14 APRIL 2004. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de minimale lesroosters in het architectuuronderwijs

De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op de wet van 18 februari 1977 met betrekking tot de organisatie van het architectuuronderwijs, zoals gewijzigd bij decreet van 31 maart 2004 waarbij de organisatie van het architectuuronderwijs werd aangepast met het oog op zijn integratie in de Europese ruimte van het hoger onderwijs, inzonderheid op artikel 2;

Gelet op het decreet van 31 maart 2004 betreffende de organisatie van het hoger onderwijs ter bevordering van de integratie in de Europese ruimte van het hoger onderwijs en betreffende de herfinanciering van de universiteiten, inzonderheid op DEEL 1;

Gelet op de noodzaak om de bepalingen aan te passen van de circulaire van de nationale Minister van Onderwijs van 23 september 1977 met betrekking tot de orgaisatie van het architectuuronderwijs in de Hogescholen ingevolge de evolutie van de discipline en de nieuwe voormelde bepalingen;

Gelet op de Europese richtlijn 85/384/CEE betreffende de wederzijdse erkenning van de diploma's, certificaten en ander aktenop het gebied van architectuur omvattende maatregelen om de daadwerkelijke uitvoering van het recht van vestiging en het vrij verrichten van diensten te vergemakkelijken;

Gelet op het voorafgaande overleg van 9 januari 2004 met de inrichtende machten van de Hogescholen voor Architectuur, gehouden bij toepassing van het artikel 5 van de wet van 29 mei 1959 waarbij enkele bepalingen van de onderwijswetgeving werden gewijzigd;

Gelet op het advies van de Inspecteur der Financiën van 16 januari 2004;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 21 januari 2004;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid gewettigd door het feit : - dat het decreet dat de wijzigingen aanbracht aand e wet van 18 februari 1977 in werking treedt vanaf het academiejaar 2004-2005; - dat de nieuwe lesroosters gebaseerd zijn op de nieuwe respectievelijke duur van de studiecycli ingevoerd door het decreet; - dat dit decreet pas werd aangenomen door het Parlement van de Franse Gemeenschap op 23 maart 2004 en bekrachtigd werd door de Regering op 31 maart 2004; - dat de hogescholen voor architectuur hun specifieke studieprogramma's moeten opstellen gebaseerd op de minimale lesroosters vastgesteld door dut besluitontwerp; - dat deze hogescholen de studenten moeten inlichten over de inhoud van deze programma's van zodra deze de eerste stappen tot inschrijving ondernemen; - e dat de inschrijvingen beginnen vanaf de maand mei-juni die voorafgaat aan het nieuwe academische jaar;

Gelet op de beraadslaging van de Regering van de Franse Gemeenschap van 31 maart 2004 over de aanvraag om advies te geven door de Raad van State binnen de 5 werkdagen;

Gelet op het advies nr. 36.892/4 van de Raad van State, gegeven op 8 april 2004, bij toepassing van artikel 84, § 1, alinea1, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Minister van Hoger Onderwijs, van Onderwijs voor Sociale Promotie en van Wetenschappelijk Onderzoek;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.De lesroosters van de studies die leiden tot de academische graden van bachelor en master in architectuur worden uitgedrukt in studiepunten zoals bedoeld in artikel 26 van het decreet van 31 maart 2004 van het hoger onderwijs definieert, tot bevordering van zijn integratie in de Europese ruimte van het hoger onderwijs en herfinanciering van de universiteiten.

Van de 24 uur onderwijsactiviteiten die overeenstemmen met 1 studiepunt, worden minstens 12 uur rechtstreeks georganiseerd door de Hogeschool. Deze stemmen overeen met de lessen, praktische werkzaamheden, seminaries en atelierwerken.

Art. 2.De studieprogramma's worden bepaald door de autoriteiten van de Hogeschool voor Architectuur met naleving van de volgende bepalingen en toegangscriteria tot de professionele praktijk.

Elke onderwijsactiviteit wordt omschreven overeenkomstig artikel 23 van het voornoemde decreet van 31 maart 2004. Ze maken deel uit van één van de volgende algemene disciplines : - architectuurproject; - geschiedenis en theorieën van de kunst, de architectuur, het urbanisme en het landschap; - menswetenschappen en cultuurtheorieën; - milieuwetenschappen; - kennis van het territorium, stedenbouw en landschapsarchitectuur; - studie en voorstelling van de ruimte en de vorm; - wetenschappelijke disciplines; - technologische en bouwkundige disciplines; - uitoefening van het beroep en omstandigheden van de professionele praktijk; - informatica en toegepaste multimedia; - kunstpraktijken; - expressiemiddelen en communicatietechnieken; - eindwerk; - stages; - aanvullende optievakken.

Het programma stelt de activiteiten voor verdeeld per studiejaar.

Art. 3.§ 1. De studies die leiden tot het verkrijgen van de graad van bachelors in architectuur omvatten 180 studiepunten en worden georganiseerd in drie studiejaren. § 2. Het programma van alle Hogescholen voor Architectuur omvatten minstens 126 studiepunten die verplicht georganiseerd worden en die overeenstemmen met de volgende vakken.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld § 3. Het studieprogramma omvat bovendien maximum 12 studiepunten van vakken die worden overgelaten aan de inrichtende machten.

Het saldo van de studiepunten van de studiecyclus wordt gekozen door de inrichtende machten onder de volgende vakken.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 4.§ 1. De studies die leiden tot het verkrijgen van de graad van master in architectuur omvatten 120 studiepunten en worden georganiseerd in twee studiejaren. § 2. Het studieprogramma van alle Hogescholen voor Architectuur omvatten minstens 60 studiepunten die verplicht georganiseerd worden en die overeenstemmen met de volgende vakken.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld § 3. Het studieprogramma omvat bovendien maximum 18 studiepunten van vakken die worden overgelaten aan de inrichtende machten.

Het saldo van de tudiepunten van de studiecyclus wordt gekozen door de inrichtende machten onder de vakken bedoeld in artikel 3.

Art. 5.Dit besluit wordt van kracht, per studiejaar, vanaf het academiejaar 2004-2005.

Art. 6.De Minister die bevoegd is voor hoger onderwijs en wetenschappelijk onderwoek is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 14 april 2004.

Vanwege de regering van de Franse Gemeenschap : De Minister van Hoger onderwijs, van Onderwijs voor Sociale Promotie en van Wetenschappelijk Onderzoek, Mevr. F. DUPUIS