gepubliceerd op 04 februari 2014
Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende de opdrachten, de samenstelling, de werking en de vergoedingen toegekend aan de leden van de thematische afdeling van de Gemeenschapsraad voor hulpverlening aan de jeugd voor de gezinsopvang
21 NOVEMBER 2013. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende de opdrachten, de samenstelling, de werking en de vergoedingen toegekend aan de leden van de thematische afdeling van de Gemeenschapsraad voor hulpverlening aan de jeugd voor de gezinsopvang
De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet van 4 maart 1991 betreffende de hulpverlening aan de jeugd, inzonderheid op artikel 29bis, ingevoegd bij het decreet van 29 november 2012;
Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 26 mei 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de regering van de franse gemeenschap prom. 26/05/2008 pub. 19/06/2008 numac 2008029317 bron ministerie van de franse gemeenschap Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot aanstelling van de leden en van de voorzitter van de Sectorraad voor de gezinsopvang sluiten tot aanstelling van de leden en van de voorzitter van de Sectorraad voor de gezinsopvang;
Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 8 maart 2010Relevante gevonden documenten type besluit van de regering van de franse gemeenschap prom. 08/03/2010 pub. 20/04/2010 numac 2010029206 bron ministerie van de franse gemeenschap Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Sectorraad voor de gezinsopvang sluiten tot goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Sectorraad voor de gezinsopvang;
Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 10 november 2010Relevante gevonden documenten type besluit van de regering van de franse gemeenschap prom. 10/11/2010 pub. 11/01/2011 numac 2010029680 bron ministerie van de franse gemeenschap Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende de vergoedingen toegekend aan de leden van de Sectorraad voor de gezinsopvang sluiten betreffende de vergoedingen toegekend aan de leden van de Sectorraad voor de gezinsopvang;
Gelet op het advies nr. 128 van de Gemeenschapsraad voor hulpverlening aan de jeugd, gegeven op 17 juni 2013;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 10 september 2013;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 19 september 2013;
Gelet op het advies 54.229/4 van de Raad van State, gegeven op 23 oktober 2013, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Gelet op de oprichting, binnen de Gemeenschapsraad voor hulpverlening aan de jeugd, van een thematische afdeling betreffende de gezinsopvang, bij artikel 29bis, tweede lid, van het decreet van 4 maart 1991 betreffende de hulpverlening aan de jeugd;
Dat, overeenkomstig artikel 29bis, vierde lid, van het decreet, de opdrachten, de samenstelling, de werking en de vergoedingen toegekend aan de leden van de thematische afdelingen bepaald moeten worden;
Overwegende dat een optimale samenwerking tussen deze thematische afdeling en de gemeenschapsraad aangemoedigd moet worden;
Op de voordracht van de Minister van Jeugd;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.De thematische afdeling van de gemeenschapsraad voor hulpverlening aan de jeugd voor de gezinsopvang, hierna "de afdeling" genoemd, heeft als opdracht : 1° luisteren naar de opvangouders, de peetgezinnen, de ouders waarvan het kind opgevangen wordt of dat onder hun bescherming staat, alsook de jongeren die opgevangen worden of die onder hun bescherming staan om hun advies en hun leven te kennen wat betreft de maatregel inzake de gezinsopvang;2° bijdragen tot de promotie van de gezinsopvang;3° op eigen initiatief of op aanvraag van de Minister of van de Gemeenschapsraad adviezen en voorstellen inzake gezinsopvang formuleren, met uitsluiting van het onderzoek van de individuele gevallen en de bijzondere situaties van de diensten. Deze adviezen en voorstellen hebben inzonderheid betrekking op : 1° de coherentie en de harmonisatie van de pedagogische praktijken en benaderingen inzake gezinsopvang;2° de promotie van de gezinsopvang;3° de bijzonderheden van de gezinsopvang binnen de hulpverlening aan de jeugd;4° de administratieve en wettelijke referentiesystemen inzake gezinsopvang.
Art. 2.§ 1. Voor de uitvoering van de opdracht bedoeld in artikel 1, § 1, 2° ontwikkelt de afdeling elk jaar een actieplan met als doel de sensibilisatie voor de gezinsopvang en de aanwerving van kandidaat-opvangouders.
