2 MEI 2024. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot verlenging van de termijn van de uitvoeringsfase van de operaties "B.1" en "B.2" aangestuurd door Leefmilieu Brussel, "A6a&b" aangestuurd door de Gemeente Anderlecht, "B.6" aangestuurd door de Gemeente Sint-Jans-Molenbeek, "A.5" aangestuurd door Brussel Mobiliteit en "A.7b - Sporthal" aangestuurd door de DBDMH binnen het programma van het Stadsvernieuwingscontract "Weststation" (SVC 3) in toepassing van artikel 6 van de ordonnantie van 23 december 2022

De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op de ordonnantie van 6 oktober 2016 houdende organisatie van de stedelijke herwaardering (hierna OSH);

Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 23 maart 2017Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 23/03/2017 pub. 30/03/2017 numac 2017030171 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de Stadsvernieuwingscontracten sluiten betreffende de stadsvernieuwingscontracten;

Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 16 november 2017Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 16/11/2017 pub. 01/12/2017 numac 2017031552 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot goedkeuring van het programma voor het "Stadsvernieuwingscontract - Weststation" type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 16/11/2017 pub. 01/12/2017 numac 2017031551 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot goedkeuring van het programma voor het "Stadsvernieuwingscontract - Citroën - Vergote" sluiten tot goedkeuring van het programma van het stadsvernieuwingscontract « Weststation » (SVC 3);

Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 28 februari 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 28/02/2019 pub. 11/03/2019 numac 2019011086 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot goedkeuring van de eerste wijziging van het programma voor het "Stadsvernieuwingscontract - Weststation" type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 28/02/2019 pub. 11/03/2019 numac 2019011085 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot goedkeuring van de eerste wijziging van het programma van het Stadsvernieuwingscontract "Koningslaan" sluiten tot goedkeuring van de eerste wijziging en aanvulling van het programma van het stadsvernieuwingscontract - SVC 3 « Weststation » ;

Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 12 mei 2021Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 12/05/2021 pub. 15/06/2021 numac 2021021077 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot goedkeuring van de tweede wijziging van het programma van het Stadsvernieuwingscontract "Weststation" sluiten tot goedkeuring van de tweede wijziging en aanvulling van het programma voor het stadsvernieuwingscontract - SVC 3 « Weststation »;

Gelet op de ordonnantie van 23 december 2022 tot verlenging van sommige termijnen van de ordonnantie van 6 oktober 2016 houdende organisatie van de stedelijke herwaardering (OSH), tot toekenning van de mogelijkheid om een allerlaatste programmawijziging door te voeren en tot verlenging van een termijn bepaald in de ordonnantie van 31 mei 2018 met betrekking tot de toekenning van subsidies voor investeringen in gemeentelijke sportinfrastructuur;

Overwegende dat de Regering op basis van artikel 6, § 1, eerste streepje van de ordonnantie van 23 december 2022 gemachtigd is "om bij een met redenen omkleed besluit: - de termijnen van de programma's en operaties bedoeld in artikel 3 van diezelfde ordonnantie voor een duur van hoogstens 6 bijkomende maanden volledig of voor een deel te verlengen;

Overwegende de vraag van Leefmilieu Brussel met betrekking tot de operatie B.1 et B.2 Overwegende dat het verzoek van Leefmilieu Brussel van 15 december 2023 om de uitvoeringstermijn voor de operaties B.1 "Aanleg van het park van het Weststation" en B.2 "Afbraak en heropbouw van de Steenkoolhal" van SVC 3 "Weststation" te verlengen om de volgende redenen: - De verwerving van zakelijke rechten heeft langer in beslag genomen dan voorzien; - De NMBS heeft geen toestemming gegeven om de werken uit te voeren vóór de bekrachtiging van de notariële akte; - Het gebrek aan belangstelling van dienstverleners en aannemers om deel te nemen aan overheidsopdrachten in de nasleep van de COVID pandemie; - Het feit dat uit een risicostudie is gebleken dat een verwerking van verontreinigde gronden noodzakelijk is vóór de site voor het publiek wordt opengesteld;

Overwegende dat de operaties B.1 en B.2 prioritaire projecten zijn van SVC 3 die van groot belang zijn voor de wijk en dat ze aansluiten bij de uitvoering van meerdere andere operaties van hetzelfde SVC (operaties A.2, B.3, B.6 en D.4) en buiten het SVC de volledige ontwikkeling van de verlaten spoorsite van het Weststation (RPA "Weststation");

