13 SEPTEMBER 2012. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot uitvoering van het decreet van 20 december 2011Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/12/2011 pub. 29/02/2012 numac 2012029086 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende het sportschieten sluiten betreffende het sportschieten

De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet van 20 december 2011Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/12/2011 pub. 29/02/2012 numac 2012029086 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende het sportschieten sluiten betreffende het sportschieten, inzonderheid op de artikelen 2, eerste en tweede lid, 3, tweede lid, 4, vierde lid, 6, § 1, 7°, 7, § 1, derde lid, 8, tweede lid, 9, tweede lid, 11, § 3, tweede lid, 12, tweede lid, 14, tweede en derde lid, 15, § 1, tweede lid, en § 2, tweede en derde lid, 18, 22, tweede lid, 24, § 1, eerste lid, 1° en tweede lid, en 29;

Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 30 maart 2007Relevante gevonden documenten type besluit van de regering van de franse gemeenschap prom. 30/03/2007 pub. 31/05/2007 numac 2007201396 bron ministerie van de franse gemeenschap Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de nadere regels voor de organisatie, de inhoud, de evaluatie en de gelijkwaardigheid van de theoretische en praktische proeven waarvoor geslaagd moet worden voor het bekomen van de vergunning van sportschutter sluiten tot vaststelling van de nadere regels voor de organisatie, de inhoud, de evaluatie en de gelijkwaardigheid van de theoretische en praktische proeven waarvoor geslaagd moet worden voor het bekomen van de vergunning van sportschutter;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 22 maart 2012;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 29 maart 2012;

Gelet op het advies gegeven op 4 mei 2012 door de Hoge Raad voor Sport;

Gelet op het advies 51.673/2/V van de Raad van State, gegeven op 6 augustus 2012, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Sport;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Definities

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° « decreet » : het decreet van 20 december 2011Relevante gevonden documenten type decreet prom. 20/12/2011 pub. 29/02/2012 numac 2012029086 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende het sportschieten sluiten betreffende het sportschieten;2° « Minister » : de Minister van Sport;3° « Administratie » : de Algemene Directie Sport van het Ministerie van de Franse Gemeenschap;4° « federatie » : de erkende sportschietfederatie. HOOFDSTUK II. - Sportschietdisciplines

