Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 02 december 2016
gepubliceerd op 15 december 2016

Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2002 tot uitvoering van het Hoofdstuk IIIbis van de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging en Hoofdstuk IVbis van het decreet van 24 januari 1984 houdende maatregelen inzake het grondwaterbeheer

bron
vlaamse overheid
numac
2016036619
pub.
15/12/2016
prom.
02/12/2016
ELI
eli/besluit/2016/12/02/2016036619/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

2 DECEMBER 2016. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2002Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2002 pub. 01/08/2002 numac 2002035948 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering tot uitvoering van het Hoofdstuk IIIbis van de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging en Hoofdstuk IVbis van het decreet van 24 januari 1984 houdende maatregelen inzake het grondwaterbeheer sluiten tot uitvoering van het Hoofdstuk IIIbis van de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging en Hoofdstuk IVbis van het decreet van 24 januari 1984 houdende maatregelen inzake het grondwaterbeheer


DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging, artikel 35bis, § 1, ingevoegd bij het decreet van 21 december 1990 en vervangen bij het decreet van 18 december 2009, artikel 35quinquies, § 3, ingevoegd bij het decreet van 21 december 1990 en vervangen bij het decreet van 24 juni 2005, artikel 35sexies, § 3 en § 5, ingevoegd bij het decreet van 21 december 1990 en vervangen bij het decreet van 25 juni 1992, en artikel 35octies, § 3, ingevoegd bij het decreet van 21 december 1990, vervangen bij het decreet van 25 juni 1992 en gewijzigd bij het decreet van 6 februari 2004;

Gelet op het decreet van 24 januari 1984 houdende maatregelen inzake het grondwaterbeheer, artikel 28sexies, § 2, ingevoegd bij het decreet van 20 december 1996, vervangen bij het decreet van 22 december 1999 en gewijzigd bij het decreet van 6 februari 2004;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 28 juni 2002Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2002 pub. 01/08/2002 numac 2002035948 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering tot uitvoering van het Hoofdstuk IIIbis van de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging en Hoofdstuk IVbis van het decreet van 24 januari 1984 houdende maatregelen inzake het grondwaterbeheer sluiten tot uitvoering van het Hoofdstuk IIIbis van de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging en Hoofdstuk IVbis van het decreet van 24 januari 1984 houdende maatregelen inzake het grondwaterbeheer;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 15 september 2016;

Gelet op advies nr. 60.168/1 van de Raad van State, gegeven op 27 oktober 2016, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Artikel 1 van het besluit van de Vlaamse regering van 28 juni 2002Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2002 pub. 01/08/2002 numac 2002035948 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse regering tot uitvoering van het Hoofdstuk IIIbis van de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging en Hoofdstuk IVbis van het decreet van 24 januari 1984 houdende maatregelen inzake het grondwaterbeheer sluiten tot uitvoering van het Hoofdstuk IIIbis van de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging en Hoofdstuk IVbis van het decreet van 24 januari 1984 houdende maatregelen inzake het grondwaterbeheer wordt vervangen door wat volgt: "

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder: 1° wet van 26 maart 1971: de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van oppervlaktewateren tegen verontreiniging; 2° Compendium voor de monsterneming, meting en analyse van water, afgekort WAC: de bundel met methoden voor het nemen van monsters en het uitvoeren van metingen en analyses, die Europese, internationale, andere genormeerde of in opdracht van de Vlaamse overheid door het referentielaboratorium van het Vlaamse Gewest gevalideerde methoden omvatten, die goedgekeurd zijn bij ministerieel besluit en bij uittreksel bekendgemaakt zijn in het Belgisch Staatsblad.".

