Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 28 juni 2019
gepubliceerd op 08 oktober 2019

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de uitvoering van het Circusdecreet van 1 maart 2019

bron
vlaamse overheid
numac
2019041973
pub.
08/10/2019
prom.
28/06/2019
ELI
eli/besluit/2019/06/28/2019041973/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

28 JUNI 2019. - Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de uitvoering van het Circus decreet van 1 maart 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 01/03/2019 pub. 02/04/2019 numac 2019011326 bron vlaamse overheid Decreet houdende een circusbeleid sluiten


DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen, artikel 20;

Gelet op het Circus decreet van 1 maart 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 01/03/2019 pub. 02/04/2019 numac 2019011326 bron vlaamse overheid Decreet houdende een circusbeleid sluiten, artikel 8, eerste lid, 2° en 5°, artikel 10, § 3, eerste en tweede lid, artikel 11, § 4, artikel 12, § 1, tweede lid en § 5, artikel 13, § 4, artikel 16, vierde lid, artikel 23, § 1, vierde lid, en § 2, eerste en tweede lid en artikel 25, § 2;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 27 maart 2019;

Gelet op het advies van de sectorraad Sociaal-Cultureel werk van de Raad voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media, gegeven op 9 mei 2019;

Gelet op advies 66.228/3 van de Raad van State, gegeven op 17 juni 2019, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Cultuur, Media, Jeugd en Brussel;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK 1. - Definities

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder: 1° afsprakenkader: het Afsprakenkader Onderzoek, vermeld in artikel 16, tweede lid, 2°, van het Circus decreet van 1 maart 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 01/03/2019 pub. 02/04/2019 numac 2019011326 bron vlaamse overheid Decreet houdende een circusbeleid sluiten;2° financieel verslag: een verslag waarbij wordt aangetoond welke kosten zijn gemaakt voor de realisatie van de activiteit waarvoor de subsidie is toegekend, en welke opbrengsten de subsidieontvanger in het kader van die activiteit heeft verworven, hetzij uit de activiteit zelf, hetzij uit andere bronnen;3° huishoudelijk reglement: het reglement met praktische bepalingen waarin de deontologie van de beoordelaars en interne aangelegenheden van een commissie en haar beoordelingsactiviteiten gereguleerd zijn;4° minister: de Vlaamse minister, bevoegd voor de culturele aangelegenheden;5° werkdag: elke dag van de week die geen zaterdag, zondag of wettelijke feestdag is.6° werkingsverslag: een inhoudelijk verslag waarin gerapporteerd wordt over de werking van het voorbije jaar en over eventuele afwijkingen ten opzichte van de aanvraag. HOOFDSTUK 2. - Beoordeling van de subsidieaanvragen Afdeling 1. - Aanvragen en verantwoorden van subsidies

Art. 2.§ 1. In dit artikel wordt verstaan onder circuseducatie: elke vorm van niet-formele educatie die een bewuste omgang met circus en circustechnieken nastreeft. § 2. Alle communicatie tussen de aanvrager of de begunstigde van een werkings- of projectsubsidie enerzijds en de administratie anderzijds gebeurt via een digitaal platform. De administratie kan hiervoor een sjabloon opleggen.

De minister kan nader bepalen welke gegevens en documenten een subsidieaanvraag moet bevatten en aan welke vormelijke voorwaarden een aanvraagdossier moet voldoen.

De beleidsplannen, vermeld in artikel 11, § 1, tweede lid, artikel 12, § 1 tweede lid en artikel 13, § 1 vierde lid van het Circus decreet van 1 maart 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 01/03/2019 pub. 02/04/2019 numac 2019011326 bron vlaamse overheid Decreet houdende een circusbeleid sluiten worden opgesteld en ingediend conform de leidraad die de administratie ter beschikking stelt. § 3. In de subsidieaanvraag, vermeld in artikel 12, § 1, tweede lid van het Circus decreet van 1 maart 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 01/03/2019 pub. 02/04/2019 numac 2019011326 bron vlaamse overheid Decreet houdende een circusbeleid sluiten, toont een circusatelier aan dat het voorafgaand aan de subsidieaanvraag minimaal 10.000 deelnemersuren aan activiteiten waarbij circuseducatie centraal staat, gerealiseerd heeft. De activiteiten dienen minimaal een uur te duren.

