gepubliceerd op 27 mei 2014
Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de toegang tot en de uitwisseling van informatie over ondergrondse kabels, buizen en leidingen
16 MEI 2014. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de toegang tot en de uitwisseling van informatie over ondergrondse kabels, buizen en leidingen
De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op de ordonnantie van 26 juli 2013 betreffende de toegang tot en de uitwisseling van informatie over ondergrondse kabels, buizen en leidingen, en inzonderheid de artikelen 3, 4 § 1, 4 § 4, 5 § 4 en 8.
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 5 juli 2012;
Gelet op het akkoord van de minister van Begroting;
Gelet op het advies 56.013/4 van de Raad van State, gegeven op 7 mei 2014 in toepassing van artikel 84, § 1, 1ste alinea, 2° van de gecoördineerde wetten op de Raad van State van 12 januari 1973;
Op voorstel van de minister van Openbare Werken en Vervoer, Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder : « werkdag » : elke dag van de week, met uitzondering van zater- en zondagen, en de wettelijke feestdagen.
Art. 2.Als ondergrondse infrastructuur in de zin van artikel 2 1° van de ordonnantie van 26 juli 2013 betreffende de toegang tot en de uitwisseling van informatie over ondergrondse kabels, buizen en leidingen, worden eveneens beschouwd de ondergrondse bouwwerken ( tunnel, technische galerij,...) in dewelke kabels, leidingen en kanalisaties geïnstalleerd werden.
Art. 3.Overeenkomstig artikel 3 van de voornoemde ordonnantie, wordt het Federaal Kabels en Leidingen Informatie Meldpunt (KLIM) aangewezen als systeem en wordt de VZW `CICC - KLIM' aangewezen als instelling die belast is met het beheren ervan voor alle kabels, buizen en leidingen op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
De toegang tot het KLIM- systeem kan ook gebeuren via de interface van het systeem OSIRIS zoals omschreven in artikel 2 van het Regeringsbesluit van 30 januari 2014 betreffende de coördinatie van de bouwplaatsen op de openbare weg.
Art. 4.Overeenkomstig artikel 4 § 1, 1° van de voornoemde ordonnantie is elke kabel-, buis- en leidingbeheerder ertoe gehouden om zich te registreren bij het systeem : 1° uiterlijk 50 werkdagen voordat hij zijn activiteiten op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest aanvat;2° binnen een termijn van 45 werkdagen vanaf de inwerkingtreding van de voornoemde ordonnantie, voor beheerders die hun activiteiten op het tijdstip van inwerkingtreding van deze ordonnantie reeds uitoefenen.
Art. 5.Overeenkomstig artikel 4 § 1, 2° van de voornoemde ordonnantie is elke kabel-, buis- en leidingbeheerder ertoe gehouden : 1° zijn belangenzones in het systeem in te voeren uiterlijk 45 werkdagen voordat hij het beheer ervan begint;2° zijn belangenzones in het systeem in te voeren binnen een termijn van 50 werkdagen vanaf de inwerkingtreding van de voornoemde ordonnantie, voor beheerders die het beheer van de belangenzones op het tijdstip van inwerkingtreding van deze ordonnantie reeds uitoefenen.3° elke wijziging aan zijn belangenzone in te voeren in het systeem. Als de wijziging betrekking heeft op gebieden die voorheen niet in de belangenzone begrepen waren, dan moet de hij de wijziging invoeren en activeren. Dit gebeurt uiterlijk de 45ste werkdag voorafgaand aan het ogenblik dat men in het kader van zijn beroepsactiviteiten of taken van publiek belang in die zone kabels, buizen en leidingen begint te beheren.
Als de wijziging betrekking heeft op het schrappen van gebieden die voorheen begrepen waren in de belangenzone, dan mag die wijziging pas geactiveerd worden nadat de kabel-, buis- en leidingbeheerder effectief in de te schrappen gebieden geen kabels, buizen en leidingen meer beheert.
Art. 6.Overeenkomstig artikel 4 § 1, 3° van de voornoemde ordonnantie, moet elke kabel-, buis- en leidingbeheerder gratis en zo snel mogelijk, maar uiterlijk binnen de 15 werkdagen na het verzoek tot informatie, aan de verzoeker alle informatie verstrekken die nodig is voor de lokalisering en het bepalen van de aard van zijn kabels, buizen en leidingen.
Art. 7.Overeenkomstig artikel 5 § 1 van de voornoemde ordonnantie, is elke aanvrager ertoe gehouden een verzoek tot informatie in te dienen in zijn naam, behalve indien hij deze taak uitdrukkelijk gemandateerd heeft aan een andere aanvrager.
Art. 8.De notie van "continuïteit van de dienstverlening" overeenkomstig artikel 5 § 3 1° van voornoemde ordonnantie, omvat elke op te lossen situatie ten gevolge van een storing of een dienstonderbreking van water, riolering, gas, elektriciteit, telecom of teledistributie.
Art. 9.Overeenkomstig artikel 5 § 4 van voornoemde ordonnantie, is de verplichting tot het indienen van een verzoek tot informatie overeenkomstig artikel 5 § 1 van voornoemde ordonnantie niet van toepassing indien het een bouwplaats betreft die uitgevoerd wordt met een manueel werktuig type "breekhamer", voor het verwijderen van de herbestrating en de fundering hiervan indien de diepte van deze 2 te verwijderen lagen niet meer bedraagt dan 20 cm en dat de putopening niet groter is dan 3 vierkante m.
Art. 10.De ordonnantie betreffende de toegang tot en de uitwisseling van informatie over ondergrondse kabels, buizen en leidingen, treedt in werking op de dag van de inwerkingtreding van onderhavig besluit, met uitzondering van artikel 5 van de ordonnantie dat in werking treedt 51 dagen na de inwerkingtreding van dit besluit.
Art. 11.Dit besluit treedt in werking om 1 juli 2014 Brussel, 16 mei 2014.
Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De Minister-Voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, R. VERVOORT De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering belast voor Openbare Werken en Vervoer, Mevr. B. GROUWELS