Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 24 maart 2023
gepubliceerd op 18 augustus 2023

Besluit van de Vlaamse Regering over tijdelijke projecten in het basis- en secundair onderwijs in het kader van de herwaardering van het lerarenambt

bron
vlaamse overheid
numac
2023043598
pub.
18/08/2023
prom.
24/03/2023
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

24 MAART 2023. - Besluit van de Vlaamse Regering over tijdelijke projecten in het basis- en secundair onderwijs in het kader van de herwaardering van het lerarenambt


Rechtsgronden Dit besluit is gebaseerd op : - het decreet van 9 december 2005Relevante gevonden documenten type decreet prom. 09/12/2005 pub. 02/02/2006 numac 2006035132 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende de organisatie van tijdelijke projecten in het onderwijs sluiten betreffende de organisatie van tijdelijke projecten in het onderwijs, artikel 3, gewijzigd bij het decreet van 17 juni 2016, artikel 4, gewijzigd bij de decreten van 18 december 2009 en 16 juni 2017, en artikel 6, § 2, ingevoegd bij het decreet van 22 juni 2007.

Vormvereisten De volgende vormvereisten zijn vervuld : - De Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, heeft zijn akkoord gegeven op 20 december 2022. - De gemeenschappelijke vergadering van Sectorcomité X, van onderafdeling Vlaamse Gemeenschap van afdeling 2 van het Comité voor de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten en van het overkoepelend onderhandelingscomité, vermeld in het decreet van 5 april 1995 tot oprichting van onderhandelingscomités in het vrij gesubsidieerd onderwijs, heeft protocol nr. 227 gesloten op 3 februari 2023. - De Raad van State heeft advies 73.100/1 gegeven op 15 maart 2023, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.

Motivering Dit besluit is gebaseerd op de volgende motieven : - In de conceptnota herwaardering lerarenambt van 3 december 2021 zijn verschillende maatregelen op korte en middellange termijn opgenomen.

Een van die maatregelen is werk maken van proeftuinen rond schoolorganisatie om na te gaan of onder meer de schoolopdracht en de focus op de kerntaak de vlakke loopbaan kan doorbreken, en een gericht en flexibeler hr-beleid voeren zodat minder personeelsleden uitstromen en ziekteverzuim wordt teruggedrongen. Ter uitvoering daarvan wordt aan de scholen van het basis- en secundair onderwijs via een aantal tijdelijke projecten - als dat nodig is in een regelluw kader - de kans geboden oplossingen uit te werken en uit te proberen om enerzijds het lerarentekort aan te pakken en anderzijds het beroep van leraar te herwaarderen via ingrepen in de schoolorganisatie en via een doeltreffend hr-beleid. - Op 28 april 2022 is de oproep om projectvoorstellen in te dienen publiek gemaakt. Schoolbesturen konden tot en met 15 juni 2022 een voorstel indienen. De selectiecommissie heeft na beoordeling aan twintig projecten een positief advies gegeven, waarvan tien in het basisonderwijs en tien in het secundair onderwijs. Op basis van het advies van heb ik als minister bevoegd voor onderwijs nog zeven projecten aan deze selectie toegevoegd. De 27 tijdelijke projecten zullen worden uitgevoerd van 1 september 2022 tot en met 31 augustus 2025. Op basis van de evaluatie van de resultaten deze tijdelijke projecten zal worden nagaan of er ingrepen nodig zijn in de geldende regelgeving over de schoolorganisatie en het hr-beleid in onderwijs. Juridisch kader Dit besluit sluit aan bij de volgende regelgeving : -het besluit van de Vlaamse Regering van 15 juli 2022Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 15/07/2022 pub. 25/11/2022 numac 2022033243 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering over de selectie van tijdelijke projecten in het basis- en secundair onderwijs in het kader van een herwaardering van het lerarenambt sluiten over de selectie van tijdelijke projecten in het basis- en secundair onderwijs in het kader van een herwaardering van het lerarenambt.

Initiatiefnemer Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse Rand.

Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING BESLUIT : HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder: 1° besluit van 15 juli 2022 : het besluit van de Vlaamse Regering van 15 juli 2022Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 15/07/2022 pub. 25/11/2022 numac 2022033243 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering over de selectie van tijdelijke projecten in het basis- en secundair onderwijs in het kader van een herwaardering van het lerarenambt sluiten over de selectie van tijdelijke projecten in het basis- en secundair onderwijs in het kader van een herwaardering van het lerarenambt;decreet van 9 december 2005Relevante gevonden documenten type decreet prom. 09/12/2005 pub. 02/02/2006 numac 2006035132 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende de organisatie van tijdelijke projecten in het onderwijs sluiten : het decreet van 9 december 2005Relevante gevonden documenten type decreet prom. 09/12/2005 pub. 02/02/2006 numac 2006035132 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende de organisatie van tijdelijke projecten in het onderwijs sluiten betreffende de organisatie van tijdelijke projecten in het onderwijs : 3° school : a) een school van het basisonderwijs als vermeld in artikel 2, § 1, van het decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs van 27 maart 1991, of artikel 4, § 1, van het decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs van 27 maart 1991;b) een scholengemeenschapsinstelling van het basisonderwijs als vermeld in artikel 3, 52° bis/0, van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997;c) een school van het secundair onderwijs als vermeld in artikel 2, § 1, van het decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs van 27 maart 1991, of artikel 4, § 1, van het decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs van 27 maart 1991;d) een scholengemeenschapsinstelling van het secundair onderwijs als vermeld in artikel 3, 39° /1, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010;e) een centrum voor deeltijds beroepssecundair onderwijs als vermeld in artikel 2, § 1, van het decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs van 27 maart 1991, of artikel 4, § 1, van het decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs van 27 maart 1991.