Overwegende dat de operaties B.1 en B.2 middelen ontvangen uit het SVC-budget van SVC 3 "Weststation"; dat de termijnen die reglementair zijn vastgesteld in de OSH van 6 oktober 2016 hiervoor bijgevolg gelden en op grond van de ordonnanties van 23 december 2022 en 21 juli 2021 eventueel kunnen worden verlengd;

Overwegende de motivering "De verwerving van zakelijke rechten heeft langer in beslag genomen dan voorzien"; dat de onderhandelingen met de NMBS en Infrabel in eerste instantie zijn gevoerd door de Maatschappij voor Stedelijke Inrichting en nadien door Citydev.brussels; dat de NMBS geen toestemming heeft gegeven voor de uitvoering van de werken voordat de notariële akte was bekrachtigd; dat op dit punt dus niet kan worden gesteld dat Leefmilieu Brussel tekortschiet;

Overwegende de motivering "Het gebrek aan belangstelling van dienstverleners en aannemers om deel te nemen aan overheidsopdrachten in de nasleep van de COVID pandemie", dat bepaalde opdrachten twee keer moesten worden bekendgemaakt; dat van eind 2018 tot begin 2021 meerdere overheidsopdrachten zijn voorbereid voor studies, werken en de aanstelling van een operator ; dat de werken zelf en de opdracht om het tijdelijk gebruik te organiseren opgeschort zijn wegens het ontbreken van rechten op het terrein; dat Leefmilieu Brussel pas in juli 2022 kon beginnen met het opruimen en beveiligen van de site;

Overwegende de motivering "Het feit dat uit een risicostudie is gebleken dat een verwerking van verontreinigde gronden noodzakelijk is vóór de site voor het publiek wordt opengesteld"; dat het pas mogelijk was om het terrein daadwerkelijk open te stellen voor het publiek op 17 december 2022, nadat de meest essentiële werken waren voltooid ;

Overwegende daarenboven dat er nog steeds onderhandelingen lopen tussen het Brussels Gewest en Infrabel voor de verwerving van de zakelijke rechten op de grond waarvan het eigenaar is; dat Leefmilieu Brussel tot dusver positieve signalen heeft ontvangen, maar dat er nog geen definitief en formeel akkoord is voor deze verwerving van rechten;

Overwegende dat de overgangsfase bedoeld was om de site vanaf januari 2020 snel te activeren; dat deze activering als overgangsfase moest gelden om het globaal herinrichtingsproject voor het park voor te bereiden en in te leiden binnen het tijdskader van het SVC 3; dat volgens de recentst bijgewerkte planning van Leefmilieu Brussel de gunning van de opdracht voor de werken voorzien is voor oktober 2026, hetzij ruim buiten het tijdskader van het SVC 3;

Overwegende dat een derde bodemsaneringsfase gepland is voor december 2024; dat deze sanering onmisbaar is om het volledige park tijdelijk te kunnen activeren; dat het daarom noodzakelijk is dat de termijn van de uitvoeringsfase wordt verlengd;

Overwegende dat de huidige uitvoeringstermijn van de operaties B.1 "Aanleg van het park van het Weststation" en B.2 "Afbraak en heropbouw van de Steenkoolhal" van SVC 3 op 31 mei 2024 afloopt; dat volgens de reglementering de opdrachten op die datum toegewezen moeten zijn; dat dus vastgesteld wordt deze termijn niet kan worden gehaald;

Overwegende dat één van de troeven van de stadsvernieuwingscontracten verband houdt met de betrachting om de operaties binnen een korte tijdspanne uit te voeren;

Overwegende de vraag van de gemeente Anderlecht met betrekking tot operatie A.4 Overwegende de vraag van 11 maart 2024 van de Gemeente Anderlecht om de uitvoeringstermijn voor de operatie A.4 "Station van Kuregem" van SVC 3 "Weststation" te verlengen om de volgende reden: - Het is twijfelachtig dat de verwerving van een zakelijk recht vóór 31 mei 2024 kan worden afgerond.

