Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Regering Van De Franse Gemeenschap van 20 juni 2018
gepubliceerd op 21 augustus 2018

Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende diverse bepalingen betreffende de uitvoering van het decreet van 24 oktober 2008 tot bepaling van de voorwaarden voor de subsidiëring van de tewerkstelling in de socioculturele sectoren van de Franse Gemeenschap

bron
ministerie van de franse gemeenschap
numac
2018013068
pub.
21/08/2018
prom.
20/06/2018
ELI
eli/besluit/2018/06/20/2018013068/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

20 JUNI 2018. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende diverse bepalingen betreffende de uitvoering van het decreet van 24 oktober 2008Relevante gevonden documenten type decreet prom. 24/10/2008 pub. 12/11/2008 numac 2008029570 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot bepaling van de voorwaarden voor de subsidiëring van de tewerkstelling in de socioculturele sectoren van de Franse Gemeenschap sluiten tot bepaling van de voorwaarden voor de subsidiëring van de tewerkstelling in de socioculturele sectoren van de Franse Gemeenschap


De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 20 ;

Gelet op het decreet van de Franse Gemeenschap van 24 oktober 2008 tot bepaling van de voorwaarden voor de subsidiëring van de tewerkstelling in de socioculturele sectoren van de Franse Gemeenschap, artikel 21, § 3, vervangen bij het decreet van 22 februari 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 22/02/2018 pub. 19/04/2018 numac 2018040111 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot wijziging van het decreet van 24 oktober 2008 tot bepaling van de voorwaarden voor de subsidiëring van de tewerkstelling in de socioculturele sectoren van de Franse Gemeenschap sluiten, en artikel 23, § 1, derde lid, en § 4, vervangen bij hetzelfde decreet ;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 15 december 2017 ;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 19 juni 2018 ;

Gelet op de « gendertest » van 12 december 2017 uitgevoerd met toepassing van artikel 4, tweede lid, 1°, van het decreet van 7 januari 2016Relevante gevonden documenten type decreet prom. 07/01/2016 pub. 12/02/2016 numac 2016029074 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende integratie van de genderdimensie in het geheel van de beleidslijnen van de Franse Gemeenschap sluiten houdende integratie van de genderdimensie in het geheel van de beleidslijnen van de Franse Gemeenschap ;

Gelet op de adviezen 62.889/4 en 63.249/4 van de Raad van State, respectievelijk gegeven op 26 februari en 26 april 2018, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973 ;

Op de voordracht van de Minister-President, van de Minister van Cultuur en Kind, van de Minister van Hoger Onderwijs, Media en Wetenschappelijk Onderzoek, van de Minister van Hulpverlening aan de Jeugd, Sport, Justitiehuizen en Promotie van Brussel, belast met het toezicht op de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, van de Minister van Onderwijs voor sociale promotie, Jeugd, Vrouwenrechten en Gelijke kansen en van de Minister van Begroting, Ambtenarenzaken en Administratieve vereenvoudiging ;

Na beraadslaging, Besluit : TITEL 1. - MECHANISMEN BETREFFENDE DE BIJWERKING VAN DE LIJSTEN VAN HET PERSONEEL EN SIMULATIE/VERANTWOORDING

Artikel 1.Lijst van het personeel Om de verantwoording van de subsidie geldig uit te voeren, zoals georganiseerd door het decreet van 24 oktober 2008Relevante gevonden documenten type decreet prom. 24/10/2008 pub. 12/11/2008 numac 2008029570 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot bepaling van de voorwaarden voor de subsidiëring van de tewerkstelling in de socioculturele sectoren van de Franse Gemeenschap sluiten tot bepaling van de voorwaarden voor de subsidiëring van de tewerkstelling in de socioculturele sectoren van de Franse Gemeenschap, hierna het decreet genoemd, verklaren de werkgevers overeenkomstig artikel 23 § 4 aan de Administratie de bijwerking van hun personeelslijst van het jaar x - 2, voor uiterlijk 30 april van het jaar x - 1, in de webtoepassing van de geïnformatiseerde databank voor tewerkstelling.

