerde onderwijsinrichtingen bezoeken;

Gelet op het besluit van de Regent van 15 juni 1947 houdende bepalingen betreffende de verzekering van de automobielen gebezigd voor bezoldigd personenvervoer;

Gelet op het besluit van de Regent van 20 september 1947 houdende algemeen reglement betreffende het geregeld vervoer, het geregeld tijdelijke vervoer, de bijzondere vormen van geregeld vervoer en het ongeregeld vervoer;

Gelet op het koninklijk besluit van 7 februari 1974 betreffende de wijze waarop de reisonkosten van leerlingen uit het buitengewoon onderwijs ten laste genomen worden door de Staat;

Gelet op het koninklijk besluit van 15 september 1976 houdende reglement op de politie van personenvervoer per tram, premetro, metro, autobus en autocar;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 27 april 1995 tot goedkeuring van het typebestek voor het vervoer van leerlingen die de door de Franse Gemeenschap op het grondgebied van het Franse taalgebied georganiseerde of gesubsidieerde onderwijsinstellingen bezoeken;

Gelet op het advies gegeven op 25 augustus 1998 door de Commissie voor gespecialiseerde geregelde diensten, ingesteld bij het besluit van de Waalse Regering van 8 juli 1993;

Op de voordracht van de Minister van Ruimtelijke Ordening, Uitrusting en Vervoer, Besluit :

Artikel 1.Dit besluit regelt, overeenkomstig artikel 138 van de Grondwet, een aangelegenheid bedoeld in artikel 127 van de Grondwet.

Het is van toepassing op het grondgebied van het Franse taalgebied.

Art. 2.De wijzigingen aangebracht in het typebestek voor het vervoer van leerlingen die de door de Franse Gemeenschap op het grondgebied van het Franse taalgebied georganiseerde of gesubsidieerde onderwijsinstellingen bezoeken, goedgekeurd bij het besluit van 27 april 1995, worden goedgekeurd.

Art. 3.De gecoördineerde versie van het typebestek wordt als bijlage bijgevoegd.

Art. 4.De Minister tot wiens bevoegdheden het leerlingenvervoer behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 1 april 1999.

De Minister-President van de Waalse Regering, belast met Economie, Buitenlandse Handel, K.M.O's, Toerisme en Patrimonium, R. COLLIGNON De Minister van Ruimtelijke Ordening, Uitrusting en Vervoer, M. LEBRUN

Bijlage Typebestek voor het vervoer van leerlingen die de door de Franse Gemeenschap op het grondgebied van het Franse taalgebied georganiseerde of gesubsidieerde onderwijsinstellingen bezoeken Begripsomschrijving

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° opdrachtgever : het Waalse Gewest, Waals Ministerie van Uitrusting en Vervoer, Algemene Directie Vervoer of het openbaar exploitatiebedrijf « TEC » dat voor de betrokken zone bevoegd is; 2° vervoerder : de natuurlijke persoon of de rechtspersoon wiens activiteit bestaat in het bezoldigde personenvervoer d.m.v. motorvoertuigen; 3° de Minister : de Minister tot wiens bevoegdheden het leerlingenvervoer behoort;4° vervoerkilometers : aantal kilometers van het gesloten theoretische traject, met de onderwijsinstelling of de als laatste bediende onderwijsinstelling als vertrek- en aankomstpunt, dat de ophaaldienst langs de kortste rijweg mogelijk maakt;5° gemiddelde dagelijkse kilometrage : quotiënt van de wekelijkse vervoerkilometers gedeeld door het aantal trajecten tijdens die periode.6° categorie : geheel van de verschillende voertuigcapaciteiten waarvoor dezelfde prijs per kilometer wordt toegepast;7° zitplaats voor volwassenen : zitplaats die, op grond van de technische voorschriften van het voertuig, bestemd is voor een persoon van minimum 13 jaar;8° capaciteit : bepaling van het aantal reizigers in een voertuig, uitgedrukt in het aantal zitplaatsen voor volwassenen.9° schooljaarbegin : begin van het nieuwe schooljaar. Onderwerp

Art. 2.De vervoerder verbindt zich tegenover de opdrachtgever tot het vervoer van leerlingen in het kader van een gespecialiseerde geregelde dienst.

