gepubliceerd op 17 augustus 2012
Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling dat de opmaak van een planprogramma niet vereist is in het kader van het inrichtingsproject landinrichting « Gentse Kanaalzone, koppelingsgebieden - fase 2 » en tot onderwerping van delen van het grondgebied van de gemeenten Gent, Evergem en Zelzate aan landinrichting
20 JULI 2012. - Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling dat de opmaak van een planprogramma niet vereist is in het kader van het inrichtingsproject landinrichting « Gentse Kanaalzone, koppelingsgebieden - fase 2 » en tot onderwerping van delen van het grondgebied van de gemeenten Gent, Evergem en Zelzate aan landinrichting
De Vlaamse Regering, Gelet op het decreet van 21 december 1988 houdende oprichting van de Vlaamse Landmaatschappij, artikel 11, gewijzigd bij het decreet van 27 maart 2009, artikel 12, vervangen bij het decreet van 19 mei 2006, artikel 13, gewijzigd bij de decreten van 22 november 1995, 8 december 2000, 19 juli 2002 en 7 mei 2004, en artikel 14, gewijzigd bij het decreet van 7 mei 2004;
Overwegende dat de Vlaamse Regering het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan « Afbakening zeehavengebied Gent - fase 2 » definitief heeft vastgesteld; dat het project op vlak van inrichting en beheer « Gentse Kanaalzone, koppelingsgebieden - fase 2 » opgenomen is in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan « Afbakening zeehavengebied Gent - fase 2 »; dat de elementen van een ontwerp van planprogramma « Gentse Kanaalzone, koppelingsgebieden - fase 2 » als vermeld in artikel 5 van het besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2008 betreffende de procedure tot opmaak van landinrichtingsplannen en houdende opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 juni 1996 houdende nadere regelen betreffende de landinrichting en houdende wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 maart 1998 houdende subsidiëring van de landinrichtingswerken, zijn opgenomen in het vastgestelde gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan « Afbakening zeehavengebied Gent - fase 2 »; dat alle ministers van wie de bevoegdheid betrokken is bij het project op vlak van inrichting en beheer « Gentse Kanaalzone, koppelingsgebieden - fase 2 » hun akkoord geven over het project op vlak van inrichting en beheer;
Overwegende dat het, met het oog op de hieronder vermelde doelstellingen, noodzakelijk is om, op delen van het grondgebied van de stad Gent en van de gemeenten Evergem en Zelzate, inrichtingsmaatregelen uit te voeren op gronden die liggen in woongebied, in industriegebied of in daarmee vergelijkbare bestemmingsgebieden volgens het gewestplan « Gentse en Kanaalzone », het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan « Afbakening Zeehavengebied Gent - Inrichting R4-Oost en R4-West » of het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan « Afbakening zeehavengebied Gent - fase 2 »; dat de bovenvermelde bestemmingen niet zijn vermeld in artikel 12, eerste lid, van het voormelde decreet van 21 december 1988;
Overwegende dat de inrichtingsmaatregelen van het inrichtingsproject landinrichting « Gentse Kanaalzone - koppelingsgebieden, fase 2 » geconcentreerd zijn in de koppelingsgebieden; dat de inrichtingsmaatregelen buiten de koppelingsgebieden beperkt blijven tot de realisatie van functionele, recreatieve, landschappelijke en ecologische fysische verbindingen tussen de vermelde koppelingsgebieden en de directe omgeving ervan;
Overwegende dat de koppelingsgebieden smalle stroken (eilanden) vormen tussen woonkernen enerzijds en industriegebieden anderzijds; dat de koppelingsgebieden worden ingericht om de leefbaarheid van de woonkernen op lange termijn te garanderen; dat er fysische verbindingen nodig zijn tussen de woonkernen en de koppelingsgebieden en omliggende industriezones; dat die verbindingen van belang zijn voor een goede recreatieve ontsluiting van de koppelingsgebieden voor de bewoners uit de woonkernen;
Overwegende dat de fysische verbindingen ook landschappelijke en ecologische verbindingen zijn vanuit de koppelingsgebieden naar omliggende woon- en industriegebieden; dat het voor een goed ecologisch en landschappelijk functioneren van die elementen, alsook voor het realiseren van een goede landschappelijke beeldkwaliteit, van groot belang is dat er wordt gekomen tot aaneensluitende structuren;
Overwegende dat het, om tot een efficiënte en geïntegreerde uitvoering te komen van het inrichtingsproject landinrichting « Gentse Kanaalzone, koppelingsgebieden - fase 2 », noodzakelijk is dat de Vlaamse Regering ermee instemt om ook andere bestemmingen dan de bestemmingen vermeld in artikel 12, eerste lid, van het voormelde decreet van 21 december 1988, te onderwerpen aan de landinrichting; dat de gevraagde uitzondering alleen betrekking heeft op bovenvermelde bestemmingen voor zover de maatregelen die voorgesteld worden in die zones onlosmakelijk zijn verbonden met de inrichting van de koppelingsgebieden of onderdeel uitmaken van fysische verbindingen (recreatieve, functionele, landschappelijke of ecologische) tussen de koppelingsgebieden en de economische zones of woonzones;
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 12 juli 2012;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.De opmaak van een planprogramma is niet vereist voor het in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan « Afbakening zeehavengebied Gent - fase 2 » opgenomen project op vlak van inrichting en beheer « Gentse Kanaalzone, koppelingsgebieden - fase 2 ». Het project op vlak van inrichting en beheer « Gentse Kanaalzone, koppelingsgebieden - fase 2 » wordt beschouwd als een inrichtingsproject landinrichting als vermeld in artikel 5, tweede lid, 3°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004 betreffende de procedure tot opmaak van landinrichtingsplannen en houdende opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 juni 1996 houdende nadere regelen betreffende de landinrichting en houdende wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 maart 1998 houdende subsidiëring van de landinrichtingswerken.
Art. 2.De Vlaamse Landmaatschappij is belast met de opmaak van een landinrichtingsplan voor het inrichtingsproject landinrichting « Gentse Kanaalzone, koppelingsgebieden - fase 2 ».
Art. 3.De gronden op het grondgebied van de stad Gent en van de gemeenten Evergem en Zelzate die liggen binnen de perimeter van het inrichtingsproject landinrichting « Gentse Kanaalzone, koppelingsgebieden - fase 2 », vermeld in artikel 1, en die liggen binnen gebieden met ruimtelijke bestemming woongebied, industriegebied of daarmee vergelijkbare bestemmingsgebieden, worden onderworpen aan landinrichting voor de uitvoering van het inrichtingsproject landinrichting « Gentse Kanaalzone, koppelingsgebieden - fase 2 ».
Art. 4.De Vlaamse minister, bevoegd voor de landinrichting, is belast met uitvoering van dit besluit.
Brussel, 20 juli 2012.
De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, J. SCHAUVLIEGE