Art. 2.Simulatie Voor de toepassing van artikel 23, § 4, van het decreet moeten de werkgevers gebruik maken van een simulatie van de berekening van hun subsidie alvorens hun definitieve codering te bevestigen in de webtoepassing van de geïnformatiseerde databank voor tewerkstelling.

De eerste simulatie moet ten laatste vijf dagen voor de uiterste datum van de verantwoording ingediend worden.

TITEL 2. - VASTSTELLING VAN HET IN AANMERKING KOMENDE BEDRAG GELIJKSTELLING VAN PERIODES

Art. 3.Principe Overeenkomstig artikel 21, §§ 2 en 3, van het decreet, voor een kalenderjaar, kan de werkgever een beperkt aantal periodes verantwoorden die gelijkgesteld zijn met de bezetting van een permanente betrekking, voor de periodes die niet bezet worden waarvan de kenmerken in de bijgevoegde tabel I opgenomen worden.

De werkgever kan van deze bepaling slechts gebruik maken nadat : - alle mogelijke nadere regels voor de vervangingen die overeenstemmen met het in het decreet bepaalde op voorhand gebruikt en verantwoord werden; - de simulatie van de berekening van de verantwoording een negatief saldo in dit geval blijft weer te geven.

Overeenkomstig de bijgevoegde tabel 1 : 1° hebben de gelijkgestelde periodes betrekking op de gevallen van schorsing of onderbreking van de arbeidsovereenkomst ;2° voor elk geval, en per overeenkomst, wordt het volgende vastgesteld : a) het aantal maximale weken die verantwoord kunnen worden in gelijkgestelde periodes ;b) de criteria om in aanmerking te komen voor het beroep op een mechanisme.

Art. 4.Maximale gelijkstelling Per kalenderjaar worden de gelijkgestelde periodes beperkt per vereniging in functie van het aantal permanente betrekkingen uitgedrukt in voltijdse equivalenten toegewezen aan de vereniging met toepassing van de sectoriële regelgeving, op 31 december van het verantwoordingsjaar, oorspronkelijk volgens de bijgevoegde tabel II.

Art. 5.Nadere regels voor de toepassing De verantwoording van de gelijkgestelde periodes gaat uit van de verantwoording van de subsidie, zoals georganiseerd in artikel 23 van het decreet.

Voor elke gelijkgestelde periode houdt de vereniging ter beschikking van de Administratie de beschrijving van de redenen van het beroep op de gelijkstelling. Met deze beschrijving moet de Administratie de elementen voor de inaanmerkingneming opgenomen in tabel I kunnen nakijken. De aanvraag van de Administratie moet ten laatste op de datum vastgesteld in artikel 23, §§ 1, tweede lid, van het decreet ingediend worden voor de mededeling van de resultaten. Indien de voorwaarden voor de inaanmerkingneming niet vervuld worden, kan de Administratie het aantal gelijkgestelde periodes per geval verminderen of ze weigeren.

Voor de berekening van de subsidie worden deze gelijkgestelde periodes door de Administratie omgezet naar rata van gelijkgestelde voltijdse equivalenten die toegevoegd worden aan het geheel van de gelijkgestelde voltijdse equivalenten die al vastgesteld worden, zonder het totaal aantal permanente voltijdse equivalenten die erkend worden aan de vereniging te kunnen overschrijden, volgens de formules waar : 1° het totaal van de permanente voltijdse equivalenten dat berekend wordt voor de in aanmerking komende subsidie gelijk is aan het totaal van de arbeidsstelsels berekend uit de data van driejaarlijkse verklaringen aan de Rijksdienst voor sociale zekerheid de bovenvermelde permanente equivalenten, vermeerderd met het arbeidsstelsel van de gelijkgestelde periodes ;2° het arbeidsstelsel van de gelijkgestelde periodes berekend wordt volgens de volgende formule : aantal weken van gelijkgestelde periodes verantwoord door de werkgever verdeeld door 52. TITEL 3. - BEROEPSPROCEDURE

