Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 22 juni 1999
gepubliceerd op 14 september 1999

Besluit van de Vlaamse regering betreffende het financiële en materiële beheer van de dienst met afzonderlijk beheer « Cultureel Centrum van de Vlaamse Gemeenschap Landcommanderij Alden Biesen »

bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
numac
1999036155
pub.
14/09/1999
prom.
22/06/1999
ELI
eli/besluit/1999/06/22/1999036155/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

22 JUNI 1999. - Besluit van de Vlaamse regering betreffende het financiële en materiële beheer van de dienst met afzonderlijk beheer « Cultureel Centrum van de Vlaamse Gemeenschap Landcommanderij Alden Biesen »


De Vlaamse regering, Gelet op de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991, inzonderheid op artikel 140;

Gelet op het decreet van 21 december 1994 houdende diverse bepalingen tot begeleiding van de begroting 1995, inzonderheid op artikel 35;

Gelet op het advies van de inspectie van financiën, gegeven op 22 januari 1999;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 22 december 1993 houdende oprichting van een cultureel centrum van de Vlaamse Gemeenschap in Bilzen, genaamd « Landcommanderij Alden Biesen »;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de financiën en de begroting, gegeven op 22 juni 1999;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de ambtenarenzaken, gegeven op 24 maart 1999;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 4 juli 1989 en 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat voor een goede werking van het cultureel centrum van de Vlaamse Gemeenschap Landcommanderij Alden Biesen, dringend een nieuw besluit noodzakelijk is;

Overwegende dat de continuïteit van de werking van het cultureel centrum van de Vlaamse Gemeenschap Landcommanderij Alden Biesen moet worden verzekerd;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Cultuur, Gezin en Welzijn;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Inleidende bepalingen

Artikel 1.§ 1. Dit besluit regelt het financiële en materiële beheer van de dienst met afzonderlijkheid beheer, het Cultureel Centrum van de Vlaamse Gemeenschap Landcommanderij Alden Biesen in Bilzen, hierna te noemen het C.C.V.G. Alden Biesen. § 2. De bepalingen betreffende de Rijkscomptabiliteit zijn van toepassing op het C.C.V.G. Alden Biesen. HOOFDSTUK II. - De begroting

Art. 2.Het C.C.V.G. Alden Biesen maakt jaarlijks een begroting op van alle ontvangsten en uitgaven, volgens de richtlijnen verstrekt door de Vlaamse regering. Het begrotingsjaar begint op 1 januari en eindigt op 31 december van hetzelfde jaar.

Art. 3.De begroting wordt onderverdeeld in twee delen : 1° de ontvangsten;2° de uitgaven.

Art. 4.De ontvangsten hebben betrekking op : 1° het overgedragen saldo;2° de dotatie zoals ingeschreven op de begroting van de algemene uitgaven van de Vlaamse Gemeenschap;3° de eigen inkomsten;4° de schenkingen en de legaten.

Art. 5.De uitgaven hebben betrekking op de sommen die tijdens het begrotingsjaar verschuldigd zijn wegens verbintenissen, aangegaan tijdens het begrotingsjaar, en wegens overgedragen verbintenissen van vorige begrotingsjaren.

Art. 6.Het begrotingsontwerp van het C.C.V.G. Alden Biesen wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de Vlaamse minister, bevoegd voor de cultuur, en toegevoegd aan het ontwerp van decreet houdende de begroting van de algemene uitgaven van de Vlaamse Gemeenschap.

Art. 7.De Vlaamse minister, bevoegd voor de cultuur, kan kredietoverschrijvingen en kredietoverschrijdingen toestaan met de goedkeuring van de Vlaamse minister, bevoegd voor de financiën en de begroting.