Art. 2.De lijst van de sportschietdisciplines per wapencategorie bedoeld in artikel 2 van het decreet wordt vastgesteld als volgt : 1° vergunningsplichtige wapens : a) vuistwapens : - Discipline 12 - Olympische snelheid (Rapid fire pistol) - 25 m;kal. 22 LR; - Discipline 12A - Olympische snelheidspistool - 25 m; kal 22 short; - Discipline 13 - Groot Kaliber Pistool (Center fire) - 25 m; kal. 30 tot 38; - Discipline 14 - Standaard Pistool - 25 m; kal. 22 LR; - Discipline 15 - Vrij Pistool - 50 m; kal. 22 LR; - Discipline 16 - Sportpistool - 25 m; kal. 22 LR; - Discipline 17 - Pistool super kaliber kal 8,9 tot 11,3 mm van 8,99 (.354) tot 11,48 mm (.452); - Discipline 21 - Parcoursschieten (IPSC); b) schouderwapens met getrokken loop : - Discipline 1 - Groot Kaliber Vrij Geweer - 3 houdingen - 300 m;kal. 5,56 tot 8 mm; - Discipline 1A - Groot Kaliber Vrij Geweer - 60 schoten liggend - 300 m; kal. 5,56 tot 8 mm; - Discipline 2 - Groot Kaliber Standaard Geweer - 3 houdingen - 300 m; kal. 5,56 tot 8 mm; - Discipline 3 - Groot Kaliber Standaard Geweer - 3 houdingen - 100 m; kal. 5,56 tot 8 mm; - Discipline 3A - Groot Kaliber Standaard Geweer - 30 schoten liggend; kal. 5,56 tot 8 mm; - Discipline 4 - Klein Kaliber Vrij Geweer - 60 schoten liggend - 50m; kal. 5,6 mm (22 LR); - Discipline 5 - Klein Kaliber Standaard Geweer - 60 schoten liggend - 50 m; kal. 5,6 mm (22 LR); - Discipline 6 - Klein Kaliber Vrij Geweer - 3 houdingen - 50 m; kal. 5,6 mm (22 LR); - Discipline 7 - Klein Kaliber Standaard Geweer - 3 houdingen - 50 m; kal. 5,6 mm (22 LR); - Discipline 20 - Bewegende doelen (Running target) - 10 of 50 m; kal. 22 LR; - Discipline 23 - Grendelbuks - benchrest- 25, 50, 100, 200, 600 of 1000 m; - Discipline 24 - Grendelbuks - metalen silhouet - 25, 50, 75, 100 m; c) schouderwapens met gladde loop; - Discipline 25 - Kleischieten - Olympische trap - Dubbeltrap - Universele trap - Amerikaanse trap - Down The Line - Skeet - Jachtparcours - Compak Sporting - ZZ-schijven d) zwartkruitwapens; - Discipline 10 - Oude wapens. Voor alle, kalibers 7,87 mm (31) tot 17,50 mm (69) : - Minié; - Whitworth; - Walkyrie; - Miquelet; - Maximilien; - Tanegashima; - Hizadai; - Vetterli; - Cominazzo; - Kuchenreuter; - Colt; - Mariett; - Pennsylvannia; - Lamarmora; - Donald Mason; - Tanzutsu; - Manton; - Lorenzoni; 2° vrij verkrijgbare wapens : - Discipline 9 : Luchtgeweer - 10 m;kal 4,5 mm; - Discipline 11 - Luchtpistool - 10 m; kal. 4,5 mm; - Discipline 18 - Luchtpistool snelle schoten - 10 m; kal. 4,5 mm; - Discipline 19 - Luchtpistool standaardschoten 10 m; kal. 4,5 mm. HOOFDSTUK III. - Sportschieten met vergunningsplichtige wapens Afdeling I. - Voorlopige sportschutterslicentie

Art. 3.Elke sportschutter die aangesloten is bij een federatie en die een voorlopige sportschutterslicentie wenst te bekomen, moet een aanvraag indienen bij de federatie waar hij een dossier aan haar secretariaat bezorgt met de volgende documenten : 1° het aanvraagformulier dat overeenstemt met het behoorlijk ingevulde model opgemaakt door de federatie.Dit formulier bepaalt de wapencategorie, zoals bedoeld in artikel 2 van het decreet, waarvoor de aanvraag geformuleerd wordt; 2° een afschrift van zijn geldende Belgische identiteitskaart of van een identiteitskaart van een onderdaan van de Europese Unie, de Zwitserse Bondsstaat of een lidstaat van de Europese economische ruimte die niet verstrijkt vóór de termijn van één jaar volgend op de indiening van de aanvraag;3° een recente pasfoto;4° een afschrift van zijn aansluitingskaart;5° de documenten bedoeld in artikel 7, § 2, 3° en 4° van het decreet;6° ingeval de aanvraag door een minderjarige wordt ingediend, de toestemming en de identiteit van zijn wettelijke vertegenwoordiger(s) of van de persoon die aangesteld wordt tot voorlopige bewindvoerder.

Art. 4.Het secretariaat van de federatie meldt ontvangst van het dossier dat bezorgd wordt door de aanvrager binnen de maand na de indiening van de aanvraag en vraagt, in voorkomend geval, de bezorging van de ontbrekende stukken.

De federatie reikt de voorlopige licentie uit binnen de maand na de bezorging van het ontvangstbewijs van het volledige dossier behalve als de aanvrager niet beantwoordt aan de voorwaarden bedoeld in artikel 11, § 3, 2°, 3°, 4° en 5° van de wapenwet en aan de voorwaarden voor de vergunningen voorzien door of krachtens het decreet.