Art. 6.Raad van beroep § 1. Overeenkomstig de procedure voor de betwisting van de controleresultaten bedoeld in artikel 23, § 1, derde lid, van het decreet, wordt een Raad van beroep gezamenlijk samengesteld door het Algemeen Bestuur Cultuur en het Algemeen Bestuur Sport. § 2. Voor de samenstelling van de Raad overeenkomstig § 1 leggen het Algemeen Bestuur Cultuur en het Algemeen Bestuur Sport voor 1 september 2018 een lijst van de personeelsleden die binnen de Raad mogen zetelen, ter goedkeuring aan de Minister-President voor. Deze lijst bevat ten minste een verantwoordelijke en een personeelslid per dienst het decreet van toepassing is. Ze bevat ook een plaatsvervanger voor elk aangestelde personeelslid. Ze wordt om de vier jaar voor 31 januari hernieuwd, de eerste hernieuwing zal in 2022 plaatsvinden.

Een personeelslid dat de voorwaarden verliest waarvoor hij aangesteld werd, kan vervangen worden door een ander personeelslid, op beslissing van de betrokken Administrateur-generaal tot de volgende hernieuwing. § 3. Voor de behandeling van elk beroep neemt de Directie voor de administratieve ondersteuning van het Algemeen Bestuur Cultuur het secretariaat waar en stelt de Raad samen, op basis van de lijst bepaald volgende de voorwaarden van § 2 : - een personeelslid van de Directie van de administratieve ondersteuning die de werkzaamheden voorzit; - een verantwoordelijke van de dienst waarop het decreet van toepassing is voor het beheer van de subsidies van een andere activiteitensector dan deze waarin de vereniging erkend wordt; - een derde personeelslid van de administratie, van een dienst waarop bij het decreet van toepassing is voor het beheer van de subsidies van een andere activiteitensector dan deze waarin de vereniging erkend wordt.

De Raad van beroep kan vragen om de dienst te horen die de subsidies betreffende de activiteitensector van de vereniging beheert.

De Raad van beroep kan op adviserende basis één of meer deskundigen erbij nemen. § 4. De vereniging wordt door de Raad van beroep gehoord op de plaats, datum en uur die ze vaststelt wanneer het erom gevraagd is in het ingediende beroep. De Raad van beroep kan vragen om de vereniging te horen onder dezelfde voorwaarden of bij haar aanvullende informatie te bekomen.

De vereniging kan vergezeld worden van een deskundige.

Art. 7.Nadere regels voor de beroepsprocedure § 1. Vanaf de mededeling van de controleresultaten bedoeld in artikel 23, § 1, tweede lid, van het decreet, beschikt de vereniging over 15 werkdagen - met andere woorden het geheel van de kalenderdagen, met uitzondering van de zaterdagen, zondagen en wettelijke feestdagen, alsook de periode tussen 20 december en 2 januari inbegrepen - om een beroep in te dienen. Dit bepaalt de argumenten waarop het zich baseert.

Het beroep wordt ingediend bij de Directie van de Administratieve ondersteuning, volgens de nadere regels bepaald door haar en gevoegd bij de mededeling van het controleresultaat. § 2. Bij ontvangst van het beroep : a) stuurt de Directie van de Administratieve ondersteuning een ontvangstbewijs binnen de vijf werkdagen aan de vereniging;b) bezorgt de Directie van de Administratieve ondersteuning een afschrift van het beroep aan de dienst die het dossier van de subsidie beheert van de vereniging voor de betrokken activiteitensector binnen dezelfde termijnen. § 3. De dienst bedoeld in § 2, b), kijkt de gegevens na die bezorgd worden in het bewijsdossier en in het beroep. Hij deelt het resultaat van zijn nieuwe controle mee, alsook de beslissing om de vorige beslissing al dan niet te behouden, aan de vereniging en aan de Directie voor de administratieve ondersteuning binnen een termijn van 15 werkdagen. Bij gebrek aan een beslissing binnen deze termijn wordt het dossier aan de Raad van beroep voor onderzoek voorgelegd. § 4. Indien de vereniging het resultaat van de nieuwe controle bedoeld in § 3 betwist, verwittigt ze de Directie voor de administratieve ondersteuning binnen de vijf werkdagen na de bekendmaking.