Art. 2.Dit besluit is van toepassing op : 1° de scholen en de schoolbesturen die door de Vlaamse Gemeenschap worden gefinancierd of gesubsidieerd;2° de personeelsleden, vermeld in artikel 2, § 1, van het decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs van 27 maart 1991, of artikel 4, § 1, van het decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs van 27 maart 1991, die aangesteld zijn in een school als vermeld in punt 1°. HOOFDSTUK 2. - Doelstellingen van de tijdelijke projecten

Art. 3.§ 1. Conform artikel 3 van het besluit van 15 juli 2022 kunnen schoolbesturen van 1 september 2023 tot en met 31 augustus 2025 in scholen van het basisonderwijs en in scholen van het secundair onderwijs tijdelijke projecten organiseren die, met het oog op een al dan niet organieke implementatie, leiden tot het verzamelen van gegevens die toelaten om beleidsconclusies te trekken over de volgende elementen : 1° het lerarentekort terugdringen;2° het beroep van leraar herwaarderen. § 2. De doelstellingen, vermeld in paragraaf 1, worden gerealiseerd binnen het domein van de schoolorganisatie en binnen het domein van het hr-beleid van de deelnemende school of scholen.

Om de doelstellingen, vermeld in het eerste lid, te realiseren, bevat elk tijdelijke project inhoudelijke maatregelen die een antwoord kunnen bieden op minstens een van de volgende knelpunten: 1° het aantrekken van leraren, het terugdringen van de uitstroom van leraren en het terugdringen van het ziekteverzuim van leraren door een doeltreffend personeelsbeleid te voeren;2° het aantrekkelijk maken van de lerarenloopbaan door de schoolorganisatie bij te sturen. Om de doelstellingen, vermeld in het eerste lid, te realiseren en voor de knelpunten, vermeld in het tweede lid, kan afgeweken worden van de regelgeving conform artikel 4 van het decreet van 9 december 2005Relevante gevonden documenten type decreet prom. 09/12/2005 pub. 02/02/2006 numac 2006035132 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende de organisatie van tijdelijke projecten in het onderwijs sluiten. HOOFDSTUK 3. - Tijdelijke projecten in het basisonderwijs en in het secundair onderwijs Afdeling 1. - De tijdelijke projecten

Art. 4.Op basis van de rangschikking in het advies van de selectiecommissie, vermeld in artikel 6 van het besluit van 15 juli 2022, en conform de voorwaarden, vermeld in artikel 4 van het voormelde besluit, kunnen zeventwintig tijdelijke projecten georganiseerd worden, waarvan twaalf tijdelijke projecten in het basisonderwijs en vijftien tijdelijke projecten in het secundair onderwijs.

Art. 5.In het basisonderwijs kunnen de volgende twaalf tijdelijke projecten georganiseerd worden : 1° Zorg voor minder (plan)last en verhoging van de onderwijskwaliteit;2° Professionele leergemeenschap op school door flexibele schoolorganisatie;3° Maximale kwaliteit en specialiteit voor buitengewone leerlingen; 4° Lestijden flexibel aanwenden in functie van de noden i.v.m. lerarentekort of noden op de klasvloer door lestijden in bepaalde gevallen of voor een bepaald percentage om te zetten naar punten; 5° De school van 38 uur per week voor iedereen;6° De negatieve trend keren door fors te investeren in professionalisering, overleg en cocreatie;7° Inzetten op herwaardering van het beroep om het welbevinden van de medewerkers te verhogen; 8° Leerkrachten aantrekken en behouden d.m.v. een doeltreffend personeelsbeleid en de loopbaan aantrekkelijker maken door bijsturingen in de schoolorganisatie; 9° Welkom instromer!; 10° Leerkrachten aantrekken en behouden d.m.v. een doeltreffend personeelsbeleid en de loopbaan aantrekkelijker maken door bijsturingen in de schoolorganisatie; 11° BOOST - Begeleide Onderwijs Opleiding voor STarters;12° Grenzeloos denken, samen doen. Een overzicht van de tijdelijke projecten, vermeld in het eerste lid, is opgenomen in bijlage 1, die bij dit besluit gevoegd.

Art. 6.In het secundair onderwijs kunnen de volgende vijftien tijdelijke projecten georganiseerd worden : 1° Scholen voor HBO5 Verpleegkunde slimmer organiseren via Blended Leren;2° Introductie van de junior leerkracht;3° Flexibele schoolopdracht op basis van de talenten van de leerkracht;4° Kwaliteit en flexibiliteit voor buitengewone leerlingen;5° Matching afstemming van vraag en aanbod van LIO-trajecten;6° Meer flexibiliteit creëert een grotere dynamiek!;7° SAMEN een aantrekkelijk en sterk hr-beleid voeren;8° De school van 38 uur voor iedereen; 9° De loopbaan van leerkrachten aantrekkelijker maken door bijsturingen in de schoolorganisatie en (nieuwe) leerkrachten aantrekken en behouden d.m.v. een doeltreffend personeelsbeleid te voeren; 10° Fascinerende tuin zoekt leerkracht;11° Extra pedagogische studiedagen;12° Proeftuin Sint-Quintinus;13° Efficiëntie en effectiviteit door flexibiliteit;14° Grenzeloos denken, samen doen;15° Om alles te geven moet je kunnen leren!. Een overzicht van de tijdelijke projecten, vermeld in het eerste lid, is als bijlage 2 bij dit besluit gevoegd. Afdeling 2. - Afwijkingen van de regelgeving

