Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 20 februari 2014
gepubliceerd op 02 april 2014

Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende goedkeuring van de beslissing van de gemeente Oudergem tot gedeeltelijke opheffing van het bijzonder bestemmingsplan nr. 6 goedgekeurd bij koninklijk besluit van 8 februari 1985

bron
brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2014031210
pub.
02/04/2014
prom.
20/02/2014
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

20 FEBRUARI 2014. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende goedkeuring van de beslissing van de gemeente Oudergem tot gedeeltelijke opheffing van het bijzonder bestemmingsplan nr. 6 goedgekeurd bij koninklijk besluit van 8 februari 1985


De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op het Brussels Wetboek van de Ruimtelijke Ordening, voornamelijk op de artikelen 58 tot 61;

Gelet op het gewestelijk bestemmingsplan, goedgekeurd bij besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 3 mei 2001 en gewijzigd bij besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 2 mei 2013;

Gelet op het gewestelijk ontwikkelingsplan, goedgekeurd bij besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 12 september 2002;

Gelet op het bijzonder bestemmingsplan nr. 6 van de gemeente Oudergem goedgekeurd bij koninklijk besluit van 8 februari 1985;

Gelet op het overleg van de gemeenteraad van 24 oktober 2013, waarbij de gemeente Oudergem het ontwerp tot gedeeltelijke opheffing van het bijzonder bestemmingsplan nr. 6 heeft goedgekeurd;

Gelet op het verslag dat dit ontwerp vergezelt dat tevens de gedeeltelijke opheffing van het plan rechtvaardigt in plaats van de wijziging ervan;

Gelet op het advies uitgebracht door het Brussels Instituut voor Milieubeheer op 5 november met betrekking tot het ontbreken van aanzienlijke gevolgen voor het milieu;

Gelet op het advies uitgebracht door het Bestuur Ruimtelijke Ordening en Huisvesting op 4 november met betrekking tot het ontbreken van aanzienlijke gevolgen voor het milieu;

Gelet op het gunstig advies van de overlegcommissie tijdens haar zitting van 12 december 2013;

Gelet op het overleg van de gemeenteraad van 19 december 2013 waarbij de gemeente Oudergem definitief de beslissing goedkeurt tot gedeeltelijke opheffing van het bijzonder bestemmingsplan nr. 6;

Overwegende dat uit het bij deze beraadslaging gevoegde dossier blijkt dat de formaliteiten, voorgeschreven door de artikelen 59 en 60 van het Brussels Wetboek van de Ruimtelijke Ordening, zijn vervuld;

Overwegende dat de gedeeltelijke opheffing van het bijzonder bestemmingsplan het deel van dit plan betreft dat wordt ingenomen door het gemeentelijke onderwijscentrum 'Les Marronniers';

Overwegende dat de opties van het bijzonder bestemmingsplan een bestaande feitelijke toestand van het onderwijscentrum bestendigen, meer bepaald de schikking van de schoolgebouwen rond de speelplaats, met mogelijkheid om woningen te bouwen op de verdiepingen van het gebouw aan de straatkant aan de Waversesteenweg en om de school zeer beperkt uit te breiden aan de Triomflaan;

Overwegende dat het bijzonder bestemmingpslan de inplanting van de gebouwen van het onderwijscentrum vastlegt en geen uitbreiding van de school toestaat die aansluit bij de stedenbouwkundige kenmerken van het goed en van de buurt;

Overwegende dat de opheffing zal mogelijk maken om de toekomstige uitbreidingen van de school wat betreft de stedenbouwkundige vergunning betreft, in een soepeler kader te behandelen, dat niettemin gereglementeerd wordt door het gewestelijke bestemmingsplan en de gewestelijke stedenbouwkundige verordening;

Overwegende dat de gedeeltelijke opheffing van het bijzonder bestemmingsplan het licht op groen zet voor een geschikte uitbreiding van het onderwijscentrum en om middellange en lange termijn kan evolueren;

Overwegende dat de gedeeltelijke opheffing van het bijzonder bestemmingsplan gerechtvaardigd is in plaats van de wijziging ervan;

Overwegende dat bij gebrek aan een bijzonder bestemmingsplan de eventuele kwesties inzake bestemming worden geregeld door de bepalingen van de hogere plannen en dat deze inzake ligging, afmetingen en esthetiek moeten beantwoorden aan de voorschriften van gewestelijke en gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen, evenals aan de goede plaatselijke aanleg;

Op voorstel van de Minister-Voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, bevoegd voor Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Openbare Netheid en Ontwikkelingssamenwerking, Na overleg, Besluit :

Artikel 1.Wordt goedgekeurd de beslissing van de gemeente Oudergem tot gedeeltelijke opheffing van het bijzonder bestemmingsplan nr. 6 goedgekeurd bij koninklijk besluit van 8 februari 1985, voor het op het plan aangeduide gedeelte.

Art. 2.De minister bevoegd voor Ruimtelijke Ordening wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 20 februari 2014.

Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De Minister-Voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, bevoegd voor Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Openbare Netheid en Ontwikkelingssamenwerking, R. VERVOORT

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^