gepubliceerd op 10 september 1999
Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 1995 betreffende het personeelskader van de diensten van het college van commissarissen van de Vlaamse regering bij de hogescholen
6 JULI 1999. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 1995 betreffende het personeelskader van de diensten van het college van commissarissen van de Vlaamse regering bij de hogescholen
De Vlaamse regering, Gelet op het decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap, inzonderheid op artikel 245, § 2, gewijzigd bij het decreet van 21 december 1994;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 1995 betreffende het personeelskader van de diensten van het college van commissarissen van de Vlaamse regering bij de hogescholen;
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor begroting, gegeven op 4 juni 1999;
Gelet op het protocol nr. 5 van 17 juni 1999 houdende de conclusies van de onderhandelingen die gevoerd werden in de gemeenschappelijke vergadering van de sectorcomités X en XVIII;
Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de omstandigheid dat bij de artikelen II.10 en II.28 van het decreet betreffende het onderwijs X, aangenomen door het Vlaams Parlement op 5 mei 1999, de commissaris-coördinator van de Vlaamse regering bij de hogescholen werd opgedragen om voor eind 1999 de evaluatiereglementen van de hogescholen alsmede de werking van de medezeggenschapsorganen en de onderhandelingsorganen te evalueren.
Om deze opdrachten te kunnen realiseren binnen de bij decreet bepaalde timing is het noodzakelijk zo spoedig mogelijk de voorgestelde uitbreiding van het personeelskader van de diensten van het college van de commissarissen van de Vlaamse regering bij de hogescholen te realiseren.
Volgens de geest van het hogescholendecreet van 13 juli 1994 zullen de regeringscommissarissen van de Vlaamse regering bij de hogescholen steeds vaker bevraagd en belast worden met opdrachten ad hoc in het kader van doelmatigheidsonderzoeken. De regeringscommissarissen zijn uitstekend geplaatst om op grond van hun kennis en ervaring in de sector waardevolle adviezen te verstrekken. Elk uitstel van beslissing in dit dossier zou de tijdige realisatie van de nu gegeven opdrachten verhinderen en de uitbouw van het regeringscommissariaat als onafhankelijk beleidsvoorbereidend instrument hypothekeren;
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 24 juni 1999, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2° van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Onderwijs en Ambtenarenzaken;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 1995 betreffende het personeelskader van de diensten van het college van commissarissen van de Vlaamse regering bij de hogescholen worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 1 wordt vervangen door wat volgt : « § 1.Het personeelseffectief van de diensten van het college van commissarissen van de Vlaamse regering bij de hogescholen is vastgesteld op zes personeelsleden, waarvan er één wordt toegewezen aan het college van commissarissen, twee aan de commissaris-coördinator en één aan elke commissaris. » 2° § 2, eerste lid, wordt vervangen als volgt : « § 2.Het personeelslid toegewezen aan het college van commissarissen en een personeelslid toegewezen aan de commissaris-coördinator worden aangewezen ofwel onder de personeelsleden van niveau A van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap of van de Vlaamse openbare instellingen ofwel onder de houders van een academisch diploma, dat toegang verleent tot de ambten van niveau A van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap. Deze personeelsleden ontvangen een toelage van 137 270 frank. »
Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juli 1999.
Art. 3.De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 6 juli 1999.
De minister-president van de Vlaamse regering, L. VAN DEN BRANDE De Vlaamse minister van Onderwijs en Ambtenarenzaken, E. BALDEWIJNS