Art. 7.§ 1. Voor de tijdelijke projecten, vermeld in artikel 5, eerste lid, 1° tot en met 10° en 12°, en voor de tijdelijke projecten, vermeld in artikel 6, eerste lid, 2° tot en met 5°, 7° tot en met 11° en 14° en 15°, gelden van 1 september 2023 tot en met 31 augustus 2025 de volgende afwijkingen van de regelgeving conform artikel 4 van het decreet van 9 december 2005Relevante gevonden documenten type decreet prom. 09/12/2005 pub. 02/02/2006 numac 2006035132 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende de organisatie van tijdelijke projecten in het onderwijs sluiten : 1° afwijkingen van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 : a) in afwijking van artikel 41 van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 kan een school wekelijks één lestijd van de twee lestijden onderwijs in de erkende godsdiensten en in de zedenleer die op die godsdiensten berust, en in de niet-confessionele zedenleer een andere aanwending geven;b) in afwijking van artikel 130, § 2, tweede en derde lid, van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 kan een school bij een vastgesteld lerarentekort vanaf 1 september van het lopende schooljaar meer dan 20% van de lestijden die aan de school zijn toegekend, omzetten in punten voor de aanwending ervan in ambten van het beleids- en ondersteunend personeel of in uren voor de aanwending ervan in ambten van het paramedisch, medisch, sociaal, psychologisch en orthopedagogisch personeel;c) in afwijking van artikel 130, § 2, tweede en derde lid, van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 kan een school bij een vastgesteld lerarentekort vanaf 1 september het deel van de niet-vacante betrekking in een wervingsambt van het bestuurs- en onderwijzend personeel waarvan de titularis voor het volledige schooljaar afwezig is door een of meer van de volgende verlofstelsels, omzetten in punten voor de aanwending ervan in ambten van het beleids- en ondersteunend personeel of in uren voor de aanwending ervan in ambten van het paramedisch, medisch, sociaal, psychologische en orthopedagogisch personeel: 1) verlof wegens verminderde prestaties vanaf de leeftijd van 55 jaar als vermeld in artikel 5, § 1, eerste lid, 3°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 1990 betreffende het verlof en de afwezigheid voor verminderde prestaties;2) gedeeltelijke loopbaanonderbreking vanaf de leeftijd van 50 of 55 jaar als vermeld in artikel 9 van het besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2011Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 09/09/2011 pub. 05/12/2011 numac 2011205980 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de loopbaanonderbreking van de personeelsleden van het onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding sluiten betreffende de loopbaanonderbreking van de personeelsleden van het onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding;3) verlof wegens bijzondere opdracht als vermeld in artikel 77quater van het decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs van 27 maart 1991 of artikel 51quater van het decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs van 27 maart 1991;4) verlof wegens opdracht als vermeld in artikel 77quater van het decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs van 27 maart 1991 of artikel 51quater van het decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs van 27 maart 1991;5) verlof voor vakbondsopdrachten als vermeld in artikel 29 van het koninklijk besluit van 15 januari 1974 genomen ter toepassing van artikel 160 van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen van kleuter-, lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs van de Staat, alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen en van de leden van de inspectiedienst die belast is met het toezicht op deze inrichtingen;6) verlof om een ambt uit te oefenen in een ministerieel kabinet als vermeld in artikel 2 tot en met 5 van het besluit van de Vlaamse regering van 28 juli 1995 betreffende het verlof om een ambt uit te oefenen in een ministerieel kabinet van een lid van een Gemeenschaps- of Gewestregering, van een lid van de federale regering of van een gewestelijk staatssecretaris, en bij een secretariaat, de cel algemene beleidscoördinatie en een cel algemeen beleid bij een lid van de federale regering door personeelsleden van het onderwijs en van de centra voor leerlingenbegeleiding;7) verlof voor erkende politieke groepen als vermeld in artikel 2 van het besluit van de Vlaamse regering van 19 december 1991 betreffende het verlof dat aan de personeelsleden van het onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra wordt verleend voor het verrichten van bepaalde prestaties ten behoeve van in de wetgevende vergaderingen van de Staat en van de Gemeenschappen of de Gewesten erkende politieke groepen, respectievelijk ten behoeve van de voorzitters van die groepen; 8) politiek verlof als vermeld in artikel V.30 tot en met V.35 van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016; 9) verlof dat toegekend is aan personeelsleden die ter beschikking van de koning worden gesteld als vermeld in artikel 39 van het koninklijk besluit van 15 januari 1974 genomen ter toepassing van artikel 160 van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen van kleuter-, lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs van de Staat, alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen en van de leden van de inspectiedienst die belast is met het toezicht op deze inrichtingen;10) verlof voor verminderde prestaties als vermeld in hoofdstuk II van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 1990 betreffende het verlof en de afwezigheid voor verminderde prestaties;11) afwezigheid voor verminderde prestaties als vermeld in hoofdstuk III van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 1990 betreffende het verlof en de afwezigheid voor verminderde prestaties;d) in afwijking van artikel 138, § 1, eerste lid, 3°, 3° bis, 4°, 7°, 8° en 9°, artikel 139septiesdecies, § 4 en § 5, en artikel 139duodevicies, § 4 en § 5, van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 kan een school de aanvullende lestijden, vermeld in de voormelde bepalingen, vrij aanwenden;e) in afwijking van artikel 142 van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 kan een school onbeperkt lestijden overdragen naar een andere school van hetzelfde schoolbestuur als die school deel uitmaakt van het tijdelijke project, en dit over scholengemeenschappen heen;f) in afwijking van artikel 142 van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 kan een school onbeperkt haar lestijden overdragen naar een volgend schooljaar;g) in afwijking van artikel 125duodecies1, § 1, § 4 en § 6, artikel 153sexies, § 3, artikel 153septies en 194quater, § 4 en § 5, van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 kan een school of een scholengemeenschap de punten, vermeld in de voormelde bepalingen, vrij aanwenden;h) in afwijking van artikel 163 van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 kan een school in het kader van de schoolopdracht de aanwezigheid van de personeelsleden op school ook vragen buiten de periode van normale aanwezigheid van de leerlingen;2° afwijkingen van het decreet van 10 juli 2008Relevante gevonden documenten type decreet prom. 10/07/2008 pub. 03/10/2008 numac 2008203342 bron vlaamse overheid Decreet betreffende het stelsel van leren en werken in de Vlaamse Gemeenschap type decreet prom. 10/07/2008 pub. 09/10/2008 numac 2008036144 bron vlaamse overheid Decreet houdende verlenging van sommige van de tijdelijke projecten die zijn vermeld in het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juni 2006 betreffende de organisatie van tijdelijke projecten in het basis- en secundair onderwijs sluiten betreffende het stelsel van leren en werken in de Vlaamse Gemeenschap : a) in afwijking van artikel 90, § 1, 3°, van het decreet van 10 juli 2008Relevante gevonden documenten type decreet prom. 10/07/2008 pub. 03/10/2008 numac 2008203342 bron vlaamse overheid Decreet betreffende het stelsel van leren en werken in de Vlaamse Gemeenschap type decreet prom. 10/07/2008 pub. 09/10/2008 numac 2008036144 bron vlaamse overheid Decreet