Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 16 juni 2017
gepubliceerd op 15 september 2017

Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de beroepskwalificatie assistent dierlijke productie

bron
vlaamse overheid
numac
2017013056
pub.
15/09/2017
prom.
16/06/2017
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

16 JUNI 2017. - Besluit van de Vlaamse Regering tot erkenning van de beroepskwalificatie assistent dierlijke productie


DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 30 april 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/04/2009 pub. 16/07/2009 numac 2009035656 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de kwalificatiestructuur sluiten betreffende de kwalificatiestructuur, artikel 12, vervangen bij het decreet van 1 juli 2011;

Gelet op het erkenningsadvies van het Agentschap voor Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs, Kwalificaties en Studietoelagen, gegeven op 19 mei 2017;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 2 juni 2017;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Onderwijs en de Vlaamse minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.De beroepskwalificatie van assistent dierlijke productie, ingeschaald op niveau 2 van de Vlaamse kwalificatiestructuur, waarvan de beschrijving is opgenomen in de bijlage die bij dit besluit is gevoegd, wordt erkend.

Art. 2.De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, en de Vlaamse minister, bevoegd voor het tewerkstellingsbeleid, zijn, ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 16 juni 2017.

De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Onderwijs, H. CREVITS De Vlaamse minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport, Ph. MUYTERS

