Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 21 november 2024
gepubliceerd op 04 december 2024

Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot uitvoering van de artikelen 146 tot en met 151 van het Brussels Wetboek inzake de gelijkheid, de non-discriminatie en de bevordering van diversiteit

bron
brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2024010811
pub.
04/12/2024
prom.
21/11/2024
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

21 NOVEMBER 2024. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot uitvoering van de artikelen 146 tot en met 151 van het Brussels Wetboek inzake de gelijkheid, de non-discriminatie en de bevordering van diversiteit


De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen en zijn artikel 20;

Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen en zijn artikel 8;

Gelet op het Brussels Wetboek inzake de gelijkheid, de non-discriminatie en de bevordering van diversiteit, meer bepaald de artikelen 146, 147, 149, § 2, 150 en 151;

Gelet op het akkoord van de minister van Begroting;

Gelet op advies nr. 77.048/3 van de Raad van State van 30 september 2024, in toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State van 12 januari 1973;

Op voordracht van de minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering bevoegd voor Plaatselijke Besturen, Besluit :

HOOFDSTUK I. - Definities

Artikel 1.§ 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: 1° het Wetboek: het Brussels Wetboek inzake de gelijkheid, de non-discriminatie en de bevordering van diversiteit;2° Brussel Plaatselijke Besturen: het bestuur van de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel dat bevoegd is voor de plaatselijke besturen;3° werknemer van buitenlandse nationaliteit: werknemer of werkzoekende die als zodanig is ingeschreven bij Actiris en die geen onderdaan is van een staat die is toegetreden tot de Europese Unie, noch van het Koninkrijk Noorwegen, de vorstendommen Andorra, Liechtenstein en Monaco, de republieken IJsland of San Marino of de Zwitserse Bondsstaat;4° werknemer van buitenlandse afkomst: werknemer of werkzoekende die als zodanig is ingeschreven bij Actiris, die legaal en langdurig in België verblijft en die bij de geboorte niet de nationaliteit had van een staat die is toegetreden tot de Europese Unie, noch van het Koninkrijk Noorwegen, de vorstendommen Andorra, Liechtenstein en Monaco, de republieken IJsland of San Marino of de Zwitserse Bondsstaat, of van wie minstens een van de ouders bij de geboorte niet een van deze nationaliteiten had;5° jonge werknemer: werknemer of werkzoekende die als zodanig is ingeschreven bij Actiris en jonger dan 26 jaar is;6° ervaren werknemer: werknemer of werkzoekende die als zodanig is ingeschreven bij Actiris en ouder dan 45 jaar is;7° werknemer met een handicap: werknemer met langdurige fysieke, mentale, verstandelijke of zintuiglijke beperkingen die hem in wisselwerking met diverse drempels kunnen beletten volledig, daadwerkelijk en op voet van gelijkheid met anderen te participeren aan de arbeidsmarkt;8° werknemer zonder diploma secundair onderwijs: werknemer of werkzoekende die als zodanig is ingeschreven bij Actiris en die niet in het bezit is van een diploma secundair onderwijs of gelijkwaardig document, met inbegrip van een buitenlands document dat als gelijkwaardig wordt erkend en hoger is dan het lager secundair onderwijs;9° tewerkstellingsoperatoren: de tewerkstellingsoperatoren bedoeld in artikel 3, 2° van de ordonnantie van 14 juli 2011 betreffende het gemengd beheer van de arbeidsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;10° LGBTQIA+-werknemer: werknemer die zich identificeert als LGBTQIA+ overeenkomstig het principe van zelfbeschikking, en met inachtneming van het recht op eerbiediging van het privéleven;11° de minister: de minister bevoegd voor Plaatselijke Besturen. § 2. De definities in artikel 5 van het Wetboek zijn van toepassing op dit besluit. § 3. Het gebruik van de mannelijke vorm in dit besluit is gemeenslachtig.

HOOFDSTUK II. - Diversiteitsconsultants en -managers

Art. 2.De diversiteitsconsultants van Actiris krijgen de volgende opdrachten toegewezen voor de plaatselijke besturen: 1° Sensibiliseren en informeren over de voordelen en de uitdagingen inzake diversiteit in een professionele omgeving;2° Informeren over de relevante tewerkstellingssteun om de diversiteit binnen het plaatselijke bestuur te bevorderen;3° De lokale besturen bijstaan in de voorbereiding, opstelling, uitvoering en evaluatie van de diversiteitsplannen.