Overwegende dat operatie A.4 de herbestemming van het vroegere station van Kuregem beoogt; dat dit een prioritair project is van SVC 3 en dat het een aanzienlijke impact heeft op de wijk;

Overwegende dat operatie A.4 in aanmerking komt voor middelen uit het SVC-budget van SVC 3 Weststation; dat de termijnen die reglementair zijn vastgesteld in de OSH van 6 oktober 2016 hierop bijgevolg van toepassing zijn en op grond van de ordonnanties van 23 december 2022 en 21 juli 2021 eventueel kunnen worden verlengd;

Overwegende de motivering "Het is twijfelachtig dat de verwerving van een zakelijk recht vóór 31 mei 2024 kan worden afgerond"; dat ondanks het aandringen van de gemeente noch de bijakte bij de overeenkomst met betrekking tot de uitvoering van de werken in het gebouw (verzonden op 5 december 2023), noch het ontwerp van opstalovereenkomst (verzonden op 10 januari 2024) zijn goedgekeurd; dat de tijd die nodig is om een notariële akte op te stellen ongeveer 4 maanden bedraagt;

Overwegende niettemin dat uit de vordering van deze operatie blijkt dat het project zich in de werffase bevindt en dat er voldoende garanties zijn dat het project zal worden uitgevoerd; dat bovendien de aannemer voor het tweede deel van de waterdichtingswerken in de loop van de maand maart 2024 zou moeten worden aangesteld door Infrabel;

Overwegende dat de huidige termijn voor de uitvoeringsfase van operatie A.4 "Station van Kuregem gelijkvloers" op 31 mei 2024 afloopt; dat op die datum de rechten van opstal verworven dienen te zijn; dat derhalve wordt vastgesteld dat het moeilijk zal worden om die termijn na te leven;

Overwegende niettemin dat één van de troeven van de stadsvernieuwingscontracten ligt in de betrachting om de operaties binnen een korte termijn uit te voeren;

Overwegende de vraag van de gemeente Anderlecht met betrekking tot operatie A.6a&b Overwegende de vraag van de gemeente Anderlecht van 11 maart 2024 om de uitvoeringstermijn voor de operaties A.6a&b "Volkshuis" van SVC 3 "Weststation" te verlengen om de volgende reden: - De opdracht voor werken moest opnieuw worden uitgeschreven omdat slechts één offerte werd ontvangen, die te duur was.

Overwegende dat operaties A.6a&b de inrichting van een multifunctionele ruimte voor sociale cohesie en de productie van 10 woningen beogen; dat dit prioritaire projecten zijn van SVC 3 en dat zij een aanzienlijke impact hebben op de wijk;

Overwegende dat de operaties A.6a&b in aanmerking komen voor middelen uit het SVC-budget van SVC 3 Weststation; dat de termijnen die reglementair zijn vastgesteld in de OSH van 6 oktober 2016, hierop bijgevolg van toepassing zijn en op grond van de ordonnanties van 23 december 2022 eventueel kunnen worden verlengd;

Overwegende dat met de motivering in verband met de vaststelling: "De opdracht voor werken moest opnieuw worden uitgeschreven omdat slechts één offerte werd ontvangen, die te duur was" rekening kan worden gehouden; dat het feit dat men slechts over één enkele offerte beschikt, de mogelijkheden qua mededinging beperkt; dat de analyse van de regelmatigheid en de conformiteit hiervan nog moet gebeuren;

Overwegende dat de stedenbouwkundige vergunning is uitgereikt op 18 oktober 2023; dat uit de vordering van deze operatie blijkt dat het project zich in de fase van de overheidsopdrachten voor werken bevindt en voldoende garanties biedt om vóór eind 2024 met de uitvoeringsfase te kunnen starten;

Overwegende dat de goedkeuring van een procedure voor een opdracht van werken en de gunning daarvan redelijkerwijs geraamd kunnen worden op 6 tot 10 maanden;

Overwegende dat de huidige uitvoeringstermijn van de operaties A.6a&b "Volkshuis" op 31 mei 2024 afloopt; dat volgens de reglementering de opdrachten op die datum toegewezen moeten zijn; dat derhalve wordt vastgesteld dat het moeilijk zal worden om die termijn na te leven;

Overwegend dat de projecten A.6a&b prioritaire projecten zijn voor SVC 3 en dat zij een aanzienlijke weerslag hebben op de wijk aangezien zij deel uitmaken van de volledige herinrichting van het kruispunt Biestebroek;

