Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 27 januari 2006
gepubliceerd op 23 februari 2006

Besluit van de Vlaamse Regering houdende de uitvoering van het decreet van 17 oktober 2003 betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen in de psychiatrische ziekenhuizen en de centra voor geestelijke gezondheidszorg

bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
numac
2006035235
pub.
23/02/2006
prom.
27/01/2006
ELI
eli/besluit/2006/01/27/2006035235/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

27 JANUARI 2006. - Besluit van de Vlaamse Regering houdende de uitvoering van het decreet van 17 oktober 2003 betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen in de psychiatrische ziekenhuizen en de centra voor geestelijke gezondheidszorg


De Vlaamse Regering, Gelet op het decreet van 17 oktober 2003 betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen, inzonderheid op artikel 5, 6, 7, 12 en 14;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juli 1997 houdende uitvoering van het decreet van 25 februari 1997 betreffende de integrale kwaliteitszorg in de verzorgingsvoorzieningen, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 17 juli 2000 en 14 mei 2004;

Gelet op het ministerieel besluit van 15 februari 1999 betreffende de uitvoering van het kwaliteitsdecreet in psychiatrische ziekenhuizen, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 mei 2004;

Gelet op het ministerieel besluit van 3 juni 1999 betreffende de uitvoering van het kwaliteitsdecreet in de centra voor geestelijke gezondheidszorg;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 1 september 2005;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 6 december 2005, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° decreet : het decreet van 17 oktober 2003 betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen;2° voorziening : een psychiatrisch ziekenhuis of een centrum voor geestelijke gezondheidszorg;3° psychiatrisch ziekenhuis : een ziekenhuis als vermeld in artikel 3 van de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987;4° centrum voor geestelijke gezondheidszorg : een centrum als vermeld in artikel 2, 1°, van het decreet van 18 mei 1999 betreffende de geestelijke gezondheidszorg;5° kwaliteitshandboek : het kwaliteitshandboek, vermeld in artikel 5, § 4, van het decreet;6° de minister : de Vlaamse minister, bevoegd voor het Gezondheidsbeleid;7° de administratie : de administratie Gezondheidszorg van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap.

Art. 2.§ 1. Ter uitvoering van artikel 5 en 6, § 1, van het decreet beschikt elke voorziening over een kwaliteitshandboek. § 2. Het kwaliteitshandboek wordt regelmatig geactualiseerd en ligt permanent ter beschikking van de medewerkers van de voorziening. § 3. Het kwaliteitshandboek wordt opgesteld in duidelijke bewoordingen en vormt een samenhangend en leesbaar geheel. § 4. Het bevat minstens een beschrijving van de volgende elementen : 1° het kwaliteitsbeleid, dat ten minste bestaat uit de missie, de visie, de strategie en de doelstellingen van de voorziening;2° het kwaliteitsmanagementsysteem, dat bestaat uit de organisatorische structuur, bevoegdheden, verantwoordelijkheden, procedures en processen;3° de zelfevaluatie. HOOFDSTUK II. - Kwaliteitsmanagementsysteem

Art. 3.De organisatorische structuur van de voorziening wordt weergegeven in een organogram dat de verantwoordelijkheden en onderlinge verhoudingen duidelijk weergeeft.

Art. 4.In het kwaliteitshandboek wordt een lijst van gangbare procedures in de voorziening opgenomen, eventueel door middel van een boomstructuur, met verwijzing naar de vindplaats.

De procedure voor het opstellen van procedures wordt integraal in het kwaliteitshandboek opgenomen. HOOFDSTUK III. - Zelfevaluatie

Art. 5.§ 1. De zelfevaluatie die de voorziening uitvoert, bevat minstens : 1° een periodieke evaluatie van de klinische performantie;2° een periodieke evaluatie van de operationele performantie van de voorziening;3° een periodieke evaluatie door de gebruikers;4° een periodieke evaluatie door de medewerkers. § 2. Bij elk van de evaluaties, vermeld in § 1, worden de vijf stappen die omschreven worden in artikel 5, § 3, tweede lid, 1° tot en met 5°, van het decreet, doorlopen, telkens gedurende een periode van maximaal vijf jaar.

Art. 6.§ 1. Ter uitvoering van artikel 6, § 2, van het decreet kan de minister op basis van beschikbare data informatie over performantie selecteren en terugkoppelen naar de voorziening.