houdende verlenging van sommige van de tijdelijke projecten die zijn vermeld in het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juni 2006 betreffende de organisatie van tijdelijke projecten in het basis- en secundair onderwijs sluiten betreffende het stelsel van leren en werken in de Vlaamse Gemeenschap kan een centrum meer dan maximaal 20% van het pakket uren-leraar omzetten in een krediet voor voordrachtgevers;b) in afwijking van artikel 90, § 2, van het decreet van 10 juli 2008Relevante gevonden documenten type decreet prom. 10/07/2008 pub. 03/10/2008 numac 2008203342 bron vlaamse overheid Decreet betreffende het stelsel van leren en werken in de Vlaamse Gemeenschap type decreet prom. 10/07/2008 pub. 09/10/2008 numac 2008036144 bron vlaamse overheid Decreet houdende verlenging van sommige van de tijdelijke projecten die zijn vermeld in het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juni 2006 betreffende de organisatie van tijdelijke projecten in het basis- en secundair onderwijs sluiten betreffende het stelsel van leren en werken in de Vlaamse Gemeenschap kan een centrum bij een vastgesteld lerarentekort vanaf 1 september van het lopende schooljaar meer dan 20% van de uren-leraar die aan het centrum zijn toegekend, omzetten in punten voor de aanwending ervan in ambten van het ondersteunend personeel;c) in afwijking van artikel 90, § 2, van het decreet van 10 juli 2008Relevante gevonden documenten type decreet prom. 10/07/2008 pub. 03/10/2008 numac 2008203342 bron vlaamse overheid Decreet betreffende het stelsel van leren en werken in de Vlaamse Gemeenschap type decreet prom. 10/07/2008 pub. 09/10/2008 numac 2008036144 bron vlaamse overheid Decreet houdende verlenging van sommige van de tijdelijke projecten die zijn vermeld in het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juni 2006 betreffende de organisatie van tijdelijke projecten in het basis- en secundair onderwijs sluiten betreffende het stelsel van leren en werken in de Vlaamse Gemeenschap kan een centrum bij een vastgesteld lerarentekort vanaf 1 september het deel van de niet-vacante betrekking in een wervingsambt van het bestuurs- en onderwijzend personeel waarvan de titularis voor het volledige schooljaar afwezig is door een of meer van volgende verlofstelsels, omzetten in punten voor de aanwending ervan in ambten van het ondersteunend personeel: 1) verlof wegens verminderde prestaties vanaf de leeftijd van 55 jaar als vermeld in artikel 5, § 1, eerste lid, 3°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 1990 betreffende het verlof en de afwezigheid voor verminderde prestaties;2) gedeeltelijke loopbaanonderbreking vanaf de leeftijd van 50 of 55 jaar als vermeld in artikel 9 van het besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2011Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 09/09/2011 pub. 05/12/2011 numac 2011205980 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de loopbaanonderbreking van de personeelsleden van het onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding sluiten betreffende de loopbaanonderbreking van de personeelsleden van het onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding;3) verlof wegens bijzondere opdracht als vermeld in artikel 77quater van het decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs van 27 maart 1991 of artikel 51quater van het decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs van 27 maart 1991;4) verlof wegens opdracht als vermeld in artikel 77quater van het decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs van 27 maart 1991 of artikel 51quater van het decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs van 27 maart 1991;5) verlof voor vakbondsopdrachten als vermeld in artikel 29 van het koninklijk besluit van 15 januari 1974 genomen ter toepassing van artikel 160 van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen van kleuter-, lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs van de Staat, alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen en van de leden van de inspectiedienst die belast is met het toezicht op deze inrichtingen;6) verlof om een ambt uit te oefenen in een ministerieel kabinet als vermeld in artikel 2 tot en met 5 van het besluit van de Vlaamse regering van 28 juli 1995 betreffende het verlof om een ambt uit te oefenen in een ministerieel kabinet van een lid van een Gemeenschaps- of Gewestregering, van een lid van de federale regering of van een gewestelijk staatssecretaris, en bij een secretariaat, de cel algemene beleidscoördinatie en een cel algemeen beleid bij een lid van de federale regering door personeelsleden van het onderwijs en van de centra voor leerlingenbegeleiding;7) verlof voor erkende politieke groepen als vermeld in artikel 2 van het besluit van de Vlaamse regering van 19 december 1991 betreffende het verlof dat aan de personeelsleden van het onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra wordt verleend voor het verrichten van bepaalde prestaties ten behoeve van in de wetgevende vergaderingen van de Staat en van de Gemeenschappen of de Gewesten erkende politieke groepen, respectievelijk ten behoeve van de voorzitters van die groepen; 8) politiek verlof als vermeld als vermeld in artikel V.30 tot en met V.35 van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016; 9) verlof dat toegekend is aan personeelsleden die ter beschikking van de koning worden gesteld als vermeld in artikel 39 van het koninklijk besluit van 15 januari 1974 genomen ter toepassing van artikel 160 van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen van het kleuter-, lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs van de Staat, alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen en van de leden van de inspectiedienst die belast is met het toezicht op deze inrichtingen;10) verlof voor verminderde prestaties als vermeld in hoofdstuk II van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 1990 betreffende het verlof en de afwezigheid voor verminderde prestaties;11) afwezigheid voor verminderde prestaties als vermeld in hoofdstuk III van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 1990 betreffende het verlof en de afwezigheid voor verminderde prestaties;3° afwijkingen van de Codex secundair onderwijs van 17 december 2010 : a) in afwijking van artikel 3, 47°, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 kan een school de duur van een lesuur voor de leerlingen op 40 minuten bepalen, zonder dat de duur van dat lesuur impact heeft op de prestatienoemer van het personeelslid dat aangesteld is in het vak of de specialiteit dat aan dat lesuur is gekoppeld, op voorwaarde dat het aantal wekelijkse lesuren op jaarbasis dat voor de leerlingen vastgelegd is, gerespecteerd wordt;b) in afwijking van artikel 22/18 en 22/21 van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 kan een school de uren-leraar of lesuren aanvangsbegeleiding en de aanvullende uren-leraar of lesuren voor de ondersteuning van de kerntaak van het onderwijzend personeel vrij aanwenden;c) in afwijking van artikel 211, § 3bis, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 kan een school omgerekend naar schooljaarbasis meer dan het maximum van vier uren-leraar van het aantal lesuren van de wekelijkse lessentabel van het structuuronderdeel in kwestie aan voordrachtgevers besteden of meer dan het maximum van zes uren-leraar in de structuuronderdelen van het studiegebied Ballet, het structuuronderdeel Defensie en veiligheid en het structuuronderdeel Integrale veiligheid;d) in afwijking van artikel 211, § 4, eerste en tweede lid, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 kan een school bij een vastgesteld lerarentekort vanaf 1 september van het lopende schooljaar meer dan 20% van de uren-leraar die aan de school zijn toegekend, omzetten in punten voor de aanwending ervan in ambten van het ondersteunend personeel;e) in afwijking van artikel 211, § 4, eerste en tweede lid, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 kan een school bij een vastgesteld lerarentekort vanaf 1 september het deel van de niet-vacante betrekking in een wervingsambt van het bestuurs- en onderwijzend personeel waarvan de titularis voor het volledige schooljaar afwezig