14 APRIL 2000. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 13 juli 1994 tot invoering van een afschotplan voor reewild en tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 23 juni 1998 betreffende de jacht in het Vlaamse Gewest voor de periode van 1 juli 1998 tot 30 juni 2003

De Vlaamse regering, Gelet op de Benelux-Overeenkomst op het gebied van de jacht en de vogelbescherming, ondertekend te Brussel op 10 juni 1970 en goedgekeurd bij de wet van 29 juli 1971, en het protocol tot wijziging hiervan, goedgekeurd bij de wet van 20 april 1982;

Gelet op de beschikking van het Comité van Ministers van de Benelux Economische Unie M (83) 16 van 20 december 1983 tot aanwijzing van de wildsoorten en de streken van de Beneluxlanden waar een afschotplan zal gelden;

Gelet op het jachtdecreet van 24 juli 1991, inzonderheid op artikel 5 en 26;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 13 juli 1994 tot invoering van een afschotplan voor reewild, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 5 november 1996 en 23 juni 1998;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 23 juni 1998 betreffende de jacht in het Vlaamse Gewest voor de periode van 1 juli 1998 tot 30 juni 2003, inzonderheid op artikel 4, § 3;

Gelet op het advies van de Vlaamse Hoge Jachtraad, gegeven op 31 maart 1999;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor Begroting, gegeven op 7 juni 1999;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 19 oktober 1999;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Leefmilieu en Landbouw;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.In artikel I van het besluit van de Vlaamse regering van 13 juli 1994 tot invoering van een afschotplan voor reewild, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 5 november 1996 en 23 juni 1998, worden de woorden "voor de jachtperiode van 15 mei tot en met 15 september van het jaar van de aanvraag en voor de jachtperiode van 15 januari tot en met 15 maart van het daaropvolgende jaar" vervangen door de woorden "per kalenderjaar".

Art. 2.In artikel 5, eerste lid van hetzelfde besluit worden de woorden "31 maart van het jaar waarin het jachtseizoen begint" vervangen door de woorden "15 oktober van het jaar voorafgaand aan het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft".

Art. 3.Aan artikel 7 van hetzelfde besluit wordt een tweede lid toegevoegd dat luidt als volgt : « Maximaal één vierde van het toegestane aantal te schieten jongen mag als jaarlingbok worden geschoten. »

Art. 4.Artikel 8 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 5 november 1996, wordt vervangen door wat volgt : «

Art. 8.De woudmeester deelt zijn beslissing vóór 1 december van elk jaar mee per aangetekende brief volgens het model van bijlage 2 bij dit besluit. »

Art. 5.In artikel 9 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 5 november 1996, wordt het woord "dertig" vervangen door het woord "veertien".

Art. 6.In hetzelfde besluit wordt een artikel 9bis ingevoegd, dat luidt als volgt : «

Art. 9bis.Elke geschoten ree moet onmiddellijk worden gemerkt met een label, dat boven het hielgewricht van de achterpoot wordt bevestigd.

Het label mag niet worden verwijderd zolang het ree zich in onversneden toestand bevindt.

Het label mag niet kunnen worden verwijderd zonder het te beschadigen.

De labels worden samen met het goedgekeurde afschotplan door het bestuur afgeleverd.

Niet-gebruikte labels moeten uiterlijk 15 oktober worden ingeleverd bij de woudmeester. »

Art. 7.In artikel 10 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° In § 2 wordt het tweede lid vervangen door wat volgt : « Het meldingsformulier wordt in tweevoud ingevuld.Het eerste exemplaar wordt naar de bevoegde woudmeester gestuurd en een tweede exemplaar blijft in het bezit van de jachtrechthouder. » 2° § 3 wordt opgeheven.

Art. 8.Bijlage 1 gevoegd bij hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse regering van 5 november 1996, wordt vervangen door de bepalingen opgenomen als bijlage 1 bij dit besluit.

Art. 9.In bijlage 2, gevoegd bij hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse regering van 5 november 1996, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° na de woorden "jongen van beide geslachten" wordt de volgende zin ingevoegd : « Maximaal een vierde van het toegestane aantal te schieten jongen mag als jaarlingbok worden geschoten;dit aantal komt bovenop het toegestane aantal te schieten bokken. » 2° de woorden "Binnen dertig dagen na verzending van deze beslissing kan tegen deze beslissing, bij aangetekend schrijven, hoger beroep worden ingesteld bij de Vlaamse minister, bevoegd voor de Jacht, p/a AMINAL, afdeling Bos en Groen, Belliardstraat 14-18, te 1040 Brussel" worden vervangen door de woorden "Binnen veertien dagen na verzending van deze beslissing kan hiertegen, per aangetekende brief, hoger beroep worden ingesteld bij de Vlaamse minister, bevoegd voor de Jacht, p/a AMINAL, afdeling Bos en Groen, Koning Albert II-laan 20, bus 8, te 1000 Brussel".

Art. 10.Bijlage 3, gevoegd bij hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse regering van 5 november 1996, wordt vervangen door de bepalingen opgenomen als bijlage II bij dit besluit.

Art. 11.Aan de personen waaraan voor de periode 15 januari 2001 tot en met 15 maart 2001 een afschut van geiten en jongen werd toegekend op grond van de vroegere reglementering, wordt voor het jaar 2001 geen afschot van geiten en jongen toegekend.

Art. 12.In artikel 4 van het besluit van de Vlaamse regering van 23 juni 1998 betrefffende de jacht in het Vlaamse gewest voor de periode van 1 juli 1998 tot 30 juni 2003 wordt § 3 vervangen door wat volgt : « § 3. In de periode dat het toegelaten is reeën te schieten en te vervoeren, is het vervoer slechts toegestaan wanneer zij gemerkt zijn met een label, bedoeld in artikel 9bis van het besluit van de Vlaamse regering van 13 juli 1994 tot invoering van een afschotplan voor reewild.

In de periode dat het in een ander Belgisch gewest toegelaten is reeën te schieten en te vervoeren, is het vervoer van reeën die in dat gewest werden geschoten, slechts toegestaan op voorlegging van een getuigschrift van een bevoegde autoriteit waaruit de herkomst van dit wild blijkt. »

Art. 13.Dit besluit treedt in werking op 1 juli 2000.

Art. 14.De Vlaamse minister, bevoegd voor het Natuurbehoud, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 14 april 2000.

De minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Leefmilieu en Landbouw, Mevr. V. DUA

Bijlagen Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse regering van 14 april 2000 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 13 juli 1994 tot invoering van een afschotplan voor reewild.

Brussel, 14 april 2000.

De minister-president van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Vlaamse minister van Leefmilieu en Landbouw, Mevr. V. DUA