Art. 3.§ 1. De diversiteitsmanager wordt aangesteld voor de duur van de uitwerking, de uitvoering en de evaluatie van het openbaar diversiteitsplan. Zijn mandaat is hernieuwbaar. § 2. De minister stelt een model voor het functieprofiel van de diversiteitsmanager ter beschikking van de gemeenten. De Brusselse Hoofdstedelijke Regering delegeert de uitwerking van het functieprofiel aan de minister.

HOOFDSTUK III. - Inhoud van het openbaar diversiteitsplan

Art. 4.§ 1. Een openbaar diversiteitsplan bestaat uit twee delen: - Een kwantitatieve en kwalitatieve scan van de diversiteit in het betrokken lokaal bestuur; - Meetbare maatregelen en acties die het lokaal bestuur zal implementeren om diversiteit te bevorderen en discriminatie te bestrijden in het bestuur. § 2. De sjablonen voor de inhoud van de diversiteitsscan en het openbaar diversiteitsplan worden ter beschikking gesteld door Brussel Plaatselijke Besturen via zijn website.

Art. 5.§ 1. In kwantitatieve termen berust de diversiteitsscan op een statistische analyse van de aanwezigheid van de volgende doelgroepen in het personeel van het plaatselijke bestuur: 1° Mannen en vrouwen;2° Werknemers met een handicap;3° Jonge werknemers;4° Ervaren werknemers;5° Werknemers van buitenlandse nationaliteit;6° Werknemers zonder diploma secundair onderwijs. § 2. In kwalitatieve termen geeft de diversiteitsscan een beeld van de geldende praktijken in het lokaalbestuur op het gebied van diversiteit, evenals de resultaten en moeilijkheden bij de implementatie van deze praktijken. Dit gebeurt aan de hand van vier krachtlijnen: 1° De krachtlijn "selectie en werving";2° De krachtlijn "personeelsbeheer";3° De krachtlijn "sensibilisering en interne communicatie";4° De krachtlijn "externe positionering".

