2 DECEMBER 2010. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende uitstel voor één jaar van de verhoging, bepaald in artikel 23, § 3, van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 26 september 1996 houdende de regeling van de verhuur van de woningen beheerd door de Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij of door de openbare vastgoedmaatschappijen

De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op de ordonnantie van 17 juli 2003 houdende de Brusselse Huisvestingscode, inzonderheid op artikel 159;

Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 26 september 1996 houdende de regeling van de verhuur van de woningen beheerd door de Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij of door de openbare vastgoedmaatschappijen, inzonderheid op artikel 23, § 3, gewijzigd door artikel 10 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 13 maart 1997;

Overwegende dat de Regering de gevolgen van de verhoging bepaald in artikel 23, § 3, van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 26 september 1996 houdende de regeling van de verhuur van de woningen beheerd door de Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij of door de openbare vastgoedmaatschappijen bij opeenvolgende besluiten tot 1 januari 2010 heeft uitgesteld;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid, die gewettigd is omdat de Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij en de openbare vastgoedmaatschappijen zo snel mogelijk over de verordenende gegevens moeten beschikken om de inwerkingtreding van de berekening van de huurprijzen op 1 januari 2011 mogelijk te maken;

Overwegende dat de gevolgen van de solidariteitsbijdrage en inzonderheid de huurprijsverhogingen die eruit voortvloeien vanaf 1 januari 2011 versterkt zullen worden indien de betreffende wetgeving niet wordt gewijzigd;

Overwegende dat de beheersovereenkomst gesloten tussen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij goedgekeurd door de Regering tijdens de zitting van 8 juli 2010 bepaalt dat de Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij, binnen de 12 maanden na de ondertekening van de overeenkomst, aan de Staatssecretaris een studie met de elementen voor de overpeinzing van een nieuwe manier voor de berekening van de huurprijs mededeelt waarmee de Staatssecretaris een voorstel aan de Regering kan formuleren;

Overwegende de noodzaak om in afwachting de berekeningswijze van de huurprijs in de sociale woningsector te stabiliseren;

Op voorstel van de Staatssecretaris bevoegd voor huisvesting, Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.De verhoging van het percentage zoals bepaald in artikel 23, § 3, van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 26 september 1996 houdende de regeling van de verhuur van de woningen beheerd door de Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij of door de openbare vastgoedmaatschappijen wordt uitgesteld tot 1 januari 2012. De maandelijkse solidariteitsbijdrage van toepassing op de huurders is a rato van 60 % van het totale bedrag ervan.

Art. 2.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2011.

De Staatssecretaris tot wiens bevoegdheid Huisvesting behoort, wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 2 december 2010.

Voor de Regering : De Minister-president van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Openbare Netheid, Ontwikkelingssamenwerking en Bevordering van het nationale en internationale Imago van Brussel., C. PICQUE De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Leefmilieu, Energie en Waterbeleid, Stadsvernieuwing, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp en Huisvesting, Mevr. E. HUYTEBROECK