Bepaalde kredietoverschrijvingen tussen de begrotingsposten van de DAB onderling kunnen gebeuren mits akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de cultuur, op voorwaarde dat: 1° de overschrijving niet meer bedraagt dan 15 % van de begrotingspost of -posten die vermeerderd of verminderd worden; 2° de overschrijving kleiner is dan 5.000.000 frank; 3° de overschrijving niet gepaard gaat met een kredietoverschrijding. Deze overschrijvingen worden achteraf door de Vlaamse minister, bevoegd voor de cultuur, meegedeeld aan de Vlaamse minister, bevoegd voor de financiën en de begroting. HOOFDSTUK III. - Comptabiliteit en aflegging van de rekeningen

Art. 8.Het afdelingshoofd van de afdeling waaronder het C.C.V.G. Alden Biesen ressorteert stelt een ordonnateur en een rekenplichtige aan.

Art. 9.Op het einde van ieder kwartaal wordt een staat van ontvangsten en een staat van uitgaven opgemaakt.

De Vlaamse minister, bevoegd voor de cultuur, legt deze staten aan het Rekenhof voor door bemiddeling van de Vlaamse minister, bevoegd voor de financiën en de begroting. De bewijsstukken worden ter plaatse bewaard.

Art. 10.Op het einde van ieder jaar stelt de rekenplichtige de volgende rekenplichtige stukken op : 1° een beheersrekening;2° een uitvoeringsrekening van de begroting;3° een staat van activa en passiva. Uiterlijk op 31 januari na het jaar waarop ze betrekking hebben, stuurt de Vlaamse minister, bevoegd voor de cultuur, deze rekeningen aan de Vlaamse minister, bevoegd voor de financiën en de begroting, die ze voor 31 maart van hetzelfde jaar aan het Rekenhof bezorgt.

Art. 11.Bij de uitdiensttreding van de rekenplichtige moeten dezelfde rekenplichtige stukken opgesteld worden als genoemd in artikel 10.

Art. 12.De uitvoeringsrekening van het C.C.V.G. Alden Biesen wordt gevoegd bij die van het algemeen bestuur van de Vlaamse Gemeenschap.

Art. 13.De boekhouding wordt gevoerd overeenkomstig de aanrekeningsregels, vervat in het koninklijk besluit van 1 juli 1964 tot vaststelling van de regels van aanrekening van de budgettaire ontvangsten en uitgaven van de diensten van algemeen bestuur van de staat, met uitzondering van de in artikel 5, 6, § 2, en 9 van voornoemd besluit bedoelde bepalingen.

Art. 14.Er moet een vermogenscomptabiliteit gevoerd worden. Hiertoe wordt onder meer een inventaris van het vermogen opgemaakt overeenkomstig de geldende bepalingen. HOOFDSTUK IV. - Beheer

Art. 15.De ordonnateur is gemachtigd om alle verbintenissen aan te gaan die noodzakelijk zijn voor de culturele en administratieve werking, onverminderd de reglementaire bepalingen daarover en afhankelijk van de beschikbare kredieten.

Verbintenissen van meer dan 500.000 frank kunnen door de ordonnateur worden aangegaan mits goedkeuring van het afdelingshoofd waaronder Alden Biesen ressorteert.

Art. 16.De Vlaamse regering zorgt voor de werving en bezoldiging van het statutaire en contractuele personeel noodzakelijk voor de ondersteuning van de structurele werking van Alden Biesen.

Het C.C.V.G. Alden Biesen zorgt voor de indienstneming en bezoldiging van bijkomend tijdelijk personeel voor het vervullen van tijdelijke opdrachten of tijdelijke vervangingen.

De ordonnateur is gemachtigd, na goedkeuring van het bevoegde afdelingshoofd, arbeidsovereenkomsten te sluiten voor bepaalde duur of voor de looptijd van een bepaald project.

Art. 17.Onverminderd de bepalingen van artikel 15 en 16 worden de uitgaven - al naargelang de uitgaven veroorzakende rechtshandeling gesteld wordt uit hoofde van het beheer van de diensten algemeen bestuur van de Vlaamse Gemeenschap, of uit hoofde van het beheer van het C.C.V.G. Alden Biesen - respectievelijk gedragen door de begroting van de Vlaamse Gemeenschap of door de begroting van het C.C.V.G. Alden Biesen.

Art. 18.Het bedrag van de uitgaven en het bedrag van de verbintenissen wordt beperkt door het bedrag van de goedgekeurde limitatieve kredieten en door het bedrag van de ontvangsten.