Iedere voorziening moet de eigen situatie ten opzichte van de teruggekoppelde informatie onderzoeken. Indien nodig moeten verbeteracties worden opgezet. § 2. Met behoud van de toepassing van de bepalingen in § 1 moet iedere voorziening, op basis van een sterkte-zwakteanalyse, minstens één domein selecteren om verbeteracties uit te werken.

Als de minister een kernset van performantie-indicatoren ter beschikking stelt van de voorzieningen, wordt bij voorkeur gebruikgemaakt van die kernset. § 3. De minister kan de voorziening uitnodigen om te participeren in studies over specifieke aspecten inzake klinische zorg. HOOFDSTUK IV. - Toezicht en evaluatie

Art. 7.De personeelsleden van de administratie die belast zijn met het toezicht op de naleving van de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987, en de uitvoeringsbesluiten die krachtens die gecoördineerde wet zijn genomen, en op de naleving van het decreet van 18 mei 1999 betreffende de geestelijke gezondheidszorg en de uitvoeringsbesluiten ervan, zijn belast met het toezicht op de naleving van de bepalingen van het decreet en zijn uitvoeringsbesluiten.

De evaluatie, vermeld in artikel 7, § 2, van het decreet, zal minstens vijfjaarlijks plaatsvinden.

Art. 8.Het evaluatierapport, vermeld in artikel 7, § 2, van het decreet, ligt permanent ter inzage van de gebruikers, de medewerkers van de voorziening en elke andere belanghebbende. De voorziening werkt een procedure uit om de gebruikers, de medewerkers en iedere belanghebbende daarover te informeren en deelt de uitgewerkte procedure mee aan de administratie. De administratie zal de uitgewerkte procedure op efficiëntie beoordelen. HOOFDSTUK V. - Wijzigingsbepalingen

Art. 9.§ 1. In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juli 1997 houdende uitvoering van het decreet van 25 februari 1997 betreffende de integrale kwaliteitszorg in de verzorgingsvoorzieningen, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 mei 2004, wordt het tweede lid vervangen door wat volgt : « De bepalingen van dit besluit zijn niet van toepassing op de voorzieningen, vermeld in het besluit van de Vlaamse Regering van 14 mei 2004 houdende uitvoering van het decreet van 17 oktober 2003 betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen in de algemene, categorale en universitaire ziekenhuizen en in het besluit van de Vlaamse Regering houdende uitvoering van het decreet van 17 oktober 2003 betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen in de psychiatrische ziekenhuizen en de centra voor geestelijke gezondheidszorg. » HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen

Art. 10.De volgende regelingen worden opgeheven : 1° het ministerieel besluit van 15 februari 1999 betreffende de uitvoering van het kwaliteitsdecreet in psychiatrische ziekenhuizen, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 mei 2004;2° het ministerieel besluit van 3 juni 1999 betreffende de uitvoering van het kwaliteitsdecreet in de centra voor geestelijke gezondheidszorg.

Art. 11.De voorziening stelt een beknopt en overzichtelijk overgangsrapport op waarin het kwaliteitsbeleid voor de periode 1997-2005, dat gevoerd wordt op grond van het decreet van 25 februari 1997 betreffende de integrale kwaliteitszorg in de verzorgingsvoorzieningen en de uitvoeringsbesluiten ervan, geëvalueerd wordt.

In het overgangsrapport, vermeld in § 1, wordt minstens voor de verplichte en de vrije thema's het verkregen resultaat beschreven en worden de resterende knelpunten en verbetermogelijkheden vermeld.

Het overgangsrapport is uiterlijk op 31 maart 2006 afgerond.

Art. 12.De voorziening heeft tegen uiterlijk 31 maart 2006 haar kwaliteitshandboek in overeenstemming gebracht met de bepalingen van het decreet en dit besluit.

Het in artikel 11 vermelde overgangsrapport maakt integraal deel uit van het geactualiseerde kwaliteitshandboek.

Art. 13.Het decreet van 17 oktober 2003 betreffende de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen treedt ten aanzien van de voorzieningen, vermeld in dit besluit, in werking op 1 januari 2006.

Art. 14.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2006, met uitzondering van artikel 9 en 10 die uitwerking hebben met ingang van 1 januari 2005.

Art. 15.De Vlaamse minister, bevoegd voor het Gezondheidsbeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 27 januari 2006.

De minister-president van de Vlaamse Regering, Y. LETERME De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, I. VERVOTTE

^