gepubliceerd op 16 november 2016
Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot wijziging van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 5 juni 2014 betreffende de ambten, bekwaamheidsbewijzen en barema's tot uitvoering van de artikelen 7, 16, 50 en 263 van het decreet van 11 april 2014 tot regeling van de bekwaamheidsbewijzen en ambten in het door de Franse Gemeenschap georganiseerde of gesubsidieerde basis- en secundair onderwijs
24 AUGUSTUS 2016. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot wijziging van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 5 juni 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de regering van de franse gemeenschap prom. 05/06/2014 pub. 27/10/2014 numac 2014029590 bron ministerie van de franse gemeenschap Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende wijziging van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 16 februari 2012 tot aanstelling van de leden van de werkgroepen belast met het opmaken van een gemeenschappelijke externe proef in de wetenschappen op het einde van de derde fase van het pedagogische continuüm, voor de schooljaren 2012-2013, 2013-2014 en 2014-2015 sluiten betreffende de ambten, bekwaamheidsbewijzen en barema's tot uitvoering van de artikelen 7, 16, 50 en 263 van het decreet van 11 april 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 11/04/2014 pub. 10/10/2014 numac 2014029467 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot regeling van de bekwaamheidsbewijzen en ambten in het door de Franse Gemeenschap georganiseerde en gesubsidieerde basis- en secundair onderwijs sluiten tot regeling van de bekwaamheidsbewijzen en ambten in het door de Franse Gemeenschap georganiseerde of gesubsidieerde basis- en secundair onderwijs
De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het
decreet van 11 april 2014Relevante gevonden documenten
type
decreet
prom.
11/04/2014
pub.
10/10/2014
numac
2014029467
bron
ministerie van de franse gemeenschap
Decreet tot regeling van de bekwaamheidsbewijzen en ambten in het door de Franse Gemeenschap georganiseerde en gesubsidieerde basis- en secundair onderwijs
sluiten tot regeling van de bekwaamheidsbewijzen en ambten in het door de Franse Gemeenschap georganiseerde of gesubsidieerde basis- en secundair onderwijs, de artikelen 7 en 16;
Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 5 juni 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de regering van de franse gemeenschap prom. 05/06/2014 pub. 27/10/2014 numac 2014029590 bron ministerie van de franse gemeenschap Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende wijziging van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 16 februari 2012 tot aanstelling van de leden van de werkgroepen belast met het opmaken van een gemeenschappelijke externe proef in de wetenschappen op het einde van de derde fase van het pedagogische continuüm, voor de schooljaren 2012-2013, 2013-2014 en 2014-2015 sluiten betreffende de ambten, bekwaamheidsbewijzen en barema's tot uitvoering van de artikelen 7, 16, 50 en 263 van het decreet van 11 april 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 11/04/2014 pub. 10/10/2014 numac 2014029467 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot regeling van de bekwaamheidsbewijzen en ambten in het door de Franse Gemeenschap georganiseerde en gesubsidieerde basis- en secundair onderwijs sluiten tot regeling van de bekwaamheidsbewijzen en ambten in het door de Franse Gemeenschap georganiseerde of gesubsidieerde basis- en secundair onderwijs;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 21 juni 2016;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 29 juni 2016;
Gelet op de adviezen, op 19 februari 2016, 14 maart 2016, 25 maart 2016, 10 mei 2016 uitgebracht door de commissie bedoeld in artikel 38 van het decreet van 11 april 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 11/04/2014 pub. 10/10/2014 numac 2014029467 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot regeling van de bekwaamheidsbewijzen en ambten in het door de Franse Gemeenschap georganiseerde en gesubsidieerde basis- en secundair onderwijs sluiten tot regeling van de bekwaamheidsbewijzen en ambten in het door de Franse Gemeenschap georganiseerde of gesubsidieerde basis- en secundair onderwijs;
Gelet het onderhandelingsprotocol van 6 juli 2016 van het Comité van sector IX, van het Comité voor de provinciale en plaatselijke overheidsbesturen, afdeling II, en van het onderhandelingscomité voor de statuten van het personeel van het vrij gesubsidieerd onderwijs;
Gelet op het onderhandelingsprotocol van 6 juli 2016 van het comité voor overleg tussen de Regering van de Franse Gemeenschap en de vertegenwoordigings- en coördinatieorganen van de inrichtende machten van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde psycho-medisch-sociale centra die door de Regering worden erkend;
Gelet op het advies 59.705/2/V van de Raad van State, gegeven op 18 juli 2016, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de op 12 januari 1973 gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van de Minister van Onderwijs en van de Minister van Onderwijs voor Sociale Promotie, Jeugd, Rechten van de Vrouw en Gelijke Kansen;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.In artikel 4 van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 5 juni 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de regering van de franse gemeenschap prom. 05/06/2014 pub. 27/10/2014 numac 2014029590 bron ministerie van de franse gemeenschap Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende wijziging van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 16 februari 2012 tot aanstelling van de leden van de werkgroepen belast met het opmaken van een gemeenschappelijke externe proef in de wetenschappen op het einde van de derde fase van het pedagogische continuüm, voor de schooljaren 2012-2013, 2013-2014 en 2014-2015 sluiten betreffende de ambten, bekwaamheidsbewijzen en barema's tot uitvoering van de artikelen 7, 16, 50 en 263 van het decreet van 11 april 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 11/04/2014 pub. 10/10/2014 numac 2014029467 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot regeling van de bekwaamheidsbewijzen en ambten in het door de Franse Gemeenschap georganiseerde en gesubsidieerde basis- en secundair onderwijs sluiten tot regeling van de bekwaamheidsbewijzen en ambten in het door de Franse Gemeenschap georganiseerde of gesubsidieerde basis- en secundair onderwijs, zoals gewijzigd, worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) tussen de regel houdende de vermeldingen "BHSBO" en "Brevet hoger secundair beroepsonderwijs (volledig leerplan)", respectief in de eerste kolom en de tweede kolom, en de regel houdende de vermelding "DHSTO" en "Diploma hoger secundair technisch onderwijs (volledig leerplan)", respectief in de eerste kolom en in de tweede kolom, wordt een regel ingevoegd houdende de vermeldingen "VO" en "Vernieuwd onderwijs", respectief in de eerste kolom en de tweede kolom;b) tussen de regel houdende de vermeldingen "OG" en "Officieel gesubsidieerd onderwijs", respectief in de eerste kolom en de tweede kolom, en de regel houdende de vermeldingen "BP" en "Beroepspraktijk", respectief in de eerste kolom en de tweede kolom, wordt een regel ingevoegd houdende de vermeldingen "VL" en "Volledig leerplan", respectief in de eerste kolom en de tweede kolom.