Alleen de uren waarbij de deelnemer aanwezig is, komen in aanmerking voor het aantonen van het minimaal aantal deelnemersuren vermeld in het eerste lid. De periode van 1 april van het voorafgaande jaar tot 31 maart van het jaar waarin het dossier is ingediend, wordt als referteperiode beschouwd.

De organisatie kan op basis van documenten die ze bijhoudt aantonen dat deelnemers werkelijk hebben deelgenomen aan haar activiteiten. De administratie kan die documenten in het kader van de controle van het dossier opvragen om ze in te kijken.

Art. 3.De administratie brengt een subsidieaanvrager, binnen tien werkdagen vanaf de uiterste indieningsdatum van het aanvraagdossier digitaal op de hoogte van de ontvankelijkheid als vermeld in artikel 9 van het Circus decreet van 1 maart 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 01/03/2019 pub. 02/04/2019 numac 2019011326 bron vlaamse overheid Decreet houdende een circusbeleid sluiten.

Art. 4.Het aanvraagdossier voor de subsidiëring van een project, vermeld in artikel 20 en 21 van het Circus decreet van 1 maart 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 01/03/2019 pub. 02/04/2019 numac 2019011326 bron vlaamse overheid Decreet houdende een circusbeleid sluiten, kan alleen worden ingediend tijdens drie projectrondes per jaar. Het aanvraagdossier is tijdig ingediend: 1° voor projectronde 1: uiterlijk op 15 februari voor initiatieven die van start gaan vanaf 1 mei van het jaar van de indiening;2° voor projectronde 2: uiterlijk op 15 juni voor initiatieven die van start gaan vanaf 1 september van het jaar van de indiening;3° voor projectronde 3: uiterlijk op 15 oktober voor initiatieven die van start gaan vanaf 1 januari van het jaar na het jaar van de indiening. De administratie formuleert een ontwerp van beslissing en legt dat ontwerp voor aan de minister uiterlijk drie weken na de uiterste indieningsdatum. De minister beslist over de toekenning van de subsidies uiterlijk zes weken na de uiterste indieningsdatum. Afdeling 2. - Beoordelingscommissies

Art. 5.De beoordelingscommissie, vermeld in artikel 10, § 1, van het Circus decreet van 1 maart 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 01/03/2019 pub. 02/04/2019 numac 2019011326 bron vlaamse overheid Decreet houdende een circusbeleid sluiten, wordt samengesteld uit minstens zeven en maximaal elf leden.

De beoordelingscommissie, vermeld in artikel 10, § 2, van het voormelde decreet, wordt samengesteld uit minstens vijf en maximaal zeven leden.

Art. 6.Een lid van een beoordelingscommissie voldoet aan de vereisten, vermeld in artikel 10, § 1, van het Circus decreet van 1 maart 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 01/03/2019 pub. 02/04/2019 numac 2019011326 bron vlaamse overheid Decreet houdende een circusbeleid sluiten, als de betrokkene de nodige relevante kennis en competenties heeft om een te beoordelen aanvraag te situeren en in perspectief te plaatsen ten opzichte van een aspect of het geheel van de circuskunsten. Die kennis en competenties kunnen verworven zijn door professionele of equivalente ervaring.

Art. 7.De leden van een beoordelingscommissie zetelen ten persoonlijken titel in de commissie.

Art. 8.Een benoeming tot lid van een beoordelingscommissie is onverenigbaar met: 1° een verkozen politiek mandaat;2° een functie als medewerker van een parlementaire fractie of een kabinet;3° een functie als personeelslid of bestuurder in dienst van een ondersteunende organisatie als vermeld in artikel 16 van het Circus decreet van 1 maart 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 01/03/2019 pub. 02/04/2019 numac 2019011326 bron vlaamse overheid Decreet houdende een circusbeleid sluiten;4° een functie als personeelslid van een belangenbehartiger voor een culturele sector of discipline;5° een functie als lid van de raad van bestuur van een belangenbehartiger voor een culturele sector of discipline;6° een functie als personeelslid in dienst van de Vlaamse administratie dat in het kader van zijn functie betrokken is bij de uitvoering van het voormelde decreet;7° een mandaat als lid van de Raad voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media. In het eerste lid, 7°, wordt verstaan onder de Raad voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media: de Raad voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media, opgericht bij het decreet van 30 november 2007Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/11/2007 pub. 15/01/2008 numac 2008037385 bron vlaamse overheid Decreet houdende de oprichting van de Raad voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media sluiten houdende de oprichting van de Raad voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media.