Bijlage Beschrijving van de beroepskwalificatie van assistent dierlijke productie (0273) als vermeld in artikel 1 1. GLOBAAL a.Titel Assistent dierlijke productie b. Definitie Helpt bij het verzorgen van landbouwhuisdieren en bij de teelt van voedergewassen volgens de hygiëne-, veiligheids- en milieuvoorschriften teneinde een economisch rendabele melkproductie te bewerkstelligen c.Niveau 2 d. Jaartal 2017 2.COMPETENTIES 2.1. Opsomming competenties BASISACTIVITEITEN Dierlijke/plantaardige productie - Werkt in teamverband (co 02325) - Communiceert gepast met alle actoren (leidinggevende, collega, klant, ...) - Begrijpt de instructies en de uitvoering van de opdracht - Wisselt informatie uit met collega's en leidinggevende(n) - Rapporteert en meldt problemen aan de leidinggevende - Werkt efficiënt samen met collega's - Volgt aanwijzingen van leidinggevende(n) op - Past zich flexibel aan - Werkt met oog voor veiligheid, milieu, kwaliteit en welzijn (co 02326) - Werkt ergonomisch (hef- en tiltechnieken, ...) - Werkt kostenbewust - Werkt ecologisch - Werkt volgens de instructies en/of procedures betreffende de veiligheids-, milieu-, kwaliteits- en welzijnsvoorschriften - Vermijdt risico's voor zichzelf en derden - Heeft extra aandacht voor de mogelijke aanwezigheid van minderjarigen op het bedrijf - Gebruikt de persoonlijke beschermingsmiddelen op een correcte manier - Houdt rekening met voertuigbewegingen op het bedrijfsterrein - Meldt ongevallen onmiddellijk - Voert preventief of correctief basisonderhoud van machines of uitrustingen uit of laat uitvoeren (A140701 Id18027-c, A140901 Id18027-c, A141001 Id18027-c, A141601 Id6192-c) - Gebruikt handgereedschap (sleutel, tang, ...) en elektrisch gereedschap op een veilige en milieuverantwoorde manier - Merkt afwijkingen, storingen of nood aan onderhoud op en meldt dit aan de leidinggevende* - Stelt mee de machines of uitrustingen veilig voor het uitvoeren van het onderhoud - Voert kleine onderhouds- en herstellingswerkzaamheden uit (reinigen, smeren, onderdelen vervangen, vloeistoffen aanvullen, ...) volgens instructie - Reinigt het materieel vooraleer op te bergen - Sorteert afval volgens de richtlijnen *Leidinggevende: productiemedewerker, productieverantwoordelijke land- en tuinbouw, ondernemer land- en tuinbouw, externe die hij helpt - Houdt bij inzetten van de machines rekening met de weers- en bodemomstandigheden (co 02338) - Schat in of de activiteiten (grondbewerking, bemesting, zaaien en planten, gewasverzorging en oogsten, ...) uitvoerbaar en/of wenselijk zijn op het geplande moment op basis van de weers- en bodemomstandigheden - Meldt problemen met het uitvoeren van de activiteiten als gevolg van de weers- en bodemomstandigheden aan de leidinggevende - Houdt rekening met de wettelijke voorschriften - Gebruikt de machines en installaties duurzaam en veilig (co 02328) - Gebruikt de machine volgens de richtlijnen - Merkt afwijkingen, storingen of de nood aan preventief onderhoud op - Stemt de techniek en het materiaal af op de opdracht - Vermijdt fysieke risico's - Schat de risico's in van ongezonde voeding, alcohol, drugs, stress en vermoeidheid op het veilig gebruik - Stelt de machine veilig voor het volgend gebruik - Reinigt het materieel/laadruimte volgens instructie van de leidinggevende en bergt het op - Sorteert afval volgens de richtlijnen - Respecteert de persoonlijke hygiëne (co 02329) - Bedekt eventuele wonden - Draagt werk- en beschermkledij - Volgt de hygiëneprocedure van het bedrijf (handen wassen, ...) - Bouwt eigen deskundigheid op (co 02330) - Meldt de nood aan opleiding aan de leidinggevende - Leert het gebruik van (nieuwe) bedrijfseigen machines en uitrusting - Leert (nieuwe) bedrijfseigen procedures kennen en past ze toe - Controleert de eigen werkzaamheden en ruimt op (co 02339) - Controleert de eigen werkzaamheden - Rapporteert over zijn werkzaamheden aan de leidinggevende - Meldt gebreken, beschadigingen en onvoorziene zaken tijdens werkzaamheden aan de leidinggevende - Ruimt op tijdens en aan het einde van de werkzaamheden Dierlijke productie - veiligheid en hygiëne - Bewaakt de bedrijfshygiëne (co 02333) - Bewaakt de selectieve toegang tot de bedrijfsgebouwen - Neemt proactief maatregelen (bedrijfseigen kledij, ...) om de ziekte-insleep te voorkomen van buitenaf het bedrijf (bezoekers, erfbetreders) - Neemt maatregelen om ziekteoverdracht binnen het bedrijf te voorkomen - Doet aan ongediertebestrijding (knaagdieren, vliegen, kevers,...) - Controleert de staat van het materieel - Reinigt en desinfecteert het materieel volgens de richtlijnen - Reinigt en