Art. 2.In hetzelfde besluit, wordt een artikel 4bis ingevoegd, luidend als volgt : "
Art. 4bis.De ambtsanciënniteit van 300 dagen, bepaald voor het bekwaamheidsbewijs "aanvullend getuigschrift" in bijlage 2 bij dit besluit, wordt berekend overeenkomstig de regels die nader bepaald zijn in artikel 19 van het decreet van 11 april 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 11/04/2014 pub. 10/10/2014 numac 2014029467 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot regeling van de bekwaamheidsbewijzen en ambten in het door de Franse Gemeenschap georganiseerde en gesubsidieerde basis- en secundair onderwijs sluiten tot regeling van de bekwaamheidsbewijzen en ambten in het door de Franse Gemeenschap georganiseerde of gesubsidieerde basis- en secundair onderwijs".
Art. 3.In artikel 8 van hetzelfde besluit, na de woorden "beroepspraktijk" worden de woorden "godsdienst" toegevoegd.
Art. 4.In artikel 9 van hetzelfde besluit, worden de woorden "katholieke godsdienst, protestantse godsdienst, islamitische godsdienst, Israëlitische godsdienst of orthodoxe godsdienst" toegevoegd na de woorden "leermeester niet confessionele zedenleer".
Art. 5.In hetzelfde besluit wordt een artikel 13bis ingevoegd, luidend als volgt : "
Art. 13bis.In afwijking van het in bijlage 2 bij dit besluit vastgestelde barema, voor de ambten van leermeester katholieke, protestantse, islamitische, Israëlitische of orthodoxe godsdienst, wat de als voldoende geachte bekwaamheidsbewijzen betreft, de personeelsleden die houder zijn van een bekwaamheidsbewijs van master waarvan het deel betreffende het vak opgenomen wordt in het vereist bekwaamheidsbewijs voor het overeenstemmende ambt in de hogere graad van het secundair onderwijs, zoals bepaald in bijlage 4 bij dit besluit, aangevuld met ofwel het diploma van onderwijzer lager onderwijs, ofwel, als zij een ander pedagogisch bekwaamheidsbewijs van het niveau bezitten, met de module voor de opleiding tot de pedagogie van het basisonderwijs, bedoeld in titel II van het decreet van 30 april 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/04/2009 pub. 30/06/2009 numac 2009029353 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende uitvoering van het Protocol van akkoord van 20 juni 2008 gesloten voor de periode 2009-2010 met de representatieve vakverenigingen van de onderwijssector sluiten houdende uitvoering van het Protocol van akkoord van 20 juni 2008 gesloten voor de periode 2009-2010 met de representatieve vakverenigingen van de onderwijssector, is het barema 415, verminderd met het bedrag van een jaarlijkse verhoging.".
Art. 6.De bijlagen 1, 2, 4, 5 en 6 van hetzelfde besluit worden respectief vervangen door de bijlagen 1 tot 5 van dit besluit.
Art. 7.In artikel 2, hoofdstuk B, van het koninklijk besluit van 27 juni 1974 waarbij op 1 april 1972 worden vastgelegd de schalen verbonden aan de ambten van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel en van het paramedisch personeel bij de rijksonderwijsinrichtingen, aan de ambten van de leden van de inspectiedienst, belast met het toezicht op deze inrichtingen en aan de ambten van de leden van de inspectiedienst van het gesubsidieerd lager onderwijs, en de schalen verbonden aan de graden van het personeel van de psycho-medisch-sociale centra van de Staat, worden de volgende bepalingen opgeheven :
"9. Leermeester katholieke of protestantse godsdienst
a) die de hoedanigheid van bedienaar van de eredienst bezit
216
b) houder van het diploma van geaggregeerde lager secundair onderwijs
216
c) houder van het diploma van onderwijzer lager onderwijs - kleuteronderwijzer, uitgereikt na een cyclus van twee of drie jaar hoger onderwijs met volledig leerplan en van het korte type
216
d) houder van elk ander vereist bekwaamheidsbewijs van het niet universitair hoger onderwijs dan deze bedoeld in a), b), c) en f)
216
e) houder van het diploma van kleuteronderwijzer, aangevuld met het getuigschrift van bekwaamheid voor het lager onderwijs, uitgereikt door de bedienaar van de eredienst
216
f) houder van één van de sub a) tot e) bedoelde bekwaamheidsbewijzen en van de master in de opvoedingswetenschappen of van de master in de psychopedagogiek of van de licentie in de wetenschappen en technieken van de voortgezette opleiding, of van de licentie in de psychopedagogische wetenschappen, of van de licentie in de psychopedagogiek, of van de licentie in het opleidingsbeleid en de psychopedagogiek, of van de licentie in het opleidingsbeleid en de opleidingspraktijken
415
g) houder van het vereist bekwaamheidsbewijs of van een diploma van kleuteronderwijzer, GLSO, van een diploma van het hoger niveau, aangevuld met het getuigschrift van pedagogische bekwaamheid of met het getuigschrift van middelbare technische normaalleergangen, en van het vereiste bekwaamheidsbewijs van het hogere niveau van de derde graad voor het gelijkwaardige ambt in het hoger secundair onderwijs bedoeld in de tabel van artikel 2 van het besluit van 14 mei 2009 houdende revalorisatie van sommige leden van het onderwijspersoneel, houder van een master, met toepassing van het akkoordprotocol van 20 juni 2008, of van dit laatste zonder pedagogisch deel
415
h) houder van een diploma van GHSO, van een bekwaamheidsbewijs voor het ambt van het hoger secundair onderwijs dat gelijkwaardig is met het uitgeoefende ambt bedoeld in de tabel van artikel 2 van het besluit van 14 mei 2009 houdende revalorisatie van sommige leden van het onderwijspersoneel, houder van een master, met toepassing van het akkoordprotocol van 20 juni 2008, aangevuld met de module voor de opleiding tot de pedagogiek van het basisonderwijs bedoeld in titel II van het decreet van 30 april 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/04/2009 pub. 30/06/2009 numac 2009029353 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende uitvoering van het Protocol van akkoord van 20 juni 2008 gesloten voor de periode 2009-2010 met de representatieve vakverenigingen van de onderwijssector sluiten houdende uitvoering van het Protocol van akkoord van 20 juni 2008 gesloten voor de periode 2009-2010 met de representatieve vakverenigingen van de onderwijssector
415
i) houder van een bekwaamheidsbewijs van het hoger secundair onderwijs
206/3
j) houder van een ander bekwaamheidsbewijs
206/2
Overgangsstelsel
