Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 15 december 2011
gepubliceerd op 12 januari 2012

Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot toekenning van een algemene subsidie van 55.516.017,86 euro aan de Brusselse gemeenten, in het kader van het Brusselse preventie- en buurtbeleid voor de jaren 2012 tot 2014

bron
ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2012031000
pub.
12/01/2012
prom.
15/12/2011
ELI
eli/besluit/2011/12/15/2012031000/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

15 DECEMBER 2011. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot toekenning van een algemene subsidie van 55.516.017,86 euro aan de Brusselse gemeenten, in het kader van het Brusselse preventie- en buurtbeleid voor de jaren 2012 tot 2014


De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming van de instellingen, inzonderheid op artikel 6, 1, VIII, gewijzigd bij de bijzondere wetten van 13 juli 2001, 25 april 2004 en 13 september 2004;

Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen, inzonderheid op artikel 4, gewijzigd bij de bijzondere wetten van 5 mei 1993, 16 juli 1993 en 27 maart 2006;

Gelet op de wetten van 13 mei 1999 tot invoering van de gemeentelijke administratieve sancties, van 7 mei 2004 tot wijziging van de wet van 8 april 1965Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/04/1965 pub. 02/08/2010 numac 2010000404 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de jeugdbescherming, het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd en het herstel van de door dit feit veroorzaakte schade. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de jeugdbescherming en van 17 juni 2004 tot wijziging van de nieuwe gemeentewet;

Gelet op de organieke ordonnantie van 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de begroting, de boekhouding en de controle, inzonderheid op de artikelen 92 tot en met 95;

Gelet op de ordonnantie van 24 december 2010 houdende de begroting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor het begrotingsjaar 2011, inzonderheid op de beschikbare kredieten ingeschreven op de basisallocaties 10.007.27.01.43.22;

Gelet op het besluit van 14 juli 2011 tot toekenning van een algemene subsidie van 17 784 429,65 euro aan de Brusselse gemeenten, in het kader van het Brusselse preventie- en buurtbeleid voor de periode voor het jaar 2011;

Gelet op de advies van de Inspectie van Financiën;

Gelet op het akkoord van de Minister van de Begroting;

Overwegende dat het Brussels Hoofdstedelijk Gewest sinds 1992 een programma ondersteunt dat als doel heeft de levenskwaliteit te herstellen en te voorzien in de plaatselijke behoeften op het vlak van preventie van het onveiligheidsgevoel;

Overwegende de contracten die sinds 2002 zijn gesloten tussen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Brusselse gemeenten en de bedragen die werden toegekend door de desbetreffende opeenvolgende besluiten;

Overwegende dat de Brusselse Hoofdstedelijke Regering er zich in haar regeerakkoord van 16 juli 2009 toe verbindt om de inspanningen van de terreinactoren te steunen om de veiligheid in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest te verbeteren in het kader van een geïntegreerd preventiebeleid;

Overwegende dat, om de toename van het onveiligheidsgevoel in de wijken efficiënt te kunnen bestrijden, het uiterst belangrijk is om de geruststellende en ontradende menselijke aanwezigheid te versterken;

Overwegende dat het, met dat doel voor ogen, essentieel is om de middelen te versterken op lokaal niveau;

Overwegende dat de Brusselse Hoofdstedelijke Regering met het Brusselse Preventie- en Buurt Plan een maximale krachtenbundeling nastreeft met de andere voorzieningen om de onveiligheid van de stad te voorkomen (preventie door de politie, preventie op het openbaar vervoer en in de buurt van scholen);

Overwegende dat het Brusselse preventiebeleid als doelstelling heeft de gemeenten, als eerstelijnsoperatoren, toe te laten hun interventie te versterken, in een meerjarenperspectief;

Overwegende de bewoordingen van de projectoproep van 14 maart 2011 en van de verklarende nota van 30 mei 2011 met betrekking tot het Brusselse preventie- en buurtplan 2011-2014;

Op voordracht van de Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Dit besluit regelt een aangelegenheid zoals bedoeld in artikel 39 van de Grondwet.

Art. 2.Binnen de grenzen van de beschikbare begrotingskredieten aangerekend op de basisallocatie 10.007.27.01.43.22 van de ordonnantie van 24 december 2010 houdende de algemene uitgavenbegroting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor het begrotingsjaar 2011, worden aan de 19 Brusselse gemeenten subsidies toegekend voor een totaal bedrag van 55.516.017,86 euro, voor de jaren 2012, 2013 en 2014, ten belope van de bedragen als vermeld in de bijgaande tabel.