Art. 9.De administratie bezorgt voor de samenstelling van de beoordelingscommissies een indicatieve lijst van kandidaten aan de minister. De minister kan daaraan een of meer leden toevoegen.

De minister benoemt, na mededeling aan de Vlaamse Regering, de beoordelingscommissies.

De administratie legt voor elk van de beoordelingscommissies een voorstel van huishoudelijk reglement ter goedkeuring voor aan de minister. Dat reglement bevat minstens: 1° de manier waarop het secretariaat van de beoordelingscommissies wordt waargenomen door de administratie conform artikel 10, § 3, derde lid, van het Circus decreet van 1 maart 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 01/03/2019 pub. 02/04/2019 numac 2019011326 bron vlaamse overheid Decreet houdende een circusbeleid sluiten;2° een beschrijving van de rolverdeling tussen beoordelaars, voorzitter en de administratie bij het beoordelen van subsidiedossiers;3° de procedure die wordt gevolgd als er betrokkenheid bestaat tussen een beoordelaar en een te behandelen aanvraagdossier.

Art. 10.De eerste vijfjarige periode waarvoor de leden van de beoordelingscommissie, vermeld in artikel 10, § 1, van het Circus decreet van 1 maart 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 01/03/2019 pub. 02/04/2019 numac 2019011326 bron vlaamse overheid Decreet houdende een circusbeleid sluiten, worden benoemd, start op 1 januari 2020.

De leden van de beoordelingscommissie, vermeld in het eerste lid, oefenen hun mandaat verder uit na het verstrijken van de vijfjarige periode, zolang de minister geen nieuwe leden heeft benoemd.

Art. 11.In de volgende gevallen kan de minister een einde maken aan het mandaat van een lid van een beoordelingscommissie: 1° op verzoek van de mandaathouder;2° op verzoek van de administratie, als de mandaathouder het huishoudelijk reglement, vermeld in artikel 9, derde lid, niet naleeft of activiteiten verricht of functies vervult die onverenigbaar zijn met het mandaat, of die een strijdigheid van belangen tot gevolg hebben. Een lid van de beoordelingscommissie dat door de minister wordt benoemd in de plaats van een overleden lid of van een lid van wie het mandaat voortijdig is beëindigd, voleindigt het mandaat.

Art. 12.De leden van beoordelingscommissies kunnen aanspraak maken op de volgende vergoedingen: 1° een presentiegeld van 60 euro per dagdeel, geïndexeerd, tot maximaal twee dagdelen per dag voor de deelname aan vergaderingen. Voor leden die optreden als voorzitter, wordt dat presentiegeld verhoogd tot 90 euro per dagdeel; 2° een forfaitaire vergoeding van 30 euro per aanvraagdossier voor de eventuele voorbereiding van een schriftelijke insteek voor een werkingssubsidie, en 15 euro per aanvraagdossier voor de eventuele voorbereiding van een schriftelijke insteek voor een projectsubsidie;3° een reisvergoeding voor vergaderingen, gebaseerd op de prijs van een treinrit in eerste klas. Het presentiegeld en de reisvergoeding worden uitbetaald aan de hand van de presentielijst die tijdens de vergadering is opgesteld. De vergoeding voor de voorbereiding van een vergadering wordt uitbetaald na de indiening van het voorbereidingsverslag. De minister kan een model opleggen voor het voorbereidingsverslag.

Art. 13.Het preadvies van de beoordelingscommissie, vermeld in de artikelen 11, § 3, 12, § 4 en 13, § 3 van het Circus decreet van 1 maart 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 01/03/2019 pub. 02/04/2019 numac 2019011326 bron vlaamse overheid Decreet houdende een circusbeleid sluiten, wordt door de administratie digitaal aan de aanvragers bezorgd. De aanvragers kunnen uiterlijk tien werkdagen nadat het preadvies is bezorgd, digitaal een schriftelijke reactie bezorgen op feitelijke onjuistheden in het advies. Na onderzoek formuleert de beoordelingscommissie een definitief advies. In dat advies motiveert de beoordelingscommissie waarom ze zich niet of slechts gedeeltelijk aansluit bij het standpunt van de aanvrager. De administratie bezorgt het definitieve advies van de beoordelingscommissie samen met het ontwerp van beslissing aan de minister. HOOFDSTUK 3. - Afsprakenkader

Art. 14.Rekening houdend met de beleidsnota Cultuur, bezorgt het Circuscentrum uiterlijk op 31 december van het jaar van het begin van een nieuwe regeerperiode haar input aan de administratie voor overleg betreffende het Afsprakenkader. De administratie bezorgt tegen dezelfde datum, na goedkeuring of aanvulling door de minister, eveneens haar input voor het overleg aan het Circuscentrum.