is door een of meer van de volgende verlofstelsels, omzetten in punten voor de aanwending ervan in ambten van het ondersteunend personeel : 1) verlof wegens verminderde prestaties vanaf de leeftijd van 55 jaar als vermeld in artikel 5, § 1, eerste lid, 3°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 1990 betreffende het verlof en de afwezigheid voor verminderde prestaties;2) gedeeltelijke loopbaanonderbreking vanaf de leeftijd van 50 of 55 jaar als vermeld in artikel 9 van het besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2011Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 09/09/2011 pub. 05/12/2011 numac 2011205980 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de loopbaanonderbreking van de personeelsleden van het onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding sluiten betreffende de loopbaanonderbreking van de personeelsleden van het onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding;3) verlof wegens bijzondere opdracht als vermeld in artikel 77quater van het decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs van 27 maart 1991 of artikel 51quater van het decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs van 27 maart 1991;4) verlof wegens opdracht als vermeld in artikel 77quater van het decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs van 27 maart 1991 of artikel 51quater van het decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs van 27 maart 1991;5) verlof voor vakbondsopdrachten als vermeld in artikel 29 van het koninklijk besluit van 15 januari 1974 genomen ter toepassing van artikel 160 van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen van kleuter-, lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs van de Staat, alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen en van de leden van de inspectiedienst die belast is met het toezicht op deze inrichtingen;6) verlof om een ambt uit te oefenen in een ministerieel kabinet als vermeld in artikel 2 tot en met 5 van het besluit van de Vlaamse regering van 28 juli 1995 betreffende het verlof om een ambt uit te oefenen in een ministerieel kabinet van een lid van een Gemeenschaps- of Gewestregering, van een lid van de federale regering of van een gewestelijk staatssecretaris, en bij een secretariaat, de cel algemene beleidscoördinatie en een cel algemeen beleid bij een lid van de federale regering door personeelsleden van het onderwijs en van de centra voor leerlingenbegeleiding;7) verlof voor erkende politieke groepen als vermeld in artikel 2 van het besluit van de Vlaamse regering van 19 december 1991 betreffende het verlof dat aan de personeelsleden van het onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra wordt verleend voor het verrichten van bepaalde prestaties ten behoeve van in de wetgevende vergaderingen van de Staat en van de Gemeenschappen of de Gewesten erkende politieke groepen, respectievelijk ten behoeve van de voorzitters van die groepen; 8) politiek verlof als vermeld als vermeld in artikel V.30 tot en met V.35 van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016; 9) verlof dat toegekend is aan personeelsleden die ter beschikking van de koning worden gesteld als vermeld in artikel 39 van het koninklijk besluit van 15 januari 1974 genomen ter toepassing van artikel 160 van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen van het kleuter-, lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs van de Staat, alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen en van de leden van de inspectiedienst die belast is met het toezicht op deze inrichtingen;10) verlof voor verminderde prestaties als vermeld in hoofdstuk II van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 1990 betreffende het verlof en de afwezigheid voor verminderde prestaties;11) afwezigheid voor verminderde prestaties als vermeld in hoofdstuk III van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 1990 betreffende het verlof en de afwezigheid voor verminderde prestaties;f) in afwijking van artikel 212 van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 kan een school meer dan 3% van het aantal wekelijkse uren-leraar aanwenden voor uren die geen lesuren zijn en organiseren als bijzondere pedagogische taken zonder dat daarvoor een akkoord nodig is van het lokaal comité, bevoegd inzake arbeidsvoorwaarden en personeelsaangelegenheden;g) in afwijking van artikel 307 van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 kan een school de uren klassenraad, klassendirectie en bijscholing en begeleiding vrij aanwenden;h) in afwijking van artikel 308/3, eerste en tweede lid, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 kan een school bij een vastgesteld lerarentekort vanaf 1 september van het lopende schooljaar meer dan 20% van de lesuren die aan de school zijn toegekend, omzetten in punten voor de aanwending ervan in ambten van het ondersteunend personeel of in uren voor de aanwending ervan in ambten van het paramedisch, medisch, sociaal, psychologische en orthopedagogisch personeel;i) in afwijking van artikel 308/3, eerste en tweede lid, van de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 kan een school bij een vastgesteld lerarentekort vanaf 1 september het deel van de niet-vacante betrekking in een wervingsambt van het bestuurs- en onderwijzend personeel waarvan de titularis voor het volledige schooljaar afwezig is door een of meer van de volgende verlofstelsels, omzetten in punten voor de aanwending ervan in ambten van het ondersteunend personeel of in uren voor de aanwending ervan in ambten van het paramedisch, medisch, sociaal, psychologisch en orthopedagogisch personeel: 1) verlof wegens verminderde prestaties vanaf de leeftijd van 55 jaar als vermeld in artikel 5, § 1, eerste lid, 3°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 1990 betreffende het verlof en de afwezigheid voor verminderde prestaties;2) gedeeltelijke loopbaanonderbreking vanaf de leeftijd van 50 of 55 jaar als vermeld in artikel 9 van het besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2011Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 09/09/2011 pub. 05/12/2011 numac 2011205980 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de loopbaanonderbreking van de personeelsleden van het onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding sluiten betreffende de loopbaanonderbreking van de personeelsleden van het onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding;3) verlof wegens bijzondere opdracht als vermeld in artikel 77quater van het decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs van 27 maart 1991 of artikel 51quater van het decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs van 27 maart 1991;4) verlof wegens opdracht als vermeld in artikel 77quater van het decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs van 27 maart 1991 of artikel 51quater van het decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs van 27 maart 1991;5) verlof voor vakbondsopdrachten als vermeld in artikel 29 van het koninklijk besluit van 15 januari 1974 genomen ter toepassing van artikel 160 van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen van kleuter-, lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs van de Staat, alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen en van de leden van de inspectiedienst die belast is met het toezicht op deze inrichtingen;6) verlof om een ambt uit te oefenen in een ministerieel kabinet als vermeld in artikel 2 tot en met 5 van het besluit van de Vlaamse regering van 28 juli 1995 betreffende het verlof om een ambt uit te oefenen in een ministerieel kabinet van een lid van een Gemeenschaps- of Gewestregering, van een lid van de federale regering of van een gewestelijk staatssecretaris, en bij een secretariaat, de cel algemene beleidscoördinatie en een cel algemeen beleid bij een lid van de federale regering door personeelsleden van het onderwijs en van de centra voor leerlingenbegeleiding;7) verlof voor erkende politieke groepen als vermeld in artikel 2 van het besluit van de Vlaamse regering van 19 december 1991 betreffende het verlof dat aan de personeelsleden van het onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra wordt verleend voor het