Art. 3.§ 1. Deze subsidies worden toegekend voor het uitvoeren - tussen 1 januari 2012 en 31 december 2014 - van de acties die zijn opgenomen in de overeenkomst genaamd « Plaatselijk preventie- en buurtplan 2012-2014 », afgesloten tussen elke gemeente en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. § 2. Door deze acties zullen de gemeenten in de behoeften kunnen voorzien die zijn vastgesteld op het vlak van veiligheid en preventie op hun grondgebied, overeenkomstig de doelstellingen en krachtlijnen die de Brusselse Hoofdstedelijke Regering heeft bepaald inzake de preventie van de onveiligheid. De krachtlijnen die de Brusselse Hoofdstedelijke Regering bepleit inzake preventie, zoals beschreven in de plaatselijke preventie- en buurtplannen, zijn de volgende : -zorgen voor een zichtbare en geruststellende aanwezigheid in de openbare ruimtes; - strijden tegen schoolverzuim; - strijden tegen overlast; - conflictbemiddeling. § 3. Opdat de Brusselse Hoofdstedelijke Regering de uitvoering van de projecten die zijn opgenomen in de lokale plannen zou kunnen evalueren, moeten de projecten en acties voorgesteld worden onder vorm van algemene en operationele doelstellingen.

De gemeenten moeten voor elke actie evaluatiecriteria en -indicatoren bepalen. Die elementen zullen de regering in staat stellen het preventiebeleid te evalueren. § 4. De Minister-President wordt opgedragen om in de loop van het eerste semester dat volgt op het desbetreffende jaar een evaluatieverslag voor te leggen over het tijdens het voorbije jaar gevoerde preventiebeleid.

Art. 4.§ 1. Om deze subsidies te kunnen genieten, moeten de gemeenten zich ertoe verbinden de nodige schikkingen te treffen voor de indienstneming van geschikt personeel en dit personeel de nodige middelen ter beschikking te stellen om de in de overeenkomst bepaalde doelstellingen te verwezenlijken. § 2. De gemeenten verbinden zich er ook toe systematisch alle informatie aan het Bestuur Plaatselijke Besturen van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (Directie Specifieke Initiatieven) door te geven die betrekking heeft op de uitvoering van de acties die voorzien zijn in het plaatselijke preventie- en buurtplan en onontbeerlijk zijn om de verantwoordingsstukken waar naar verwezen wordt in art. 5, § 3 te analyseren. De elementen die doorgegeven moeten worden betreffen in het bijzonder de budgettaire gegevens en het personeelskader (contracten, begin- en einddata van de activiteit, diploma's, uittreksels uit het strafregister, gemeentelijke beslissingen).

Art. 5.§ 1. De subsidies worden jaarlijks in twee schijven uitbetaald, in functie van het voor het betrokken jaar toegekend bedrag, op de bankrekening van de gemeenten : - een voorschot van 60% van het subsidiebedrag na ontvangst van een schuldvordering, die melding moet maken van de reden van de betaling, het bedrag waarvan betaling wordt gevraagd, het visumnummer voor vastlegging en het rekeningnummer waarop het bedrag moet worden gestort. Deze schuldvordering moet uiterlijk op 1 september van het lopend contractjaar naar het Ministerie van Brussels Hoofdstedelijk Gewest worden verstuurd volgens de modaliteiten bepaald in § 2; - het saldo wordt uitgekeerd na ontvangst en analyse van de in § 3 bedoelde verantwoordingsstukken. Nadat voornoemde stukken gecontroleerd zijn, wordt de begunstigde door de bevoegde ordonnateur verzocht een schuldvordering over te maken met vermelding van het eindbedrag dat hem toegekend is op grond van de controle. De schuldvordering vermeldt de reden van de betaling, het als saldo toegekende eindbedrag, het visumnummer voor de vastlegging en het bankrekening waarop dit bedrag gestort moet worden. Deze schuldvordering moet gericht worden aan het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest volgens de modaliteiten bepaald in § 2 binnen een termijn van 15 dagen nadat de begunstigde het verzoek van de bevoegde ordonnateur heeft ontvangen. § 2. Alle schuldvorderingen moeten als origineel exemplaar ingediend worden bij het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Directie Comptabiliteit, CCN, 8ste verdieping, lokaal 8.119, Vooruitgangstraat 80, 1035 Brussel. § 3. De verantwoordingsstukken bestaan uit de documenten die vereist worden in artikel 6 van de bovenvermelde overeenkomst.

Uit de controle van voornoemde stukken door de beherende administratieve dienst moet blijken dat alle vastgelegde uitgaven beantwoorden aan de in de overeenkomst voorziene uitgavesoorten en daadwerkelijk verricht werden om de acties te verwezenlijken waarvoor de subsidie verleend wordt.

De verantwoordingsstukken moeten uiterlijk op 31 maart van het jaar dat volgt op het contractjaar ingediend worden bij het Bestuur Plaatselijke Besturen van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Directie Specifieke Initiatieven, City Center, 1ste verdieping, Kruidtuinlaan 20, 1035 Brussel.