Art. 5.Het model van voorlopige licentie bedoeld in artikel 7 van het decreet wordt vastgesteld door de Minister op voorstel van de federatie en bevat ten minste de volgende gegevens : 1° de identificatie van de federatie;2° een volgnummer;3° de geldigheidsperiode van de licentie, met inbegrip van de vermelding van het voorlopige karakter van de licentie;4° in voorkomend geval, de vermelding « Minderjarige » alsook de identiteit van zijn wettelijke vertegenwoordiger(s) of van de persoon die aangesteld is tot voorlopige bewindvoerder;5° de volledige identificatie van de titularis (naam, voornamen, geboortedatum en -plaats, geslacht, nationaliteit, adres, nationaal nummer);6° een recente foto van de titularis in het formaat van de identiteitskaart;7° de wapencategorie waarvoor ze uitgereikt wordt. De federatie neemt alle nuttige maatregelen om de voorlopige licenties die ze uitreikt te beveiligen tegen kopiëren of vervalsen. Afdeling 2. - Theoretische en praktische proeven

voor het verlenen van het recht op het verkrijgen van de sportschutterslicentie

Art. 6.§ 1. De federatie stelt de jaarlijkse agenda vast van de theoretische en praktische proeven bedoeld in artikel 11, § 3, 2° en 3° van het decreet en licht haar leden daarover in.Ze organiseert beide proeve ten minste om de twee maanden. § 2. De federatie stelt de lijst van de schietstanden vast waarin de proeven georganiseerd kunnen worden.

Elke kandidaat waarvan de aanvraag ontvankelijk is, wordt schriftelijk opgeroepen binnen de maand om deel te nemen aan de proeven waarvan de datum zo dichtbij mogelijk is, en die dichtbij de woonplaats georganiseerd worden behalve als hij bij de indiening van de aanvraag een keuze gemaakt heeft van een andere geografische zone dan deze van zijn woonplaats.

Art. 7.De federatie stelt, per geografische zone, een verantwoordelijke aan met de hoedanigheid van monitor of verificateur met een ervaring van vijf jaar van sportschutter in de zin van het decreet. De sportschutter en de examinatoren die ze aanstelt onder de monitoren en de controleurs en die op de door de federatie opgestelde lijst staan, organiseren de proeven.

Art. 8.§ 1. De theoretische proef heeft betrekking op de wapenwet, met inbegrip van het statuut van de sportschutter in de Franse Gemeenschap.

De federatie stelt een lijst van dertig vragen vast op basis waarvan acht verschillende vragenlijsten met ieder tien vragen worden opgesteld. Deze vragen zijn multiplechoicevragen en er zal gebruik worden gemaakt van een rooster voor een snelle correctie om de uitslag vast te stellen. § 2. De kandidaat moet zestig procent van de punten behalen, met dien verstande dat : 1° twee punten toegekend worden bij een correct antwoord;2° geen enkel punt toegekend wordt als er geen antwoord is;3° een punt afgetrokken wordt bij een verkeerd antwoord. Het slagen wordt bekrachtigd door een getuigschrift met een volgnummer waarvan het model door de federatie wordt vastgesteld. De kandidaat mag de praktische proef van sportschutter afleggen.

Als de kandidaat voor de theoretische proef zakt, kan hij die ten vroegste één maand na het eerste afleggen van die proef opnieuw afleggen.

Art. 9.§ 1. De praktische proef bedoeld in artikel 11, § 3, 3°, van het decreet heeft ten minste betrekking op : 1° het vervoer van het wapen naar de schietlijn;2° het manipuleren en de veiligheidsmaatregelen bij aankomst aan de schietlijn;3° het laden van het wapen;4° het ontladen van het wapen;5° het wapenen van het wapen;6° het ontwapenen van het wapen;7° het schieten;8° het manipuleren van het wapen;9° het gebruik van de mikinstrumenten;10° het controleren van de terugstoot van het wapen;11° het controleren van de schotrichting;12° de reactie op een schietincident, bij voorbeeld de vertraagde ontsteking of de blokkering of een bevel tot het staakt-het-vuren;13° de trefzekerheid van een schot. Al deze punten worden onderzocht op het vlak van de veiligheid en de schiettechniek. § 2. De praktische proef bevat een schot met ten minste vijf patronen waarin de kandidaat als voldoende beoordeeld moet worden door de verantwoordelijke bedoeld in artikel 8. § 3. De praktische proef wordt bekrachtigd op basis van een beslissingstabel die aangevuld moet worden door de examinator naar gelang de afloop van de proef. Drie fouten hebben tot gevolg dat de kandidaat zakt. Nochtans wordt één enkele fout inzake veiligheid bekrachtigd door een mislukking van de praktische proef. Hetzelfde zal gelden als de kandidaat de minimum opgelegde uitslag niet behaalt.