in dat ambt benoemd, en die op 31 maart 1972 de schaal 206/2 van de onderwijzer lager onderwijs genoot
Leermeester Israëlitische godsdienst :
a) die de hoedanigheid of de waardigheid van bedienaar van de eredienst bezit :
216
b) houder van het diploma van onderwijzer lager onderwijs, uitgereikt na een cyclus van minstens twee leerjaren van het hoger onderwijs met volledig leerplan en van het korte type, en aangevuld met het getuigschrift van bekwaamheid tot het geven van het Israëlitisch godsdienstonderwijs in de lagere graad, uitgereikt door het Centraal Israëlitisch Consistorie van België en de Opperrabbijn van België of de Rabbijn verbonden aan het Consistorie
216
c) houder van elk ander vereist bekwaamheidsbewijs dan deze die onder a) en b) bedoeld zijn en aangevuld met twaalf maanden dienst in het door de Staat georganiseerd of gesubsidieerd onderwijs, ongeacht de leeftijd vanaf welke deze diensten werden gepresteerd.De duur van deze diensten wordt berekend overeenkomstig de bepalingen van artikel 85 van het statuut dat door het koninklijk besluit van 22 maart 1969 wordt vastgesteld. Die twaalf maanden dienst in het onderwijs worden niet meegerekend voor de vaststelling van de geldelijke anciënniteit
206/2
d) houder van elk ander vereist bekwaamheidsbewijs dan deze die in a) en b) bedoeld zijn en niet aangevuld worden met de twaalf maanden dienst, waarvan sprake onder c);de wedde die in de sub b) bepaalde schaal wordt vastgesteld, wordt verminderd met het bedrag van een jaarlijkse verhoging tot de eerste dag volgend op de datum waarop de voorwaarde betreffende de twaalf maanden dienst vervuld is
--
e) houder van één van de bekwaamheidsbewijzen bedoeld in de letters a) of b) en van de master in de opvoedingswetenschappen of van de master in de psychopedagogiek of van de licentie in de opvoedingswetenschappen, of van de licentie in de wetenschappen en technieken inzake voortgezette opleiding, of van de licentie in de psychopedagogische wetenschappen, of van de licentie in de psychopedagogiek, of van de licentie in het opleidingsbeleid en psychopedagogiek, of van de licentie in het opleidingsbeleid en opleidingspraktijken
415
f) houder van het vereist bekwaamheidsbewijs of van een diploma van kleuteronderwijzer, van onderwijzer lager onderwijs, van GLSO, van een diploma van het hogere niveau, aangevuld met het GPB of het getuigschrift van middelbare technische normaalleergangen en van het vereist bekwaamheidsbewijs van het hogere niveau van de derde graad voor het gelijkwaardige ambt in het hoger secundair onderwijs bedoeld in de tabel van artikel 2 van het besluit van 14 mei 2009 houdende revalorisatie van sommige leden van het onderwijspersoneel, houder van een master, met toepassing van het akkoordprotocol van 20 juni 2008, of van dit laatste zonder pedagogisch deel
g) houder van een diploma van GHSO, vereist bekwaamheidsbewijs voor het ambt van het hoger secundair onderwijs dat gelijkwaardig is met het uitgeoefende ambt bedoeld in de tabel van artikel 2 van het besluit van 14 mei 2009 houdende revalorisatie van sommige leden van het onderwijspersoneel, houder van een master, met toepassing van het akkoordprotocol van 20 juni 2008, aangevuld met de module voor de opleiding tot de pedagogiek van het basisonderwijs bedoeld in titel II van het
decreet van 30 april 2009Relevante gevonden documenten
type
decreet
prom.
30/04/2009
pub.
30/06/2009
numac
2009029353
bron
ministerie van de franse gemeenschap
Decreet houdende uitvoering van het Protocol van akkoord van 20 juni 2008 gesloten voor de periode 2009-2010 met de representatieve vakverenigingen van de onderwijssector
sluiten houdende uitvoering van het Protocol van akkoord van 20 juni 2008 gesloten voor de periode 2009-2010 met de representatieve vakverenigingen van de onderwijssector
415
h) houder van een bekwaamheidsbewijs van het hoger secundair niveau
206/3
i) houder van een ander bekwaamheidsbewijs
206/2
Leermeester orthodoxe godsdienst :
a) die de hoedanigheid van bedienaar van de eredienst bezit
216
b) houder van het diploma van onderwijzer lager onderwijs, uitgereikt na een cyclus van minstens twee leerjaren van het hoger onderwijs met volledig leerplan en van het korte type
216
c) houder van het diploma van geaggregeerde voor het lager secundair onderwijs
216
d) houder van een ander vereist bekwaamheidsbewijs dan deze die onder a), b) en c) bedoeld zijn en aangevuld met twaalf maanden dienst in het door de Franse Gemeenschap georganiseerd of gesubsidieerd onderwijs, ongeacht de leeftijd vanaf welke deze diensten werden gepresteerd. 206/2
De duur van die diensten wordt berekend overeenkomstig de bepalingen van artikel 85 van het statuut dat door het koninklijk besluit van 22 maart 1969 wordt vastgesteld. Die twaalf maanden dienst in het onderwijs worden niet meegerekend voor de vaststelling van de geldelijke anciënniteit
e) houder van één van de bekwaamheidsbewijzen bedoeld in de letters a) tot c) en van de master in de opvoedingswetenschappen of van de master in de psychopedagogiek of van de licentie in de opvoedingswetenschappen, of van de licentie in de wetenschappen en technieken inzake voortgezette opleiding, of van de licentie in de psychopedagogische wetenschappen, of van de licentie in de psychopedagogiek, of van de licentie in het opleidingsbeleid en psychopedagogiek, of van de licentie in het opleidingsbeleid en opleidingspraktijken
415
f) houder van het vereist bekwaamheidsbewijs of van een diploma van onderwijzer kleuteronderwijs, van GLSO, van een diploma van het hogere niveau, aangevuld met het GPB of het getuigschrift van middelbare technische normaalleergangen en van het vereist bekwaamheidsbewijs van het hogere niveau van de derde graad voor het gelijkwaardige ambt in het hoger secundair onderwijs bedoeld in de tabel van artikel 2 van het besluit van 14 mei 2009 houdende revalorisatie van sommige leden van het onderwijspersoneel, houder van een master, met toepassing van het akkoordprotocol van 20 juni 2008, of van dit laatste zonder pedagogisch deel
415
