gepubliceerd op 24 oktober 2001
Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Hoge Raad voor het hoger kunstonderwijs
7 JUNI 2001. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Hoge Raad voor het hoger kunstonderwijs
De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet van 17 mei 1999 betreffende het hoger kunstonderwijs, inzonderheid op artikel 26;
Gelet op het besluit van 29 juli 1999 van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende regeling van haar werking, inzonderheid op artikel 6 § 1, 10°, a);
Gelet op het besluit van 27 april 2000 van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende oprichting van de Hoge Raad voor het hoger kunstonderwijs, inzonderheid op artikel 8;
Op de voordracht van de Minister van Hoger Onderwijs, Besluit :
Artikel 1.Het huishoudelijk reglement van de Hoge Raad voor het hoger kunstonderwijs, als bijlage, wordt goedgekeurd.
Art. 2.De Minister tot wiens bevoegdheid het Hoger Onderwijs behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 3.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Brussel, 7 juni 2001.
Voor de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister van Hoger Onderwijs, Mevr. F. DUPUIS
HOGE RAAD VOOR HET HOGER KUNSTONDERWIJS HUISHOUDELIJK REGLEMENT Afdeling 1. - Werking van de Hoge Raad
Onderafdeling 1. - Vergaderingen, bijeenroepingen, agenda en wijzen van stemmen
Artikel 1.§ 1. De Raad vergadert ten minste tweemaal per jaar, op eigen initiatief. Hij stelt de plaats, de datum en het uur van de volgende vergadering vast, volgens de beschikbaarheid van zijn leden. § 2. De Raad vergadert op initiatief van de Minister, van de Voorzitter, op het verzoek van ten minste een derde van zijn effectieve leden of op het verzoek van ten minste één derde van de op de vergadering aanwezige leden. De op het agenda te plaatsen punten worden aan de Voorzitter medegedeeld.
De vergadering wordt zo vlug mogelijk gehouden en uiterlijk binnen de veertien dagen die volgen op de aanvraag, op de door de Voorzitter bepaalde dag en uur.
Art. 2.§ 1. De oproeping naar de vergaderingen wordt schriftelijk naar ieder effectief lid gezonden en, ter informatie, naar ieder plaatsvervangend lid van de Raad. Op de oproeping worden de op de agenda van de vergadering voorziene punten vermeld.
Zij wordt uiterlijk een week vóór de vergadering aan de leden gezonden samen met de notulen van de vorige vergadering en met de eventuele aanvullende documenten.
Elke briefwisseling wordt naar het door de leden opgegeven adres gestuurd.
Een verhinderd lid verzoekt persoonlijk zijn plaatsvervanger hem te vervangen. In dat geval woont het plaatsvervangend lid de vergadering stemgerechtigd bij. § 2. Wanneer de Raad bij hoogdringendheid wordt bijeengeroepen, staat op de oproeping de naam van de persoon (personen) vermeld die erom verzoeken.
Art. 3.Onverminderd de vragen die door de Voorzitter op de agenda worden geplaatst moeten de volgende punten op de oproeping vermeld staan: de punten waarvan de plaatsing op de agenda door de Raad werden beslist tijdens een vorige vergadering; de vragen waarover een advies of een verslag door de Regering wordt gevraagd; de vermelding van de nodige documenten voor de werkzaamheden van de Raad.
Art. 4.§ 1. Wanneer de agenda niet volledig werd afgewerkt, worden de overblijvende punten op kop van de agenda van de volgende vergadering geplaatst behoudens wanneer de Raad er anders over beslist. § 2. Indien een lid de dringende bespreking van een punt vraagt waarin op de agenda niet is voorzien, beslist de Raad over de inachtneming van de dringende noodzakelijkheid of de verwerping ervan.
Art. 5.De stemmingen over de punten van de agenda waarvoor de stemming nodig is, gebeuren bij handopsteken, behoudens indien de Raad er anders over beslist.
Art. 6.De door de Raad uitgebrachte adviezen worden met redenen omkleed; zij gaan samen met de uitslag van de stemmingen en de eventuele nota's van de minderheid.
Om ontvankelijk te zijn, moeten de minderheidsnota's in vergadering door ten minste drie leden worden ingediend.
Onderafdeling 2. - Voorzitterschap en secretariaat
Art. 7.De Raad kan slechts zetelen, beraadslagen en geldig beslissen onder het voorzitterschap van zijn voorzitter of van een ondervoorzitter. De ondervoorzitter heeft, wat betreft zijn functies van Voorzitter, dezelfde bevoegdheden en dezelfde autoriteit als de vast aangestelde Voorzitter.
Beide ondervoorzitters vervangen afwisselend de Voorzitter in geval van verhindering van deze laatste. De eerste waarneming wordt verzekerd door de oudste ondervoorzitter.
De Voorzitter belegt de vergaderingen, zorgt voor de goede werking van de Raad en voor de naleving van dit reglement. Hij leidt de debatten, stelt de vragen waarover moet beslist worden of een advies gegeven, maakt een samenvatting van de conclusies over de gedachtewisselingen en legt ze ter goedkeuring van de Raad voor.
De Voorzitter geeft het woord aan de leden en zorgt voor het objectief verloop van de debatten met eerbied voor de mening van ieder lid.
De secretaris stelt de notulen van de vergadering op.
Onderafdeling 3. - Notulen
Art. 8.De notulen van elke vergadering worden ter goedkeuring aan de Raad voorgelegd bij de aanvang van de vergadering die volgt op deze waarop zij betrekking hebben.
De notulen van de vergaderingen, zoals goedgekeurd door de Raad, worden door de Voorzitter ondertekend.
Art. 9.In de notulen staan vermeld : 1. de namen van de aanwezige of verontschuldigde leden;2. de goedkeuring van de notulen van de vorige vergadering, de eventuele opmerkingen, en ingeval van niet-goedkeuring, een bondige samenvatting van de redenen;3. de agenda van de bij de notulen betrokken vergadering;4. de voorstellen van de leden tijdens de Raad;5. een samenvatting van de discussies en de medegedeelde informaties;6. de uitgebrachte adviezen, de aanbevelingen en de getroffen beslissingen;7. de inhoud van de eventuele minoriteitsnota's.Deze nota's worden bij de notulen gevoegd.
Onderafdeling 4. - Archiva
Art. 10.Alle documenten vanuit de Raad worden bewaard in de lokalen van het Ministerie van de Franse Gemeenschap (Algemene Directie voor het niet-verplicht onderwijs van het Wetenschappelijk Onderzoek) bewaard. Afdeling 2. - Opdrachten van de Hoge Raad : opdrachten inzake studies
en adviezen
Art. 11.De Raad kan op de vergaderingen deskundigen uitnodigen om hem de nodige inlichtingen te bezorgen over de punten op de agenda.
Art. 12.De Raad mag op eigen initiatief of op dat van de Minister beslissen zich in overleggroepen onder te verdelen.
Deze groepen kunnen bestaan uit effectieve en plaatsvervangende leden van de Raad alsook uit deskundigen van buiten.
Deze groepen leggen het resultaat van hun bedenkingen ter informatie en/of beraadslaging van de Raad voor binnen een door hem bepaalde termijn. Afdeling 3. - Slotbepalingen
Art. 13.Elke wijziging aan dit huishoudelijk reglement vereist een meerderheidsstemming van de Raad alsook de goedkeuring van de Regering.
Art. 14.Aan ieder effectief of plaatsvervangend lid van de Raad wordt een exemplaar van dit huishoudelijk reglement overhandigd.