In dit geval roept de Directie voor de administratieve ondersteuning de Raad van beroep bijeen die over een termijn van 45 werkdagen beschikt om een beslissing te nemen en om de beslissing mee te delen.

In afwachting dat die beslissing wordt geno.men, schorst de beroepsprocedure de terugvordering van het niet-verschuldigde bedrag van de subsidie.

TITEL 4. - IN AANMERKING KOMENDE LASTEN

Art. 8.Cofinanciering Ingeval van een werknemer die over één enkele overeenkomst bij de werkgever beschikt die gedeeltelijk als permanent beschouwd wordt, zoals bepaald in artikel 9, 1°, van het decreet, en gedeeltelijk op een "Maribel" subsidie, zoals georganiseerd bij het koninklijk besluit van 18 juli 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 18/07/2002 pub. 22/08/2002 numac 2002022549 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector sluiten houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector, is het geheel van de bijkomende subsidie zoals bepaald in artikel 18 van het decreet verschuldigd.

Art. 9.Tijdelijk personeel aangeworven met toepassing van de afwijkende stelsels van sociale zekerheid.

Met toepassing van artikel 20, § 1, 11°, van het decreet : 1° voor de verantwoording van de subsidie, kunnen de werkgevers de in aanmerking komende lasten, voortvloeiend ui de aanwerving van studenten, laten gelden.De duur van de prestatie wordt voor één jaar bepaald; 2° voor de verantwoording van de subsidie, kunnen de werkgevers de in aanmerking komende lasten, voortvloeiend uit de aanwerving van de persoon bedoeld in het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/06/1969 pub. 24/01/2011 numac 2010000730 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, "artikel 17" genoemd.De duur van de prestatie wordt voor één jaar bepaald; 3° voor de verantwoording van de subsidie, kunnen de werkgevers de in aanmerkingen komende lasten, voortvloeiend uit de aanwerving van bezoldigde stagiairs, laten gelden, overeenkomstig de toepassing van het kaderakkoord tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/06/1969 pub. 24/01/2011 numac 2010000730 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders.De duur van een prestatie wordt voor een jaar bepaald.

Art. 10.Personeel ressorterend onder een groep Voor de toepassing van artikel 11 van het decreet, bezorgt de vereniging, uiterlijk op 1 maart van het jaar X-1, aan de administratie en in de door deze vastgestelde vorm, de gegevens van de groep waarop ze een beroep doet gedurende het jaar X-2, mee, wanneer de betrekking die beantwoordt aan de voorwaarden 1°, 2° en 3° van dat artikel kan worden verantwoord. Ze verwittigt de administratie zonder verwijl over de stopzetting van de medewerking met die groep.

Art. 11.De Minister bevoegd voor Cultuur wordt, in overleg met de verschillende betrokken Ministers, belast met de uitvoering van dit besluit Brussel, 20 juni 2018.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Vice-Presidente en Minister van Cultuur en Kind, A. GREOLI De Vice-President, Minister van Hoger Onderwijs, Onderzoek en Media, J.-Cl. MARCOURT De Minister van Hulpverlening aan de Jeugd, Justitiehuizen, Sport en Promotie van Brussel, belast met het toezicht op de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, R. MADRANE De Minister van Onderwijs voor sociale promotie, Jeugd, Vrouwenrechten en Gelijke Kansen, I. SIMONIS De Minister van Begroting, Ambtenarenzaken en Administratieve Vereenvoudiging, A. FLAHAUT

^