Het slagen voor de proeven wordt bekrachtigd door een getuigschrift dat overeenstemt met het model vastgesteld door de federatie.

Als de kandidaat voor de praktische proef zakt, kan hij die ten vroegste één maand na het afleggen van die proef opnieuw afleggen.

Art. 10.Worden vrijgesteld van de theoretische proef de kandidaten die een sportschutterlicentie aanvragen voor een wapencategorie en die al een sportschutterlicentie hebben voor een andere wapencategorie of een vergunning uitgereikt door de gouverneur van de provincie of door de gouverneur van het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad.

De vrijstelling wordt toegekend door de federatie voor zover de wetgevingen waarop de vragenlijst betrekking heeft, geen belangrijke verandering heeft ondergaan sinds het afleggen van de vorige proef en voor zover er overeenstemming bestaat tussen de proeven. Afdeling 3. - De sportschutterlicentie

Art. 11.Elke aangeslotene bij de federatie die houder is van een voorlopige sportschutterlicentie en die een sportschutterlicentie wenst te bekomen, dient een aanvraag in bij de federatie en bezorgt haar secretariaat binnen de laatste maand van de geldigheid van zijn voorlopige licentie een dossier dat bevat : 1° het aanvraagformulier dat overeenstemt met het behoorlijk ingevulde model opgemaakt door de federatie.Dit formulier bepaalt inzonderheid de betrokken wapencategorie; 2° het afschrift van de aansluitingskaart;3° de documenten bedoeld in artikel 11, § 3, van het decreet.

Art. 12.§ 1. De houder van een sportschutterlicentie die zijn sportschutterlicentie wenst uit te breiden tot een andere wapencategorie, bezorgt het secretariaat van de federatie een dossier dat bevat : 1° het aanvraagformulier waarvan het behoorlijk ingevulde en ondertekende model vastgesteld wordt door de federatie met vermelding van de wapencategorie waarop de uitbreidingsaanvraag van de licentie betrekking heeft;2° het schietboekje dat de zittingen bekrachtigt van de periode gedekt door de voorlopige sportschutterlicentie;3° het schietboekje met vermelding van de wapencategorie(en) waarvoor zijn sportschutterlicentie al geldig is;4° een afschrift van de voorlopige licentie voor de betrokken wapencategorie. § 2. De sportschutter die een wapencategorie van zijn sportschutterlicentie wenst af te schaffen, dient het secretariaat van de federatie een schriftelijke aanvraag in. § 3. Bij een toevoeging of een afschaffing van een wapencategorie wordt een nieuw sportschietboekje met de beoefende wapencategorieën uitgereikt dat verstrijkt met het vorige sportschietboekje; de sportschietsessies die al afgelegd werden, worden door het secretariaat van de federatie overgenomen.

Art. 13.De Minister stelt, op voorstel van de federatie, het model van sportschutterlicentie vast, zoals bedoeld in artikel 14 van het decreet dat minstens de volgende vermeldingen bevat : 1° de identificatie van de federatie;2° een volgnummer;3° in voorkomend geval, de vermelding « Minderjarige » alsook de identiteit van zijn wettelijke vertegenwoordiger(s) of van de persoon die aangesteld wordt tot voorlopige bewindvoerder;4° de geldigheidsperiode;5° de volledige identificatie van de titularis (naam, voornamen, geboortedatum en -plaats, geslacht, nationaliteit, adres, nationaal nummer);6° een recente pasfoto van de titularis in het formaat van de identiteitskaart;7° de wapencategorie(ën) waarvoor ze uitgereikt wordt. De federatie neemt alle nuttige maatregelen om de licenties die ze uitreikt te beveiligen tegen kopiëren of vervalsen.

