15 JULI 2022. - Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de verhouding van de stemrechten tussen de gemeenten en OCMW'S die in het werkingsgebied voor woonmaatschappijen "Limburg" liggen

Rechtsgrond Dit besluit is gebaseerd op: - de Vlaamse Codex Wonen van 2021, artikel 4.39/2, § 2, ingevoegd bij het decreet van 9 juli 2021Relevante gevonden documenten type decreet prom. 09/07/2021 pub. 27/09/2021 numac 2021032652 bron vlaamse overheid Decreet houdende aanpassing van de uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2021 sluiten.

Vormvereiste De volgende vormvereiste is vervuld: - De Inspectie van Financiën heeft advies gegeven op 30/06/2022.

Motivering Dit besluit is gebaseerd op de volgende motieven: - Artikel 4.39/2, § 2, van de Vlaamse Codex Wonen van 2021 bepaalt dat de Vlaamse Regering de verhouding vaststelt van de stemrechten tussen de gemeenten en OCMW's die in een bepaald werkingsgebied liggen, aan de hand van objectieve criteria die verband houden met het woonbeleid, zoals bepaald in artikel 4.102/2, § 1, van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 (BVCW van 2021). - De Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Wonen en Onroerend Erfgoed heeft de lokale besturen op 7 februari 2022 om advies gevraagd. Daarbij werden ze uitgenodigd om uiterlijk op 13 mei 2022 een concreet en gedragen gemotiveerd voorstel van onderlinge verhouding van stemrechten in te dienen. Het lokale draagvlak was een belangrijk criterium. - De gemeenten Alken, As, Beringen, Bilzen, Bocholt, Bree, Dilsen-Stokkem, Genk, Gingelom, Halen, Ham, Hamont-Achel, Hasselt, Hechtel-Eksel, Heers, Herk-de-Stad, Heusden-Zolder, Houthalen-Helchteren, Kinrooi, Kortessem, Leopoldsburg, Lummen, Maaseik, Maasmechelen, Nieuwerkerken, Peer, Pelt, Riemst, Sint-Truiden, Tessenderlo, Tongeren, Wellen en Zonhoven uit het werkingsgebied Limburg hebben een advies ingediend dat rekening houdt met de voormelde criteria van artikel 4.102/2, § 1, tweede lid, van het BVCW van 2021, waarin wordt voorgesteld om aan de twee verplichte objectieve criteria en een bijkomend criterium de volgende gewichten toe te kennen: 1° de verhouding tussen het aantal sociale huurwoningen: 60%;2° de verhouding tussen het aantal huishoudens: 30%;3° het aantal m2 grondreserves per gemeente: 10%. - De gemeenten Lanaken uit het werkingsgebied Limburg heeft een advies ingediend dat rekening houdt met de voormelde criteria van artikel 4.102/2, § 1, tweede lid, van het BVCW van 2021, waarin wordt voorgesteld om aan de twee verplichte objectieve criteria en een bijkomend criterium de volgende gewichten toe te kennen: 1° de verhouding tussen het aantal sociale huurwoningen: 20%;2° de verhouding tussen het aantal huishoudens: 30%;3° de verhouding tussen de nulmeting BSO in 2007 en de huidige toename sinds de nulmeting: 50%. - Er is geen nieuw advies ontvangen van de gemeenten Borgloon, Diepenbeek, Herstappe, Hoeselt, Lommel, Oudsbergen, Voeren en Zutendaal uit het werkingsgebied Limburg. - Uit het bovenstaande blijkt dat er bij alle lokale besturen uit het werkingsgebied geen expliciet draagvlak is voor het voorstel van de gemeente Lanaken. Omdat dit voorstel slechts door één van de 42 gemeenten expliciet wordt gesteund, zou het onredelijk en onbillijk zijn indien het zou worden toegepast op alle lokale besturen. Daarom wil de Vlaamse Regering er geen rekening mee houden in haar beslissing. - Uit het bovenstaande blijkt dat er bij alle lokale besturen uit het werkingsgebied geen expliciet draagvlak is voor het voorstel van de gemeenten Alken, As, Beringen, Bilzen, Bocholt, Bree, Dilsen-Stokkem, Genk, Gingelom, Halen, Ham, Hamont-Achel, Hasselt, Hechtel-Eksel, Heers, Herk-de-Stad, Heusden-Zolder, Houthalen-Helchteren, Kinrooi, Kortessem, Leopoldsburg, Lummen, Maaseik, Maasmechelen, Nieuwerkerken, Peer, Pelt, Riemst, Sint-Truiden, Tessenderlo, Tongeren, Wellen en Zonhoven. Omdat het voorstel uitgaat van een meerderheid van de lokale besturen en het feit dat deze criteria en gewichtsverdeling als redelijk en billijk worden beschouwd voor alle lokale besturen, voor zover met het bijkomend criterium bedoeld wordt het aantal m2 grondreserves per gemeente waarover de SHM's aan de VMSW hebben gerapporteerd in 2020, wil de Vlaamse Regering er integraal rekening mee houden in haar beslissing. - Omdat uit de toepassing van deze regels zou voortvloeien dat de gemeente Herstappe 0,00% van de stemrechten van de lokale besturen zou ontvangen, en omdat deze situatie niet zou stroken met de bedoelingen van de hervorming om alle lokale besturen uit het werkingsgebied de kans te bieden om zeggenschap te verwerven in de woonmaatschappij, wil de Vlaamse Regering de gemeente Herstappe een percentage van 0,01% toekennen.

