gepubliceerd op 04 maart 1999
Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot wijziging van de reglementering aangaande de uitbetaling van werkingstoelagen
12 JANUARI 1999. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot wijziging van de reglementering aangaande de uitbetaling van werkingstoelagen
De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op de wet van 29 mei 1959 houdende wijziging van de onderwijswetgeving, inzonderheid op artikel 32, zoals gewijzigd;
Gelet op het koninklijk besluit van 15 december 1959 houdende toepassing van artikel 32 van de wet van 29 mei 1959, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 14 maart 1961 en 12 juni 1962;
Gelet op het koninklijk besluit van 23 december 1974 houdende uitvoering van artikel 32, § 2, voorlaatste lid, van de wet van 29 mei 1959, zoals het werd vervangen door de wet van 11 juli 1973 en houdende bepaling van het bedrag, de berekeningswijze en het tijdstip van de betaling van de werkingstoelagen in het buitengewoon onderwijs, zoals het werd gewijzigd bij het besluit van 20 februari 1995 van de Regering;
Gelet op het besluit van 20 februari 1995 van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende uitvoering van artikel 32 van de wet van 29 mei 1959 en houdende vaststelling van de wijze van uitbetaling van de werkingstoelagen;
Gelet op het advies van 17 augustus 1998 van de Inspecteur van Financiën;
Gelet op het akkoord van 31 augustus 1998 van de Minister van Begroting;
Gelet op het advies van 7 december 1998 van de Raad van State;
Op de voordracht van de Minister-Voorzitster, belast met het Onderwijs;
Gelet op de beraadslaging van 12 januari 1999 van de Regering van de Franse Gemeenschap, Besluit :
Artikel 1.In het koninklijk besluit van 15 december 1959, houdende toepassing van artikel 32 van de wet van 29 mei 1959, gewijzigd bij de koninklijk besluiten van 14 maart 1961 en 12 juni 1962, wordt een artikel 4bis ingevoegd, luidend als volgt : «
Art. 4bis.In afwijking van artikel 4, lid 1, wat het secundair onderwijs betreft, wordt het bedrag van de werkingstoelagen, verschuldigd voor een schooljaar, op basis van het aantal regelmatig ingeschreven leerlingen op 15 januari van het lopende schooljaar berekend. »
Art. 2.In artikel 2, b, van het koninklijk besluit van 23 december 1974 houdende uitvoering van artikel 32, § 2, voorlaatste lid, van de wet van 29 mei 1959, zoals het werd vervangen door de wet van 11 juli 1973 en houdende bepaling van het bedrag, de berekeningswijze en het tijdstip van de uitbetaling van de werkingstoelagen in het buitengewoon onderwijs, zoals het werd gewijzigd bij het besluit van 20 februari 1995 van de Regering, worden de woorden « 31 januari » vervangen door de woorden « 15 januari ».
Art. 3.In artikel 2, laatste lid van het besluit van 20 februari 1995 van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende uitvoering van artikel 32 van de wet van 29 mei 1959 en houdende vaststelling van de wijze van uitbetaling van de werkingstoelagen worden de woorden « en voor het secundair onderwijs » ingevoegd na de woorden « buitengewoon onderwijs ».
Art. 4.Een artikel 2bis, luidend als volgt, wordt in hetzelfde artikel ingevoegd : «
Art. 2bis.Voor het secundair onderwijs, na een aanmaning met een laatste termijn, wordt het bedrag van het voorschot teruggebracht op 40 % indien de documenten betreffende de organisatie van de inrichting, voor het lopende schooljaar, niet binnen de toegekende termijn worden doorgezonden. »
Art. 5.Artikel 3 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling : § 1. Het saldo van de aan elke inrichting verschuldigde werkingstoelagen wordt op de daaropvolgende twintigste september vereffend. § 2. In afwijking van § 1, voor het secundair onderwijs, wordt het saldo uiterlijk de daaropvolgende twintigste september vereffend.
Indien de documenten betreffende de organisatie van de inrichting niet binnen de toegekende termijnen werden doorgezonden na een aanmaning met een laatste termijn, kan de datum van de storting van het saldo uitgesteld worden tot wanneer voldaan wordt aan het reglementair voorschrift. »
Art. 6.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 1999.
Art. 7.De Minister tot wiens bevoegdheid het Onderwijs behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 12 januari 1999.
Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap, De Minister-Voorzitster, belast met het Onderwijs, Mevr. L. ONKELINX