Overwegende niettemin dat één van de troeven van de stadsvernieuwingscontracten ligt in de betrachting om de operaties binnen een korte termijn uit te voeren;

Overwegende de vraag van de gemeente Sint-Jans-Molenbeek met betrekking tot operatie B.6 Overwegende de vraag van 29 februari 2024 van de Gemeente Sint-Jans-Molenbeek om de uitvoeringstermijn voor de operatie B.6 "Beekkantplein" van SVC 3 "Weststation" te verlengen om de volgende redenen: - De ontvangen offertes zijn te duur in verhouding tot de raming; - De gemeente moet de meerkost in haar jaarbegroting opnemen; - De afronding van de verwerving van een zakelijk recht op het onbebouwde perceel van de Molenbeekse Woningen.

Overwegende dat operatie B.6 deel uitmaakt van een globale herinrichting van het Beekkantplein; dat dit een prioritair project is van SVC 3 en dat het een aanzienlijke impact heeft op de wijk;

Overwegende dat operatie B.6 in aanmerking komt voor middelen uit het SVC-budget van SVC 3 Weststation; dat de termijnen die reglementair zijn vastgesteld in de OSH van 6 oktober 2016 hierop bijgevolg van toepassing zijn en op grond van de ordonnanties van 23 december 2022 en 21 juli 2021 eventueel kunnen worden verlengd;

Overwegende dat de motivering "De ontvangen offertes zijn te duur in verhouding tot de raming" kan worden begrepen in het licht van de geopolitieke situatie;

Overwegende dat de motivering "De gemeente moet de meerkost in haar jaarbegroting opnemen" kan worden begrepen in het licht van de werking van de gemeenten;

Overwegende dat de motivering "De afronding van de verwerving van een zakelijk recht op het onbebouwde perceel van de Molenbeekse Woningen" kan worden begrepen in het licht van de complexiteit van de onderhandelingen met de Molenbeekse Woningen;

Overwegende dat uit de vordering van deze operatie blijkt dat het project zich in de fase van de overheidsopdrachten bevindt (opening van de offertes op 29 januari 2024); dat de stedenbouwkundige vergunning evenwel nog niet is uitgereikt maar dat wel een attest voor een volledige dossier werd ontvangen op 20/02/2024 en dat dit voldoende garanties biedt om vóór eind 2024 met de uitvoeringsfase te kunnen beginnen;

Overwegende dat de huidige uitvoeringstermijn van operatie B.6 "Beekkantplein" op 31 mei 2024 afloopt; dat volgens de reglementering de opdrachten op die datum toegewezen moeten zijn; dat daarom moet worden vastgesteld dat die termijn niet kan worden gehaald;

Overwegende niettemin dat één van de troeven van de stadsvernieuwingscontracten verband houdt met de betrachting om de operaties binnen een korte tijdspanne uit te voeren;

Overwegende de vraag van Brussel Mobiliteit met betrekking tot operatie A.5.

Overwegende de vraag van 1 maart 2024 van Brussel Mobiliteit om de uitvoeringstermijn voor de operatie A.5 "Kruispunt Boestebroek" van SVC 3 "Weststation" te verlengen om de volgende redenen: - Het gecombineerde effect van de termijnen voor de publicatie van de opdracht en voor de validering ervan heeft tot gevolg dat BM op zijn vroegst begin augustus 2024 de opdracht voor de werken zal kunnen gunnen; - Het onvermogen van het studiebureau om de documenten op tijd te leveren; - De complexiteit van het project en het grote aantal betrokken spelers; - De beperkte menselijke middelen Overwegende dat operatie A.5 deel uitmaakt van een globale herinrichting van het kruispunt Biestebroek; dat dit een prioritair project is van SVC 3 en dat het een aanzienlijke impact heeft op de wijk;

Overwegende dat operatie A.5 in aanmerking komt voor middelen uit het SVC-budget van SVC 3 Weststation; dat de termijnen die reglementair zijn vastgesteld in de OSH van 6 oktober 2016 hierop bijgevolg van toepassing zijn en op grond van de ordonnanties van 23 december 2022 en 21 juli 2021 eventueel kunnen worden verlengd;

Overwegende dat rekening kan worden gehouden met de motivering: "Het gecombineerde effect van de termijnen voor de publicatie van de opdracht en voor de validering ervan heeft tot gevolg dat BM op zijn vroegst begin augustus 2024 de opdracht voor de werken zal kunnen gunnen";