Initiatiefnemer Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Wonen en Onroerend Erfgoed.

Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:

Artikel 1.Voor de woonmaatschappij die erkend is voor het werkingsgebied Limburg, wordt de verhouding van de stemrechten tussen de gemeenten en OCMW's die in dat werkingsgebied liggen, op de volgende wijze vastgesteld: 1° gemeente Alken: 0,79% 2° gemeente As: 0,79% 3° gemeente Beringen: 6,01% 4° gemeente Bilzen: 2,81% 5° gemeente Bocholt: 1,53% 6° gemeente Borgloon: 0,81% 7° gemeente Bree: 1,82% 8° gemeente Diepenbeek: 1,55% 9° gemeente Dilsen-Stokkem: 3,28% 10° gemeente Genk: 12,17% 11° gemeente Gingelom: 0,67% 12° gemeente Halen: 0,78% 13° gemeente Ham: 1,29% 14° gemeente Hamont-Achel: 1,57% 15° gemeente Hasselt: 8,72% 16° gemeente Hechtel-Eksel: 1,03% 17° gemeente Heers: 0,46% 18° gemeente Herk-de-Stad: 0,90% 19° gemeente Herstappe: 0,01% 20° gemeente Heusden-Zolder: 3,75% 21° gemeente Hoeselt: 1,08% 22° gemeente Houthalen-Helchteren: 4,17% 23° gemeente Kinrooi: 1,80% 24° gemeente Kortessem: 0,94% 25° gemeente Lanaken: 1,94% 26° gemeente Leopoldsburg: 1,94% 27° gemeente Lommel: 3,19% 28° gemeente Lummen: 1,15% 29° gemeente Maaseik: 4,28% 30° gemeente Maasmechelen: 6,10% 31° gemeente Nieuwerkerken: 0,44% 32° gemeente Oudsbergen: 1,68% 33° gemeente Peer: 1,55% 34° gemeente Pelt: 3,17% 35° gemeente Riemst: 0,92% 36° gemeente Sint-Truiden: 5,76% 37° gemeente Tessenderlo: 2,08% 38° gemeente Tongeren: 4,20% 39° gemeente Voeren: 0,20% 40° gemeente Wellen: 0,54% 41° gemeente Zonhoven: 1,47% 42° gemeente Zutendaal: 0,67% Als een gemeente of een OCMW als vermeld in het eerste lid, geen aandeelhouder is van de woonmaatschappij, vermeld in het eerste lid, wordt het percentage dat aan die gemeente of OCMW is toegekend, proportioneel over de andere gemeenten en OCMW's verdeeld.De voormelde proportionele herverdeling gebeurt in verhouding tot de percentages, vermeld in het eerste lid.

Art. 2.Conform artikel 4.102/2, § 2, tweede lid, van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 kan de Vlaamse minister, bevoegd voor het woonbeleid, de verhouding, vermeld in artikel 1, wijzigen.

Art. 3.De Vlaamse minister, bevoegd voor het woonbeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 15 juli 2022.

De minister-president van de Vlaamse Regering, J. JAMBON De Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Wonen en Onroerend Erfgoed, M. DIEPENDAELE