Art. 6.§ 1. Op basis van de uitgevoerde scan definieert het lokaal bestuur de te bereiken algemene doelstellingen inzake het bevorderen van diversiteit en het bestrijden van discriminatie en met betrekking tot de in artikel 5, § 2 van dit besluit vermelde krachtlijnen. § 2. Op basis van de vastgestelde doelstellingen bepaalt het bestuur de meetbare maatregelen en acties die de basis vormen van het openbaar diversiteitsplan. Maatregelen en acties die beperkt zijn tot het naleven van wettelijke of regelgevende verplichtingen of die volledig door een overheid worden gesubsidieerd, zijn geen maatregelen en acties in de zin van dit artikel. § 3. De meetbare maatregelen en acties van het openbaar diversiteitsplan zijn gebaseerd op dezelfde krachtlijnen als die van de diversiteitsscan, namelijk: 1° De krachtlijn "selectie en werving", die acties omvat met het oog op: a) De analyse, objectivering, neutralisering en verfijning van het selectie- en wervingsbeleid en de procedures die op dit vlak worden toegepast;b) De invoering van nieuwe selectie- en wervingskanalen, die gekoppeld worden aan wervingsinspanningen in het voordeel van een of meerdere categorieën werknemers bedoeld in artikel 5, § 1;c) Het opzetten van een of meerdere samenwerkingsverbanden met tewerkstellingsoperatoren, om zo de selectie en werving van een of meerdere categorieën werknemers bedoeld in artikel 5, § 1, te verbeteren;2° De krachtlijn "personeelsbeheer", die het volgende omvat: a) De analyse, objectivering, neutralisering en verfijning van het onthaalbeleid en de functiebeschrijvingen om rekening te houden met een of meerdere categorieën werknemers bedoeld in artikel 5, § 1;b) De organisatie van coaching en interne begeleiding voor een of meerdere categorieën werknemers bedoeld in artikel 5, § 1;c) De organisatie van aangepaste interne of externe lessen of opleidingen, voor het personeelsbeheer en het organisatiebeleid, die rekening houden met de verscheidenheid van de werknemers die behoren tot een of meerdere categorieën bedoeld in artikel 5, § 1;d) De organisatie van aangepaste interne of externe lessen of opleidingen en een aangepaste voortgezette opleiding die rechtstreeks of onrechtstreeks de overgang bevorderen of het vroegtijdig vertrek vermijden van werknemers die behoren tot een of meerdere categorieën bedoeld in artikel 5, § 1;e) De integratie van het beheer van de indiensttredingen, doorgangen, overgangen en uitdiensttredingen bij of van het lokaal bestuur;f) De procedure voor redelijke aanpassingen voor werknemers met een handicap, evenals de doelstellingen inzake toegankelijkheid van de werkplek ter aanvulling van of toevoeging bij degene waarop de werknemers juridisch gezien recht hebben;g) De acties voor de combinatie van het privé- en het beroepsleven ter aanvulling van of toevoeging bij degene waarop de werknemers juridisch gezien recht hebben.3° De krachtlijn "sensibilisering en interne communicatie", die het volgende omvat: a) Het bevorderen van diversiteit en het bestrijden van discriminatie in het personeelsbeheer en in het organisatiebeleid bij het personeel, via acties en campagnes;b) De herinnering aan de rechten en plichten die voortvloeien uit de regelgeving inzake de strijd tegen discriminatie, en hun bevordering bij de personeelsleden;c) De organisatie van opleidingen inzake interculturele communicatie, diversiteitsbeheer en omgaan met vooroordelen op het werk;d) De organisatie van taalcursussen, -stages en -opleidingen.4° De krachtlijn "externe positionering", die het bevorderen van diversiteit en het bestrijden van discriminatie in het personeelsbeheer en in het organisatiebeleid bij burgers, leveranciers en partners omvat, met inbegrip van het communiceren, verspreiden en ter beschikking stellen van ervaringen, methoden en tools, zodat ze elders kunnen worden toegepast. § 4. De openbare diversiteitsplannen kunnen betrekking hebben op alle beschermde criteria en in het bijzonder op de volgende thema's: 1° De professionele gelijkheid tussen vrouwen en mannen;2° De non-discriminatie en de inclusie van werknemers met een handicap;3° De non-discriminatie en de professionele integratie van jonge werknemers;4° De non-discriminatie en professionele integratie van werknemers van buitenlandse nationaliteit of afkomst;5° De strijd tegen racisme op het werk;6° De non-discriminatie en professionele integratie van ervaren werknemers;7° De non-discriminatie en professionele integratie van LGBTQIA+-werknemers;8° De non-discriminatie en de beroepsinschakeling van werknemers zonder diploma secundair onderwijs;9° De non-discriminatie en de inclusie van werknemers op basis van hun ouderschapssituatie, met inbegrip van het alleenstaande ouderschap. § 5. Het openbaar diversiteitsplan integreert het genderperspectief, dat bestaat uit het onderzoeken van en het systematisch en transversaal rekening houden met de verschillen tussen vrouwen en mannen in alle acties. § 6. Het lokaal bestuur bepaalt het tijdspad, het budget en de instrumenten van het openbaar diversiteitsplan. § 7. Het openbaar diversiteitsplan treedt in werking op de dag van zijn goedkeuring door de besluitvormingsorganen van het lokaal bestuur, met uitzondering van de gemeenten, waarvoor de datum van de inwerkingtreding gelijk is aan die van de goedkeuring bedoeld in artikel 8 van dit besluit. § 8. Het lokaal bestuur stuurt zijn openbaar diversiteitsplan naar Brussel Plaatselijke Besturen, dat zijn enige aanspreekpunt is in het kader van dit besluit.

Het nieuwe plan moet uiterlijk vier maanden vóór de vervaldatum van het vorige plan worden bezorgd. De gemeenten moeten samen met het nieuwe plan ook de evaluatiedocumenten bedoeld in artikel 10, § 1, van dit besluit bezorgen. Brussel Plaatselijke Besturen stelt hiervoor op zijn website een uniek formulier ter beschikking.

Brussel Plaatselijke Besturen stuurt de openbare diversiteitsplannen die het ontvangt naar Actiris, en als de goedkeuringsprocedure beschreven in artikel 8 van dit besluit van toepassing is, ook naar de minister.

Bovendien stelt Brussel Plaatselijke Besturen jaarlijks een stand van zaken op van het diversiteits- en antidiscriminatiebeleid in de lokale besturen. De minister bezorgt deze stand van zaken aan het parlement. § 9. Het lokaal bestuur publiceert, in de mate van het mogelijke, zijn diversiteitsplan op zijn website.

HOOFDSTUK IV. - Goedkeuringsprocedure voor het openbaar diversiteitsplan

Art. 7.Het openbaar diversiteitsplan wordt voor advies voorgelegd aan de overlegorganen en gevalideerd door de besluitvormingsorganen van het lokaal bestuur.

Art. 8.§ 1. Brussel Plaatselijke Besturen legt het openbaar diversiteitsplan van elke gemeente ter goedkeuring voor aan de minister. § 2. De minister keurt de openbare diversiteitsplannen goed die voldoen aan de inhoudelijke vereisten van de artikelen 4 tot 6 van dit besluit. De minister kan hiervoor het advies inwinnen van het evaluatiecomité bedoeld in artikel 9 van dit besluit.

