Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 28 april 2006
gepubliceerd op 16 juni 2006

Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 1997 tot regeling van de erkenning en de subsidiëring van de centra voor integrale gezinszorg

bron
vlaamse overheid
numac
2006035904
pub.
16/06/2006
prom.
28/04/2006
ELI
eli/besluit/2006/04/28/2006035904/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

28 APRIL 2006. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 1997 tot regeling van de erkenning en de subsidiëring van de centra voor integrale gezinszorg


De Vlaamse Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen, inzonderheid op artikel 5, § 1, II, 1°;

Gelet op de wetten van de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 1997 tot regeling van de erkenning en de subsidiëring van de centra voor integrale gezinszorg, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 8 december 1998, 21 januari 2000, 17 juli 2000, 30 maart 2001, 10 juli 2001, 23 november 2001, 25 oktober 2002, 7 november 2003 en 22 juli 2005;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 24 maart 2006;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de Begroting, gegeven op 20 april 2006;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de vertaling van het Vlaams Intersectoraal Akkoord voor de Social-Profit naar hogere subsidiebedragen onverwijld moet plaatsvinden zodat de overeengekomen CAO's kunnen worden uitgevoerd;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Artikel 13 van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 1997 tot regeling van de erkenning en de subsidiëring van de centra voor integrale gezinszorg wordt vervangen door wat volgt : « § 1.Vanaf 1 januari 2006 bestaat de subsidie uit : 1° een forfaitair bedrag van 463.446,93 euro per jaar voor de basiserkenning. De basiserkenning is verbonden aan de minimumcapaciteit, vermeld in artikel 2, § 3, van dit besluit; 2° een forfaitair bedrag van 55.653,99 euro per jaar voor de eerste drie extra schijven van vier erkende eenheden; 3° een forfaitair bedrag van 49.515,04 euro per jaar voor de vierde en volgende extra schijven van vier erkende eenheden; 4° een forfaitair bedrag van 31.055,78 euro per jaar per aanvullend toegewezen voltijds equivalent personeelslid; 5° een forfaitair bedrag van 39.810,10 euro per jaar per voltijds equivalent personeelslid, toegewezen ter regularisatie van de dac-statuten. § 2. Ter uitvoering van de bepalingen van het Vlaams Akkoord voor de Social-Profit/Non-Profit 2006-2011, gesloten op 6 juni 2005, wordt voor de maatregel betreffende de opheffing van het maandplafond in de toekenning van de toeslagen wegens nachtprestaties vanaf 1 januari 2006 een aanvullende subsidie toegekend bestaande uit : 1° een forfaitair bedrag van 572,70 euro per jaar voor de basiserkenning.De basiserkenning is verbonden aan de minimumcapaciteit, vermeld in artikel 2, § 3, van dit besluit; 2° een forfaitair bedrag van 76,36 euro per jaar voor de eerste drie extra schijven van vier erkende eenheden;3° een forfaitair bedrag van 76,36 euro per jaar voor de vierde en volgende extra schijven van vier erkende eenheden. § 3. De subsidiebedragen, vermeld in § 1 en § 2, zijn uitgedrukt tegen 100 % op basis van de spilindex die van toepassing is op 1 januari 2006, en ze worden elk jaar aangepast aan de spilindex, vermeld in artikel 15, § 1. »

Art. 2.Artikel 14 van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 1997 tot regeling van de erkenning en de subsidiëring van de centra voor integrale gezinszorg wordt vervangen door wat volgt : « § 1. Als de som van alle inkomsten meer bedraagt dan de reële uitgaven voor verblijfskosten, werkings- en infrastructuurkosten en personeelskosten, moet het centrum met het saldo reserves opbouwen.

De reserves, met uitzondering van het sociaal passief, worden aangewend om uitgaven te financieren die ertoe bijdragen om de opdrachten van het centrum uit te voeren, zoals geformuleerd in artikel 2 van dit besluit.

De reserves, met uitzondering van het sociaal passief, opgebouwd na 1 januari 1995, die bij het afsluiten van het boekjaar meer bedragen dan 11.048,35 euro per erkende capaciteitseenheid, worden teruggestort aan de administratie. § 2. Het bedrag, vermeld in § 1, is uitgedrukt tegen 100% op basis van de spilindex die van toepassing is op 1 januari 2006, en het wordt elk jaar aangepast aan de spilindex, vermeld in artikel 15, § 1. »

Art. 3.Artikel 15 van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 1997 tot regeling van de erkenning en de subsidiëring van de centra voor integrale gezinszorg wordt vervangen door wat volgt : « § 1. Binnen de begrotingskredieten worden de bedragen, vermeld in artikel 13, § 1, 1 ° tot en met 5°, in artikel 13, § 2, en in artikel 14, geïndexeerd overeenkomstig de wet van 1 maart 1977 houdende inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van de consumptieprijzen worden gekoppeld. De basisindex is de spilindex van toepassing op 1 januari 2006. » Art.4. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2006.

Art. 5.De Vlaamse minister, bevoegd voor de Bijstand aan Personen, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 28 april 2006.

De minister-president van de Vlaamse Regering, Y. LETERME De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, I. VERVOTTE

^