Art. 6.De bevoegde minister of zijn administratie kan de gemeentelijke overheden alle bijkomende gegevens vragen die nodig zijn voor de behandeling van de dossiers en kan ter plaatse elke daartoe aangewezen stap ondernemen om deze te bekomen.

Art. 7.§ 1. De directie Specifieke Initiatieven van het Bestuur Plaatselijke Besturen van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wordt aangewezen als de administratieve dienst die ermee belast is in te staan voor een goed beheer van de bij dit besluit toegekende kredieten, en voor de evaluatie van de acties die voorzien zijn in het Brusselse preventie- en buurtplan. De Regering bepaalt de precieze inhoud van die evaluatie en de manier waarop ze voorgesteld moet worden. § 2. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest verbindt zich ertoe de plaatselijke overheden te ondersteunen en te helpen bij de uitvoering van hun plan, in het bijzonder via een gepaste follow-up van de verzoeken. Die follow-up zou idealiter de vorm moeten aannemen van regelmatige bezoeken ter plaatse door het personeel van de directie Specifieke Initiatieven van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De modaliteiten van de uitvoering van deze opvolging zullen in de overeenkomst worden verduidelijkt.

Art. 8.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2012.

Art. 9.De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 15 december 2011.

Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen en Openbare Netheid, Ch. PICQUE

Bijlage bij het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot toekenning van een algemene subsidie van 55.516.017,86 euro aan de Brusselse gemeenten in het kader van het Brusselse preventie- en buurtbeleid voor de jaren 2012 tot 2014

Annexe à l'arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale accordant une subvention globale de 55.516.017,86 euros aux communes bruxelloises, dans le cadre de la politique bruxelloise de prévention et de proximité pour les années 2012 à 2014

AB/BA 10.007.27.01.43.22

Personeels- en werkingskosten - Frais de personnel et de fonctionnement

Gemeenten - Communes

2012

2013

2014

Anderlecht

1 304 359,95 EUR

1 330 447,15 EUR

1 357 056,09 EUR

Oudergem/Auderghem

397 958,81 EUR

405 917,99 EUR

414 036,35 EUR

Sint-Agatha-Berchem/ Berchem-Sainte-Agathe

349 885,28 EUR

356 882,99 EUR

364 020,65 EUR

Brussel/Bruxelles

2 185 395,54 EUR

2 229 103,45 EUR

2 273 685,52 EUR

Etterbeek

982 024,73 EUR

1 001 665,22 EUR

1 021 698,53 EUR

Evere

640 291,10 EUR

653 096,92 EUR

666 158,86 EUR

Vorst/Forest

1 065 112,14 EUR

1 086 414,38 EUR

1 108 142,67 EUR

Ganshoren

373 233,21 EUR

380 697,87 EUR

388 311,83 EUR

Elsene/Ixelles

1 445 901,37 EUR

1 474 819,40 EUR

1 504 315,79 EUR

Jette

614 966,32 EUR

627 265,65 EUR

639 810,96 EUR

Koekelberg

933 114,12 EUR

951 776,40 EUR

970 811,93 EUR

Sint-Jans-Molenbeek/Molenbeek-Saint-Jean

1 994 965,35 EUR

2 034 864,66 EUR

2 075 561,95 EUR

Sint-Gillis/Saint-Gilles

1 165 862,27 EUR

1 189 179,52 EUR

1 212 963,11 EUR

Sint-Joost-ten-Node/Saint-Josse-ten-Noode

1 298 434,44 EUR

1 324 403,13 EUR

1 350 891,19 EUR

Schaarbeek/Schaerbeek

1 886 503,76 EUR

1 924 233,84 EUR

1 962 718,51 EUR

Ukkel/Uccle

410 244,95 EUR

418 449,85 EUR

426 818,85 EUR

Watermaal-Bosvoorde/Watermael-Boitsfort

330 446,41 EUR

337 055,34 EUR

343 796,44 EUR

Sint-Lambrechts-Woluwe/Woluwe-Saint-Lambert

421 122,67 EUR

429 545,12 EUR

438 136,03 EUR

Sint-Pieters-Woluwe/Woluwe-Saint-Pierre

340 295,82 EUR

347 101,74 EUR

354 043,77 EUR

Totaal/Total

18 140 118,24 EUR

18.502.920,60 EUR

18.872.979,02 EUR

55 516 017,86 EUR


Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 15 december 2011 tot toekenning van een algemene subsidie van 55.516.017,86 euro aan de Brusselse gemeenten, in het kader van het Brusselse preventie- en buurtbeleid voor de jaren 2012 tot 2014.

Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen en Openbare Netheid, Ch. PICQUE

^