desinfecteert de stallen - Gebruikt schoonmaakmaterieel op een duurzame manier - Sorteert en slaat het restafval, dierlijk afval en het risicoafval op volgens de regelgeving Dierlijke productie - ruwvoederwinning - Voert werkzaamheden in het kader van duurzame ruwvoederwinning uit (co 02343) - Bemest volgens instructie - Doet aan onkruidbeheersing volgens instructies - Installeert of herstelt desgevallend afsluitingen - Helpt bij de oogst van het ruwvoeder - Helpt bij de kwaliteitsvolle inkuiling en bewaring van het ruwvoeder Dierlijke productie - verzorgen - Assisteert bij de huisvesting (A140701 Id17338-c) - Helpt bij de veilige huisvesting van de dieren - Onderhoudt de binnen- en buitenhuisvesting (afsluitingen, preventie van infectieziekten, ondergrond, ...) volgens de instructie - Zorgt voor goed stalklimaat conform de gegeven instructies - Bewaakt het comfort van de dieren (koecomfort,...) - Zorgt voor een aangepaste huisvesting voor jonge dieren conform de gegeven instructies - Zondert hoogdrachtige dieren af - Bereidt de kraamstal voor voor drachtige dieren - Voert mest af - Voert afval af *Koecomfort: Ligmatten, strooisel, borstel,... - Houdt toezicht op de dieren en verzorgt ze (A140701 Id24140-c/5740-c, A141001 Id17761-c/17936-c/18799-c/25287-c/5740-c, A141101 Id10019-c) - Controleert de dieren op de aanwezigheid van merktekens in het kader van identificatie en registratie - Voert basisverzorging of esthetische verzorging uit van het exterieur van de dieren - Merkt op wanneer dieren zich anders gedragen dan gewoonlijk (algemene conditie, ziektebeelden, eetgedrag,...) - Rapporteert onregelmatigheden (ziekte van dieren, ...) aan de leidinggevende - Assisteert, indien nodig, de dierenarts en andere deskundigen bij specialistische verzorging - Houdt zich aan de wetgeving voor dierenwelzijn - Brengt een kudde over naar een weiland of leidt ze naar de stal - Scheert de dieren - Verzorgt de klauwen van de dieren - Behandelt indien nodig uiergezondheidsproblemen - Bereidt het dagelijkse voederrantsoen van dieren voor, deelt het uit (A141601 Id24897-c) - Houdt zich aan de voederplanning - Bereidt de dierenvoeding voor volgens instructie - Voorziet de dieren van het nodige ruwvoeder - Zorgt voor voldoende en kwaliteitsvol drinkwater - Bedient desgevallend een uitkuil- en voedermachine - Bewaakt de kwaliteit van de voedervoorraad - Bereidt de biest en melk voor de jonge dieren op een hygiënische wijze en dient ze toe *Uitkuilmachine: machine om voeder uit een (sleuf)silo of uit de ruwvoederhoop te halen Dierlijke productie - voortplanting - Detecteert de bronst (A140701 Id48117-c, A141101 Id16542-c/4972-c) - Detecteert de bronst - Staat dieren bij het werpen bij en dient de eerste zorgen toe aan pasgeborenen (A140701 Id17983-c) - Volgt drachtige dieren op - Merkt signalen van een nakende geboorte op - Assisteert bij de geboorte en observeert of alles vlot verloopt - Voorziet in postnatale verzorging van het jonge dier (ontsmet de navel, ...) en het moederdier Dierlijke productie - levering - Zorgt voor het leveren en afhalen van levende dieren (co 02334) - Begeleidt de dieren van of naar het voertuig - Vermijdt stress en kwetsuren bij de dieren - Respecteert hygiënische richtlijnen (rein, nuchter) - Heeft aandacht voor mogelijke ziekte-insleep door transporteur Dierlijke productie - melken - Melkt de dieren indien van toepassing (A140701 Id23905-c, A141001 Id23905-c) - Bereidt het melken voor - Voert het melken volgens de geëigende procedures uit - Gebruikt een melkinstallatie en onderhoudt ze - Reinigt (na elke melkbeurt) de melkinstallatie en het lokaal waar de dieren gemolken worden - Volgt desgevallend van nabij de werking van de melkrobot op - Zorgt voor toegang voor de controle op de melkkwaliteit en de melkophaling 2.2. Beschrijving competenties/activiteiten adhv de descriptorelementen 2.2.1. Kennis - Basiskennis elektriciteit - Basiskennis van algemene mechanica - Basiskennis van hydraulica - Basiskennis van milieunormen - Basiskennis wetgeving (welzijn op het werk) - Basiskennis van de wetgeving (dierenwelzijn, gezondheid) - Basiskennis EHBO-technieken - Basiskennis van reinigings- en ontsmettingsmiddelen - Basiskennis van mechanisch onderhoud - Basiskennis van de anatomie van dieren - Basiskennis van hoef- en klauwverzorging - Basiskennis van voedergewassen - Basiskennis van het assortiment voedingsproducten voor dieren - Basiskennis van exterieurkenmerken - Basiskennis van weersinvloeden op de activiteiten - Basiskennis duurzaam weidebeheer - Basiskennis van ergonomische hef- en tiltechnieken - Basiskennis van fysiologie