Art. 14.De houder van een sportschutterlicentie die de hernieuwing ervan wenst te bekomen, dient een aanvraag in bij de federatie en stuurt aan haar secretariaat tijdens het laatste kwartaal voorafgaand aan de verstrijking van de geldigheidsdatum van zijn licentie : 1° het aanvraagformulier dat overeenstemt met het behoorlijk ingevulde model vastgesteld door de federatie dat inzonderheid de betrokken wapencategorieën bepaalt;2° een afschrift van het uittreksel uit het strafregister;3° een afschrift van het medisch attest dat hoogstens drie maanden oud is en dat bevestigt dat er geen aanwijzing bestaat tegen de beoefening van het sportschieten;4° een afschrift van het laatste luik van zijn sportschietboekje met het aantal bekrachtigde sessies per wapencategorie. Afdeling 4. - Het sportschietboekje

Art. 15.Het sportschietboekje bedoeld in artikel 4 van het decreet wordt vastgesteld en uitgereikt door de federatie overeenkomstig het model vastgesteld door de Minister, op voorstel van de erkende schietfederatie.

Dit sportschietboekje wordt in vijf luiken gedeeld van een duur van één jaar, elk luik wordt uitgereikt van jaar tot jaar zodat de federatie jaarlijks de regelmatigheid van het sportschieten kan controleren.

Daartoe bezorgt de houder elk jaar zijn afschrift aan de federatie en dit tijdens het laatste kwartaal voorafgaand aan het einde van het jaar om de overeenstemming te bekrachtigen overeenkomstig artikel 11, § 1, derde lid, van het decreet. Hij voegt een uittreksel uit het strafregister aan toe dat hoogstens drie maanden oud is en dat bevestigt dat hij niet werd veroordeeld als dader of medeplichtige wegens één van de misdrijven ten gevolge waarvan geen vergunning voor het voorhanden hebben zou kunnen worden afgeleverd overeenkomstig de wapenwet.

De sessie van de sportschutter die aan de definitie van artikel 1, 5° van het decreet beantwoordt, wordt bekrachtigd met de datum, de plaats, de stempel met de naam, voornaam van de verificateur of de monitor alsook de ondertekening van deze, in de vakjes overeenstemmend met de gebruikte wapencategorieën bij de sessie van het sportschieten.

Art. 16.§ 1. De sportschutter moet om zijn sportschutterlicentie te behouden of de hernieuwing ervan te bekomen : 1° wanneer hij zijn licentie voor één enkele wapencategorie bekomen heeft, het bewijs leveren van ten minste twaalf schietsessies per jaar die ten minste over drie kwartalen verdeeld worden waarbij elke sessie door een monitor of een verificateur wordt gecontroleerd.2° voor de sportschietsessies die beoefend worden met andere wapencategorieën, het bewijs leveren van ten minste drie schietsessies per jaar over het geheel van de beoefende categorieën verdeeld over ten minste drie kwartalen waarbij elke sessie door een monitor of een verificateur wordt gecontroleerd. § 2. De houder van een voorlopige sportschutterlicentie moet ten minste zes schietsessies bewijzen die over een periode van zes maanden verdeeld worden naar rata van één schietsessie per maand en hoogstens twee schietsessies per maand.

Een monitor of, bij afwezigheid van de monitor op de schietlijn, een verificateur met een ervaring van vijf jaar als sportschutter, kan, bij eenzelfde sportschuttersessie, hoogstens vijf schutters met een voorlopige licentie controleren. Afdeling 5. - Tijdelijke onderbreking van het regelmatige beoefenen

van het sportschieten met vergunningsplichtige wapens

Art. 17.§ 1. De sportschutter die het beoefenen van het sportschieten wenst te onderbreken overeenkomstig artikel 15 van het decreet, dient een aanvraag in bij de federatie en stuurt aan haar secretariaat een aangetekende brief die de redenen bepaalt waarop ze zich baseert. Hij voegt, wanneer het mogelijk is, elk document bij dat zijn aanvraag kan verantwoorden. § 2. De federatie beslist over de aanvraag binnen de dertig dagen na de ontvangst. Haar beslissing wordt per aangetekende brief meegedeeld.