Die verbintenis betreft o.a. de betrouwbaarheid en de veiligheid van de dienst.

Niettegenstaande de wijzigingen van de basisgegevens, mag de vervoerofferte niet gewijzigd worden t.o.v. de in hiernavolgende artikel 3, § 5, bedoelde criteria, behoudens voorafgaande toestemming van de opdrachtgever.

Om deze dienst te organiseren bepaalt de opdrachtgever de nodige halteplaatsen (in- en uitstappen) en de capaciteit van het voertuig; op eigen initiatief of door uitdrukkelijke goedkeuring van de door de vervoerder afgegeven reisbladen bepaalt hij het traject, de dienstregeling en het aantal vervoerkilometers.

De halteplaatsen moeten ten minste 500 m van elkaar verwijderd zijn, behalve behoorlijk gemotiveerd geval.

Procedure

Art. 3.§ 1. De concessie van een dienst voor leerlingenvervoer wordt toegekend overeenkomstig de volgende bepalingen. Voor zover ze met die bepalingen overeenstemmen, zijn ook van toepassing de voorschriften van de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en die van het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken in zoverre dat zij de procedure van de beperkte offerteaanvraag en de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking betreffen.

Voor elk traject wordt een afzonderlijke overeenkomst gesloten en een afzonderlijke gunningprocedure uitgevoerd. § 2. De gunningprocedure d.m.v. een beperkte offerteaanvraag is de regel. Ze wordt hierna nader bepaald.

Per « TEC »-exploitatieperimeter wordt een lijst opgemaakt van de vervoerders die een offerte zouden kunnen indienen. Elke vervoerder kan steeds vragen om op één of meer lijsten te worden opgenomen. Hij zendt de opdrachtgever een geschreven aanvraag waarin hij zijn personalia opgeeft, alsook de vervoerzone(s) waarvoor hij belang toont. Die gegevens hebben bewijskracht zolang de vervoerder geen andere meedeelt.

Nadat de opdrachtgever de kandidaturen heeft onderzocht, keurt hij de lijst goed.

De vervoerder krijgt bevestiging van zijn inschrijving.

Elke weigering van inschrijving moet met redenen omkleed zijn en wordt aan de vervoerder meegedeeld.

Een vervoerder kan van bovenbedoelde lijst geschrapt worden bij beslissing van de opdrachtgever, gemotiveerd door ernstige redenen.

Die beslissing wordt hem zo spoedig mogelijk meegedeeld.

Tegen een beslissing waarbij de inschrijving wordt geweigerd of ingetrokken kan binnen 30 dagen na de mededeling ervan bij aangetekende brief beroep worden ingesteld bij de Minister. Als de inschrijving wordt ingetrokken, heeft het beroep geen schorsende kracht. De Minister beschikt over een termijn van 45 dagen vanaf de ontvangst van de mededeling van het beroep om te beslissen.

Bij gebrek aan beslissing binnen die termijn, wordt ze geacht gunstig te zijn voor de vervoerder.

In de loop van de maand januari worden de vervoerders die op 31 december van het voorafgaande jaar op de lijst vermeld staan via een bericht in kennis gesteld van de gezamenlijke dienstconcessies die in de loop van het kalenderjaar vervallen.

De vervoerder die na die datum op de lijst voorkomt, wordt in kennis gesteld van de concessies die vervalt na vijf maanden na de datum van indiening van zijn inschrijvingsaanvraag waarvan hij het bewijs moet kunnen leveren.

De vervoerder die drie maanden vóór het verstrijken van de overeenkomst een concessie heeft aangevraagd, wordt verzocht een prijsofferte in te dienen.