Uiterlijk op 1 december van elk jaar informeert de Minister de afdeling over de beschikbare jaarlijkse middelen voor de uitvoering van het actieplan. § 2. Uiterlijk op 31 januari bezorgt de afdeling de Minister en het bevoegde bestuur haar voorstel van het actieplan. Dit plan bepaalt de duur van de uitvoering van elke actie waaruit het bestaat alsook de begroting die voorgesteld wordt voor elke actie. § 3. Uiterlijk op 31 maart keurt de Minister het actieplan van de afdeling goed en informeert de afdeling en de promotoren van de beslissingen hierover.
In het geval dat het actieplan niet goedgekeurd wordt, deelt de Minister zijn beslissing mee aan de afdeling. De afdeling bezorgt een gewijzigd voorstel van het actieplan binnen een termijn van dertig dagen volgend op de mededeling van de Minister. De Minister keurt het gewijzigd actieplan van de afdeling goed en informeert de afdeling en de promotoren hierover.
Art. 3.De afdeling stelt elk jaar een evaluatieverslag van haar actieplan op, dat ze aan de Minister, het bevoegde bestuur en de Gemeenschapsraad bezorgt.
Art. 4.De afdeling brengt het advies uit binnen een termijn van negentig dag, dat gevraagd wordt door de Minister of de Gemeenschapsraad overeenkomstig artikel 1, eerste lid, 3°. Deze termijn begint te lopen bij de ontvangst van de aanvraag om advies door het secretariaat van de afdeling. Na deze termijn wordt het advies niet meer vereist. Deze termijn is nochtans geschorst tijdens de maanden juli en augustus.
Art. 5.§ 1. De afdeling is samengesteld uit de volgende stemgerechtigde leden die benoemd worden door de Regering voor een mandaat van 6 jaar : 1° evenveel vertegenwoordigers van de erkende diensten als het type van begeleidingen in gezinsopvang, gekozen op de dubbele lijsten van kandidaten voorgesteld door elke federatie die ten minste een erkende dienst verenigt voor het type van begeleiding door de erkende diensten die iedereen zal vertegenwoordigen;2° een jeugdmagistraat gekozen op een dubbele lijst van kandidaten voorgesteld door de "Union francophone des magistrats de la jeunesse";3° een vertegenwoordiger van de adviseurs van de hulpverlening aan de jeugd gekozen op een dubbele lijst van kandidaten die collegiaal door de adviseurs voorgesteld wordt;4° een vertegenwoordiger van de directeurs van de hulpverlening aan de jeugd gekozen op een dubbele lijst van de kandidaten die collegiaal door de directeurs voorgesteld wordt;5° een vertegenwoordiger van de afgevaardigden van de diensten voor hulpverlening aan de jeugd gekozen op een dubbele lijst van kandidaten die collegiaal door de afgevaardigden van de diensten voor hulpverlening aan de jeugd voorgesteld wordt;6° een vertegenwoordiger van de afgevaardigden van de diensten voor gerechtelijke bescherming gekozen op een dubbele lijst van kandidaten die collegiaal door de afgevaardigden van de diensten voor gerechtelijke bescherming voorgesteld wordt;7° een advocaat gespecialiseerd in het jeugdrecht gekozen op een dubbele lijst van kandidaten die door Orde van de Frans- en Duitstalige balies van België voorgesteld wordt;8° een vertegenwoordiger van de erkende diensten voor opvang en opvoedingshulp;9° een vertegenwoordiger van de diensten voor gespecialiseerde hulp bij kinderopvang. § 2. Nemen deel aan de afdeling met een raadgevende stem : 1° een vertegenwoordiger van de Minister;2° twee vertegenwoordigers van het bevoegde bestuur waarvan één deel uitmaakt van de dienst voor de pedagogische inspectie;3° de algemeen afgevaardigde of zijn vertegenwoordiger;4° een vertegenwoordiger van de centrale autoriteit van de Gemeenschap inzake adoptie;5° een licentiaat of een titularis van een master in klinische psychologie of een doctor in geneeskunde of in geneeskunde gespecialiseerd in psychiatrie met het bewijs van een bekwaamheid of een beroepservaring inzake hulp en bescherming van de jeugd, gekozen op basis van de resultaten van een openbare oproep tot kandidaten. De Regering benoemt voor elke stemgerechtigd lid een plaatsvervangend lid volgens dezelfde nadere regels als voor de stemgerechtigde leden.
