12 MAART 2002. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende de samenstelling van de Franstalige Commissie belast met het afnemen van de taalexamens

De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op de wet van 29 maart 1953 betreffende de door de Rijksbesturen ingerichte examens en vergelijkende examens, inzonderheid op artikel 1;

Gelet op de wet van 30 juli 1963 houdende taalregeling in het onderwijs;

Gelet op het koninklijk besluit van 25 november 1970 gewijzigd bij het koninklijk besluit van 26 april 1982 betreffende de organisatie van de taalexamens, inzonderheid op artikel 14;

Gelet op het ministerieel besluit van 10 april 1974 gewijzigd bij het ministerieel besluit van 16 mei 1984 betreffende de organisatie van de taalexamens in het onderwijs van de Franse taalregeling, Besluit :

Artikel 1.Worden respectievelijk benoemd tot voorzitter en plaatsvervangend voorzitter van de Franstalige Commissie belast met het uitreiken van getuigschriften voor grondige kennis van de Franse taal, voor voldoende kennis van de Franse taal, voor grondige kennis van een tweede taal : 1. de heer Jean Russe, voorzitter van het arbeidshof te Bergen;2. de heer Christian Coppens, substituut van de arbeidsauditeur te Brussel.

Art. 2.Vervullen respectievelijk de functies van secretaris en adjunct-secretarissen : 1. De heer Christian Noiret, directeur voor de regeling en de vertegenwoordiging bij de algemene dienst voor het Universitair Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek;2. Mevr.Nicole Wiltgen, lerares aan het « Athénée royal Jean Absil » te Etterbeek, opdrachtgelastigde; 3. de heer Jean-Pierre Martin, leraar aan de « Ecole d'interprètes internationaux de l'Université de Mons-Hainaut ».

Art. 3.Worden benoemd als vertegenwoordigers van het officieel onderwijs in de hoedanigheid van : 1° Effectieve leden van de afdelingen 3, 4 en 5 : 1.Mevr. M. Ducheny, lerares aan het « Athénée royal » te Jette; 2. Mevr.S. Wilmet, meesterassistente aan de « Haute école de la Communauté française » te Luik; 3. de heer J.-P. Martin, leraar aan de « Ecole d'interprètes internationaux de l'Université de Mons-Hainaut »; 4. de heer Y.Tagnon, leraar aan het « Institut d'enseignement technique de la Communauté française » te Ath; 5. de heer J.Differdange, ere-leraar; 6. de heer A.Schaner, leraar aan de « Haute école de la Communauté française » te Brussel. 2° Plaatsvervangende leden van de afdelingen 3, 4 en 5 : 1.Mevr. V. Bouchon, meesterassistente aan de « Haute école de la Communauté française » te Brussel; 2. Mevr.M. Remy, lerares aan het « Athénée royal de Couvin »; 3. Mevr.Ch. Deschepper, provisor bij het « Lycée Daschbeck »; 4. Mevr.J. Mignolet, meesterassistente aan de « Haute école de la Communauté française du Hainaut »; 5. Mevr.N. Dubigk, studieprefect van het « Athénée royal F. Crommelynck » te Sint-Pieters-Woluwe; 6. Mevr.N. Hendrickx, lerares aan het « Athénée royal de Gilly ».

Art. 4.Worden benoemd als vertegenwoordigers van het vrij onderwijs in de hoedanigheid van : 2° Plaatsvervangende leden van de afdelingen 3, 4 en 5 : 1.Mevr. C. Foucart, lerares aan de « Haute école I.S.E. » te Luik; 2. Mevr.N. Amoris, meesterassistente aan de « Haute école libre du Hainaut occidental »; 3. Mevr.M. Voituron, meesterassistente aan de « Haute école libre Charleroi-Europe »; 4. de heer T.de Win, leraar aan het « Collège du Sacré-Coeur » te Koekelberg; 5. de heer L.Delarge, leraar aan het « Institut Don Bosco » te Luik; 6. de heer M.-H. Belleflamme, meesterassistent aan de « Haute école Galilée ». 1° Plaatsvervangende leden van de afdelingen 3, 4 en 5 : 1.Mevr. Ch. Wiseur, meesterassistente aan de « Haute école du Hainaut occidental »; 2. Mevr.C. Gillet, lerares aan het « Institut Don Bosco » en aan het « Institut Saint-Jean-Berchmans » te Luik; 3. Mevr.A. Dumont, meesterassistente aan de « Haute école Roi Baudouin »; 4. de heer J.Leroy, meesterassistente aan de « Haute école Roi Baudouin »; 5. de heer L.Muselle, leraar aan het « Institut Saint-Jean Berchmans » te Luik; 6. de heer V.Cappeliez, meesterassistente aan de « Haute école libre du Hainaut occidental ».

Art. 5.De leden en hun plaatsvervangers worden benoemd voor een periode van twee jaar.

Art. 6.Dit besluit treedt in werking op 20 april 2002.

Brussel, 12 maart 2002.

Voor de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister van Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek, Mevr. F. DUPUIS