Het verzoek vermeldt o.a. de personalia van de opdrachtgever die informatie kan verstrekken, de referentie-basisgegevens, het adres waar de offertes moeten worden ingediend, de gunningcriteria, de datum en het uur van de openbare opening van de offertes. § 3. Naast de bovenvermelde reglementaire bepalingen, moeten de vervoerders de volgende voorschriften in acht nemen wanneer zij een offerte doen : - de offerte wordt in het Frans opgesteld aan de hand van het bij dit bestek gevoegde formulier waarvan alle rubrieken ingevuld moeten worden.

De vervoerder neemt de nodige voorzorgsmaatregelen om zijn offerte met kennis van zaken in te dienen. Zonodig geeft hij, op straffe van uitsluiting, ten minste acht dagen vóór de opening van de offertes kennis van de fouten of gebreken die hij in het verzoek heeft vastgesteld; - de prijzen liggen binnen de tariefmarges van de toegepaste schaal bepaald op grond van de standaardkostprijs die wordt goedgekeurd door de Commissie voor gespecialiseerde geregelde diensten, ingesteld bij het besluit van de Waalse regering van 8 juli 1993. De schaal wordt jaarlijks in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt; - de aangeboden voertuigcapaciteit moet ten minste overeenstemmen met de vereiste capaciteit en mag niet groter zijn dan de op het attest van de technische controle vermelde capaciteit; - aanvaard worden alleen de voertuigen die uiterlijk 31 december van hun twaalfde jaar door de vervoerder gekocht worden en die minder dan 15 jaar oud zijn bij de opening van de offertes. De grens van 12 jaar wordt berekend vanaf 1 januari volgend op de datum van de eerste ingebruikneming; de grens van 15 jaar wordt berekend vanaf de datum van de eerste ingebruikneming; - bij de offerte worden een afschrift van het registratiebewijs, van het identificatieverslag en van de kaart van de technische controle van het voertuig gevoegd; - een afschrift van de bestelbon voor een voertuig waarvan de geboden capaciteit volstaat, dat bij de offerte wordt gevoegd, wordt aanvaard als bewijs dat het voertuig geleverd zal worden vooraleer de overeenkomst begint te lopen op voorwaarde dat bij die bon een inschrijvingsaanvraag, belastingzegels en een vignet 705 of elk ander gelijkwaardig stuk worden gevoegd. In dit geval moeten de voorwaarden inzake de technische controle, registratie of verzekering vervuld worden uiterlijk de dag waarop de overeenkomst begint te lopen. § 4. Bij de opening van de offertes worden de naam van de vervoerder, de geboden prijs en de opmerkingen betreffende de kenmerken van het voorgestelde voertuig afgekondigd. § 5. De opdrachtgever kiest de offerte die hij het meest interessant vindt op grond van de criteria vermeld in het verzoek om een offerte in te dienen, met name in dalende volgorde van belang : - de prijs, - de dienstveiligheid, geschat o.a. op grond van de opmerkingen die eventueel op de kaart van de technische controle voorkomen en de in het verzoek vermelde technische voorschriften, - de dienstkwaliteit, geschat o.a. op grond van het aantal geboden zitplaatsen voor volwassenen, de schikking van de zetels alsook de gebruiksduur van het voorgestelde voertuig, - de dienstcontinuïteit, geschat o.a. op grond van de beschikbaarheid van het voertuig voorgesteld bij de indiening van de offertes en de maatregelen genomen om elke dienststoring te voorkomen.

Het evenwicht van de criteria wordt vermeld in het verzoek om een offerte in te dienen.

Als verschillende offertes worden weerhouden, zal de opdrachtgever hetzij de betrokken vervoerders uitnodigen hun offerte te verbeteren, met inachtneming van de in § 3, tweede streepje, van dit artikel bedoelde tariefmarges, hetzij tot een loting overgaan.

Overeenkomst - Aanhangsel

Art. 4.§ 1. Tussen de opdrachtgever en de vervoerder, aangewezen als onderneming waaraan de dienst wordt toegewezen, wordt een overeenkomst gesloten waarvan het model bij dit bestek gaat.