In voorkomend geval vraagt ze binnen de termijn van dertig dagen aan de betrokkene om bewijsstukken te bezorgen, zoals getuigschriften of attesten. In dit geval wordt de termijn waarin ze beslist met dertig dagen verlengd.

Haar beslissing wordt per aangetekende brief meegedeeld. Na een termijn van 30 dagen of 60 dagen wordt de aanvraag, naargelang het geval, als geweigerd geacht. § 3. Wanneer de toelating behoorlijk wordt toegekend, worden de sportschuttersessies in aanmerking genomen tijdens de periode gedekt door de toelating naar rata van één schietsessie per maand per wapencategorie. Afdeling 6. - Intrekking of schorsing van de sportschutterslicentie of

de voorlopige sportschutterslicentie.

Art. 18.§ 1. De voorlopige sportschutterslicentie of de sportschutterslicentie kan door de federatie ingetrokken of geschorst worden. § 2. De federatie deelt per aangetekende brief aan de betrokken sportschutter mee haar bedoeling om de betrokken licentie in te trekken of te schorsen.

Deze brief verklaart de redenen waarom die maatregel overwogen wordt en voegt, in voorkomend geval, elk nuttig document bij. Ze vermeldt dat betrokkene kan vragen om gehoord te worden door een vertegenwoordiger van de federatie. De aanvraag moet ingediend worden binnen de veertien dagen na de ontvangst van de aangetekende brief aan het secretariaat van de federatie die de betrokkene per aangetekende brief oproept zodat hij verhoord kan worden binnen de veertien dagen na zijn aanvraag.

De beslissing vermeldt de redenen van intrekking of schorsing, hun mogelijke duur alsook de mogelijkheid om beroep aan te tekenen zoals bedoeld in artikel 25 van het decreet.

Ze wordt aan de betrokkene per aangetekende brief bekendgemaakt met ontvangstbewijs. Afdeling 7. - Publiciteit, controles en sancties.

Art. 19.Het verslag bedoeld in artikel 22 van het decreet wordt bepaald volgens het door de Minister vastgestelde model. HOOFDSTUK IV. - Het beoefenen van het sportschieten door een minderjarige.

Art. 20.Het beoefenen van het sportschieten met luchtwapens met mechanische hulp en steun wordt toegelaten voor de minderjarigen vanaf 8 jaar oud.

Een meerderjarige in de zin van artikel 24, § 1, 2° van het decreet mag niet meer dan 3 minderjarigen controleren tijdens eenzelfde sportschuttersessie.

Elke persoon die minderjarige schutters begeleidt, moet om de vijf jaar een uittreksel uit het strafregister van model 2 aan de federatie voorleggen. HOOFDSTUK V. - Beroepen

Art. 21.De Minister oefent de bevoegdheden uit die toevertrouwd worden aan de Regering overeenkomstig artikel 25 van het decreet. HOOFDSTUK VI. - Slot- en overgangsbepalingen

Art. 22.Binnen de drie maanden na de inwerkingtreding van dit besluit is de federatie ertoe gehouden de Minister voor toestemming zijn reglement inzake organisatie, inhoud en evaluatie van de theoretische en praktische proeven voor te leggen alsook alle wijzigingen die eraan later worden aangebracht.

Art. 23.Het decreet, met uitzondering van hoofdstuk VI, en dit besluit treden in werking op 31 december 2012.

Art. 24.Het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 30 maart 2007Relevante gevonden documenten type besluit van de regering van de franse gemeenschap prom. 30/03/2007 pub. 31/05/2007 numac 2007201396 bron ministerie van de franse gemeenschap Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de nadere regels voor de organisatie, de inhoud, de evaluatie en de gelijkwaardigheid van de theoretische en praktische proeven waarvoor geslaagd moet worden voor het bekomen van de vergunning van sportschutter sluiten tot vaststelling van de nadere regels voor de organisatie, de inhoud, de evaluatie en de gelijkwaardigheid van de theoretische en praktische proeven waarvoor geslaagd moet worden voor het bekomen van de vergunning van sportschutter, wordt opgeheven.

Art. 25.De Minister van Sport is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 13 september 2012.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Begroting, Financiën en Sport, A. ANTOINE