Art. 2.In artikel 2 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 5 februari 2016, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 wordt het woord "wet" telkens vervangen door de zinsnede "wet van 26 maart 1971";2° in paragraaf 1, punt 3°, b), en 4°, b), worden de woorden "voorzover die door de leidend ambtenaar van de Vlaamse Milieumaatschappij of de door hem gedelegeerde ambtenaar als deskundig wordt aanvaard" vervangen door de woorden "behalve als die door de leidend ambtenaar van de Vlaamse Milieumaatschappij of de door hem gedelegeerde ambtenaar niet als deskundig wordt aanvaard";3° aan paragraaf 1 wordt een punt 5° toegevoegd, dat luidt als volgt: "5° als de leidend ambtenaar van de Vlaamse Milieumaatschappij of de door hem gedelegeerde ambtenaar de tijdgebonden monsterneming, vermeld in punt 3°, b), en 4°, b), niet als deskundig aanvaardt, brengt hij de heffingsplichtige daarvan op de hoogte uiterlijk binnen twee maanden na de dag waarop de Maatschappij de meet- en monsteringsresultaten van de monsterneming ontvangt.Na het verstrijken van die termijn wordt de tijdgebonden monsterneming geacht als deskundig te zijn aanvaard."; 4° in paragraaf 2 wordt het woord "wet" telkens vervangen door de zinsnede "wet van 26 maart 1971".

Art. 3.In artikel 3 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 10 juli 2008 en 5 februari 2016, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 wordt punt 2° vervangen door wat volgt: "2° het erkende laboratorium voert de monstername uit conform het Compendium voor de monsterneming, meting en analyse van water, afgekort WAC, meer bepaald de criteria, beschreven in deel I A Monsterneming en voorbehandeling.Het erkende laboratorium stelt zonder kosten, per etmaal van de bemonsteringen, een monster voor contra-analyse ter beschikking van de Vlaamse Milieumaatschappij voor de analyse van de stoffen, vermeld in artikel 2, § 1, 3° en 4°. Het monster en het monster voor contra-analyse worden verdeeld, geconserveerd en behandeld volgens de overeenkomstige methode, vermeld in het Compendium voor de monsterneming, meting en analyse van water, afgekort WAC;"; 2° in paragraaf 2, eerste lid, wordt het woord "wet" vervangen door de zinsnede "wet van 26 maart 1971";3° in paragraaf 2 wordt het derde lid vervangen door wat volgt: "Het vaststellingsverslag wordt bezorgd aan de ambtenaar die conform artikel 9 is aangewezen voor de vestiging van de heffing op de waterverontreiniging.In de gevallen waarin de voormelde ambtenaar de debietmeting of de monsterneming op basis van het vaststellingsverslag als onregelmatig beschouwt, brengt hij de heffingsplichtige daarvan op de hoogte binnen een termijn van twee maanden die volgt op de datum waarop de vaststellingen zijn gedaan. Na het verstrijken van de voormelde termijn kan hij niet meer steunen op het vaststellingsverslag om de onregelmatigheid van de betreffende debietmeting of van de monsterneming op te werpen."; 4° aan paragraaf 3 wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "De bemonstering, analyses of contra-analyses, uitgevoerd door een erkend laboratorium in opdracht van heffingsplichtigen, worden uitgesloten van de berekening van de heffing als het erkende laboratorium in hetzelfde jaar ook de analyses of contra-analyses uitvoert in opdracht van de Vlaamse Milieumaatschappij.".

Art. 4.Artikel 4 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 4.Alle werkzaamheden die noodzakelijk zijn ter uitvoering van artikel 2, § 1, 1°, 3° en 4°, en artikel 3, worden uitgevoerd conform het Compendium voor de monsterneming, meting en analyse van water, afgekort WAC.".

Art. 5.In artikel 5 en 7 van hetzelfde besluit wordt het woord "wet" telkens vervangen door de zinsnede "wet van 26 maart 1971".