g) houder van een diploma van GHSO, vereist bekwaamheidsbewijs voor het ambt van het hoger secundair onderwijs dat gelijkwaardig is met het uitgeoefende ambt bedoeld in de tabel van artikel 2 van het besluit van 14 mei 2009 houdende revalorisatie van sommige leden van het onderwijspersoneel, houder van een master, met toepassing van het akkoordprotocol van 20 juni 2008, aangevuld met de module voor de opleiding tot de pedagogiek van het basisonderwijs bedoeld in titel II van het decreet van 30 april 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/04/2009 pub. 30/06/2009 numac 2009029353 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende uitvoering van het Protocol van akkoord van 20 juni 2008 gesloten voor de periode 2009-2010 met de representatieve vakverenigingen van de onderwijssector sluiten houdende uitvoering van het Protocol van akkoord van 20 juni 2008 gesloten voor de periode 2009-2010 met de representatieve vakverenigingen van de onderwijssector
415
h) houder van een bekwaamheidsbewijs van het hoger secundair niveau
206/3
i) houder van een ander bekwaamheidsbewijs
206/2
Leermeester katholieke of protestantse godsdienst in de lagere oefenschool :
a) houder van één van de vereiste bekwaamheidsbewijzen met uitsluiting van het sub b) hierna bedoelde bekwaamheidsbewijs
207/3
b) die de hoedanigheid van bedienaar van de eredienst bezit
207/3
c) houder van een ander bekwaamheidsbewijs
207/1
d) houder van één van de bekwaamheidsbewijzen bedoeld in de letters a) en b) en van de master in de opvoedingswetenschappen of van de master in de psychopedagogiek of van de licentie in de opvoedingswetenschappen, of van de licentie in de wetenschappen en technieken inzake voortgezette opleiding, of van de licentie in de psychopedagogische wetenschappen, of van de licentie in de psychopedagogiek, of van de licentie in het opleidingsbeleid en psychopedagogiek, of van de licentie in het opleidingsbeleid en opleidingspraktijken
415
Overgangsstelsel
in dat ambt benoemd, en die op 31 maart 1972 de schaal 207/3 van de onderwijzer lager onderwijs genoot in de lagere oefenschool
Leermeester Israëlitische godsdienst in de lagere oefenschool
a) die de hoedanigheid of de waardigheid van bedienaar van de eredienst bezit :
207/3
b) houder van het diploma van onderwijzer lager onderwijs, aangevuld met het getuigschrift van bekwaamheid tot het geven van het Israëlitisch godsdienstonderwijs in de lagere graad, uitgereikt door het Centraal Israëlitisch Consistorie van België, en medeondertekend door de voorzitter van het Centraal Israëlitisch Consistorie van België en door de Opperrabbijn van België of de Rabbijn verbonden aan het Consistorie
216
c) houder van het getuigschrift joodse geschiedenis, joods denken en joodse beschaving, uitgereikt door het Instituut voor de studie van het jodendom, aangevuld met het getuigschrift van bekwaamheid tot het geven van het Israëlitisch godsdienstonderwijs in de lagere secundaire graad, uitgereikt door het Centraal Israëlitisch Consistorie van België, en medeondertekend door de voorzitter van het Centraal Israëlitisch Consistorie van België en door de Opperrabbijn van België of de Rabbijn verbonden aan het Consistorie
207/3
d) houder van het bijzonder getuigschrift in de hedendaagse Hebreeuwse taal en literatuur, uitgereikt door het Instituut voor de studie van het jodendom, aangevuld met het getuigschrift van bekwaamheid tot het geven van het Israëlitisch godsdienstonderwijs in de lagere secundaire graad, uitgereikt door het Centraal Israëlitisch Consistorie van België, en medeondertekend door de voorzitter van het Centraal Israëlitisch Consistorie van België en door de Opperrabbijn van België of de Rabbijn verbonden aan het Consistorie
207/3
e) houder van het getuigschrift Joodse geschiedenis, uitgereikt door het Instituut voor de studie van het jodendom, aangevuld met het getuigschrift van bekwaamheid tot het geven van het Israëlitisch godsdienstonderwijs in de lagere secundaire graad, uitgereikt door het Centraal Israëlitisch Consistorie van België, en medeondertekend door de voorzitter van het Centraal Israëlitisch Consistorie van België en door de Opperrabbijn van België of de Rabbijn verbonden aan het Consistorie
207/3
f) houder van het getuigschrift Joods denken en Joodse beschaving, uitgereikt door het Instituut voor de studie van het jodendom, aangevuld met het getuigschrift van bekwaamheid tot het geven van het Israëlitisch godsdienstonderwijs in de lagere secundaire graad, uitgereikt door het Centraal Israëlitisch Consistorie van België, en medeondertekend door de voorzitter van het Centraal Israëlitisch Consistorie van België en door de Opperrabbijn van België of de Rabbijn verbonden aan het Consistorie
207/3
g) houder van het getuigschrift van bekwaamheid tot het geven van het Israëlitisch godsdienstonderwijs in de lagere graad, uitgereikt door het Centraal Israëlitisch Consistorie van België, en medeondertekend door de voorzitter van het Centraal Israëlitisch Consistorie van België en door de Opperrabbijn van België of de Rabbijn verbonden aan het Consistorie
206/2
h) houder van één van de bekwaamheidsbewijzen bedoeld in de letters a) tot f) en van de master in de opvoedingswetenschappen of van de master in de psychopedagogiek of van de licentie in de opvoedingswetenschappen, of van de licentie in de wetenschappen en technieken inzake voortgezette opleiding, of van de licentie in de psychopedagogische wetenschappen, of van de licentie in de psychopedagogiek, of van de licentie in het opleidingsbeleid en psychopedagogiek, of van de licentie in het opleidingsbeleid en opleidingspraktijken
415
Leermeester islamitische godsdienst
a) houder van het diploma van onderwijzer lager onderwijs, uitgereikt na een cyclus van minstens twee leerjaren van het hoger onderwijs met volledig leerplan en van het korte type, en aangevuld met het getuigschrift van bekwaamheid tot het geven van het islamitisch godsdienstonderwijs, erkend of uitgereikt door de pedagogische commissie van de Executieve van de Moslims van België
216
b) houder van elk ander diploma van onderwijzer lager onderwijs dan het diploma dat onder a) bedoeld is, aangevuld met een getuigschrift of een diploma van bekwaamheid tot het geven van het islamitisch godsdienstonderwijs, erkend of uitgereikt door de pedagogische commissie van de Executieve van de Moslims van België, en aangevuld met twaalf maanden dienst in het door de Franse Gemeenschap georganiseerd of gesubsidieerd onderwijs, ongeacht de leeftijd vanaf welke deze diensten werden gepresteerd.De duur van deze diensten wordt berekend overeenkomstig de bepalingen van artikel 85 van het statuut dat door het koninklijk besluit van 22 maart 1969 wordt vastgesteld. Die twaalf maanden dienst in het onderwijs worden niet meegerekend voor de vaststelling van de geldelijke anciënniteit
