gepubliceerd op 16 oktober 1998
Besluit van de Vlaamse regering tot voorlopige verdeling van de trekkingsrechten uit het Sociaal Impulsfonds voor het jaar 1998 onder de gemeenten van het Vlaamse Gewest en de Vlaamse Gemeenschapscommissie
24 JULI 1998. - Besluit van de Vlaamse regering tot voorlopige verdeling van de trekkingsrechten uit het Sociaal Impulsfonds voor het jaar 1998 onder de gemeenten van het Vlaamse Gewest en de Vlaamse Gemeenschapscommissie
De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 14 mei 1996 tot vaststelling van de regelen inzake de werking en de verdeling van het Sociaal Impulsfonds, inzonderheid op artikel 6 tot en met 9;
Gelet op het decreet van 19 december 1997 houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 1998;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 14 mei 1996 tot uitvoering van het decreet van mei 1996 tot vaststelling van de regelen inzake de werking en de verdeling van het Sociaal Impulsfonds;
Overwegende dat zes gemeenten, meer bepaald Aartselaar, Beveren, Knokke-Heist, Koksijde, Sint-Martens-Latem en Zwijndrecht beantwoorden aan de voorwaarden van artikel 9 van het decreet van 14 mei 1996; dat die gemeenten slechts 90 % krijgen van het trekkingsrecht van 1997 dat reeds verminderd werd met 10 %; dat zij voor 1998 bijgevolg 81 % bekomen van het gewaarborgd trekkingsrecht van 1996;
Overwegende dat het vastleggingskrediet 6 388,8 miljoen frank bedraagt; dat 82,1 miljoen frank voorafgenomen wordt voor de Vlaamse Gemeenschapscommissie; dat de niet-vastgelegde kredieten uit de begroting van 1997 van het programma 53.2, basisallocaties 12.03, 33.10 en 43.10 respectievelijk 5 921 670 frank, 116 500 frank en 410 000 frank, worden bijgevoegd ter uitvoering van artikel 5, tweede lid van het decreet; dat bijgevolg 6 313 148 170 frank verdeeld wordt onder de gemeenten van het Vlaamse Gewest;
Overwegende dat de lokale besturen dringend op de hoogte moeten worden gesteld van de trekkingsrechten waarover zij kunnen beschikken voor het jaar 1998, met het oog op het eventueel afsluiten van addenda op de beleidsovereenkomsten;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Stedelijk Beleid en Huisvesting en de Vlaamse minister van Cultuur, Gezin en Welzijn, Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.De trekkingsrechten uit het Sociaal Impulsfonds voor het jaar 1998 worden voorlopig onder de gemeenten van het Vlaamse Gewest verdeeld zoals vermeld in de tabel, als bijlage gevoegd bij dit besluit.
Art. 2.Overeenkomstig de bepalingen in artikel 4, § 1 van het decreet van 14 mei 1996 tot vaststelling van de regelen inzake de werking en de verdeling van het Sociaal Impulsfonds, wordt aan de Vlaamse Gemeenschapscommissie voorlopig een trekkingsrecht toegekend van 82,1 miljoen frank.
Art. 3.De niet-vastgelegde delen van de trekkingsrechten uit het Sociaal Impulsfonds van 1997, vermeld in de bijlage, gevoegd bij dit besluit, worden overgedragen naar 1998.
Art. 4.Voor de Vlaamse Gemeenschapscommissie wordt 81 200 000 frank aan trekkingsrechten van 1997 overgedragen naar 1998.
Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1998.
Art. 6.De Vlaamse minister, bevoegd voor het stedelijk beleid, en de Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 24 juli 1998.
De minister-president van de Vlaamse regering, L. VAN DEN BRANDE De Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Stedelijk Beleid en Huisvesting, L. PEETERS De Vlaamse minister van Cultuur, Gezin en Welzijn, L. MARTENS
Bijlage bij het besluit van de Vlaamse regering van 24 juli 1998 tot voorlopige verdeling van de trekkingsrechten uit het Sociaal Impulsfonds voor het jaar 1998 onder de gemeenten van het Vlaamse Gewest en de Vlaamse Gemeenschapscommissie Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse regering van 24 juli 1998 tot voorlopige verdeling van de trekkingsrechten uit het Sociaal Impulsfonds voor het jaar 1998 onder de gemeenten van het Vlaamse Gewest en de Vlaamse Gemeenschapscommissie.
Brussel, 24 juli 1998.
De minister-president van de Vlaamse regering, L. VAN DEN BRANDE De Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Stedelijk Beleid en Huisvesting, L. PEETERS De Vlaamse minister van Cultuur, Gezin en Welzijn, L. MARTENS