verrichten van bepaalde prestaties ten behoeve van in de wetgevende vergaderingen van de Staat en van de Gemeenschappen of de Gewesten erkende politieke groepen, respectievelijk ten behoeve van de voorzitters van die groepen; 8) politiek verlof als vermeld in als vermeld in artikel V.30 tot en met V.35 van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016; 9) verlof dat toegekend is aan personeelsleden die ter beschikking van de koning worden gesteld als vermeld in artikel 39 van het koninklijk besluit van 15 januari 1974 genomen ter toepassing van artikel 160 van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen van het kleuter-, lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs van de Staat, alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen en van de leden van de inspectiedienst die belast is met het toezicht op deze inrichtingen;10) verlof voor verminderde prestaties als vermeld in hoofdstuk II van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 1990 betreffende het verlof en de afwezigheid voor verminderde prestaties;11) afwezigheid voor verminderde prestaties als vermeld in hoofdstuk III van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 1990 betreffende het verlof en de afwezigheid voor verminderde prestaties; 4° in afwijking van artikel VI.4 en VI.7 van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016 kan een school de puntenenveloppe voor ICT-coördinatie vrij aanwenden; 5° in afwijking van artikel 3, § 1, van het besluit van de Vlaamse regering van 17 april 1991 tot organisatie van het schooljaar in het basisonderwijs en in het deeltijds onderwijs georganiseerd, erkend of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap, kan een school de lessen voor de leerlingen van maandag tot en met vrijdag spreiden over minder dan vijf dagen van de week;6° afwijkingen van het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1992 betreffende de verdeling van betrekkingen, de terbeschikkingstelling wegens ontstentenis van betrekking, de reaffectatie, de wedertewerkstelling en de toekenning van een wachtgeld of wachtgeldtoelage: a) in afwijking van artikel 34, § 1, van het voormelde besluit hoeft het schoolbestuur voor de school die deelneemt aan het tijdelijke project, alleen de verplichtingen voor reaffectatie en wedertewerkstelling na te leven op het niveau van de school zelf als vermeld in artikel 34, § 1, A, 2°, a), artikel 34, § 1, B, 2°, a), of artikel 34, § 1, C, 2°, a), van het voormelde besluit;b) in afwijking van artikel 34, § 1, A, 6°, of van artikel 34, § 1, C, 6°, van het voormelde besluit kan een school bij een aanstelling in een vacante of niet-vacante betrekking afwijken van de opgelegde volgorde en in de betrekking een tijdelijk personeelslid voor bepaalde duur aanstellen;c) in afwijking van artikel 36, § 2, van het voormelde besluit hoeft het schoolbestuur voor de school die deelneemt aan het tijdelijke project, alleen de verplichtingen voor reaffectatie en wedertewerkstelling na te leven op het niveau van de school zelf als vermeld in artikel 36, § 2, A, 1°, a), artikel 36, § 2, B, 1°, a), of artikel 36, § 2, C, 1°, a), van het voormelde besluit;7° afwijkingen van het besluit van de Vlaamse regering van 17 juni 1997Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 17/06/1997 pub. 11/09/1997 numac 1997035972 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering betreffende de opdracht van het personeel in het basisonderwijs type besluit van de vlaamse regering prom. 17/06/1997 pub. 27/08/1997 numac 1997035953 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering betreffende de personeelsformatie in het buitengewoon basisonderwijs type besluit van de vlaamse regering prom. 17/06/1997 pub. 12/09/1997 numac 1997035969 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering betreffende de personeelsformatie in het gewoon basisonderwijs sluiten betreffende de personeelsformatie in het gewoon basisonderwijs : a) in afwijking van artikel 20bis, 20quinquies en 22ter van het voormelde besluit kan een school de aanvullende lestijden, vermeld in de voormelde artikelen, vrij aanwenden;b) in afwijking van artikel 27quaterdecies van het voormelde besluit kan een school de puntenenveloppe voor administratieve en beleidsondersteuning vrij aanwenden;8° afwijkingen van het besluit van de Vlaamse regering van 17 juni 1997Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 17/06/1997 pub. 11/09/1997 numac 1997035972 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering betreffende de opdracht van het personeel in het basisonderwijs type besluit van de vlaamse regering prom. 17/06/1997 pub. 27/08/1997 numac 1997035953 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering betreffende de personeelsformatie in het buitengewoon basisonderwijs type besluit van de vlaamse regering prom. 17/06/1997 pub. 12/09/1997 numac 1997035969 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering betreffende de personeelsformatie in het gewoon basisonderwijs sluiten betreffende de personeelsformatie in het buitengewoon basisonderwijs en betreffende coördinatieopdrachten door ondersteuningsnetwerken in het basis- en secundair onderwijs : a) in afwijking van artikel 2, 8 en 12 van het voormelde besluit kan een school wekelijks één lestijd van de twee lestijden onderwijs in de erkende godsdiensten en in de zedenleer die op die godsdiensten berust, en in de niet-confessionele zedenleer een andere aanwending geven;b) in afwijking van artikel 13bis, 13sexies en 14 van het voormelde besluit kan een school de aanvullende lestijden, vermeld in de voormelde artikelen, vrij aanwenden;c) in afwijking van artikel 25quinquies van het voormelde besluit kan een school de puntenenveloppe voor administratieve en beleidsondersteuning vrij aanwenden;9° in afwijking van artikel 8 van het besluit van de Vlaamse regering van 17 juni 1997Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 17/06/1997 pub. 11/09/1997 numac 1997035972 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering betreffende de opdracht van het personeel in het basisonderwijs type besluit van de vlaamse regering prom. 17/06/1997 pub. 27/08/1997 numac 1997035953 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering betreffende de personeelsformatie in het buitengewoon basisonderwijs type besluit van de vlaamse regering prom. 17/06/1997 pub. 12/09/1997 numac 1997035969 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering betreffende de personeelsformatie in het gewoon basisonderwijs sluiten betreffende de opdracht van het personeel in het basisonderwijs kan een school in het kader van de schoolopdracht de aanwezigheid van de personeelsleden op school ook vragen buiten de periode van normale aanwezigheid van de leerlingen;10° afwijking van het besluit van de Vlaamse regering van 31 augustus 2001Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 31/08/2001 pub. 24/10/2001 numac 2001036202 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering houdende de organisatie van het schooljaar in het secundair onderwijs sluiten houdende de organisatie van het schooljaar in het secundair onderwijs: a) in afwijking van artikel 3, § 1, van het voormelde besluit kan een school de lessen voor de leerlingen van maandag tot en met vrijdag spreiden over minder dan negen halve lesdagen;b) in afwijking van artikel 6, 2°, maar met behoud van artikel 8, tweede lid, 1°, van het voormelde besluit kan een school de lessen voor meer dan een dag per schooljaar schorsen om een pedagogische studiedag te houden. De specifieke afwijkingen van de regelgeving, vermeld in het eerste lid, die een schoolbestuur voor zijn school of scholen binnen het tijdelijke project kan gebruiken, worden voor elk tijdelijk project in het basisonderwijs opgenomen in bijlage 1, die bij dit besluit is gevoegd, en voor elk tijdelijk project in het secundair onderwijs in bijlage 2, die bij dit besluit is gevoegd. § 2. De betrekkingen die een school opricht met toepassing van paragraaf 1, eerste lid, 1°, a) tot en met g), 2°, b) en c), en 3°, b), d), e), g), h) en i), komen niet in aanmerking voor vacantverklaring en het schoolbestuur kan in geen geval een personeelslid vast benoemen, affecteren of muteren in die betrekkingen.