c) houder van het diploma van onderwijzer lager onderwijs, anders dan het diploma dat sub a) bedoeld is, aangevuld met een getuigschrift of een diploma van bekwaamheid tot het geven van het islamitisch godsdienstonderwijs, erkend of uitgereikt door de pedagogische commissie van de Executieve van de Moslims van België, maar niet aangevuld met de twaalf maanden dienst, waarvan sprake onder b);de wedde die in de sub b) bepaalde schaal wordt vastgesteld, wordt verminderd met het bedrag van een jaarlijkse verhoging tot de eerste dag volgend op de datum waarop de voorwaarde betreffende de twaalf maanden dienst vervuld is
d) houder van één van de bekwaamheidsbewijzen bedoeld in de letters a) of b) en van de master in de opvoedingswetenschappen of van de master in de psychopedagogiek of van de licentie in de opvoedingswetenschappen, of van de licentie in de wetenschappen en technieken inzake voortgezette opleiding, of van de licentie in de psychopedagogische wetenschappen, of van de licentie in de psychopedagogiek, of van de licentie in het opleidingsbeleid en psychopedagogiek, of van de licentie in het opleidingsbeleid en de opleidingspraktijken
415
e) houder van het vereist bekwaamheidsbewijs of van een diploma van onderwijzer kleuteronderwijs, van GLSO, van een diploma van het hogere niveau, aangevuld met het GPB of het getuigschrift van middelbare technische normaalleergangen en van het vereist bekwaamheidsbewijs van het hogere niveau van de derde graad voor het gelijkwaardige ambt in het hoger secundair onderwijs bedoeld in de tabel van artikel 2 van het besluit van 14 mei 2009 houdende revalorisatie van sommige leden van het onderwijspersoneel, houder van een master, met toepassing van het akkoordprotocol van 20 juni 2008, of van dit laatste zonder pedagogisch deel
415
f) houder van een diploma van GHSO, vereist bekwaamheidsbewijs voor het ambt van het hoger secundair onderwijs dat gelijkwaardig is met het uitgeoefende ambt bedoeld in de tabel van artikel 2 van het besluit van 14 mei 2009 houdende revalorisatie van sommige leden van het onderwijspersoneel, houder van een master, met toepassing van het akkoordprotocol van 20 juni 2008, aangevuld met de module voor de opleiding tot de pedagogiek van het basisonderwijs bedoeld in titel II van het decreet van 30 april 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/04/2009 pub. 30/06/2009 numac 2009029353 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende uitvoering van het Protocol van akkoord van 20 juni 2008 gesloten voor de periode 2009-2010 met de representatieve vakverenigingen van de onderwijssector sluiten houdende uitvoering van het Protocol van akkoord van 20 juni 2008 gesloten voor de periode 2009-2010 met de representatieve vakverenigingen van de onderwijssector
415
g) houder van een bekwaamheidsbewijs van het hoger secundair niveau
206/3
h) houder van een ander bekwaamheidsbewijs
206/2".
Art. 8.In artikel 2, hoofdstuk C, van het voormelde koninklijk besluit van 27 juni 1974, worden de volgende bepalingen opgeheven :
"Leraar katholieke, protestantse of orthodoxe godsdienst :
a) houder van een vereist bekwaamheidsbewijs
216
b) houder van een diploma van kleuteronderwijzer, onderwijzer lager onderwijs, van geaggregeerde lager secundair onderwijs, anders dan het vereiste bekwaamheidsbewijs, of van geaggregeerde hoger secundair onderwijs
216
c) houder van een ander diploma van het hoger onderwijs dan deze die hierboven bedoeld zijn, aangevuld met het getuigschrift pedagogische bekwaamheid of het getuigschrift middelbare technische normaalleergangen
216
d) houder van één van de bekwaamheidsbewijzen bedoeld in de letters a) tot c) en van de master in de opvoedingswetenschappen of van de master in de psychopedagogiek of van de licentie in de opvoedingswetenschappen, of van de licentie in de wetenschappen en technieken inzake voortgezette opleiding, of van de licentie in de psychopedagogische wetenschappen, of van de licentie in de psychopedagogiek, of van de licentie in het opleidingsbeleid en psychopedagogiek, of van de licentie in het opleidingsbeleid en de opleidingspraktijken
415
e) houder van het vereist bekwaamheidsbewijs of van een diploma van kleuteronderwijzer, van onderwijzer lager onderwijs, van GLSO, van een diploma van het hogere niveau, aangevuld met het GPB of het getuigschrift van middelbare technische normaalleergangen en van het vereist bekwaamheidsbewijs van het hogere niveau van de derde graad voor het gelijkwaardige ambt in het hoger secundair onderwijs bedoeld in de tabel van artikel 2 van het besluit van 14 mei 2009 houdende revalorisatie van sommige leden van het onderwijspersoneel, houder van een master, met toepassing van het akkoordprotocol van 20 juni 2008, of van dit laatste zonder pedagogisch deel
415
f) houder van een diploma van GHSO, vereist bekwaamheidsbewijs voor het ambt van het hoger secundair onderwijs dat gelijkwaardig is met het uitgeoefende ambt bedoeld in de tabel van artikel 2 van het besluit van 14 mei 2009 houdende revalorisatie van sommige leden van het onderwijspersoneel, houder van een master, met toepassing van het akkoordprotocol van 20 juni 2008, aangevuld met de module voor de opleiding tot de pedagogiek van het lager secundair onderwijs bedoeld in titel II van het decreet van 30 april 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/04/2009 pub. 30/06/2009 numac 2009029353 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende uitvoering van het Protocol van akkoord van 20 juni 2008 gesloten voor de periode 2009-2010 met de representatieve vakverenigingen van de onderwijssector sluiten houdende uitvoering van het Protocol van akkoord van 20 juni 2008 gesloten voor de periode 2009-2010 met de representatieve vakverenigingen van de onderwijssector
415
g) houder van een bekwaamheidsbewijs van het hoger secundair niveau
206/3
h) houder van elk ander bekwaamheidsbewijs
206/2
Overgangsstelsel
a) in dat ambt benoemd, houder van een ander bekwaamheidsbewijs dan dat van geaggregeerde lager secundair onderwijs, die op 31 maart 1972 de schaal van geaggregeerde lager secundair onderwijs genoot
216
b) in dat ambt benoemd, die op 31 maart 1972 de schaal van onderwijzer lager onderwijs genoot