Elke wijziging in de overeenkomst zal het voorwerp uitmaken van een genummerd aanhangsel dat door beide partijen wordt getekend. Een model van aanhangsel gaat bij dit bestek. § 2. De vervoerder mag zijn overeenkomst noch afstaan noch geheel of gedeeltelijk door een derde laten uitvoeren zonder voorafgaande geschreven toelating van de opdrachtgever.

In dit geval wordt de akte van overdracht van de concessie in de vorm van een aanhangsel bij de overeenkomst gevoegd en staat erin vermeld dat de concessie wordt voortgezet onder de in de overeenkomst of in het laatste erbij gevoegde aanhangsel bepaalde voorwaarden. § 3. In geval van gedeeltelijke of gehele overdracht van de activiteiten van leerlingenvervoer van de vervoerder, van fusie of splitsing van zijn onderneming, wordt de geschreven toestemming van de opdrachtgever vereist voor de overdracht van de uitdrukkelijk geïdentificeerde concessie(s).

Een afschrift van de akte van overdracht van de concessie zal in de vorm van een aanhangsel bij de hoofdovereenkomst gevoegd worden.

Rijdend personeel

Art. 5.De bestuurder van het voertuig moet steeds in het bezit zijn van het vereiste rijbewijs, een geldig medisch attest en de documenten betreffende de sociale voorzieningen.

De afgevaardigde van de opdrachtgever moet vlot toezicht kunnen houden op het personeel en het voertuig, alsook op de behoorlijke uitvoering van de dienst.

Voertuigen - Gebruiksduur - Capaciteit

Art. 6.§ 1. Voor de geregelde gespecialiseerde dienst moet voortdurend gebruik gemaakt worden van een voertuig dat overeenkomstig de wettelijke en reglementaire bepalingen in goede staat is bevonden door de bevoegde diensten van de technische controle.

De opdrachtgever kan personeel afvaardigen om na te gaan of het voertuig binnen en buiten in goede staat is en, in geval van ongunstig verslag, de vervoerder nauwkeurige instructies geven om de vastgestelde gebreken te verhelpen. Onder bewarende titel mag hij het gebruik van het voertuig zelfs verbieden als de veiligheid van de vervoerde personen niet verzekerd kan worden. § 2. Een voertuig van meer dan 12 jaar mag niet gebruikt worden voor een geregelde gespecialiseerde dienst.

Elk voertuig moet buiten dienst gesteld worden uiterlijk aan het einde van het schooljaar waarin het de gebruiksduur van 15 jaar bereikt.

De gebruiksduur van het voertuig wordt berekend zoals bepaald in artikel 3, § 3, vierde streepje. § 3. De voertuigen moeten voorzien zijn van een efficiënt verwarmingssysteem in verhouding tot hun capaciteit.

Longitudinale banken zijn verboden in voertuigen die voorgesteld worden in het kader van de in artikel 3, § 2 bedoelde procedure. § 4. De capaciteit van de voertuigen wordt berekend op grond van de volgende gegevens : 1° Kinderen onder dertien jaar die het gewoon of het buitengewoon onderwijs, type 1, 3, 5, 8, in de zin van artikel 5 van het koninklijk besluit van 28 juni 1978, volgen. Elk kind wordt geacht 2/3 van een zitplaats voor volwassenen te bezetten.

De berekening is de volgende : een zitplaats voor twee volwassenen : 2 = x*2/3 x = 3 kinderen; een zitplaats voor drie volwassenen : 3 = x*2/3 x = 4,5 afgerond op 4 kinderen; een zitplaats voor vier volwassenen : 6 kinderen; een zitplaats voor vijf volwassenen : 7 kinderen; enz.

Eenpersoonszitplaatsen komen niet in aanmerking voor deze berekening.