van dieren - Basiskennis van de werking en het gebruik van machines en installaties - Basiskennis van kleine machines en handgereedschap (gebruik, onderhoud, gevaren, ...) - Basiskennis van kwaliteitsnormen - Basiskennis van optimaal stalklimaat (koeling, ventilatie, bescherming) - Basiskennis van het regelen van het stalklimaat - Basiskennis van gezondheidsvoorschriften - Basiskennis van modaliteiten inzake transport van dieren - Basiskennis van specifieke kenmerken van dierparasieten - Basiskennis van ziektes bij dieren - Basiskennis van voortplanting en inseminatiemethodes - Basiskennis van voorwaarden voor opslag van voeding - Basiskennis van schoonmaak- en ontsmettingsprocedures en -middelen - Basiskennis van de richtlijnen voor het sorteren van afval - Basiskennis van sectorspecifieke duurzame productiemethoden - Kennis van vaktermen - Kennis van hygiëne- en veiligheidsregels - Kennis van persoonlijke hygiëne - Kennis postnatale verzorging van moederdier en het jonge dier - Kennis van technieken voor benaderen van, vangen en het werken met dieren - Kennis van technieken voor het vastzetten van dieren - Kennis van het verloop van dracht en het geboorteproces - Kennis van trimtechnieken - Kennis van het gebruik van de melkmachine - Kennis van de procedure van het melken - Kennis van inkuilen, bewaren en uitkuilen van ruwvoeder 2.2.2. Vaardigheden Cognitieve vaardigheden Dierlijke/plantaardige productie - Het kunnen ergonomisch werken (hef- en tiltechnieken, ...) - Het kunnen kostenbewust werken - Het kunnen ecologisch werken - Het kunnen werken volgens de instructies en/of procedures betreffende de veiligheids-, milieu-, kwaliteits- en welzijnsvoorschriften - Het kunnen hebben van extra aandacht voor de mogelijke aanwezigheid van minderjarigen op het bedrijf - Het kunnen rekening houden met voertuigbewegingen op het bedrijfsterrein - Het kunnen opmerken van afwijkingen, storingen of nood aan onderhoud - Het kunnen opmerken van problemen bij gebruik van machines als gevolg van de weers- en bodemomstandigheden - Het kunnen opmerken van afwijkingen, storingen of de nood aan preventief onderhoud - Het kunnen afstemmen van de techniek en het materiaal op de opdracht - Het kunnen vermijden van fysieke risico's - Het kunnen inschatten van de risico's van ongezonde voeding, alcohol, drugs, stress en vermoeidheid op het veilig gebruik - Het kunnen volgen van de hygiëneprocedure van het bedrijf (handen wassen, ...) - Het kunnen leren van het gebruik van (nieuwe) bedrijfseigen machines en uitrusting - Het kunnen leren kennen van (nieuwe) bedrijfseigen procedures - Het kunnen toepassen van (nieuwe) bedrijfseigen procedures - Het kunnen controleren van de eigen werkzaamheden - Het kunnen rapporteren over zijn werkzaamheden aan de leidinggevende Dierlijke productie - Het kunnen bewaken van de selectieve toegang tot de bedrijfsgebouwen - Het kunnen controleren van de staat van het materieel - Het kunnen controleren van de dieren op de aanwezigheid van merktekens in het kader van identificatie en registratie - Het kunnen opmerken wanneer dieren zich anders gedragen dan gewoonlijk (algemene conditie, ziektebeelden, eetgedrag,...) - Het zich kunnen houden aan de wetgeving voor dierenwelzijn - Het zich kunnen houden aan de voederplanning - Het kunnen bewaken van de kwaliteit van de voedervoorraad - Het kunnen opvolgen van drachtige dieren - Het kunnen opmerken van de signalen van een nakende geboorte - Het kunnen observeren of bij de geboorte alles vlot verloopt - Het kunnen vermijden van stress en kwetsuren bij de dieren - Het kunnen respecteren van hygiënische richtlijnen (rein, nuchter) - Het kunnen hebben van aandacht voor mogelijke ziekte-insleep door transporteur - Het kunnen van nabij opvolgen van de werking van de melkrobot - Het kunnen zorgen voor toegang voor de controle op de melkkwaliteit en de melkophaling Probleemoplossende vaardigheden Dierlijke/plantaardige productie - Het kunnen vermijden van risico's voor zichzelf en derden - Het kunnen onmiddellijk melden van ongevallen - Het kunnen melden van afwijkingen, storingen of nood aan onderhoud aan de leidinggevende - Het kunnen melden van problemen bij gebruik van machines als gevolg van de weers- en bodemomstandigheden aan de leidinggevende - Het kunnen melden van de nood aan opleiding aan de leidinggevende - Het kunnen melden van gebreken, beschadigingen en onvoorziene zaken tijdens werkzaamheden aan de leidinggevende Dierlijke productie - Het kunnen rapporteren van onregelmatigheden (ziekte van dieren, ...) aan de leidinggevende Motorische vaardigheden Dierlijke/plantaardige