3 DECEMBER 2004. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot toekenning van een subsidie voor het onderzoek inzake pedagogie voor het dienstjaar 2004

De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd door het koninklijk besluit van 17 juli 1991;

Gelet op het koninklijk besluit van 26 april 1968 tot inrichting en coördinatie van de controles op de toekenning en op de aanwending van de toelagen;

Gelet op het decreet van 17 december 2003 houdende de algemene uitgavenbegroting van de Franse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2004;

Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 11 december 1995 betreffende de administratieve en begrotingscontrole;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 13 augustus 2004;

Gelet op de akkoordbevinding van 2 december 2004 van de Minister tot wiens bevoegdheid de begroting behoort;

Op de voordracht van de Minister-Presidente, belast met het leerplichtonderwijs en het onderwijs voor sociale promotie;

Gelet op de beraadslaging van de Regering van de Franse Gemeenschap van 3 december 2004, Besluit : Bedrag van de subsidie

Artikel 1.Er wordt een subsidie van zevenenzestigduizend vijfhonderd drieëntachtig euro (67.583,00 EUR) toegekend aan de « Université de Liège » (Place du XX Août 7, te 4000 Luik; bankrekening nr. 091-0015718-33 (ten voordele van de rekening S.P.E.), hierna « de Universiteit » genoemd.

Deze subsidie wordt aangerekend op de organisatie-afdeling 50, programma 2, activiteit 21, basisallocatie 41.01.21 van de begroting van de Franse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2004.

Doel en duur van de subsidie

Art. 2.Die subsidie wordt bestemd voor het dekken, bij wijze van toegelaten uitgaven, van de kosten in verband met een onderzoek betreffende : « Ontwikkelen tot de oplossing van problemen in de cyclus 5-8 om zin te geven aan het leren van de eerste wiskundige beginselen, steunend op het spontane gedrag van de kinderen », gevoerd onder leiding van professor Marcel Crahay, in de periode tussen 1 september 2004 en 31 augustus 2005.

Nadere regels voor de uitbetaling

Art. 3.De subsidie wordt geordonnanceerd en uitbetaald in drie schijven volgens de hierna nader bepaalde regels : - Een eerste bedrag van twintigduizend tweehonderd vijfenzeventig euro (20.275,00 EUR) wordt geordonnanceerd en uitbetaald bij de kennisgeving van de subsidie volgens de boekhoudkundige vastlegging van de controleur der vastleggingen, tegen overlegging van een aangifte van schuldvordering door de Universiteit. - Een tweede bedrag van dertienduizend vijfhonderd zeventien euro (13.517,00 EUR) wordt geordonnanceerd en uitbetaald op gunstig advies van het begeleidingscomité belast met het onderzoek van het tussenverslag bedoeld in artikel 8 eerste lid van dit besluit en tegen overlegging van een aangifte van schuldvordering door de Universiteit.

Het saldo wordt geordonnanceerd en uitbetaald : - na gunstig advies van het begeleidingscomité over het eindonderzoeksverslag, bedoeld in artikel 8 tweede lid van dit besluit; - na overlegging van het syntheseartikel bedoeld in artikel 8 derde lid van dit besluit; - tegen overlegging van alle originele verantwoordingsstukken in verband met het globale bedrag van de kosten veroorzaakt door het onderzoek; - tegen overlegging van een aangifte van schuldvordering, ten bedrage van drieëndertigduizend zevenhonderd éénennegentig euro (33.791,00 EUR) en binnen de perken van de uitgaven die voor het onderzoek werkelijk werden gedaan.

Verslagen

Art. 4.Een tussenverslag dat de voortgang van werkzaamheden bepaalt alsook de eventuele bijlagen worden overgezonden aan de Administratie voor uiterlijk 1 maart 2005, in twaalf exemplaren.

Het eindverslag en de eventuele bijlagen worden opgemaakt in twaalf papieren exemplaren alsook op een informatica-drager (CDROM) die ze onmiddellijk overdraagbaar maakt. Die moeten aan de Administratie uiterlijk op 31 augustus 2005 worden overgezonden.

Een (niet gepubliceerd) origineel artikel dat de grote lijnen en de conclusies van het onderzoek samenvat, wordt naar aanleiding van de neerlegging van het eindverslag aan de Administratie overgezonden.

De hierboven bedoelde documenten worden toegezonden aan de heer Jean Steensels, adjunct-directeur-generaal, Algemene Dienst Pedagogische Zaken en Sturing van het door de Franse Gemeenschap georganiseerde onderwijsnet, Handelsstraat 68A, 1040 Brussel.

Het programma, het tijdschema en de voorwaarden voor het verwezenlijken van het onderzoek kunnen worden gewijzigd zonder dat die wijzigingen gevolgen kunnen hebben op het bedrag bepaald in artikel 1. In dat geval wordt de datum voor het voorleggen van het eindverslag door de Administratie vastgesteld op advies van het begeleidingscomité.

Begeleidingscomité voor onderzoek

Art. 5.Een begeleidingscomité wordt belast met het opvolgen en oriënteren van de werkzaamheden uitgevoerd in het kader van het onderzoek, met het onderzoeken en goedkeuren van het tussenverslag en het eindverslag, met het indienen van voorstellen voor de verwerking van de onderzoeksresultaten.