De kinderen die het buitengewoon onderwijs van type 3 volgen, hebben evenwel recht op een zitplaats voor volwassenen, voor zover zij meer dan 50 % van het maximumaantal vervoerde leerlingen vertegenwoordigen op spitsuren. 2° Gehandicapte kinderen zonder rolstoel. Gehandicapte kinderen van het type 2, 4, 6, 7, bezetten een zitplaats voor volwassenen, ongeacht hun leeftijd. 3° Gehandicapte kinderen met rolstoel. Een rolstoel neemt de plaats in van verschillende zitplaatsen voor volwassenen. De capaciteit wordt berekend als volgt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Een opgebouwde rolstoel wordt gelijkgesteld met een zitplaats voor volwassen voor zover hij in de passagiersruimte van het voertuig wordt geplaatst. 4° Voor gehandicapte kinderen van het type 2 en 4, voorziet de vervoerder, op schriftelijk verzoek van de opdrachtgever, de zitplaatsen voor volwassenen op eigen kosten van veiligheidsgordels en plaatst hij, eveneens op eigen kosten, de door de ouders verschafte gipsbedden. De gordels voldoen aan de geldende wettelijke bepalingen. § 5. De elevator waarmee een voertuig eventueel uitgerust is, komt niet in aanmerking voor de bepaling van de capaciteit.

De vervoerder die, op aanvraag van de opdrachtgever bij de gunning van de concessie of met zijn uitdrukkelijke instemming, het gebruikte voertuig van deze elevator voorziet, geniet evenwel een maandelijkse tegemoetkoming van 3.500 BEF. Deze tegemoetkoming, die door de Minister kan worden herzien, wordt op de in artikel 9 bedoelde maandelijkse rekening ingeschreven.

Als de aanvraag van de opdrachtgever in de loop van de overeenkomst wordt ingediend, wordt de maandelijkse vergoeding in onderlinge overeenstemming vastgesteld.

Prijs

Art. 7.§ 1. De prijs per vervoerkilometer wordt vastgesteld op grond van de vereiste capaciteit van het voertuig en van het gemiddelde dagelijkse aantal kilometers, voorzien bij de offerteaanvraag, bij het sluiten van de overeenkomst of zoals zij werden gewijzigd bij aanhangsel bij de oorspronkelijke overeenkomst. Deze prijs omvat alle taksen en lasten die op het vervoer bezwaren, exclusief BTW. Het ten laste nemen van begeleidingspersoneel geeft geen aanleiding tot extra kilometers. § 2. De voor hetzelfde traject vereiste capaciteiten kunnen verschillen naar gelang van de dag, 's morgens, 's middags en 's avonds. Deze wijziging beperkt zich evenwel tot het vaststellen van één capaciteit per dag, behalve op maandag en vrijdag in geval van vervoer van interne leerlingen, en tot maximum twee verschillende capaciteiten voor het geheel van de weekdagen.

Voor de bepaling van de vereiste capaciteit wordt rekening gehouden met het begeleidingspersoneel.

Art. 8.De toegelaten prijs voor een dienst verzekerd d.m.v. een voertuig van een vereniging zonder winstoogmerk, een niet-professionele feitelijke vereniging, een gemeente of een provincie, is gelijk aan 80 % van het minimumtarief bedoeld in de schaal waarvan sprake in artikel 3, § 3, tweede streepje.

Facturering

Art. 9.De facturen worden maandelijks in drievoud op naam van de opdrachtgever opgemaakt wanneer alle dienstverleningen van de maand waarop zij betrekking hebben, verricht zijn. Als de maand van het begin of van het einde van het schooljaar minder dan 6 schooldagen telt, komen de desbetreffende dienstverleningen respectievelijk op de factuur van de volgende of de vorige maand te staan.

De facturen van september en oktober worden opgemaakt aan de hand van de gegevens die op de laatste factuur van het vorige schooljaar voorkomen, behalve voor de overeenkomsten die op 1 september in werking treden. Ze worden aangepast bij het opmaken van de factuur van de maand november.

De facturen moeten uiterlijk de twintigste van de volgende maand aan de opdrachtgever gestuurd worden.

Er wordt één factuur per concessie opgemaakt.

