gepubliceerd op 15 juni 1999
Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de overgangsbepalingen die van toepassing zijn op de personeelsleden van het onderwijs voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap
17 MEI 1999. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de overgangsbepalingen die van toepassing zijn op de personeelsleden van het onderwijs voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap
De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op de wet van 6 augustus 1931 houdende vaststelling van de onverenigbaarheden en ontzeggingen betreffende de ministers, gewezen ministers en ministers van Staat, alsmede de leden en gewezen leden van de Wetgevende Kamers;
Gelet op de wet van 22 juni 1964 betreffende het statuut der personeelsleden van het Rijksonderwijs;
Gelet op de wet van 7 juli 1970 betreffende de algemene structuur van het Hoger onderwijs;
Gelet op het decreet van 16 april 1991 houdende inrichting van het onderwijs voor sociale promotie, zoals gewijzigd, inzonderheid op de artikelen 94, 111 en 118;
Gelet op het decreet van 17 mei 1999 betreffende het administratief statuut van het bestuurs- en onderwijzend personeel en het opvoedend hulpersoneel van de onderwijsinrichtingen voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap;
Gelet op het koninklijk besluit van 2 oktober 1968 tot vaststelling en rangschikking van de ambten der leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel bij de inrichtingen voor kleuteronderwijs, lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs van de Staat, en van de ambten der leden van de inspectiedienst belast met het toezicht op deze inrichtingen;
Gelet op het koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoeddend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen voor kleuteronderwijs, lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs van de Staat, alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen en de leden van de inspectiedienst die belast is met het toezicht op deze inrichtingen;
Gelet op het koninklijk besluit van 22 april 1969 betreffende de bekwaamheidsbewijzen vereist van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der rijksinrichtingen voor kleuter-, lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs, alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen;
Gelet op het koninklijk besluit van 22 juli 1969 tot vaststelling van de wervingsambten waarvan de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, het opvoedend hulppersoneel en het paramedisch personeel van de rijksonderwijsinrichtingen titularis moeten zijn om in een selectieambt te kunnen worden benoemd;
Gelet op het koninklijk besluit van 31 juli 1969 tot vaststelling van de wervings- en selectieambten waarvan de personeelsleden van het rijksonderwijs titularis moeten zijn om benoemd te kunnen worden in een bevorderingsambt in de categorie van het bestuurs- en onderwijzend personeel der rijksonderwijsinrichtingen;
Gelet op het koninklijk besluit van 14 december 1976 houdende organiek reglement van de personeelsleden van de inspectiedienst die belast is met het toezicht op de rijksinrichtingen;
Gelet op het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 27 december 1991 betreffende de ambten, opdrachten en betrekkingen van de leden van het personeel van het onderwijs voor sociale promotie;
Overwegende dat uit het treffen van overgangsbepalingen ten gunste van de personeelsleden van het onderwijs voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap geen nadeel voortvloeit voor de personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap;
Overwegende dat in het gesubsidieerd onderwijs voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap de inrichtende machten zijn blijven benoemen terwijl in het onderwijs voor sociale promotie ingericht door de Franse Gemeenschap niet meer benoemd werd sedert 1993;
Overwegende dat de huidige regels inzake benoeming verschillend zijn voor ieder net van onderwijs en dat het dus niet dringend is gelijktijdig overgangsbepalingen te treffen tot hetzelfde eind ten gunste van de personeelsleden van het onderwijs voor sociale promotie van ieder onderwijsnet;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3 vervangen bij de wet van 9 augustus 1980 en gewijzigd bij de wetten van 16 juni 1989, 4 juli 1989, 6 april 1995 en 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid gemotiveerd door het feit dat het decreet van de Raad van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel van de onderwijsinrichtingen voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap selectie- en bevorderingsambten opricht, maar niet bepaalt welke procedures dienen te worden uitgewerkt om er toegang te krijgen en met de zorg de pedagogische ploegen te stabiliseren vóór de inwerkingtreding van de nieuwe organieke beschikkingen;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 29 maart 1999;
Gelet op de beraadslaging van de Regering van de Franse Gemeenschap van 29 maart 1999;
Op de voordracht van de Minister-Voorzitster, belast met het onderwijs en van de Minister van Begroting, Financiën en Ambtenarenzaken, Besluit :
Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op de personeelsleden die, op 30 juni 1999, hoofdzakelijk en tijdelijk titularis zijn van een selectie- of bevorderingsambt in het onderwijs voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap.
Art. 2.De bepalingen van dit besluit zijn enkel van toepassing op de betrekkingen in verband met de wets- en reglementaire bepalingen, inzonderheid op basis van de bepalingen van titel II van het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 27 december 1991 betreffende de ambten, opdrachten en betrekkingen van de leden van het personeel van het onderwijs voor sociale promotie, verantwoord door het aantal leerlingen-lestijden die hun creatie toelaten, in volledige opdracht.
Art. 3.De bij artikel 1 bedoelde personeelsleden, die in dat ambt niet vastbenoemd zijn en die hoofdzakelijk en tijdelijk titularis zijn, kunnen benoemd zijn in het ambt waarvan zij titularis zijn, voor zover hun betrekking vacant werd verklaard en zij aan de volgende voorwaarden voldoen : 1° Belg zijn of burger zijn van een andere lidstaat van de Europese Unie, behoudens afwijking toegestaan door de Regering van de Franse Gemeenschap;2° van onberispelijk gedrag zijn;3° de burgerlijke en politieke rechten genieten;4° aan de dienstplichtwetten hebben voldaan;5° over de lichamelijke geschiktheid bepaald bij het koninklijk besluit van 22 april 1969 tot vaststelling van de lichamelijke geschiktheid vereist van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel en van het paramedisch personeel der rijksinrichtingen voor kleuter-, lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs, alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen, beschikken;6° aan de wettelijke en reglementaire bepalingen inzake taalstelsel voldoen;7° op 30 juni 1999, 1200 dagen dienst in het door de Staat, nu de Franse Gemeenschap, ingericht onderwijs, tellen, waaronder minstens 500 dagen in het onderwijs voor sociale promotie.