216
c) die de hoedanigheid van bedienaar van de eredienst geniet, en die op 31 maart 1972 de schaal 145.400 genoot, verhoogd met 4 procent na vier jaar in aanmerking komende diensten, en met 15 procent na vijftien jaar in aanmerking komende diensten :
-- indien hij, op 1 januari 1973, niet in een gemeenschap leefde in de zin van artikel 30 van de wet van 29 mei 1959 tot wijziging van sommige bepalingen van de onderwijswetgeving, zoals het bij de wet van 11 juli 1973 werd gewijzigd, of indien hij twintig jaar dienst of meer in het onderwijs telt
240
-- indien hij, op 1 januari 1973, in een gemeenschap leefde in de zin van het voormelde artikel 30, en geen twintig jaar dienst in het onderwijs telt
290
d) in dat ambt benoemd, en die op 31 mei 1998 de schaal genoot die aan de geaggregeerde voor het secundair onderwijs van de hogere graad toegekend was
415
Leraar Israëlitische godsdienst :
a) houder van een ander vereist bekwaamheidsbewijs dan het bewijs dat sub d) bedoeld is
216
b) houder van een diploma van kleuteronderwijzer, onderwijzer lager onderwijs, geaggregeerde lager secundair onderwijs of geaggregeerde hoger secundair onderwijs
216
c) houder van een ander diploma van het hoger onderwijs dan deze die hierboven bedoeld zijn, aangevuld met het getuigschrift van pedagogische bekwaamheid of met het getuigschrift van middelbare technische normaalleergangen
216
d) houder van het getuigschrift van bekwaamheid tot het geven van het Israëlitisch godsdienstonderwijs in de lagere graad, uitgereikt door het Centraal Israëlitisch Consistorie van België, en medeondertekend door de voorzitter van het Centraal Israëlitisch Consistorie van België en door de Opperrabbijn van België of de Rabbijn verbonden aan het Consistorie
206/3
e) houder van één van de bekwaamheidsbewijzen bedoeld in de letters a) tot c) en van de master in de opvoedingswetenschappen of van de master in de psychopedagogiek of van de licentie in de opvoedingswetenschappen, of van de licentie in de wetenschappen en technieken inzake voortgezette opleiding, of van de licentie in de psychopedagogische wetenschappen, of van de licentie in de psychopedagogiek, of van de licentie in het opleidingsbeleid en psychopedagogiek, of van de licentie in het opleidingsbeleid en opleidingspraktijken
415
f) houder van het vereist bekwaamheidsbewijs of van een diploma van kleuteronderwijzer, onderwijzer lager onderwijzer, van GLSO, van een diploma van het hogere niveau, aangevuld met het GPB of het getuigschrift van middelbare technische normaalleergangen en van het vereist bekwaamheidsbewijs van het hogere niveau van de derde graad voor het gelijkwaardige ambt in het hoger secundair onderwijs bedoeld in de tabel van artikel 2 van het besluit van 14 mei 2009 houdende revalorisatie van sommige leden van het onderwijspersoneel, houder van een master, met toepassing van het akkoordprotocol van 20 juni 2008, of van dit laatste zonder pedagogisch deel
415
g) houder van een diploma van GHSO, vereist bekwaamheidsbewijs voor het ambt van het hoger secundair onderwijs dat gelijkwaardig is met het uitgeoefende ambt bedoeld in de tabel van artikel 2 van het besluit van 14 mei 2009 houdende revalorisatie van sommige leden van het onderwijspersoneel, houder van een master, met toepassing van het akkoordprotocol van 20 juni 2008, aangevuld met de module voor de opleiding tot de pedagogiek van het lager secundair onderwijs bedoeld in titel II van het decreet van 30 april 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/04/2009 pub. 30/06/2009 numac 2009029353 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende uitvoering van het Protocol van akkoord van 20 juni 2008 gesloten voor de periode 2009-2010 met de representatieve vakverenigingen van de onderwijssector sluiten houdende uitvoering van het Protocol van akkoord van 20 juni 2008 gesloten voor de periode 2009-2010 met de representatieve vakverenigingen van de onderwijssector
415
h) houder van een bekwaamheidsbewijs van het hoger secundair niveau
206/3
i) houder van elk ander bekwaamheidsbewijs
206/2
Overgangsstelsel
415
-- in dat ambt benoemd en die, op 31 mei 1998, de schaal genoot die aan de geaggregeerde voor het hoger secundair onderwijs toegekend is
Leraar islamitische godsdienst :
a) houder van het diploma van licentiaat islamitische theologie, uitgereikt door een universiteit, een instituut of een faculteit voor islamitische theologie, aangevuld met een pedagogisch getuigschrift of diploma, erkend of uitgereikt door de pedagogische commissie van de Executieve van de Moslims van België
216
b) houder van het diploma van geaggregeerde voor het lager secundair onderwijs, aangevuld met een getuigschrift of een diploma van bekwaamheid tot het geven van het islamitisch godsdienstonderwijs, erkend of uitgereikt door de pedagogische commissie van de Executieve van de Moslims van België
216
c) houder van het diploma van kandidaat, uitgereikt na minstens twee leerjaren door een universiteit, een universitair centrum, een instituut of een hogeschool in België, aangevuld met een getuigschrift of een diploma van bekwaamheid tot het geven van het islamitische godsdientonderwijs en met een getuigschrift of een diploma van pedagogische bekwaamheid, erkend of uitgereikt door de pedagogische commissie van de Executieve van de Moslims van België
216
d) houder van het diploma van gegradueerde, aangevuld met een getuigschrift of een diploma van bekwaamheid tot het geven van het islamitische godsdientonderwijs en met een getuigschrift of een diploma van pedagogische bekwaamheid, erkend of uitgereikt door de pedagogische commissie van de Executieve van de Moslims van België
216
e) houder van een diploma van kleuteronderwijzer, onderwijzer lager onderwijs, geaggregeerde lager secundair onderwijs of geaggregeerde hoger secundair onderwijs
216
f) houder van een ander diploma van het hoger onderwijs dan deze die hierboven bedoeld zijn en aangevuld met het getuigschrift van pedagogische bekwaamheid of met het getuigschrift van middelbare technische normaalleergangen
216
g) houder van één van de bekwaamheidsbewijzen bedoeld in de letters a) tot f) en van de master in de opvoedingswetenschappen of van de master in de psychopedagogiek of van de licentie in de opvoedingswetenschappen, of van de licentie in de wetenschappen en technieken inzake voortgezette opleiding, of van de licentie in de psychopedagogische wetenschappen, of van de licentie in de psychopedagogiek, of van de licentie in het opleidingsbeleid en psychopedagogiek, of van de licentie in het opleidingsbeleid en opleidingspraktijken