Onverminderd de wettelijke voorschriften komen de volgende gegevens op deze factuur voor : - de betrokken maand(en) en het trajectnummer; - de datum van de overeenkomst of die van het aanhangsel en het nummer ervan; - het gemiddelde dagelijkse aantal vervoerkilometers en het aantal werkdagen gedurende de maand(en) waarop de factuur betrekking heeft, met een forfaitair minimum van 60 km per dag, behalve voor de in artikel 8 bedoelde diensten, waarvoor het aantal werkelijk afgelegde kilometers vermeld wordt; - de prijs per vervoerkilometer; - het totaalbedrag van de vervoerkosten; - het BTW-bedrag en -tarief; - het te betalen totaalbedrag, op de frank afgerond (de decimaal gelijk aan 5 of meer wordt op de eenheid naar boven afgerond); - de vermelding « waar en oprecht verklaard voor een bedrag van... frank » (voluit schrijven); - de datum en de handtekening van de vervoerder.

Wijzigingen van de basisgegevens

Art. 10.De volgende gegevens kunnen naar gelang van de behoeften onder de hiernavermelde voorwaarden door de opdrachtgever worden gewijzigd : 1° het aantal vervoerkilometers : in geval van wijziging van het traject wordt de wijziging van het aantal vervoerkilometers toegepast zodra ze aan de vervoerder wordt meegedeeld.Bij het wederopmeten van het traject kan een wijziging van het aantal kilometers vastgesteld worden. In dit geval gaat de wijziging in vanaf de datum van de toepassing van het laatste aanhangsel betreffende de wijziging van de kilometers en op z'n vroegst in het begin van het lopende schooljaar; 2° de capaciteit van het voertuig : - de verhoogde capaciteit van het voertuig gaat in zodra zij aan de vervoerder wordt meegedeeld; De capaciteit wordt in voorkomend geval één keer per trimester verminderd, met hoogstens één vermindering van twee opeenvolgende categorieën per schooljaar. De referentiecapaciteit wordt vastgesteld op 30 juni van het vorige schooljaar.

Voor het eerste trimester van het schooljaar gaat de vermindering op z'n vroegst in november in. Voor een nieuwe overeenkomst wordt de capaciteitsvermindering beperkt tot maximum één categorie gedurende het eerste lopende schooljaar.

Art. 11.Wat de meerjarige overeenkomsten betreft, wordt de basisprijs op de eerste dag van elk schooljaar aangepast, voor zover de aanpassing het gevolg is van een wijziging van de in artikel 3, § 3, tweede streepje, bedoelde tarieven. Die aanpassing betreft de tarieven die van toepassing zijn op de datum van de opstelling van de overeenkomst of op de datum van de laatste prijswijziging.

Voor de toepassing van het eerste lid van dit artikel en van artikel 10 moet het verschil tussen de nieuwe prijzen evenredig blijven met het verschil tussen de vorige prijs van de overeenkomst en het toegestane maximumtarief van toepassing bij het sluiten van voornoemde overeenkomst.

Periode

Art. 12.Onverminderd de toepassing van artikel 13 loopt de overeenkomst aangegaan na een procedure van beperkte offerteaanvraag over een periode van tien jaar. De overeenkomsten gesloten na een onderhandelingsprocedure worden tot de duur van het schooljaar beperkt.

Ontbinding en opschorting

Art. 13.§ 1. De overeenkomst eindigt zonder opzegging noch vergoeding wanneer de administratieve vergunning van de gespecialiseerde geregelde dienst, afgegeven door de Regering, ingetrokken wordt. § 2. Bij wederzijds akkoord kunnen de partijen elk ogenblik een einde stellen aan hun overeenkomst. § 3. De vervoerder die de bij dit bestek bepaalde verplichtingen niet nakomt en de door de opdrachtgever gegeven schriftelijke richtlijnen niet in acht neemt, wordt gestraft met de in artikel 14 bedoelde straffen en, in voorkomend geval, met de ontbinding van de overeenkomst, zonder vergoeding noch opzegging.