De minister heeft 30 dagen de tijd om een beslissing te nemen. Indien de minister overeenkomstig het eerste lid het advies van het evaluatiecomité vraagt, wordt deze termijn met 30 dagen verlengd en wordt de betrokken gemeente hiervan op de hoogte gebracht.

Indien er geen beslissing wordt genomen binnen de in het vorige lid bedoelde termijn, wordt het plan geacht te zijn goedgekeurd. Brussel Plaatselijke Besturen geeft schriftelijk kennis aan de gemeente van de goedkeuring na het verstrijken van de termijn.

Bij niet-goedkeuring keurt de minister een beslissing goed die de punten aangeeft die moeten worden aangepast vóór de gemeente een gecorrigeerd openbaar diversiteitsplan indient bij Brussel Plaatselijke Besturen.

HOOFDSTUK V. - Evaluatieprocedure van het openbaar diversiteitsplan van de gemeenten

Art. 9.§ 1. Het evaluatiecomité van de openbare diversiteitsplannen is als volgt samengesteld: - Een vertegenwoordiger van de minister; - Een vertegenwoordiger van het lid van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering bevoegd voor Gelijke Kansen; - Een vertegenwoordiger van Brussel Plaatselijke Besturen; - Een vertegenwoordiger van Actiris; - Een vertegenwoordiger van Unia; - Een vertegenwoordiger van het Instituut.

Om de aanwezigheid van zes leden in het evaluatiecomité te waarborgen, wanneer eenzelfde minister belast is met Plaatselijke Besturen en Gelijke Kansen, duidt hij twee vertegenwoordigers aan. § 2. Het evaluatiecomité kan enkel geldig beraadslagen en beslissen, als minstens vier van de zes leden aanwezig zijn. § 3. Het secretariaat van het comité wordt waargenomen door Brussel Plaatselijke Besturen.

Het evaluatiecomité komt samen en stelt zijn huishoudelijk reglement op binnen zes maanden na de inwerkingtreding van dit besluit.

Art. 10.§ 1. Uiterlijk vier maanden vóór het verstrijken van haar openbaar diversiteitsplan bezorgt elke gemeente Brussel Plaatselijke Besturen het verslag van de diversiteitsmanager over de manier waarop de meetbare maatregelen en acties bedoeld in artikel 6, § 2 van dit besluit werden uitgevoerd. In voorkomend geval verstuurt de gemeente ook het in artikel 13 bedoelde plan met corrigerende maatregelen en een aanvullend verslag van de diversiteitsmanager over de manier waarop dit plan met corrigerende maatregelen werd uitgevoerd. § 2. Brussel Plaatselijke Besturen bevestigt de ontvangst van deze documenten binnen vijf dagen na ontvangst en stuurt ze door naar het evaluatiecomité. § 3. Het evaluatiecomité stelt zijn evaluatieverslag vast binnen 60 dagen na de in de tweede paragraaf bedoelde toezending.

Het gemotiveerde evaluatieverslag heeft betrekking op de uitvoering van de meetbare maatregelen en acties bedoeld in artikel 6, § 2 van dit besluit en, in voorkomend geval, op de uitvoering van het plan met corrigerende maatregelen bedoeld in artikel 13. Het sluit af door een positieve of negatieve evaluatie voor te stellen. Om een negatieve evaluatie voor te stellen, moet het evaluatieverslag unaniem door de aanwezige leden zijn vastgesteld. § 4. Op basis van het in de derde paragraaf bedoelde evaluatieverslag kent Brussel Plaatselijke Besturen de gemeente een positieve of negatieve evaluatie toe. Het evaluatieverslag van het evaluatiecomité is bij deze beslissing gevoegd.

HOOFDSTUK VI. - Subsidie voor de financiering van de opdrachten van de diversiteitsmanager

Art. 11.§ 1. De verdeelsleutel voor de in artikel 146, § 4, van het Wetboek bedoelde subsidie is de volgende: - Voor gemeenten die in aanmerking komen voor de subsidie en die minder dan 50.000 inwoners tellen, bedraagt het subsidiebedrag € 40.000; - Voor gemeenten die in aanmerking komen voor de subsidie en die tussen 50.000 en 100.000 inwoners tellen, bedraagt het subsidiebedrag € 60.000; - Voor gemeenten die in aanmerking komen voor de subsidie en die meer dan 100.000 inwoners tellen, bedraagt het subsidiebedrag € 80.000. § 2. Brussel Plaatselijke Besturen is verantwoordelijk voor het administratieve beheer van de subsidie, met inbegrip van de terugvorderingsprocedure in de in artikel 14 bedoelde gevallen.