productie - Het kunnen gebruiken van de persoonlijke beschermingsmiddelen op een correcte manier - Het kunnen gebruiken van handgereedschap (sleutel, tang, ...) en elektrisch gereedschap op een veilige en milieuverantwoorde manier - Het kunnen mee veilig stellen van de machines of uitrustingen voor het uitvoeren van het onderhoud - Het kunnen uitvoeren van kleine onderhouds- en herstellingswerkzaamheden (reinigen, smeren, onderdelen vervangen, vloeistoffen aanvullen, ...) volgens instructie - Het kunnen reinigen van het materieel vooraleer op te bergen - Het kunnen sorteren van afval volgens de richtlijnen - Het kunnen gebruiken van de machine volgens de richtlijnen - Het kunnen de machine veilig stellen voor het volgend gebruik - Het kunnen reinigen van het materieel/laadruimte volgens instructie van de leidinggevende en het kunnen opbergen - Het kunnen bedekken van eventuele wonden - Het kunnen dragen van werk- en beschermkledij - Het kunnen opruimen tijdens en aan het einde van de werkzaamheden Dierlijke productie - Het kunnen proactief nemen van maatregelen (bedrijfseigen kledij, ...) om de ziekte-insleep te voorkomen van buitenaf het bedrijf (bezoekers, erfbetreders) - Het kunnen nemen van maatregelen om ziekteoverdracht binnen het bedrijf te voorkomen - Het kunnen doen aan ongediertebestrijding (knaagdieren, vliegen, kevers,...) - Het kunnen reinigen en desinfecteren van het materieel volgens de richtlijnen - Het kunnen reinigen en desinfecteren van de stallen - Het kunnen gebruiken van schoonmaakmaterieel op een duurzame manier - Het kunnen sorteren en opslaan van het restafval, dierlijk afval en het risicoafval op volgens de regelgeving - Het kunnen bemesten volgens instructie - Het kunnen doen aan onkruidbeheersing volgens instructies - Het kunnen installeren of herstellen van afsluitingen - Het kunnen helpen bij de oogst van het ruwvoeder - Het kunnen helpen bij de kwaliteitsvolle inkuiling en bewaring van het ruwvoeder - Het kunnen helpen bij de veilige huisvesting van de dieren - Het kunnen onderhouden van de binnen- en buitenhuisvesting (afsluitingen, preventie van infectieziekten, ondergrond, ...) volgens de instructie - Het kunnen zorgen voor goed stalklimaat conform de gegeven instructies - Het kunnen bewaken van het comfort van de dieren (koecomfort,...) - Het kunnen zorgen voor een aangepaste huisvesting voor jonge dieren conform de gegeven instructies - Het kunnen afzonderen van hoogdrachtige dieren - Het kunnen voorbereiden van de kraamstal voor drachtige dieren - Het kunnen afvoeren van mest - Het kunnen afvoeren van afval - Het kunnen uitvoeren van de basisverzorging of esthetische verzorging van het exterieur van de dieren - Het kunnen verzorgen van het exterieur van de dieren - Het kunnen assisteren van de dierenarts en andere deskundigen bij specialistische verzorging - Het kunnen overbrengen van een kudde naar een weiland of leidt ze naar de stal - Het kunnen scheren van de dieren - Het kunnen verzorgen van de klauwen van de dieren - Het kunnen behandelen van uiergezondheidsproblemen - Het kunnen voorbereiden van de dierenvoeding volgens instructie - Het kunnen voorzien van de dieren van het nodige ruwvoeder - Het kunnen zorgen voor voldoende en kwaliteitsvol drinkwater - Het kunnen bedienen van een uitkuil- en voedermachine - Het kunnen bereiden van de biest en melk voor de jonge dieren op een hygiënische wijze - Het kunnen toedienen van de biest en melk voor de jonge dieren - Het kunnen assisteren bij de geboorte - Het kunnen voorzien in postnatale verzorging van het jonge dier (ontsmet de navel, ...) en het moederdier - Het kunnen begeleiden van de dieren van of naar het voertuig - Het kunnen voorbereiden van het melken - Het kunnen uitvoeren van het melken volgens de geëigende procedures - Het kunnen gebruiken en onderhouden van een melkinstallatie - Het kunnen reinigen van (na elke melkbeurt ) de melkinstallatie en het lokaal waar de dieren gemolken worden 2.2.3. Context Omgevingscontext - De assistent dierlijke productie werkt met landbouwproductiedieren - De assistent dierlijke productie werkt vaak in een situatie waarin de beroepsactiviteiten en het gezinsleven door elkaar en op dezelfde locatie verlopen. Dit heeft effect op de veiligheid binnen het bedrijf - De assistent dierlijke productie werkt in opdracht van leidinggevende binnen het bedrijf - Het bedrijfsteam, waarvan hij/zij eventueel deel uitmaakt, bestaat doorgaans uit leden van een gezin eventueel aangevuld met externe vaste medewerkers - De assistent dierlijke productie voert voornamelijk routinematige handelingen uit - De assistent