Indien de opdrachtgever, na de ontbinding van de overeenkomst, een nieuwe overeenkomst moet aangaan die duurder is, komt het verschil ten laste van de vervoerder tot de nieuwe overeenkomst vervalt. § 4. De lopende overeenkomsten kunnen door de opdrachtgever vroegtijdig ontbonden worden ten gevolge van een beslissing genomen overeenkomstig artikel 6 van het decreet van 16 juli 1998 waarbij de voorrang van het openbaar vervoer t.o.v. de gespecialiseerde dienst opnieuw bevestigd wordt.

De overeenkomst mag niet ontbonden worden vóór het einde van het schooljaar waarin de opzegging wordt betekend. Vergoeding is uitgesloten. § 5. De lopende overeenkomsten worden zonder opzeggingstermijn noch vergoeding ontbonden wanneer de dienst doelloos is geworden bij gebrek aan leerlingen ten gevolge van de sluiting van één of meer onderwijsinstellingen. § 6. De lopende overeenkomsten kunnen door de opdrachtgever vervroegd ontbonden worden ten gevolge van een reorganisatie van de trajecten in één of meer zones.

Deze ontbinding gaat slechts in aan het einde van het lopende schooljaar, op het moment van de kennisgeving ervan.

De bij de ontbinding van de overeenkomst(en) betrokken vervoerder wordt vergoed ten belope van 1 % van de bezoldiging die hij tot de normale vervaldatum van de overeenkomst had kunnen genieten. Die bezoldiging wordt berekend aan de hand van de basisgegevens die beschikbaar zijn op het moment van de ontbinding. Het jaar van de kennisgeving van de ontbinding komt niet meegerekend.

Bovendien wordt deze vergoeding slechts toegekend voor zover de vervoerder, die de ontbonden overeenkomst heeft ondertekend, ten gevolge van de herstructurering van de zone één of meer overeenkomsten niet in de wacht heeft kunnen slepen waarvan de basisgegevens gelijkwaardig worden geacht, of voor zover hij geen gelijkwaardig geachte vermeerdering van de basisgegevens heeft genoten op één of meer trajecten waarvan hij houder is in voornoemde herstructureerde zone.

Gelijkwaardig worden geacht de basisgegevens die geen vermindering van de lopende jaarlijkse bezoldiging van meer dan 10 % tot gevolg hebben.

Fouten en tekortkomingen

Art. 14.§ 1. Als de vervoerder de voorschriften van de overeenkomst of de schriftelijke voorschriften van de opdrachtgever niet in acht neemt, wordt een proces-verbaal opgemaakt waarvan hem onmiddellijk een afschrift bij ter post aangetekende brief wordt toegezonden.

De vervoerder moet onmiddellijk gevolg geven. Hij mag zijn verweermiddelen bij ter post aangetekende brief aan de opdrachtgever doen gelden binnen 10 kalenderdagen na de verzenddatum. Na afloop van deze termijn wordt zijn stilzwijgen als een erkenning van de vastgestelde feiten beschouwd.

Bij gebrek aan verweermiddelen of aan erkenning van de gegrondheid ervan, past de opdrachtgever de in § 6 hieronder bedoelde straf toe, onverminderd een eventuele schadevergoeding of een andere schadeloosstelling.

De vervoerder die zijn verweermiddelen geregeld heeft doen gelden, mag de tekortkoming(en) die hem verweten wordt/worden en waarvoor een straf werd toegepast, binnen 10 dagen na kennisgeving van de voorziene straf aanhangig maken bij de Commissie voor gespecialiseerde geregelde diensten. Dit beroep, dat niet opschortend is, staat op de agenda van de volgende vergadering van de Commissie. § 2. De tekortkomingen te wijten aan overmacht zoals stakingen, lock-out, oorlogsonlusten, verkeersongevallen of stilleggen van het verkeer, verkeersomleidingen en slechte weersomstandigheden sluiten elke verantwoordelijkheid van de vervoerder uit en geven de opdrachtgever geen recht op een vergoeding noch op de ontbinding van de overeenkomst.

