20 NOVEMBER 2009. - Besluit van de Vlaamse Regering betreffende het parlementair toezicht op het Vlaams-Europees Verbindingsagentschap

De Vlaamse Regering, Gelet op het kaderdecreet Bestuurlijk Beleid van 18 juli 2003, artikel 32;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor begroting, gegeven op 20 november 2009;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, artikel 3, § 1;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat het VLEVA een specifieke rol heeft met betrekking tot het Europese beleid en dat de parlementaire controle op de activiteiten van VLEVA, als instrument van het Vlaamse Europees beleid, dringend moeten versterkt worden;

Overwegende dat het noodzakelijk is dat de parlementaire controle ingaat op 1 januari 2010 gelet enerzijds op de timing voor de operationele planning die afgesproken is in het samenwerkingsakkoord van 15 mei 2007 tussen de Vlaamse Regering en VLEVA, en anderzijds gelet op de omstandigheid dat de verplichte verslaggeving over de activiteiten en over de wijze waarop de begrotingsmiddelen worden aangewend moet ingaan bij het begin van het werkingsjaar;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Het Vlaams-Europees Verbindingagentschap, hierna VLEVA te noemen, brengt jaarlijks verslag uit aan het Vlaams Parlement over zijn activiteiten en over de wijze waarop het de jaarlijkse dotatie heeft aangewend.

Art. 2.De voorzitter van VLEVA is ertoe gehouden om aan het Vlaams Parlement of aan de bevoegde commissie van het Vlaams Parlement verantwoording af te leggen over de activiteiten van VLEVA.

Art. 3.Het Vlaams Parlement is bevoegd om haar vertrouwen in de voorzitter van VLEVA op te zeggen, om een einde te stellen aan zijn/haar mandaat en om de Vlaamse Regering op te dragen in zijn/haar vervanging te voorzien;

Art. 4.De Vlaamse minister, bevoegd voor het buitenlands beleid, kan de voorzitter van VLEVA belasten met vertegenwoordigende en coördinerende opdrachten, die betrekking hebben op de Europese beleidsuitvoering.

Art. 5.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2010.

Art. 6.De Vlaamse minister, bevoegd voor het buitenlands beleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 20 november 2009.

De minister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid, K. PEETERS