Art. 4.De bij artikel 1 bedoelde personeelsleden die, op 30 juni 1999, aan de bij artikel 3 van dit besluit bepaalde voorwaarden voldoen, worden in vast verband benoemd in de betrekking van opvoeder-huismeester waarvan zij tijdelijk titularis zijn, voor zover zij ook de hierna vermelde voorwaarden vervullen : 1° titularis zijn, op 30 juni 1999, van een vacant verklaarde betrekking;2° zijn kandidatuur te hebben ingediend in de vorm en termijn bepaald voor de oproep tot de kandidaten;3° ofwel definitief titularis zijn in het onderwijs van de Franse Gemeenschap, van één van de wervingsambten bedoeld bij het Koninklijk besluit van 22 juli 1969 tot vaststelling van de wervingsambten waarvan de personeelsleden van het Rijksonderwijs titularis moeten zijn om in een selectieambt van de categorie bestuurs- en onderwijzend personeel van de inrichtingen van de Staat te kunnen worden benoemd ofwel tijdelijk en zonder onderbreking sedert 1 september 1994 het ambt van opvoeder-huismeester of studiemeester-opvoeder belast met de boekhouding uitgeoefend te hebben en houder zijn van het bekwaamheidsbewijs vereist voor het wervingsambt van studiemeester-opvoeder.
Art. 5.De personeelsleden die, op 30 juni 1999, aan de bij artikel 3 van dit besluit bepaalde voorwaarden voldoen, worden in vast verband benoemd in de betrekking van directiesecretaris waarvan zij tijdelijk titularis zijn, voor zover zij ook de hierna vermelde voorwaarden vervullen : 1° titularis zijn van een vacant verklaarde betrekking;2° zijn kandidatuur te hebben ingediend in de vorm en termijn bepaald voor de oproep tot de kandidaten;3° ofwel definitief titularis zijn in het onderwijs van de Franse Gemeenschap, van één van de wervingsambten bedoeld bij het Koninklijk besluit van 22 juli 1969 tot vaststelling van de wervingsambten waarvan de personeelsleden van het Rijksonderwijs titularis moeten zijn om in een selectieambt van de categorie bestuurs- en onderwijzend personeel van de inrichtingen van de Staat te kunnen worden benoemd ofwel tijdelijk en zonder onderbreking sedert 1 september 1994 het bij dit artikel bedoeld ambt uitgeoefend te hebben en houder zijn van het bekwaamheidsbewijs vereist voor het ambt van studiemeester-opvoeder.
Art. 6.De personeelsleden die, op 30 juni 1999, aan de bij artikel 3 van dit besluit bepaalde voorwaarden voldoen, worden in vast verband benoemd in de betrekking van onderdirecteur waarvan zij tijdelijk titularis zijn, voor zover zij ook de hierna vermelde voorwaarden vervullen : 1° titularis zijn, op 30 juni 1999, van een vacant verklaarde betrekking;2° zijn kandidatuur te hebben ingediend in de vorm en termijn bepaald voor de oproep tot de kandidaten;3° definitief titularis zijn in het onderwijs van de Franse Gemeenschap, van één van de wervingsambten bedoeld bij het Koninklijk besluit van 22 juli 1969 tot vaststelling van de wervingsambten waarvan de personeelsleden van het Rijksonderwijs titularis moeten zijn om in een selectieambt van de categorie bestuurs- en onderwijzend personeel van de inrichtingen van de Staat te kunnen worden benoemd ofwel tijdelijk en zonder onderbreking sedert 1 september 1994 het bij dit artikel bedoeld ambt uitgeoefend te hebben.
Art. 7.De bij artikel 1 bedoelde personeelsleden die, op 30 juni 1999, aan de bij artikel 3 van dit besluit bepaalde voorwaarden voldoen, worden in vast verband benoemd in de betrekking van directeur waarvan zij tijdelijk titularis zijn, voor zover zij ook de hierna vermelde voorwaarden vervullen : 1° titularis zijn, op 30 juni 1999, van een vacant verklaarde betrekking;2° zijn kandidatuur te hebben ingediend in de vorm en termijn bepaald voor de oproep tot de kandidaten;3° definitief titularis zijn in het onderwijs van de Franse Gemeenschap, van één van de wervingsambten bedoeld bij het Koninklijk besluit van 22 juli 1969 tot vaststelling van de wervingsambten waarvan de personeelsleden van het Rijksonderwijs titularis moeten zijn om in een selectieambt van de categorie bestuurs- en onderwijzend personeel van de inrichtingen van de Staat te kunnen worden benoemd ofwel tijdelijk en zonder onderbreking sedert 1 september 1994 het bij dit artikel bedoeld ambt uitgeoefend te hebben.
Art. 8.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 9.De Minister tot wiens bevoegdheid het Onderwijs voor sociale promotie behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 17 mei 1999.
De Minister van Begroting, Financiën en Ambtenarenzaken, tot wiens bevoegdheid het Onderwijs voor sociale promotie behoort, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister-Voorzitster, belast met het Onderwijs, Mevr. L. ONKELINX