Art. 8.Als het expertenpanel, vermeld in artikel 10, § 1, bij een tijdelijk project vaststelt dat een of meer doelstellingen, vermeld in artikel 3, niet nageleefd worden of dat de toegepaste afwijking van de regelgeving niet conform artikel 7 is, formuleert het expertenpanel een voorstel aan de Vlaamse Regering om het tijdelijke project in kwestie binnen een redelijke termijn die het expertenpanel vastlegt, bij te sturen of om de afwijking in kwestie te beëindigen. Om de voormelde redelijke termijn te bepalen, houdt het expertenpanel alvast rekening met de belangen van leerlingen en personeelsleden van de school of scholen in kwestie.

Als het tijdelijke project ingevolge de beslissing van de Vlaamse Regering, vermeld in het eerste lid, niet wordt bijgestuurd of als de toepassing van de afwijking, vermeld in het eerste lid, niet wordt beëindigd binnen een redelijke termijn, beslist de Vlaamse Regering tot stopzetting van het tijdelijke project en houden de afwijkingen van de regelgeving, vermeld in artikel 7, op te bestaan. HOOFDSTUK 4. - Opvolging, begeleiding en evaluatie

Art. 9.Elk tijdelijk project, vermeld in artikel 5 en 6, zorgt voor een interne evaluatie van de maatregelen die genomen worden om het tijdelijke project uit te voeren. Die evaluatie steunt op een duidelijk nul moment of een duidelijke startsituatie.