Art. 12.De subsidie wordt jaarlijks toegekend aan gemeenten die hiervoor in aanmerking komen en die Brussel Plaatselijke Besturen het volgende bezorgen: - Een geldig openbaar diversiteitsplan, goedgekeurd in overeenstemming met artikel 8 van dit besluit; of - Voor gemeenten die minder dan een jaar na de inwerkingtreding van het Wetboek in een procedure zitten om een openbaar diversiteitsplan op te stellen, een intentieverklaring van het college van burgemeester en schepenen waarin staat dat minder dan een jaar na de genoemde inwerkingtreding een openbaar diversiteitsplan zal worden aangenomen.

Art. 13.Overeenkomstig artikel 150 van het Wetboek bezorgt de gemeente die een negatieve evaluatie heeft ontvangen aan het einde van de evaluatieprocedure beschreven in artikel 10 van dit besluit aan Brussel Plaatselijke Besturen, een plan met corrigerende maatregelen om de in de negatieve evaluatie vastgestelde tekortkomingen te verhelpen.

Het plan met corrigerende maatregelen wordt vooraf ter advies voorgelegd aan de overlegorganen en goedgekeurd door de gemeenteraad.

Brussel Plaatselijke Besturen stuurt dit plan met corrigerende maatregelen ter goedkeuring naar het evaluatiecomité. Het evaluatiecomité heeft 60 dagen tijd om een beslissing te nemen, die door Brussel Plaatselijke Besturen aan de betrokken gemeente wordt bezorgd. Een weigering om dit goed te keuren kan alleen unaniem door de aanwezige leden worden beslist door het evaluatiecomité, en op voorwaarde dat de verbeterpunten worden aangeduid voordat een nieuw plan met corrigerende maatregelen wordt ingediend.

Als het evaluatiecomité niet binnen de termijn tot een beslissing komt, wordt het plan met corrigerende maatregelen geacht te zijn goedgekeurd. Brussel Plaatselijke Besturen geeft schriftelijk kennis aan de gemeente van de goedkeuring van het plan met corrigerende maatregelen na het verstrijken van de termijn.

Art. 14.§ 1. Behalve in geval van overmacht vordert Brussel Plaatselijke Besturen de in het vorige jaar toegekende subsidie terug in de volgende gevallen: 1° de gemeente bezorgt de in artikel 10, § 1, bedoelde documenten niet tijdig;2° de gemeente die een intentieverklaring heeft ingediend in toepassing van artikel 12, § 1, neemt geen openbaar diversiteitsplan aan binnen het jaar na de inwerkingtreding van het Wetboek. Wanneer Brussel Plaatselijke Besturen vaststelt dat een gemeente zich in een van de in het vorige lid bedoelde gevallen bevindt, deelt het dit mee aan de betrokken gemeente, die 30 dagen de tijd heeft om haar opmerkingen over te maken. § 2. Wanneer een gemeente niet de volledige subsidie gebruikt die voor een bepaald jaar werd toegekend voor de financiering van de opdrachten van de diversiteitsmanager tijdens dat jaar, vordert Brussel Plaatselijke Besturen het niet-gebruikte deel van de subsidie terug.

HOOFDSTUK VII. - Overgangsregeling

Art. 15.De diversiteitsactieplannen die van kracht waren vóór de inwerkingtreding van het Wetboek vormen, voor een periode van twee jaar vanaf de goedkeuring ervan, openbare diversiteitsplannen die geacht worden te zijn goedgekeurd voor de toepassing van dit besluit.

HOOFDSTUK VIII. - Slotbepalingen

Art. 16.Het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 19 juli 2012Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 19/07/2012 pub. 02/10/2012 numac 2012031708 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot uitvoering van de ordonnantie van 4 september 2008 ertoe strekkende een diversiteitsbeleid te bewerkstelligen in het Brussels ambtenarenapparaat sluiten tot uitvoering van de ordonnantie van 4 september 2008 ertoe strekkende een diversiteitsbeleid te bewerkstelligen in het Brussels ambtenarenapparaat wordt opgeheven.

Art. 17.Dit besluit treedt in werking zes maanden na de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.

Art. 18.De minister bevoegd voor Plaatselijke Besturen wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 21 november 2024.

Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest : De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, R. VERVOORT De Minister belast met Plaatselijke Besturen, B. CLERFAYT


^