Het begeleidingscomité is samengesteld uit : - de adjunct-directeur-generaal van de Algemene Dienst Pedagogische Zaken en Sturing van het door de Franse Gemeenschap georganiseerde onderwijsnet; - ten minste één vertegenwoordiger van de Algemene Dienst Pedagogische Zaken en Sturing van het door de Franse Gemeenschap georganiseerde onderwijsnet; - een vertegenwoordiger van de bevoegde Minister(s); - de inspecteur(s)-generaal(s) of zijn(hun) vertegenwoordiger(s); - de deskundigen (pedagogische animators of opleiders) die door de Administratie worden aangewezen.

Werking van het begeleidingscomité

Art. 6.Het begeleidingscomité vergadert op initiatief van de Administratie, voor de algemene oriëntering van het onderzoek en de bespreking van de verslagen. Het kan ook op eigen initiatief vergaderen volgens de behoeften van het onderzoek.

Het voorzitterschap van de vergaderingen wordt waargenomen door de adjunct-directeur-generaal van de Algemene Dienst Pedagogische Zaken en Sturing van het door de Franse Gemeenschap georganiseerde onderwijsnet, of diens vertegenwoordiger.

De verantwoordelijke voor het onderzoek, begeleid door de leden van zijn team die hij aanwijst, woont de vergaderingen van het begeleidingscomité bij. Hij stelt er de werken voor die onder zijn leiding worden verwezenlijkt en geeft de uitleg die door de leden van het begeleidingscomité wordt gevraagd.

De adviezen over de goedkeuring van de verslagen of de latere oriëntering van de werkzaamheden worden bij consensus uitgebracht. Zou een stemming moeten plaatsvinden, dan zouden alleen de in artikel 5 bedoelde leden eraan deelnemen. De leden die behoren tot de voormelde groep leden die werken met het onderzoeksteam als medepromotor ervan worden echter niet tot de stemming toegelaten.

Verwerking van de onderzoeksresultaten

Art. 7.Onverminderd de bepalingen van de wet van 30 juni 1994 betreffende het auteursrecht en de naburige rechten, kan de Franse Gemeenschap vrij beschikken over het resultaat van de gesubsidieerde studie. Het Bestuur kan die resultaten vermenigvuldigen en uitgeven (syntheseartikel, tussenverslag, eindverslag, of een deel ervan) in alle vormen van drager en gedurende een onbeperkte periode.

Indien de Universiteit, gedurende of op het einde van het onderzoeksprogramma waarvoor de subsidie wordt toegekend, over de werken bedoeld bij dit besluit, een mededeling of een publicatie wenst uit te voeren buiten de collecties van het Ministerie van de Franse Gemeenschap, Algemeen Bestuur Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek, Algemene Dienst Pedagogische Zaken en Sturing van het door de Franse Gemeenschap georganiseerde onderwijsnet, moet ze er de adjunct-directeur-generaal van op de hoogte brengen.

Indien het Bestuur, binnen de vijftien kalenderdagen volgend op de kennisgeving van het voornemen van de auteur van het onderzoek een publicatie of een mededeling uit te voeren in verband met het onderwerp van het gesubsidieerde onderzoek, geen behoorlijk met redenen omklede opmerkingen en bezwaren heeft geopperd in verband met het ontwerp van mededeling of publicatie, mag de auteur hiertoe overgaan.

De auteur van de mededeling of van de publicatie blijft volledig aansprakelijk voor de wetenschappelijke inhoud ervan.

De mededelingen en publicaties moeten vermelden dat de studie waarop ze betrekking hebben, wordt uitgevoerd met de steun van het Ministerie van de Franse Gemeenschap.

Diverse bepalingen

Art. 8.1° Medewerking met het door de Franse Gemeenschap georganiseerde onderwijsnet. Het onderzoek wordt uitgevoerd in nauwe medewerking met het Algemeen Bestuur Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek, Algemene Dienst Pedagogische Zaken en Sturing van het door de Franse Gemeenschap georganiseerde onderwijsnet, hierna 'het Bestuur' genoemd. Aan het onderzoek kunnen enkel de door de Franse Gemeenschap georganiseerde inrichtingen of diensten deelnemen. 2° Niet-uitbestedingsbeding.De Universiteit kan het onderzoek bedoeld bij dit besluit noch afstaan noch uitbesteden. De Franse Gemeenschap wordt uitdrukkelijk vrijgesteld van de verplichting tot terugbetaling van elke uitgave voortvloeiend uit een afstand of een uitbesteding. 3° Deontologische verplichtingen.De Universiteit verbindt zich ertoe de regels inzake deontologie en beroepsgeheim betreffende de inlichtingen in verband met natuurlijke of rechtspersonen, die voor de behoeften van het onderzoek of toevallig werden ingewonnen, gedurende de uitvoering van het onderzoeksprogramma, na te leven, en zich te schikken naar de bepalingen van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens. 4° Oorzaken voor de terugbetaling.De Universiteit betaalt zonder verwijl het bedrag of een deel van de subsidie terug op de rekening nr. 091-2110001-86 van de centraliserende rekenplichtige van de uitgaven en ontvangsten van de Franse Gemeenschap : - indien de voorwaarden voor de toekenning van de subsidie niet of niet meer vervuld zijn; - indien deze subsidie niet werd aangewend voor de doeleinden waarvoor ze werd toegekend of indien de stukken ter verantwoording van de kosten gedekt door de subsidie als onvoldoende blijken.

Brussel, 3 december 2004.

Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister-Presidente, belast met het Leerplichtonderwijs en het Onderwijs voor Sociale Promotie, Mevr. M. ARENA