17 DECEMBER 1999. - Besluit van de Vlaamse regering houdende toekenning van een subsidie aan de Universiteit Gent voor het monitoren van acute hartaanvallen in twee Vlaamse regio's

De Vlaamse regering Gelet op het decreet van 19 december 1998 houdende de algemene uitgavenbegroting van het begrotingsjaar 1999, gewijzigd bij het decreet van 18 mei 1998;

Gelet op het koninklijk besluit van 17 juli 1991 houdende coördinatie van de wetten op de rijkscomptabiliteit, inzonderheid de artikels 55 tot en met 58;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 14 juli 1993 tot regeling van de vergoeding van de centrale beheerskosten en de algemene exploitatiekosten van de universiteiten, verbonden aan de uitvoering van wetenschappelijke activiteiten die door de Vlaamse Gemeenschap gefinancierd worden, meer bepaald artikel 4, § 2;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 16 november 1994 tot regeling van de begrotingscontrole, gewijzigd door het besluit van de Vlaamse regering van 8 juli 1997;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister bevoegd voor Begroting, gegeven op 9 december 1999;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke Kansen, Besluit :

Artikel 1.Aan de Universiteit Gent wordt een subsidie toegekend van 17,5 miljoen frank (433.813 EURO). Dit bedrag wordt vastgelegd op de basisallocatie 33.29 van het programma 42.2.

Art. 2.Het register van acute hartaanvallen heeft als doelstelling : 1° de tijdstrends van incidentie, lethaliteit en sterfte ten gevolge van acute coronaire aanvallen te volgen;2° bij te dragen tot kwaliteitsverbetering van sterftestatistieken;3° de effectiviteit van behandelingswijze in de gezondheidszorg te beoordelen.

Art. 3.Om de in artikel 2 opgesomde doelstellingen te bereiken wordt het in artikel 1 genoemde bedrag aangewend voor : § 1. Naar de sector toe : 1° het registreren in de leeftijdsgroep van 25 tot 74 jaar van alle gevallen van acute coronaire pathologie uit de regio's Gent en Brugge;2° het uitbouwen en consolideren van een communicatie- en samenwerkingsnetwerk waarbij alle huisartsen en ziekenhuizen uit de regio meewerken. § 2. Naar het beleid toe : 1° het meewerken sectoraal overleg ten einde te komen tot een gemeenschappelijke basisset van uitwisselbare variabelen;2° het voeren van overleg met de bevoegde ambtenaren van de administratie gezondheidszorg van het departement Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur ten einde de uitwisselbaarheid van gegevens met het informatiesysteem gezondheid binnen het management informatiesysteem van het departement te verzekeren;3° op vraag van de administratie de resultaten van de verwerking van de registratie toe te lichten op een ééndagsseminarie;

Art. 4.De subsidies hebben betrekking op activiteiten die worden uitgevoerd van 1 december 1999 tot 30 november 2004.

Art. 5.§ 1. Aan de administratie gezondheidszorg wordt jaarlijks in drie exemplaren een rapport bezorgd van de activiteiten uit het voorbije jaar. Het rapport bevat een synthese van maximaal 3 bladzijden die in toegankelijk Nederlands is geschreven. § 2. Aan de administratie gezondheidszorg wordt in drie exemplaren een eindverslag bezorgd van de activiteiten in de in artikel 4 genoemde periode. Het eindverslag bevat een synthese van maximaal 3 bladzijden die in toegankelijk Nederlands is geschreven.

Art. 6.Bij de publicatie van resultaten die verkregen werden in het raam van dit registratieproject wordt vermeld dat de studie werd uitgevoerd met de steun van de Vlaamse regering, in opdracht van de minister bevoegd voor het gezondheidsbeleid.

Van elke publicatie worden drie exemplaren bezorgd aan de administratie gezondheidszorg en vier exemplaren aan de bibliotheek van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, t.a.v. de informatieambtenaar, Boudewijnlaan 30, 1000 Brussel.

