20 APRIL 2007. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot oprichting van een netoverschrijdende overlegraad en van zonale netoverschrijdende raden voor het hoger onderwijs in Hogescholen

De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet van 5 augustus 1995 houdende de algemene organisatie van het hoger onderwijs in hogescholen, inzonderheid op de artikelen 87 en 88, vervangen bij het decreet van 30 juni 2006;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 18 januari 2007;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 2 februari 2007;

Gelet op het overleg met de inrichtende machten, gepleegd op 19 februari 2007;

Gelet op het overleg met de representatieve studentenverenigingen, erkend op gemeenschapsniveau, van 19 februari 1997;

Gelet op het advies nr. 42428/2 van de Raad van State, gegeven op 28 maart 2007, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van de Vice-Presidente en Minister van Hoger Onderwijs, Wetenschappelijk Onderzoek en Internationale Betrekkingen;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - De netoverschrijdende overlegraad

Artikel 1.De netoverschrijdende overlegraad bestaat uit vijftien leden, waaronder een voorzitter en een vice-voorzitter, gekozen door zijn gelijken.

De leden worden verdeeld als volgt : 1° drie leden die de Hogescholen georganiseerd door de Franse Gemeenschap vertegenwoordigen op collegiaal voorstel van de directeurs-voorzitters van de bovenvermelde scholen;2° vijf leden die de inrichtende machten van de gesubsidieerde officiële Hogescholen vertegenwoordigen, voorgesteld door deze of door een representatieve organisatie van deze;3° zes leden die de inrichtende machten van de gesubsidieerde vrije Hogescholen van confessionele aard vertegenwoordigen, voorgesteld door deze of door een representatieve organisatie van deze;4° een lid dat de inrichtende machten van de gesubsidieerde vrije Hogescholen van niet-confessionele aard vertegenwoordigt, voorgesteld door deze of door een representatieve organisatie van deze. Elk lid van de netoverschrijdende overlegraad heeft een plaatsvervanger.

Art. 2.De werkende en plaatsvervangende leden van de netoverschrijdende overlegraad worden door de Regering aangesteld. De voorstellingen bedoeld in artikel 1 worden op een dubbele lijst gemaakt.

Art. 3.Het mandaat van de werkende en plaatsvervangende leden duurt vijf jaar en is hernieuwbaar.

Art. 4.Elk lid dat overlijdt, aftreedt of de hoedanigheid verliest die zijn mandaat verantwoordde, wordt vervangen. De vervanger die overeenkomstig de artikelen 1 en 2 wordt aangesteld, voleindigt het mandaat van zijn voorganger.

Art. 5.Het mandaat van de voorzitter of van de vice-voorzitter van de netoverschrijdende overlegraad is onverenigbaar met het mandaat van voorzitter van de Algemene Raad voor de Hogescholen. HOOFDSTUK II. - De zonale netoverschrijdende raden

Art. 6.Er worden vijf zonale netoverschrijdende raden opgericht, inzonderheid : a) de netoverschrijdende raad van de zone Brussel-Waals Brabant;b) de netoverschrijdende raad van de zone Namen;c) de netoverschrijdende raad van de zone Luik;d) de netoverschrijdende raad van de zone Henegouwen;e) de netoverschrijdende raad van de zone Luxemburg.

Art. 7.De Minister tot wier bevoegdheid het Hoger Onderwijs behoort, wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 20 april 2007.

Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Vice-Presidente en Minister van Hoger Onderwijs, Wetenschappelijk Onderzoek en Internationale Betrekkingen, Mevr. M.-D. SIMONET