gepubliceerd op 06 januari 1998
Besluit van de Vlaamse regering betreffende de controle op de inschrijvingen van leerlingen in het basisonderwijs
12 NOVEMBER 1997. Besluit van de Vlaamse regering betreffende de controle op de inschrijvingen van leerlingen in het basisonderwijs
De Vlaamse regering, Gelet op het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 inzonderheid op de artikelen 22 en 180;
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 23 september 1997;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door de omstandigheid dat de nieuwe procedure van controle op de inschrijvingen, die zowel in het secundair onderwijs als in het basisonderwijs reeds enkele schooljaren bij wijze van experiment gehanteerd wordt, zo snel mogelijk een formeel karakter moet krijgen, temeer omdat de scholen die de gegevens met betrekking tot de ingeschreven leerlingen niet of zeer laattijdig doorsturen, gesanctioneerd moeten kunnen worden omdat zij de uiteindelijke controle onmogelijk maken;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Onderwijs en Ambtenarenzaken;
Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemeen
Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op het gewoon en buitengewoon basisonderwijs.
Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° directie : de directeur of zijn afgevaardigde;2° identificatienummer : identificatienummer van het Rijksregister van de natuurlijke personen;3° leerling : leerplichtigen en kleuters;4° minister : de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs. HOOFDSTUK II. - De inschrijvingen Afdeling 1. - Plicht van de ouders van leerplichtigen
Art. 3.Vijftien kalenderdagen voor de aanvang van elk schooljaar doet het departement een bericht tot de ouders aanplakken waarbij : - zij erop gewezen worden dat zij verplicht zijn ervoor te zorgen dat hun leerplichtigen, voor de duur van de leerplicht, als leerling van een instelling zijn ingeschreven en die instelling regelmatig bezoeken; - wordt benadrukt dat zij vrij zijn in hun schoolkeuze; - wordt vermeld op welke manier zij vrijstelling van leerplicht kunnen krijgen voor hun gehandicapte leerplichtige en welke formaliteiten voor het departement onderwijs dienen vervuld te worden als zij voor huisonderwijs opteren.
Art. 4.§ 1. Ouders die geen vaste verblijfplaats hebben worden vóór 1 augustus door het departement per brief herinnerd aan hun verplichtingen inzake de leerplicht. § 2. Tegelijkertijd wordt : - hen gevraagd binnen één maand na het begin van het schooljaar aan het departement Onderwijs mee te delen in welke instelling hun leerplichtig kind is ingeschreven of mee te delen dat het huisonderwijs volgt; - meegedeeld dat zij van de Vlaamse Gemeenschap een bijdrage in het kostgeld kunnen krijgen als zij hun leerplichtige kinderen toevertrouwen aan een internaat gefinancierd of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap. Afdeling 2. - Controle op de inschrijvingen
Art. 5.Elke directie vraagt bij de eerste inschrijving van elke leerling het identificatienummer.
Als de ouders dat identificatienummer niet wensen of niet kunnen geven, vraagt de directie het identificatienummer aan het departement Onderwijs.
Art. 6.Elke directie bezorgt het departement Onderwijs vóór 10 oktober een lijst met de namen van de leerlingen die voor het lopende schooljaar zijn ingeschreven. Bij iedere naam wordt, zo mogelijk, het bijhorend identificatienummer vermeld.
Art. 7.Door de vergelijking van alle ingestuurde lijsten met de namen en identificatienummer met uittreksels uit het Rijksregister gaat het departement Onderwijs vóór het einde van de eerste trimester na welke leerplichtigen niet in een school zijn ingeschreven en welke leerlingen in meerdere scholen zijn ingeschreven.
Art. 8.Voor de leerlingen die in meerdere scholen zijn ingeschreven onderzoekt het departement Onderwijs aan de hand van de aanwezigheidsregisters van de betrokken instellingen en aan de hand van de reglementering inzake schoolveranderingen, welke inschrijving rechtsgeldig is.
Art. 9.§ 1. Het departement Onderwijs verzoekt bij aangetekende brief aan de ouders wier leerplichtig kind niet in een instelling is ingeschreven, om uitleg omtrent het niet-ingeschreven zijn, en herinnert hen aan hun verplichtingen terzake. § 2. Als de ouders binnen acht kalenderdagen na het aangetekend schrijven geen antwoord hebben gegeven, maakt het departement daaromtrent een verslag op en stuurt het aan de procureur des konings. § 3. De minister mag het departement Onderwijs opdragen om, alvorens toepassing te maken van het eerste lid, op een andere wijze met de ouders in contact te komen.
Art. 10.De minister bepaalt op welke wijze de gegevens voor de toepassing van dit besluit tussen de directies en het departement Onderwijs worden meegedeeld. HOOFDSTUK III. - Sancties
Art. 11.De bepalingen van dit hoofdstuk zijn niet van toepassing op de scholen die niet gefinancierd of gesubsidieerd worden door de Vlaamse Gemeenschap.
Art. 12.§ 1. Als een directie de verplichting voorzien in artikel 6 niet naleeft, stuurt het departement Onderwijs een aanmaning naar het betrokken schoolbestuur. § 2. Als de vereiste gegevens binnen tien kalenderdagen na de aanmaning niet aan het departement Onderwijs bezorgd zijn, wordt het betrokken schoolbestuur bij aangetekend schrijven in gebreke gesteld.
De ingebrekestelling verwijst naar de mogelijke sancties en bepaalt binnen welke termijn het schoolbestuur de nalatigheid ongedaan dient te maken met toevoeging van een rechtvaardiging voor de nalatigheid.
Art. 13.Van de schoolbesturen die tien kalenderdagen na het versturen van het aangetekend schrijven nog steeds in gebreke zijn, legt het departement Onderwijs het dossier met een voorstel van sanctie voor aan de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs.
Art. 14.§ 1. Overeenkomstig artikel 179 van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, neemt de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, een beslissing omtrent de voorgestelde sanctie, na het betrokken schoolbestuur gehoord te hebben. Het betrokken schoolbestuur wordt daartoe bij aangetekend schrijven opgeroepen. § 2. De beslissing omtrent een sanctie wordt binnen een termijn van vijftien kalenderdagen na het verhoor, of na het versturen van de oproeping ingeval het betrokken schoolbestuur niet verschenen is, bij aangetekend schrijven meegedeeld aan het betrokken schoolbestuur.
Na het verstrijken van bedoelde termijn kan de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, geen sanctie meer opleggen. HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen
Art. 15.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 november 1997.
Art. 16.De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 12 november 1997.
De minister-president van de Vlaamse regering, L. VAN DEN BRANDE De Vlaamse minister van Onderwijs en Ambtenarenzaken, L. VAN DEN BOSSCHE