De in het eerste lid vermelde partijen voeren een dialoog over de inhoud van het Afsprakenkader. Uiterlijk op 28 februari van het jaar dat volgt op het begin van een nieuwe regeerperiode bezorgt de administratie het ontwerp van Afsprakenkader aan de minister.

Na goedkeuring of aanvulling door de minister, sluiten de bovenvermelde partijen uiterlijk op 31 maart van het jaar dat volgt op het begin van een nieuwe regeerperiode het Afsprakenkader. Dit wordt gesloten voor een periode van vijf jaar.

Het Afsprakenkader, vermeld in het eerste lid, bevat een generiek deel en een specifiek deel.

In het Afsprakenkader wordt bepaald hoe de wetenschappelijke kwaliteit van het onderzoek wordt bewaakt.

De administratie maakt het Afsprakenkader en de tussentijdse aanpassingen ervan bekend op haar website.

Naar aanleiding van het Afsprakenkader vermeld in het eerste lid, kan de beheersovereenkomst met het Circuscentrum, tussentijds worden aangepast met een addendum. HOOFDSTUK 4. - Uitbetaling en toezicht

Art. 15.De organisaties, vermeld in artikel 14 en 15 van het Circus decreet van 1 maart 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 01/03/2019 pub. 02/04/2019 numac 2019011326 bron vlaamse overheid Decreet houdende een circusbeleid sluiten, dienen uiterlijk twee maanden na afloop van het project een inhoudelijk verslag en financieel verslag over het voorbije project in bij de administratie. Voor projecten waaraan een meerjarige subsidie wordt toegekend, dienen de organisaties uiterlijk op 1 maart een inhoudelijk en financieel verslag over het voorbije jaar in bij de administratie.

De organisaties, vermeld in artikel 20 en 21 van het voormelde decreet, dienen uiterlijk twee maanden na afloop van het project een inhoudelijk en financieel verslag over het voorbije project in bij de administratie.

De organisaties, vermeld in artikel 11, 12, 13 en 16 van het voormelde decreet, dienen uiterlijk op 1 april een werkingsverslag en financieel verslag over het voorbije jaar in bij de administratie. Samen met het financiële verslag wordt bij de administratie een verslag ingediend van een bedrijfsrevisor die lid is van het Instituut van de Bedrijfsrevisoren of van een externe accountant die geen andere opdrachten vervult voor de organisatie.

Het werkingsverslag en het financieel verslag worden opgesteld overeenkomstig de toepasselijke leidraad die de administratie ter beschikking stelt.

Art. 16.Als de administratie vaststelt dat een organisatie die subsidies ontvangt op basis van artikel 11 tot 16 van het Circus decreet van 1 maart 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 01/03/2019 pub. 02/04/2019 numac 2019011326 bron vlaamse overheid Decreet houdende een circusbeleid sluiten, niet aan de algemene of de specifieke subsidiëringsvoorwaarden voldoet, deelt ze haar standpunt schriftelijk mee aan de begunstigde. Daarbij nodigt ze de begunstigde uit om zijn eventuele bezwaren kenbaar te maken. De administratie neemt na de indiening van dat bezwaarschrift een beslissing en deelt die aan de begunstigde mee.

Als de begunstigde niet akkoord gaat met de beslissing van de administratie, kan hij binnen zes weken een bezwaar indienen bij de minister. De administratie brengt de organisatie uiterlijk zes weken na de ontvangst van het gemotiveerde beroepschrift op de hoogte van de beslissing van de minister.

Bij het toezicht op de aanwending van werkingssubsidies stelt de administratie de reserves vast die ten laste van subsidies zijn aangelegd.

Na afloop van de beleidsperiode worden de reserves die niet voldoen aan de voorwaarde, vermeld in artikel 25, § 1, van het voormelde decreet, ingehouden of teruggestort aan de Vlaamse overheid.

Art. 17.Zodra een organisatie een belofte van subsidiëring ontvangt, werkt elke begunstigde mee aan onderzoek of monitoring dat door of namens de Vlaamse Regering wordt georganiseerd om een circusbeleid te voeren.

Art. 18.De Vlaamse minister, bevoegd voor culturele aangelegenheden, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 28 juni 2019.

De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Cultuur, Media, Jeugd en Brussel, S. GATZ

^