Art. 19.§ 1. Van het saldo dat op het einde van het begrotingsjaar beschikbaar is, wordt tien procent aangewend voor de vorming van een reservefonds. Het zo gevormde bedrag mag het bedrag van het reële kassaldo niet overschrijden. De Vlaamse minister, bevoegd voor de cultuur, kan met goedkeuring van de Vlaamse minister, bevoegd voor de financiën en de begroting, dit percentage aanpassen.

Deze reservevorming gebeurt totdat de middelen van het reservefonds tien procent bedragen van het gemiddelde van de uitgaven van de drie voorgaande begrotingsjaren, tenzij dit bedrag wordt gewijzigd op voorstel van de Vlaamse minister, bevoegd voor de cultuur en met akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de financiën en de begroting.

Onder saldo wordt verstaan : het kassaldo, vermeerderd met de nog te innen vastgestelde rechten, verminderd met de nog openstaande verbintenissen.

Op het einde van het begrotingsjaar worden ook overgedragen : 1° het gedeelte van het kassaldo dat beschikbaar is na vorming van het reservefonds;2° de vastgestelde rechten;3° de nog openstaande verbintenissen. § 2. De middelen van het reservefonds kunnen met goedkeuring van de Vlaamse minister, bevoegd voor de cultuur, of zijn gemachtigde en met goedkeuring van de Vlaamse minister, bevoegd voor de financiën en de begroting, aangewend worden om uitgaven te dekken die voortvloeien uit onvoorzienbare omstandigheden of uit specifieke doelstellingen van het C.C.V.G. Alden Biesen.

Art. 20.Bij het begin van het jaar mogen de geldmiddelen die beschikbaar waren op het einde van het vorige jaar, gebruikt worden.

Art. 21.Onverminderd artikel 5, § 1, van het besluit van de Vlaamse regering van 22 december 1993 houdende oprichting van een cultureel centrum van de Vlaamse Gemeenschap in Bilzen, genaamd « Landcommanderij Alden Biesen » bepaalt de ordonnateur, na advies van de bestuurscommissie, de tarieven voor de verkoopprijs van publicaties, het entreegeld voor voorstellingen, exposities, lezingen en andere.

Art. 22.De rekenplichtige die verantwoordelijk is tegenover het Rekenhof is, overeenkomstig de opdrachten, gedefinieerd in zijn of haar aanstellingsbesluit, belast met : 1° het handelen en bewaren van de gelden en waarden;2° het opstellen en bewaren van de in artikel 9 en 10 bedoelde stukken;3° het bijhouden van de inventaris van het vermogen en van de vermogenscomptabiliteit. HOOFDSTUK V. - Controle

Art. 23.Het Rekenhof en de administratie Budgettering, Accounting en Financieel Management van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap kunnen de rekeningen ter plaatse controleren. Zij mogen zich te allen tijde alle bewijsstukken, staten, inlichtingen of toelichtingen laten verstrekken over de ontvangsten, de uitgaven, de activa en de schulden.

De uitgaven worden vereffend en betaald zonder interventie van het Rekenhof. HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen

Art. 24.Het besluit van de Vlaamse regering van 22 maart 1995 betreffende het financiële en materiële beheer van de dienst met afzonderlijk beheer « Cultureel Centrum van de Vlaamse Gemeenschap Landcommanderij Alden Biesen » wordt opgeheven.

Art. 25.In artikel 6 van het besluit van de Vlaamse regering van 22 december 1993 houdende oprichting van een cultureel centrum van de Vlaamse Gemeenschap in Bilzen, genaamd « Landcommanderij Alden Biesen » wordt de tweede paragraaf opgeheven en wordt de aanduiding « § 1 » geschrapt.

Art. 26.De Vlaamse minister, bevoegd voor de cultuur, en de Vlaamse minister, bevoegd voor de financiën en de begroting, zijn, ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 22 juni 1999.

De minister-president van de Vlaamse regering, L. VAN DEN BRANDE De Vlaamse minister van Cultuur, Gezin en Welzijn, L. MARTENS

^