415
h) houder van het vereist bekwaamheidsbewijs of van een diploma van kleuteronderwijzer, onderwijzer lager onderwijzer, van GLSO, van een diploma van het hogere niveau, aangevuld met het GPB of het getuigschrift van middelbare technische normaalleergangen en van het vereist bekwaamheidsbewijs van het hogere niveau van de derde graad voor het gelijkwaardige ambt in het hoger secundair onderwijs bedoeld in de tabel van artikel 2 van het besluit van 14 mei 2009 houdende revalorisatie van sommige leden van het onderwijspersoneel, houder van een master, met toepassing van het akkoordprotocol van 20 juni 2008, of van dit laatste zonder pedagogisch deel
415
i) houder van een diploma van GHSO, vereist bekwaamheidsbewijs voor het ambt van het hoger secundair onderwijs dat gelijkwaardig is met het uitgeoefende ambt bedoeld in de tabel van artikel 2 van het besluit van 14 mei 2009 houdende revalorisatie van sommige leden van het onderwijspersoneel, houder van een master, met toepassing van het akkoordprotocol van 20 juni 2008, aangevuld met de module voor de opleiding tot de pedagogiek van het lager secundair onderwijs bedoeld in titel II van het decreet van 30 april 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 30/04/2009 pub. 30/06/2009 numac 2009029353 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende uitvoering van het Protocol van akkoord van 20 juni 2008 gesloten voor de periode 2009-2010 met de representatieve vakverenigingen van de onderwijssector sluiten houdende uitvoering van het Protocol van akkoord van 20 juni 2008 gesloten voor de periode 2009-2010 met de representatieve vakverenigingen van de onderwijssector
415
j) houder van een bekwaamheidsbewijs van het hoger secundair niveau
206/3
k) houder van elk ander bekwaamheidsbewijs". 206/2"
Art. 9.In artikel 2, hoofdstuk D, van het voormelde koninklijk besluit van 27 juni 1974, worden de volgende bepalingen opgeheven :
"Leraar katholieke of protestantse godsdienst
415
a) houder van het diploma van geaggregeerde hoger secundair onderwijs
415
b) houder van het diploma van licentiaat
411
c) die de hoedanigheid van bedienaar van de eredienst bezit :
-- indien hij, op 1 januari 1973, niet in een gemeenschap leefde in de zin van artikel 30 van de wet van 29 mei 1959 tot wijziging van sommige bepalingen van de onderwijswetgeving, zoals het bij de wet van 11 juli 1973 werd gewijzigd, of indien hij twintig jaar dienst of meer in het onderwijs telt
415
-- indien hij, op 1 januari 1973, in een gemeenschap leefde in de zin van het voormelde artikel 30, en geen twintig jaar dienst in het onderwijs telt
495
d) houder van elk ander vereist bekwaamheidsbewijs dan deze die sub a), b), c) bedoeld zijn
245
e) houder van een diploma van geaggregeerde lager secundair onderwijs
245
Overgangsstelsel
a) in dat ambt benoemd, houder van een ander bekwaamheidsbewijs dan dat van geaggregeerde hoger secundair onderwijs, die op 31 maart 1972, de schaal genoot die aan de geaggregeerde hoger secundair onderwijs toegekend was
415
b) in dat ambt benoemd, houder van een ander bekwaamheidsbewijs dan dat van geaggregeerde lager secundair onderwijs, die op 31 maart 1972, de schaal genoot die aan de geaggregeerde lager secundair onderwijs toegekend was
216
c) in dat ambt benoemd, en die, op 31 maart 1972, de schaal genoot die aan de onderwijzer lager onderwijs toegekend was :
-- indien hij houder is van het diploma van onderwijzer lager onderwijs of van een bekwaamheidsbewijs van het hoger secundair niveau, en indien hij uiterlijk op 31 december 1962 in het ambt is getreden
206/3
-- indien hij geen houder is van het diploma van onderwijzer lager onderwijs of van een bekwaamheidsbewijs van het hoger secundair niveau
206/2
-- indien hij na 31 december 1962 in zijn ambt is getreden
206/2
d) in dat ambt benoemd, houder van een universitair diploma en die op 31 maart 1972, zijn ambt in een school voor hoger secundair beroepsonderwijs uitoefende
412
Leraar Israëlitische godsdienst :
a) die de hoedanigheid van rabbijn bezit
415
b) die de hoedanigheid of de waardigheid van bedienaar van de eredienst bezit
415
c) master joodse geschiedenis, joods denken en joodse beschaving, uitgereikt door de ULB, aangevuld met het getuigschrift van bekwaamheid tot het geven van het Israëlitisch godsdienstonderwijs in de hogere secundaire graad, uitgereikt door het Centraal Israëlitisch Consistorie van België, en medeondertekend door de voorzitter van het Centraal Israëlitisch Consistorie van België en door de Opperrabbijn van België of de Rabbijn verbonden aan het Consistorie
415
d) houder van de speciale licentie joodse geschiedenis, joods denken en joodse beschaving, uitgereikt door de U.L.B., aangevuld met het getuigschrift van bekwaamheid tot het geven van het Israëlitisch godsdienstonderwijs in de hogere secundaire graad, uitgereikt door het Centraal Israëlitisch Consistorie van België, en medeondertekend door de voorzitter van het Centraal Israëlitisch Consistorie van België en door de Opperrabbijn van België of de Rabbijn verbonden aan het Consistorie
e) houder van de licentie, uitgereikt door een Belgische of buitenlandse Universiteit, aangevuld met het getuigschrift van bekwaamheid tot het geven van het Israëlitisch godsdienstonderwijs in de hogere secundaire graad, uitgereikt door het Centraal Israëlitisch Consistorie van België, en medeondertekend door de voorzitter van het Centraal Israëlitisch Consistorie van België, door de Opperrabbijn van België of de Rabbijn verbonden aan het Consistorie
415
f) houder van het diploma uitgereikt door een talmoedische school (Yeshiva) of een Belgisch of buitenlands seminarie voor Israëlitisch godsdienstonderwijs, aangevuld met het getuigschrift van bekwaamheid tot het geven van het Israëlitisch godsdienstonderwijs in de hogere secundaire graad, uitgereikt door het Centraal Israëlitisch Consistorie van België, en medeondertekend door de voorzitter van het Centraal Israëlitisch Consistorie van België en door de Opperrabbijn van België of de Rabbijn verbonden aan het Consistorie
415