Overwegende dat de motivering: "Het onvermogen van het studiebureau om de documenten op tijd te leveren" bovenop de motiveringen komt die zijn aangehaald om een vertraging te verantwoorden;

Overwegende dat de motivering: "De complexiteit van het project en het grote aantal betrokken spelers" reëel is en eveneens in aanmerking genomen dient te worden;

Overwegende dat de motivering: "De beperkte menselijke middelen" bovenop de motiveringen komt die zijn aangehaald om een vertraging te verantwoorden;

Overwegende dat de goedkeuring van een procedure voor een opdracht van werken en de gunning daarvan redelijkerwijs 6 tot 10 maanden in beslag kunnen nemen;

Overwegende dat deze operatie zich in de fase van de overheidsopdrachten bevindt; dat de stedenbouwkundige vergunning werd uitgereikt op 07 september 2023 en voldoende garanties biedt om vóór eind 2024 met de uitvoeringsfase te beginnen;

Overwegende dat de huidige uitvoeringstermijn van operatie A.5 op 31 mei 2024 afloopt; dat volgens de reglementering de opdrachten op die datum toegewezen moeten zijn; dat we dus moeten vaststellen dat die termijn niet kan worden gehaald;

Overwegende dat een van de troeven van de stadsvernieuwingscontracten verband houdt met de betrachting om de operaties binnen een korte tijdspanne uit te voeren;

Overwegende de vraag van de Maatschappij voor Stedelijke Inrichting (MSI) voor operatie A.7b Overwegende het verzoek van 08 maart 2024 van de Maatschappij voor Stedelijke Inrichting (MSI) om de uitvoeringstermijn van operatie A.7b "Bergensesteenweg 409 - Sporthal" van SVC 3 "Weststation" te verlengen om de volgende redenen: - Het project is uiterst complex door zijn gemengde functie, hetzij een brandweerkazerne en een sportvoorziening die toegankelijk zijn voor de bewoners van de Kuregemwijk. - Het project voldoet niet aan de traditionele tijdschema's wat betreft financieringsmethodes, goedkeuringstermijnen, het participatieproces en het aantal betrokken actoren. - Het is niet de opdracht van de brandweer om sportvoorzieningen op te zetten en daarom was het nodig om financiering en een beheerder te vinden voor deze sporthal. - Het bedrag van de offertes die momenteel worden geanalyseerd, overschrijdt het door de Regering goedgekeurde budget en er kan worden overwogen om een nieuwe opdracht uit te schrijven.

Overwegende dat operatie A.7b deel uitmaakt van een grootschalig project gericht op de bouw van een brandweerkazerne voor de DBDMH en van een sportvoorziening; dat deze beide gelden als prioritaire operaties van het SVC 3 en dat zij een aanzienlijke weerslag kunnen hebben op de wijk;

Overwegende dat operatie A.7b in aanmerking komt voor middelen uit het SVC-budget van SVC 3 Weststation; dat de termijnen die reglementair zijn vastgesteld in de OSH van 6 oktober 2016 hierop bijgevolg van toepassing zijn en op grond van de ordonnanties van 23 december 2022 en 21 juli 2021 eventueel kunnen worden verlengd;

Overwegende dat rekening kan worden gehouden met de motivering: "Het project is uiterst complex door zijn gemengde functie, hetzij een brandweerkazerne en een sportvoorziening die toegankelijk zijn voor de bewoners van de Kuregemwijk" Overwegende dat rekening kan worden gehouden met de motivering: "Het project voldoet niet aan de traditionele tijdschema's wat betreft financieringsmethodes, goedkeuringstermijnen, het participatie en het aantal betrokken actoren" Overwegende dat rekening kan worden gehouden met de motivering: "Het is niet de opdracht van de brandweer om sportvoorzieningen op te zetten en daarom was het nodig om financiering en een beheerder te vinden voor deze sporthal" Overwegende dat de motivering: "Het bedrag van de offertes die momenteel worden geanalyseerd, overschrijdt het door de Regering goedgekeurde budget en er kan worden overwogen om een nieuwe opdracht uit te schrijven" een realiteit is en eveneens in aanmerking genomen dient te worden;

Overwegende dat de huidige uitvoeringstermijn van operaties "A.7b" op 31 mei 2024 afloopt; dat volgens de reglementering de opdrachten op die datum toegewezen moeten zijn; dat dus moet worden vastgesteld dat die deadline niet kan worden gehaald;

