GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE VAN BRUSSEL-HOOFDSTAD

8 OKTOBER 2020. - Besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie tot uitvoering van artikel 13/1, § 3 van de ordonnantie van 19 juli 2007 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid en tot opheffing van het besluit van 4 augustus 2020 van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie tot uitvoering van artikel 13/3, § 3 van de ordonnantie van 19 juli 2007 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid

Het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, Gelet op de ordonnantie van 19 juli 2007 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid, artikel 13/1;

Gelet op het besluit van 4 augustus 2020 van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie tot uitvoering van artikel 13/3, § 3 van de ordonnantie van 19 juli 2007 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, artikel 3, § 1;

Gelet op de hoogdringendheid;

Overwegende dat er, om het risico te beperken dat de pandemie in ons land heropflakkert, tijdelijke reisbeperkingen worden opgelegd;

Overwegende de Belgische aanpak voor de terugkeer van reizigers een onderscheid maakt tussen rode, oranje en groene zones. Deze zones worden gepubliceerd op de website van Buitenlandse Zaken;

Overwegende dat rode zones steden, gemeenten, districten, regio's of landen zijn die door het land in kwestie opnieuw in lockdown worden geplaatst of waar personen een hoog risico op besmetting lopen op basis van epidemiologische criteria vastgesteld door CELEVAL;

Overwegende dat de Nationale Veiligheidsraad op 23 september 2020 uitgebreid met de ministers-presidenten is samengekomen om zich te buigen over het werk van CELEVAL, aan wie gevraagd was een langetermijnvisie uit te werken voor risicobeheer. Op die samenkomst werd geoordeeld dat het niet langer noodzakelijk is dat iedereen die terugkeert uit een rode zone ertoe gehouden is zo snel mogelijk zijn behandelend arts te raadplegen om zich te onderwerpen aan een test en onmiddellijk een quarantaine te ondergaan;

Overwegende dat de Nationale Veiligheidsraad op 23 september 2020 de regels en uitzonderingen op de quarantaine en de testing heeft herbekeken en het volgende heeft beslist: "Reizigers die terugkeren uit een rode zone, zullen meteen na hun terugkeer in quarantaine moeten. Op dag vijf moeten ze zich laten testen. Ze kunnen aan deze verplichting ontsnappen indien ze een zelfevaluatiedocument invullen en na analyse daarvan groen licht krijgen. Deze instructies gelden niet voor mensen die minder dan 48 uur in een rode zone verblijven, zoals grensarbeiders." Overwegende dat het zelfevaluatiedocument geïntegreerd zal worden in het Passenger Locator Form, bekendgemaakt op de websites van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken en van de Dienst Vreemdelingenzaken, zoals opgelegd overeenkomstig het ministerieel besluit van 30 juni 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken;

Overwegende dat de beslissing van de Nationale Veiligheidsraad in werking treedt op 1 oktober 2020;

Op de voordracht van de leden van het Verenigd College, belast met de bevoegdheid inzake het Gezondheidsbeleid;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Een uitzondering op de verplichtingen voorzien in paragraaf 1, 1° en 2°, van artikel 13/1 van de ordonnantie van 19 juli 2007 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid, geldt voor de personen die een zelfevaluatiedocument invullen, geïntegreerd in het Passenger Locator Form bekendgemaakt op de websites van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken en van de Dienst Vreemdelingenzaken, en voor zover dat het door het systeem gegeneerde resultaat negatief is.

Art. 2.Een uitzondering op de verplichtingen voorzien in paragraaf 1, 1° en 2°, van artikel 13/1 van de voornoemde ordonnantie, geldt voor personen die minder dan 48 uur in een rode zone verblijven of die minder dan 48 uur in België verblijven.

Art. 3.§ 1. Een uitzondering op de verplichting voorzien in paragraaf 1, 2°, van artikel 13/1 van de voornoemde ordonnantie, is toegestaan voor essentiële verplaatsingen, voor een hieraan verbonden essentiële activiteit, in die mate dat de realisatie van deze activiteit niet kan worden uitgesteld tot nadat de periode van quarantaine is afgelopen. § 2. De personen die vallen onder de uitzondering van paragraaf 1, moeten de essentiële activiteit waarvoor zij zich verplaatsen op eenvoudig verzoek kunnen bewijzen.

Art. 4.Het besluit van 4 augustus 2020 van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie tot uitvoering van artikel 13/3, § 3 van de ordonnantie van 19 juli 2007 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid wordt opgeheven.

Art. 5.Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 2020.

Art. 6.De Leden van het Verenigd College bevoegd voor het Gezondheidsbeleid zijn belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 8 oktober 2020.

Voor het Verenigd College, De Leden van het Verenigd College bevoegd voor Welzijn en Gezondheid, A. MARON E. VAN DEN BRANDT