gepubliceerd op 29 juli 2020
Besluit van de Vlaamse Regering over de thematische oproep met betrekking tot COVID-19 bij het Fonds Wetenschappelijk Onderzoek Vlaanderen
17 JULI 2020. - Besluit van de Vlaamse Regering over de thematische oproep met betrekking tot COVID-19 bij het Fonds Wetenschappelijk Onderzoek Vlaanderen (FWO)
Rechtsgrond Dit besluit is gebaseerd op: - het
decreet van 30 april 2009Relevante gevonden documenten
type
decreet
prom.
30/04/2009
pub.
06/07/2009
numac
2009035587
bron
vlaamse overheid
Decreet betreffende de organisatie en financiering van het wetenschaps- en innovatiebeleid
sluiten betreffende de organisatie en financiering van het wetenschaps- en innovatiebeleid, artikel 18, § 3, vervangen bij het decreet van 20 november 2015.
Vormvereisten De volgende vormvereisten zijn vervuld: - De Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, heeft zijn akkoord gegeven op 16 juli 2020. - Het FWO heeft advies gegeven op 24 juni 2020. - Er is geen advies gevraagd aan de Raad van State, met toepassing van artikel 3, § 1, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973. Er is een dringende noodzakelijkheid omdat om op korte termijn effectievere manieren te ontwikkelen om met de gevolgen van de huidige COVID-19-pandemie om te gaan, wetenschappelijk onderzoek daarrond nodig is. Om dat te financieren moet op korte termijn een thematische oproep georganiseerd worden en moet daarvoor een juridisch kader gecreëerd te worden.
Initiatiefnemer Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale economie en Landbouw.
Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING BESLUIT :
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder FWO: de privaatrechtelijke stichting van openbaar nut Fonds Wetenschappelijk Onderzoek - Vlaanderen, vermeld in artikel 15, § 1, van het decreet van 30 april 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/04/2009 pub. 06/07/2009 numac 2009035587 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de organisatie en financiering van het wetenschaps- en innovatiebeleid sluiten betreffende de organisatie en financiering van het wetenschaps- en innovatiebeleid.
Art. 2.Het FWO is belast met de organisatie van een thematische COVID-19-oproep voor steun aan fundamenteel en strategisch basisonderzoek in alle wetenschapsgebieden, waaruit wetenschappelijk onderbouwde beleidsondersteuning en praktische oplossingen kunnen voortvloeien die de samenleving als geheel effectievere manieren aanleveren om met de gevolgen van de COVID-19-pandemie om te gaan.
Art. 3.Binnen de thematische oproep, vermeld in artikel 2, kunnen de volgende instellingen een subsidieaanvraag indienen: 1° de vijf universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap, namelijk de Katholieke Universiteit Leuven, de Universiteit Hasselt, de Universiteit Antwerpen, de Universiteit Gent en de Vrije Universiteit Brussel;2° de Evangelische Theologische Faculteit in Leuven;3° de Faculteit voor Protestantse Godgeleerdheid in Brussel als het onderzoek in godsdienstwetenschappen of godgeleerdheid betreft;4° de Hogere Zeevaartschool als het wetenschappelijk onderzoek in de nautische wetenschappen betreft;5° de Vlerick Business School als het onderzoek in de managementwetenschappen betreft;6° de Antwerp Management School als het onderzoek in de managementwetenschappen betreft;7° het Instituut voor Tropische Geneeskunde als het onderzoek in tropische geneeskunde, diergeneeskunde of gezondheidszorg in ontwikkelingslanden betreft. Minimaal twee van de instellingen, vermeld in het eerste lid, nemen deel aan een projectaanvraag. Een van die instellingen treedt op als promotor-woordvoerder van het project.
Naast de instellingen, vermeld in het eerste lid, kunnen de volgende instellingen ook aan een projectconsortium voor de oproep deelnemen: 1° de Vlaamse ziekenhuizen die tot een van de volgende categorieën behoren: a) universitaire ziekenhuizen;b) niet-universitaire ziekenhuizen met een academisch karakter;c) niet-universitaire ziekenhuizen zonder academisch karakter die voldoen aan de definitie van een onderzoekscentrum;2° een federaal of Vlaams overheidsagentschap;3° een Vlaams of niet-Vlaams onderzoekscentrum.
Art. 4.De subsidie wordt toegekend na advies van expertpanels, waarvan de experten geen lopend onderzoek verrichten met de betrokken onderzoeksploeg.
De aanvragen worden beoordeeld op basis van volgende criteria: 1° de noodzaak en urgentie van het onderzoek, met inbegrip van de mogelijkheid om het onderzoek uit te voeren tijdens de COVID-19-pandemie en de bijdrage ervan aan de beoogde oplossing en de maatschappelijke implementeerbaarheid en impact op korte tot middellange termijn voor het beheer van de maatschappelijke gevolgen van de COVID-19-pandemie;2° de toegevoegde waarde ten opzichte van het huidige wetenschappelijk onderzoek;3° de synergie en complementariteit met relevante nationale en internationale initiatieven;4° de kwaliteit van het onderzoek waaronder onderzoeksbenadering en methodologie, werkplan en budget;5° de expertise en het trackrecord van het consortium.
Art. 5.Per project is er maximaal een bedrag van 250.000 euro, exclusief overhead van 6%.
De volgende kosten kunnen worden aangerekend op de subsidie: 1° werkingskosten;2° personeelskosten. Maximaal 20 % van de subsidie per project kan toegekend worden aan een niet-Vlaamse consortiumpartner. Een samenwerking met een niet-Vlaamse consortiumpartner is alleen mogelijk via de promotor-woordvoerder.
Art. 6.Een project duurt maximaal twaalf maanden.
Art. 7.De raad van bestuur van het FWO legt de verdere interne procedures vast voor de aanvraag, behandeling, evaluatie, selectie en toekenning van onderzoeksprojecten.
De raad van bestuur van het FWO legt een interne procedure vast voor de behandeling van verzoeken tot herziening van de beslissing.
Het FWO maakt de interne procedures openbaar.
Art. 8.Dit besluit treedt in werking op 17 juli 2020.
Art. 9.De Vlaamse minister, bevoegd voor het wetenschappelijk onderzoek, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 17 juli 2020.
De minister-president van de Vlaamse Regering, J. JAMBON De Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale economie en Landbouw, H. CREVITS