gepubliceerd op 24 juli 2008
Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende goedkeuring van de beslissing van de gemeente Schaarbeek tot volledige opheffing van het bijzonder bestemmingsplan « Huizenblok 299 » goedgekeurd bij koninklijk besluit van 29 augustus 1974
8 MEI 2008. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende goedkeuring van de beslissing van de gemeente Schaarbeek tot volledige opheffing van het bijzonder bestemmingsplan « Huizenblok 299 » goedgekeurd bij koninklijk besluit van 29 augustus 1974
De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op het Brussels Wetboek van de Ruimtelijke Ordening, inzonderheid op de artikelen 58 tot 61;
Gelet op het gewestelijk bestemmingsplan, goedgekeurd bij besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 3 mei 2001;
Gelet op het gewestelijk ontwikkelingsplan, goedgekeurd bij besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 12 september 2002;
Gelet op het bijzonder bestemmingsplan van het « Huizenblok 299 » van de gemeente Schaarbeek (begrensd door de Victor Hugostraat, de Radiumstraat, de Félix Marchallaan en de Léon Mahillonlaan), goedgekeurd bij koninklijk besluit van 29 augustus 1974;
Gelet op de beraadslaging van de gemeenteraad van 17 oktober 2007 waarbij de gemeente Schaarbeek haar voorlopige goedkeuring hecht aan het ontwerp van volledige opheffing van het bijzonder bestemmingplan « Huizenblok 299 »;
Gelet op het verslag dat het ontwerp vergezelt, dat de volledige opheffing van het plan verantwoordt in plaats van de wijziging ervan;
Gelet op het advies van de overlegcommissie, van 14 december 2007;
Gelet op de beraadslaging van de gemeenteraad van 23 januari 2008 waarbij de gemeente Schaarbeek haar voorlopige goedkeuring hecht aan het ontwerp van volledige opheffing van het bijzonder bestemmingplan « Huizenblok 299 »;
Overwegende dat uit het bij deze beraadslaging gevoegde dossier blijkt dat de formaliteiten, voorgeschreven door de artikelen 59 en 60 van het Brussels Wetboek van de Ruimtelijke Ordening, vervuld zijn;
Considérant que le plan régional d'affectation du sol situe le plan particulier d'affectation du sol en zone d'équipements d'intérêt collectif ou de service public et en zone d'habitation;
Overwegende dat het bijzonder bestemmingsplan niet werd uitgevoerd met betrekking tot het typisch woongebied en het parkgebied;
Overwegende dat de inrichtingen die door het plan werden voorzien, niet meer stroken met de huidige stedenbouwkundige opvattingen en evenmin met de goede ruimtelijke ordening;
Overwegende dat de voorschriften van het bijzonder bestemmingsplan « Huizenblok 299 » verouderd zijn wat betreft het typisch woongebied van het gewestelijk bestemmingsplan, aangezien zij inplantingen en bouwprofielen toelaten die niet passen bij de stedenbouwkundige kenmerken van het huizenblok;
Overwegende dat het bestaande stadsweefsel dient te worden behouden, dat zeer coherent en homogeen is en een grote architecturale en erfgoedkundige waarde heeft;
Overwegende dat de volledige opheffing van het bijzonder bestemmingsplan « Huizenblok 299 » in plaats van de wijziging ervan verantwoord is;
Overwegende dat, bij gebrek aan bijzonder bestemmingsplan, de mogelijke bestemmingsproblemen zullen worden geregeld door de bepalingen van de hogere plannen en dat de inplanting, het bouwprofiel en de vormgeving zullen moeten voldoen aan de voorschriften van de gewestelijke en de gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen, evenals aan de regels inzake de goede ruimtelijke ordening;
Op voorstel van de Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, bevoegd voor Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Stadsvernieuwing, Huisvesting, Openbare Netheid en Ontwikkelingssamenwerking;
Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.Wordt goedgekeurd de beslissing van de gemeente Schaarbeek. tot volledige opheffing van het bijzonder bestemmingplan « Huizenblok 299 » (begrensd door de Victor Hugostraat, de Radiumstraat, de Félix Marchallaan en de Léon Mahillonlaan), goedgekeurd bij koninklijk besluit van 29 augustus 1974.
Art. 2.De Minister tot wiens bevoegdheden Stedenbouw behoort, wordt belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 8 mei 2008.
Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De Minister-Voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, bevoegd voor Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Stadsvernieuwing, Huisvesting, Openbare Netheid en Ontwikkelingssamenwerking, Ch. PICQUE