g) houder van het hoger diploma joodse geschiedenis, joods denken en joodse beschaving, uitgereikt door het Instituut voor de studie van het jodendom, aangevuld met het getuigschrift van bekwaamheid tot het geven van het Israëlitisch godsdienstonderwijs in de hogere secundaire graad, uitgereikt door het Centraal Israëlitisch Consistorie van België, en medeondertekend door de voorzitter van het Centraal Israëlitisch Consistorie van België en door de Opperrabbijn van België of de Rabbijn verbonden aan het Consistorie
245
h) houder van het getuigschrift joodse geschiedenis, joods denken en joodse beschaving, uitgereikt door het Instituut voor de studie van het jodendom, aangevuld met het getuigschrift van bekwaamheid tot het geven van het Israëlitisch godsdienstonderwijs in de hogere secundaire graad, uitgereikt door het Centraal Israëlitisch Consistorie van België, en medeondertekend door de voorzitter van het Centraal Israëlitisch Consistorie van België en door de Opperrabbijn van België of de Rabbijn verbonden aan het Consistorie
245
i) houder van het bijzonder getuigschrift in de hedendaagse Hebreeuwse taal en literatuur, uitgereikt door het Instituut voor de studie van het jodendom, aangevuld met het getuigschrift van bekwaamheid tot het geven van het Israëlitisch godsdienstonderwijs in de lagere secundaire graad, uitgereikt door het Centraal Israëlitisch Consistorie van België, en medeondertekend door de voorzitter van het Centraal Israëlitisch Consistorie van België en door de Opperrabbijn van België of de Rabbijn verbonden aan het Consistorie
245
j) houder van het getuigschrift van bekwaamheid tot het geven van het Israëlitisch godsdienstonderwijs in de hogere secundaire graad, uitgereikt door het Centraal Israëlitisch Consistorie van België, en medeondertekend door de voorzitter van het Centraal Israëlitisch Consistorie van België en door de Opperrabbijn van België of de Rabbijn verbonden aan het Consistorie
206/2
Leraar orthodoxe godsdienst :
a) die de hoedanigheid van bedienaar van de eredienst heeft
415
b) die houder is van een diploma van geaggregeerde hoger secundair onderwijs
415
c) houder van een diploma van licentiaat
411
d) houder van elk ander vereist bekwaamheidsbewijs
245
Leraar islamitische godsdienst :
a) houder van het diploma van geaggregeerde hoger secundair onderwijs, aangevuld met een getuigschrift of een diploma van bekwaamheid tot het geven van het islamitisch godsdienstonderwijs, erkend of uitgereikt door de pedagogische commissie van de Executieve van de Moslims van België
415
b) houder van het diploma van licentiaat islamitische theologie, uitgereikt door een universiteit, een instituut of een faculteit voor islamitische theologie, aangevuld met een pedagogisch getuigschrift of diploma, erkend of uitgereikt door de pedagogische commissie van de Executieve van de Moslims van België
411
c) houder van het diploma van licentiaat, uitgereikt na minstens vier leerjaren door een universiteit, een universitair centrum, een instituut of een hogeschool in België of in het buitenland, aangevuld met een getuigschrift of een diploma van bekwaamheid tot het geven van het islamitische godsdientonderwijs en met een getuigschrift of een diploma van pedagogische bekwaamheid, erkend of uitgereikt door de pedagogische commissie van de Executieve van de Moslims van België
411
d) houder van het diploma van licentiaat in de pedagogie, licentiaat in de psychologische wetenschappen en licentiaat in de opvoedingswetenschappen, aangevuld met een getuigschrift of diploma van bekwaamheid tot het geven van het islamitische godsdienstonderwijs, erkend of uitgereikt door de pedagogische commissie van de Executieve van de Moslims van België
411
e) houder van het diploma van geaggregeerde secundair onderwijs van de lagere graad"
245"
Art.10. In artikel 2 van het koninklijk besluit van 9 november 1978 tot vaststelling op 1 april 1972 van de weddeschalen van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de rijksinrichtingen voor kunstonderwijs met volledig leerplan, ressorterend onder de Minister van Nederlandse Cultuur en de Minister van Franse Cultuur, alsmede van de personeelsleden van de inspectiedienst belast met het toezicht op de inrichtingen voor kunstonderwijs, worden de woorden "Leraar godsdienst : 19 lestijden per week : a) Die de hoedanigheid van bedienaar van de eredienst bezit : 495; b) houder van een bekwaamheidsbewijs van het hogere niveau van de derde graad : 415; c) houder van een bekwaamheidsbewijs van het hogere niveau van de tweede graad : 340; d) houder van andere bekwaamheidsbewijzen : 245." vervangen door de woorden "Leraar godsdienst : 19 lestijden per week : de bekwaamheidsbewijzen en barema's worden bepaald in bijlage 2 bij het
besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 5 juni 2014Relevante gevonden documenten
type
besluit van de regering van de franse gemeenschap
prom.
05/06/2014
pub.
27/10/2014
numac
2014029590
bron
ministerie van de franse gemeenschap
Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende wijziging van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 16 februari 2012 tot aanstelling van de leden van de werkgroepen belast met het opmaken van een gemeenschappelijke externe proef in de wetenschappen op het einde van de derde fase van het pedagogische continuüm, voor de schooljaren 2012-2013, 2013-2014 en 2014-2015
sluiten betreffende de ambten, bekwaamheidsbewijzen en barema's tot uitvoering van de artikelen 7, 16, 50 en 263 van het
decreet van 11 april 2014Relevante gevonden documenten
type
decreet
prom.
11/04/2014
pub.
10/10/2014
numac
2014029467
bron
ministerie van de franse gemeenschap
Decreet tot regeling van de bekwaamheidsbewijzen en ambten in het door de Franse Gemeenschap georganiseerde en gesubsidieerde basis- en secundair onderwijs
sluiten tot regeling van de bekwaamheidsbewijzen en ambten in het door de Franse Gemeenschap georganiseerde of gesubsidieerde basis- en secundair onderwijs.".
Art. 11.Dit besluit treedt in werking voor het begin van het schooljaar 2016-2017.
Art. 12.De Ministers bevoegd voor het leerplichtonderwijs en het onderwijs voor sociale promotie worden belast met de uitoefening van dit besluit.
Brussel, 24 augustus 2016.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Onderwijs, M.-M. SCHYNS De Minister van Onderwijs voor Sociale Promotie, Jeugd, Rechten van de Vrouw en Gelijke Kansen, I. SIMONIS