Art. 10.§ 1. Er wordt een expertenpanel opgericht dat belast is met de opvolging en de evaluatie van de tijdelijke projecten.

Het expertenpanel is samengesteld uit al de volgende leden: 1° een afgevaardigde van de Vlaamse minister, bevoegd voor onderwijs en vorming, die het voorzitterschap op zich neemt;2° een afgevaardigde van de Vlaamse minister, bevoegd voor binnenlands bestuur en het stedenbeleid, de gelijke kansen, de integratie en de inburgering, de human resources en de audit van de Vlaamse overheid;3° een afgevaardigde van de Vlaamse minister, bevoegd voor het welzijn, de gezondheids- en woonzorg, opgroeien, de personen met een beperking, de sociale bescherming, de zorginfrastructuur en de zeevisserij;4° een afgevaardigde van de Vlaamse minister, bevoegd voor het budgettair beleid, de fiscaliteit, de financiële operaties, de boekhouding, het woonbeleid en het onroerend erfgoed;5° twee afgevaardigden van het Departement Onderwijs en Vorming, vermeld in artikel 22, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 03/06/2005 pub. 22/09/2005 numac 2005036144 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse Regering met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie sluiten met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie;6° twee afgevaardigden van het Agentschap voor Onderwijsdiensten;7° een afgevaardigde van de Onderwijsinspectie;8° een afgevaardigde van het Gemeenschapsonderwijs;9° een afgevaardigde van het Provinciaal Onderwijs Vlaanderen;10° een afgevaardigde van het Onderwijssecretariaat van Vlaamse Steden en Gemeenten;11° een afgevaardigde van Katholiek Onderwijs Vlaanderen;12° een afgevaardigde van het Overleg Kleine Onderwijsverstrekkers;13° een afgevaardigde van de Algemene Centrale der Openbare Diensten;14° twee afgevaardigden van de Federatie van de Christelijke Syndicaten der Openbare Diensten;15° een afgevaardigde van het Vrij Syndicaat voor het Openbaar Ambt;16° maximaal drie wetenschappelijke experten, die aangewezen worden door de voorzitter van het expertenpanel. § 2. Zodra het expertenpanel, vermeld in paragraaf 1, is samengesteld, volgt het de tijdelijke projecten op, vermeld in artikel 5 en 6, zonder enige vorm van sturing of inmenging.

De schoolbesturen en scholen die deelnemen aan de tijdelijke projecten, vermeld in artikel 5 en 6, verlenen hun medewerking aan de werkzaamheden, al dan niet ter plaatse, van het expertenpanel.

De opvolging door het expertenpanel mondt uit in een eindevaluatie van de tijdelijke projecten, vermeld in artikel 5 en 6, in het schooljaar 2024-2025. De voormelde eindevaluatie resulteert in een rapport met beleidsbeslissingen over de wenselijkheid, de haalbaarheid en de budgettaire inpasbaarheid van wijzigingen in de geldende wetgeving en de regelgeving in het kader van de knelpunten, vermeld in artikel 3, § 2, tweede lid. Dat rapport wordt aan de Vlaamse Regering bezorgd. HOOFDSTUK 5. - Slotbepalingen

Art. 11.Artikel 1 tot en met 6 en artikel 9 tot en met 10 van dit besluit hebben uitwerking met ingang van 1 september 2022 en treden buiten werking op 1 september 2025.

Artikel 7 en 8 treden in werking op de dag van de bekrachtiging van dit besluit door de Vlaamse Regering volgend op de stemming ervan in het Vlaams parlement en treedt buiten werking op 1 september 2025.

Art. 12.De Vlaamse minister, bevoegd voor onderwijs en vorming, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 24 maart 2023.

De minister-president van de Vlaamse Regering, J. JAMBON De Vlaamse minister van Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse Rand, B. WEYTS

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^