Art. 6.In artikel 8 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 7 januari 2005, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° paragraaf 1 wordt vervangen door wat volgt: " § 1.De aangifte, vermeld in artikel 35octies, § 1, van de wet van 26 maart 1971, wordt elektronisch ingediend via een internetloket dat de Vlaamse Milieumaatschappij ter beschikking stelt. Als de aangifte ingevuld en bezorgd is overeenkomstig de richtlijnen in het elektronische platform, heeft ze voor de toepassing van hoofdstuk IIIbis van de wet van 26 maart 1971 en de uitvoeringsbesluiten ervan dezelfde rechtskracht als een ondertekende aangifte op papier.

In de elektronische aangifte, vermeld in het eerste lid, worden de identificatiegegevens van de meet- en bemonsteringscampagnes van het afvalwater dat geloosd is in het jaar dat voorafgaat aan het heffingsjaar, opgegeven op straffe van verval van het recht een beroep te kunnen doen op de berekeningsmethode, vermeld in artikel 35quinquies van de voormelde wet. Door de identificatiegegevens op te geven worden de overeenstemmende meet- en bemonsteringsgegevens geacht deel uit te maken van de aangifte."; 2° in paragraaf 2 wordt het woord "wet" vervangen door de zinsnede "wet van 26 maart 1971";3° paragraaf 3 wordt vervangen door wat volgt: " § 3.De eis tot het in mindering brengen van de vuilvracht van het gebruikte oppervlaktewater N0, vermeld in artikel 35sexies, § 3, van de wet van 26 maart 1971, wordt samen ingediend met de aangifte, vermeld in paragraaf 1.

In de aangifte, vermeld in paragraaf 1, worden de identificatiegegevens van de meet- en bemonsteringscampagnes van het afvalwater dat geloosd is in het jaar dat voorafgaat aan het heffingsjaar, alsook van het gebruikte oppervlaktewater opgegeven op straffe van verval van het recht om de vuilvracht van het gebruikte oppervlaktewater in mindering te brengen. Door de identificatiegegevens op te geven worden de overeenstemmende meet- en bemonsteringsgegevens geacht deel uit te maken van de aangifte."; 4° paragraaf 4 wordt vervangen door wat volgt: " § 4.De opgepompte en gewonnen hoeveelheid grondwater die niet bestemd is voor de openbare drinkwatervoorziening, waarop conform artikel 28ter van het decreet van 24 januari 1984 houdende maatregelen inzake het grondwaterbeheer een heffing verschuldigd is, wordt opgegeven met de aangifte, vermeld in paragraaf 1.

De aangifte, vermeld in het eerste lid, wordt voor de toepassing van hoofdstuk IVbis van het voormelde decreet en de uitvoeringsbesluiten ervan gelijkgesteld met een ondertekende aangifte op papier."; 5° aan artikel 8 wordt een paragraaf 5 toegevoegd, die luidt als volgt: " § 5.De heffingsplichtigen, vermeld in artikel 35octies, § 1, van de wet van 26 maart 1971 of in artikel 28sexies, § 1, van het decreet van 24 januari 1984 houdende maatregelen inzake het grondwaterbeheer, of, in voorkomend geval, de personen die gemachtigd zijn de aangifte, vermeld in paragraaf 1, namens hen in te dienen, kunnen, als ze niet over de nodige geïnformatiseerde middelen beschikken om aan die verplichting te voldoen, een beroep doen op de nodige infrastructuur die de Vlaamse Milieumaatschappij op haar buitendiensten ter beschikking stelt, en ze kunnen zich daarvoor laten bijstaan door de ambtenaren die conform artikel 9 van dit besluit zijn aangewezen voor de vestiging van de heffing op de waterverontreiniging en op de winning van grondwater.".

Art. 7.In artikel 9 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 10 juli 2008 en 5 februari 2016, wordt het woord "wet" telkens vervangen door de zinsnede "wet van 26 maart 1971".

Art. 8.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2017.

Art. 9.De Vlaamse minister, bevoegd voor het leefmilieu en het waterbeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 2 december 2016.

De minister-president van de Vlaamse Regering, G. BOURGEOIS De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, J. SCHAUVLIEGE

^