dierlijke productie moet ook rekening houden met het imago van het bedrijf - De assistent dierlijke productie werkt met levend materiaal en zal daardoor ook in de weekends en op feestdagen moeten werken. Hij/zij zal dikwijls lange dagen werken. De assistent dierlijke productie zal flexibel moeten zijn naar werkuren en dagen, aangepast aan het levensritme van de dieren - De beroepsuitoefening kent weers- en seizoensgebonden arbeid omdat sommige werkzaamheden op bepaalde momenten moeilijk kunnen uitgevoerd worden of niet toegelaten zijn - Er heersen tijdens bepaalde periodes strikte deadlines wat doorzettingsvermogen vraagt - Het beroep wordt uitgeoefend in een omgeving waar mestgassen en geurhinder aanwezig kunnen zijn - Het dragen van een beroepsoutfit (werkoverall, laarzen, ...) is vereist - De beroepsuitoefening kan verplaatsingen met zich meebrengen (transport van dieren, ...) Handelingscontext - De assistent dierlijke productie werkt mee aan een zo optimaal mogelijke productie in kwantiteit en kwaliteit - Door de versnippering van het agrarische gebied werkt hij/zij in nauwe relatie met zijn omgeving. Dit vergt permanente aandacht voor de omgeving bij het uitvoeren van de werkzaamheden - Het beroep kan samenwerken in teamverband inhouden - De assistent dierlijke productie handelt vanuit de normen en waarden van het bedrijf en met respect voor milieu en levend materiaal - De assistent dierlijke productie heeft voortdurend aandacht voor dierenwelzijn, ethisch verantwoorde omgang met dieren - De assistent dierlijke productie moet de veiligheidsvoorschriften op de werkvloer en het arbeidsreglement respecteren - De assistent dierlijke productie dient zorgvuldig om te gaan met de productiemiddelen op het bedrijf - De assistent dierlijke productie moet zorgvuldig, efficiënt en productiegericht handelen - De assistent dierlijke productie werkt conform de regelgeving voor voedselveiligheid - De beroepsuitoefening vereist het hanteren van lasten, langdurig rechtstaan en rondlopen. Hij moet vaak in een lichaamsbelastende houding werkzaamheden verrichten. Ergonomisch verantwoord werken is dus aangewezen 2.2.4. Autonomie Is zelfstandig in - de uitvoering van de eigen activiteiten - het opmerken en melden van problemen met de gezondheidstoestand van de dieren - detecteren van de bronst - het afronden en controleren van de eigen werkzaamheden Is gebonden aan - wettelijke bepalingen inzake veiligheid, dierenwelzijn, gezondheid en milieu - opdrachten van de leidinggevende - de kwaliteitsnormen - de bedrijfsprocedures - klimatologische omstandigheden - levens- en productiecyclus van het dier Doet beroep op - de leidinggevende voor het verkrijgen van de opdrachten en bij problemen die hij/zij niet zelf kan of mag oplossen 2.2.5. Verantwoordelijkheid - het waken over de insleep van ziektes - het werken in teamverband - het werken met oog voor veiligheid, milieu, kwaliteit en welzijn - het uitvoeren van het preventief of correctief basisonderhoud van machines of uitrustingen - het rekening houden met weers- en bodemomstandigheden bij gebruik van machines - het duurzaam en veilig gebruiken van de machines en installaties - het respecteren van de persoonlijke hygiëne - het opbouwen van de eigen deskundigheid - het controleren van de eigen werkzaamheden en het opruimen - het bewaken van de bedrijfshygiëne - het uitvoeren van werkzaamheden in het kader van duurzame ruwvoederwinning - het assisteren bij de huisvesting - het toezicht houden op de dieren en ze verzorgen - het zorgen voor de toegang tot voldoende kwaliteitsvol drinkwater - het voorbereiden en uitdelen van het dagelijkse voederrantsoen van dieren - het detecteren van de bronst - het bijstaan van de dieren bij het werpen - het toedienen van de eerste zorgen aan pasgeborenen - het zorgen voor het leveren en afhalen van levende dieren - het opvolgen van klauwgezondheid - het melken van de dieren indien van toepassing - het opvolgen van uiergezondheid 2.3. Attesten 2.3.1. Wettelijke Attesten geen 2.3.2. Vereiste Attesten - Een voertuig besturen waarvoor een opleiding of attest vereist is: Rijbewijs C Rijbewijs G - Werkzaamheden uitvoeren waarvoor een opleiding of attest vereist is: Opleiding `Erkend vervoerder van dieren' Fytolicentie P1 2.3.3. Instapvoorwaarden Geen vereisten.

Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juni 2017 tot erkenning van de beroepskwalificatie assistent dierlijke productie.

Brussel, 16 juni 2017.

De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Onderwijs, H. CREVITS De Vlaamse minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport, Ph. MUYTERS

^