Art. 7.De Universiteit Gent ontvangt een voorschot van 787.500 BEF (19.521 EURO) van de in artikel 1 genoemde subsidie na ondertekening van onderhavig besluit en verder uiterlijk op : 31 maart 2000 30 juni 2000 30 september 2000 31 december 2000 31 maart 2001 30 juni 2001 30 september 2001 31 december 2001 31 maart 2002 30 juni 2002 30 september 2002 31 december 2002 31 maart 2003 30 juni 2003 30 september 2003 31 december 2003 31 maart 2004 30 juni 2004 30 september 2004

Art. 8.Nadat de administratie de verantwoordingsstukken voor het gebruik van een subsidie van een verstreken jaar heeft goedgekeurd wordt jaarlijks in 2001, 2002, 2003, 2004 en 2005 een saldo van 350.000 BEF (8.676 EURO) uitbetaald.

Art. 9.Aan de administratie wordt een overzicht van inkomsten en uitgaven bezorgd die betrekking hebben op de activiteiten bedoeld in dit besluit. Dit impliceert dat ook de inkomsten worden vermeld van private, openbare of internationale instanties.

Art. 10.De financiële verantwoordingsstukken bevatten : - een voor waar en echt verklaarde schuldvordering; - een overzichtelijke en genummerde lijst van kosten; - de genummerde originele verantwoordingsstukken.

De verantwoordingsstukken hebben enkel betrekking op het beschreven project

Art. 11.Enkel de kosten die vallen in de door de Vlaamse Gemeenschap aanvaarde en in de bijlage 1 opgenomen uitgavencategorieën komen in aanmerking voor terugbetaling.

Art. 12.De subsidiëring kan eind 2002 worden stopgezet, als de tussentijdse evaluatie negatief uitvalt.

Deze tussentijdse evaluatie wordt uitgevoerd door de Inspectie van Financiën en de administratie Gezondheidszorg.

Brussel, 17 december 1999.

De minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke Kansen, Mevr. M. VOGELS

Bijlage bij het besluit van de Vlaamse regering van 17 december 1999 De uitgavencategorieën die voor subsidie in aanmerking komen zijn : 1. Werkingskosten : - beheers- en werkingskosten, rechtstreeks verbonden aan de opdracht; - het huren van computerapparatuur en software; - verplaatsings- en verblijfkosten. Deze kosten mogen de bedragen, van kracht voor het personeel van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap niet overschrijden. Voor het gebruik van een persoonlijk voertuig wordt maximum 8,16 fr per kilometer aanvaard. - overheadkosten worden forfaitair aanvaard voor 10% van het bedrag aan personeelskosten. Bij toepassing van overheadkosten zijn als andere werkingskosten uitgesloten : huur van lokalen, energie, telefoonkosten, portkosten, fotokopiekosten; - reis- en verblijfskosten in het buitenland en reis- en verblijfskosten van buitenlandse experten zijn vergoedbaar indien ze op voorhand door de administratie Gezondheidszorg zijn toegestaan; - restaurantkosten worden niet terugbetaald; - kosten verbonden aan leningen worden niet terugbetaald 2. Personeelskosten. Voor subsidiëring komen enkel volgende kosten in aanmerking : - de geïndexeerde brutosalarissen; - werkgeversbijdrage R.S.Z.; - de wettelijke verzekeringen; - alle andere wettelijke of reglementaire vergoedingen en toelagen bij het salaris. 3. Uitrustingsgoederen. Voor de uitvoering van het project gebruikt de subsidieverkrijger in principe de eigen installaties, materiaal en uitrusting. In specifieke omstandigheden en in overleg met de administratie kunnen uitrustingsgoederen worden aangekocht ten laste van de begroting van het project. De met overheidssubsidies verworven materiële vaste activa dienen ten belope van het volledig bedrag gespreid worden afgeschreven. De afschrijvingstermijn voor informatica-apparatuur (hard- en software) bedraagt drie jaar.

Brussel, 17 december 1999.

De minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke Kansen, Mevr. M. VOGELS