Pech, lekke banden, schade aangericht aan zijn voertuigen door elementen of personen die deel uitmaken van het bedrijf, een gebrek aan onderhoud of een slecht onderhoud worden niet als overmacht beschouwd en stellen de vervoerder dus niet vrij van zijn verantwoordelijkheid en van de toepassing van de in § 6 bedoelde straffen. § 3. In de loop van de overeenkomst mag het betrokken voertuig slechts in de volgende gevallen door een ander voertuig worden vervangen : - als de opdrachtgever een capaciteitswijziging eist die een verandering van voertuig als gevolg heeft; - als het onbeschikbaar is omwille van een technisch probleem; - als het vanwege zijn gebruiksduur buiten dienst wordt gesteld; - als de opdrachtgever een betere dienstkwaliteit wenst.

De vervoerder stelt de opdrachtgever in kennis van het kenteken, het merk, de datum van ingebruikneming, de capaciteit van het vervangingsvoertuig en de schikking van de zetels. Dit voertuig moet voldoen aan de in artikel 6, § 2, bedoelde gebruiksduurvoorwaarden.

De vervanging van het voertuig om technische redenen mag de nodige tijd voor de vereiste technische controle niet overschrijden.

In dit geval moet, in afwijking van artikel 4, § 1, tweede lid, alleen de vervoerder die partij bij de overeenkomst is, de opdrachtgever onmiddellijk en behoorlijk inlichten. § 4. Als overmacht of technische onbeschikbaarheid hem beletten de dienst zelf waar te nemen, mag de vervoerder zich door een andere vervoerder laten vervangen.

In afwijking van artikel 4, § 1, tweede lid, moet alleen de vervoerder die partij bij de overeenkomst is, de opdrachtgever onmiddellijk en uitvoerig informeren, waarbij alleen de vervoerder verantwoordelijk blijft voor de uitvoering van de overeenkomst. Met name de redenen en de duur van de vervanging moeten nauwkeurig opgegeven worden.

Het feit dat een andere dienst wordt verleend met een voertuig dat voor leerlingenvervoer wordt gebruikt, wordt niet als een geval van overmacht beschouwd. § 5. De niet-nakoming en de overtredingen van dit bestek, van de schriftelijke voorschriften en van de hiernavermelde reglementen geven aanleiding tot straffen, uitgedrukt in punten, of tot de ontbinding van de overeenkomst.

Deze straffen worden door de opdrachtgever bepaald en schriftelijk meegedeeld aan de vervoerder. Ze hebben onmiddellijk gevolg.

Elk strafpunt stemt overeen met een inhouding gelijk aan de bezoldiging voor 10 kilometer tegen de prijs van de overeenkomst of van het laatste aanhangsel op het moment van de feiten.

Dit bedrag wordt afgetrokken van het te betalen bedrag van de factuur voor de dienstverleningen van de volgende maand. § 6. De niet-nakoming en de overtredingen alsmede de straffen die ermee gepaard gaan, worden als volgt ingedeeld : In geval van herhaling van de overtreding binnen hetzelfde schooljaar wordt de toegepaste straf telkens verdubbeld, met een mogelijke ontbinding van de overeenkomst vanaf de tweede herhaling.

De straffen zijn cumulatief.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse regering van 1 april 1999 tot goedkeuring van de wijzigingen aangebracht in het typebestek voor het vervoer van leerlingen die de door de Franse Gemeenschap op het grondgebied van het Franse taalgebied georganiseerde of gesubsidieerde onderwijsinstellingen bezoeken, goedgekeurd bij het besluit van de Waalse regering van 27 april 1995.

Namen, 1 april 1999.

De Minister-President van de Waalse regering, belast met Economie, Buitenlandse Handel, K.M.O.'s, Toerisme en Patrimonium, R. COLLIGNON De Minister van Ruimtelijke Ordening, Uitrusting en Vervoer, M. LEBRUN