Overwegende dat één van de troeven van de stadsvernieuwingscontracten verband houdt met de betrachting om de operaties binnen een korte tijdspanne uit te voeren;

Overwegende dat een bijkomende termijn het mogelijk zou maken om de projecten B.1, B.2, A.4, A.6a&b, B.6, A.5 en A.7b in het kader van SVC 3 "Weststation" te verwezenlijken;

Dat voor deze verlenging bovendien geen bijkomend budget vereist is;

Dat in het licht van deze omstandigheden wordt voorgesteld om de termijn voor de uitvoeringsfase van zes maanden voor de volgende projecten te verlengen: - B.1 "Inrichting van het park van het Weststation; - B.2 "Afbraak en heropbouw van de Steenkoolhal"; - A.4 "Station Kuregem gelijkvloers"; - A.6 a & b "Volkshuis"; - B.6 "Beekkantplein"; - A.5 "Kruispunt Biestebroek"; - A.7b "Bergensesteenweg 409 - Sporthal" van SVC 3 "Weststation;

Op voordracht van de Minister-President, die bevoegd is voor territoriale ontwikkeling, Besluit :

Artikel 1.In toepassing van artikel 6, § 1, eerste streepje van de ordonnantie van 23 december 2022 tot verlenging van sommige termijnen van de ordonnantie van 6 oktober 2016 houdende organisatie van de stedelijke herwaardering (OSH), tot toekenning van de mogelijkheid om een allerlaatste programmawijziging door te voeren en tot verlenging van een termijn bepaald in de ordonnantie van 31 mei 2018 met betrekking tot de toekenning van subsidies voor investeringen in gemeentelijke sportinfrastructuur, kent de Brusselse Hoofdstedelijke Regering: - Aan Leefmilieu Brussel een verlenging van zes maanden toe voor de uitvoeringsfase van de operaties B.1 "Inrichting van het park van het Weststation" en B.2 "Afbraak en heropbouw van de Steenkoolhal"; de einddatum van de uitvoeringsfase bedoeld in artikel 45 van de OSH voor de operaties B.1 "Inrichting van het park van het Weststation" en B.2 "Afbraak en heropbouw van de Steenkoolhal" als onderdeel van het SVC 3 "Weststation" wordt verdaagd naar 30 november 2024; - Aan de Gemeente Anderlecht een verlenging van zes maanden toe voor de uitvoeringsfase van de operaties A.4 "Station Kuregem gelijkvloers" en A.6 a & b "Volkshuis"; de einddatum van de uitvoeringsfase bedoeld in artikel 45 van de OSH voor de operaties A.4 "Station Kuregem gelijkvloers" en A.6 a & b "Volkshuis" als onderdeel van het SVC 3 "Weststation" wordt verdaagd naar 30 november 2024; - Aan de Gemeente Sint-Jans-Molenbeek een verlenging van zes maanden toe voor de uitvoeringsfase van de operatie B.4 "Beekkantplein"; de einddatum van de uitvoeringsfase bedoeld in artikel 45 van de OSH voor de operatie B.4 "Beekkantplein" als onderdeel van het SVC 3 "Weststation" wordt verdaagd naar 30 november 2024; - Aan Brussel Mobiliteit een verlenging van zes maanden toe voor de uitvoeringsfase van de operatie A.4 "Kruispunt Biestebroek"; de einddatum van de uitvoeringsfase bedoeld in artikel 45 van de OSH voor de operatie A.4 "Kruispunt Biestebroek" als onderdeel van het SVC 3 "Weststation" wordt verdaagd naar 30 november 2024; - Aan de Maatschappij voor Stedelijke Inrichting een verlenging van zes maanden toe voor de uitvoeringsfase van de operatie A.7b "Bergensesteenweg 409 Sporthal"; de einddatum van de uitvoeringsfase bedoeld in artikel 45 van de OSH voor de operatie A.7b "Bergensesteenweg 409 Sporthal" als onderdeel van het SVC 3 "Weststation" wordt verdaagd naar 30 november 2024.

Art. 2.De Minister bevoegd voor territoriale ontwikkeling wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 2 mei 2024.

Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering: De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, bevoegd voor Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van Gewestelijk Belang, R. VERVOORT