Wanneer het mandaat van een werkend of een plaatsvervangend lid vóór het verstrijken van de voorziene termijn eindigt, voorziet de Regering in de benoeming van een nieuw lid zo vlug mogelijk en volgens dezelfde nadere regels als deze voorzien in artikel 5, § 1. Zijn mandaat loopt ten einde tegelijkertijd met dat van de andere leden van de afdeling. § 3. Voor de toepassing van artikel 5, § 1, 1°, kan elke federatie slechts één werkende kandidaat en één plaatsvervangende kandidaat per erkende dienst voorstellen.
Art. 6.De Regering stelt de voorzitter van de afdeling aan, onder de stemgerechtigde leden.
De Voorzitter : 1° bereidt de vergaderingen van de afdeling voor;2° zorgt voor de externe vertegenwoordiging van de afdeling met inbegrip van de vertegenwoordiging binnen de Gemeenschapsraad;3° zorgt voor de bezorging van adviezen en voorstellen van de afdeling aan de Minister en aan de Gemeenschapsraad;4° nodigt, indien nodig, elke persoon uit, die de afdeling uitleg kan geven over het bijzonder aspect van de agenda.
Art. 7.De afdeling heeft haar zetel in het bevoegde bestuur. Ze komt bijeen bij een oproep van de Voorzitter. Het secretariaat van de afdeling en de bewaring van het archief worden waargenomen door het bevoegde bestuur. De notulen worden voor elke vergadering opgemaakt.
Binnen de twee maanden na haar oprichting stelt de afdeling haar huishoudelijk reglement vast dat ze ter goedkeuring aan de Minister voorstelt.
De afdeling is ertoe gehouden een activiteitenverslag om de drie jaar op te stellen. Dit verslag wordt bezorgd aan de gemeenschapsraad die op zijn beurt het verslag aan de Minister moet sturen. De Minister bezorgt het verslag aan het Parlement.
Art. 8.De voorzitter en de leden van de afdeling, met uitzondering van de ambtenaren van het Ministerie van de Franse Gemeenschap en de leden bedoeld in artikel 5, § 2, 1° en 3°, van dit besluit, krijgen een presentiegeld voor elke plenaire vergadering van de afdeling. Dit presentiegeld bedraagt 17,50 euro voor de voorzitter en 12,50 euro voor de andere leden.
Art. 9.De voorzitter en de leden van de afdeling mogen gebruik maken van hun persoonlijke voertuig om naar de vergadering te gaan, alsook tijdens de nodige verplaatsingen in het kader van hun opdracht. De vergoeding voor vervoerkosten is gelijk aan het bedrag dat de Franse Gemeenschap zou betaald hebben bij het gebruik van het openbaar vervoer. De Franse Gemeenschap is niet verantwoordelijk voor de dekking van de risico's voortvloeiend uit het gebruik van hun persoonlijke voertuig.
Art. 10.Het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 26 mei 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de regering van de franse gemeenschap prom. 26/05/2008 pub. 19/06/2008 numac 2008029317 bron ministerie van de franse gemeenschap Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot aanstelling van de leden en van de voorzitter van de Sectorraad voor de gezinsopvang sluiten tot aanstelling van de leden en van de voorzitter van de Sectorraad voor de gezinsopvang, wordt opgeheven.
Art. 11.Het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 8 maart 2010Relevante gevonden documenten type besluit van de regering van de franse gemeenschap prom. 08/03/2010 pub. 20/04/2010 numac 2010029206 bron ministerie van de franse gemeenschap Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Sectorraad voor de gezinsopvang sluiten tot goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Sectorraad voor de gezinsopvang, wordt opgeheven.
Art. 12.Het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 10 november 2010Relevante gevonden documenten type besluit van de regering van de franse gemeenschap prom. 10/11/2010 pub. 11/01/2011 numac 2010029680 bron ministerie van de franse gemeenschap Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende de vergoedingen toegekend aan de leden van de Sectorraad voor de gezinsopvang sluiten betreffende de vergoedingen toegekend aan de leden van de Sectorraad voor de gezinsopvang, wordt opgeheven.
Art. 13.De Minister van Jeugd is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 21 november 2013.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Jeugd, Mevr. E. HUYTEBROECK